Brief aan de Eerste Kamer met een halfjaarlijks overzicht van openstaande en deels voldane toezegginggen
Bijlage
Nummer: 2013D14544, datum: 2013-04-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Afschrift van de brief aan de Eerste Kamer met een halfjaarlijks overzicht van openstaande en deels voldane toezegginggen (2013D14541)
Preview document (🔗 origineel)
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 5 april 2013 In uw brief d.d. 22 februari 2013, met kenmerk 152172u, legt u een weergave van door mij gedane toezeggingen aan uw Kamer ter verificatie voor, met het verzoek eventuele correcties en een prognose te geven van de termijn waarbinnen deze zullen zijn nagekomen. Het betreffen een achttal toezeggingen: Meer aandacht voor duurzaamheid (T00930); Verstrekken samenhangend energieverduurzamingsbeleid (T01624); Becommentariëren opvattingen Wilders (T01247); Nagaan mogelijkheden voor banken in productie en financiering duurdere huursector (T01434); Garantstelling ontwikkelingssamenwerking 0,7% van het BNP (T01435); Overleg sociale partners en eventueel wijzigen regeerakkoord (T01621); Vragen CPB om systematiek koopkrachtplaatjes te wijzigen (T01622); Integrale visie modernisering bestuurlijke organisatie (T01623). Met betrekking tot T00930 en T01624 kan ik u melden dat in het regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ is verwoord op welke wijze dit kabinet een realistische en ambitieuze groene groeistrategie vorm wil geven. Het kabinet acht een breed draagvlak voor het klimaat- en energiebeleid voor de lange termijn daarbij van cruciaal belang. Mede daarom is besloten om het initiatief van de Sociaal-Economische Raad (SER) om te komen tot een Energieakkoord voor duurzame groei actief te ondersteunen. De ambitie van de SER is om begin juni a.s. tot een dergelijk akkoord te komen. De Staten-Generaal wordt regelmatig ingelicht over de stand van zaken. Meest recent in een brief van de minister van Economische Zaken d.d. 12 maart 2013 (30196, nr.189). Ik beschouw deze onderwerpen dan ook als afgedaan. Voorts heb ik kennis genomen van T01247 (pro memorie). Een en ander is destijds in het debat over de Algemene Politieke Beschouwingen naar aanleiding van de Miljoenennota 2012 in de Tweede Kamer in de praktijk gebracht (Handelingen TK 2011-2012, nr.3, item 4). Wat betreft T01434 zij opgemerkt dat de Tweede Kamer, recentelijk bij brief d.d. 11 maart 2013 (32847, nr.46), door de minister voor W&R is ingelicht over de voortgang van het traject van dhr. Van Dijkhuizen om te verkennen of de rol van institutionele beleggers bij hypothecaire woningfinanciering kan worden vergroot, zodat ruimte ontstaat voor nieuwe kredietverlening aan burgers en bedrijven. Daarnaast bent u op 13 februari 2013 (32847, A) ingelicht over het met D66, ChristenUnie, SGP en coalitiefracties overeengekomen samenhangend pakket aan maatregelen inzake de aanpak van de problemen op de woningmarkt. Daarmee is hieraan uitvoering gegeven. Ook aan T01435 is uitvoering gegeven. Bij brief d.d. 23 maart 2012 heb ik u reeds in kennis gesteld van het feit dat de informatie over T01435 onderdeel uitmaakt van het financieel kader van het Regeer- en Gedoogakkoord van het vorige kabinet. Hierin is toegelicht dat de uitgaven voor Ontwikkelingssamenwerking van 0,8% van het bruto nationaal product zullen worden teruggebracht naar gemiddeld 0,7% BNP-ODA (vanaf 2012) per jaar in de kabinetsperiode (inclusief internationaal klimaatbeleid). Over T01621 kan ik u mededelen dat het overleg met sociale partners nog gaande is. Derhalve is de toezegging nog steeds van kracht dat uw Kamer uiterlijk 1 juli a.s. van het kabinet verneemt of het sociaal akkoord al dan niet tot wijzigingen in het regeerakkoord leidt. Met betrekking tot toezegging T01622 laat ik u weten dat de minister van Sociale Zaken & Werkgelegenheid regelmatig contact met het Centraal planbureau (CPB) heeft over koopkrachtontwikkelingen en de presentatie daarvan. De minister van Sociale Zaken & Werkgelegenheid zal in het voorjaar de Staten-Generaal nader informeren over de wijze waarop de inkomensontwikkeling en de inkomensgevolgen van maatregelen het beste kunnen worden gevolgd. Daarbij zal specifiek ook aandacht worden besteed aan de vragen van uw Kamer. Ten slotte laat ik u weten dat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de nota ‘Bestuur in samenhang. De bestuurlijke organisatie in Nederland’ (33047, nr.8) op 28 maart jl. aan de Tweede Kamer heeft gezonden. Dit mede naar aanleiding van T01623 waarbij is verzocht de voornemens van het regeerakkoord ten aanzien van de bestuurlijke organisatie in samenhang te presenteren. Op deze wijze is uitvoering gegeven aan T01623. DE MINISTER-PRESIDENT, Minister van Algemene Zaken, M. Rutte