[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Eindtekst

Aanpassing van een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Economische Zaken in verband met de naamswijziging van het ministerie en het herstellen van enige wetstechnische gebreken en leemten

Eindtekst

Nummer: 2013D49279, datum: 2013-12-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2013Z19786:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

5 december 2013



	Aanpassing van een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van
Economische Zaken in verband met de naamswijziging van het ministerie en
het herstellen van enige wetstechnische gebreken en leemten







VOORSTEL VAN WET



		Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden,
Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:	

	Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een aantal
wetten op het terrein van het Ministerie van Economische Zaken aan te
passen in verband met de naamswijziging van het ministerie en enige
wetstechnische gebreken en leemten te herstellen;

	Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Aanbestedingswet 2012 wordt als volgt gewijzigd:

A 

In de artikelen 1.1, 1.10, vijfde lid, 1.13, vijfde lid, 1.16, vijfde
lid, en 4.28, vijfde lid, wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

In artikel 2.39, derde lid, wordt “draagt de aanbestedende dienst zorg
voor een passende mate van openbaarheid van de aankondiging van het
voornemen tot het plaatsen van een overheidsopdracht” vervangen door:
maakt de aanbestedende dienst een aankondiging van het voornemen tot het
plaatsen van de overheidsopdracht bekend op het elektronische systeem
voor aanbestedingen.

C

In artikel 2.58, onderdeel c, wordt “productgroep” vervangen door:
dienstencategorie.

D

In artikel 2.71, vijfde lid, wordt “bijlage IV, onderdeel A”
vervangen door: bijlage VII, onderdeel A.

E

In artikel 2.110, vijfde lid, vervalt: hij.

F

In artikel 2.121, tweede lid, wordt de zinsnede “het tijdstip en het
aanvangsuur” vervangen door: de datum en het aanvangsuur. 

G

In artikel 2.130, eerste lid, wordt de zinsnede “iedere inschrijver of
gegadigde” vervangen door: iedere betrokken inschrijver of betrokken
gegadigde. 

H

In artikel 3.61, derde lid, wordt de zinsnede “in het eerste lid,
onderdeel a” vervangen door: in het tweede lid, onderdeel a.

I

Artikel 3.65 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het vierde lid, wordt na de zinsnede “genoemde
uitsluitingsgronden omvatten” ingevoegd:, waarbij van de toepassing
van deze artikelen kan worden afgezien op de in artikel 2.88 genoemde
gronden.

2. In het vijfde lid wordt na de zinsnede “uitsluitingsgronden in de
voorschriften en criteria op” ingevoegd: waarbij van de toepassing van
dit artikel kan worden afgezien op de in artikel 2.88 genoemde gronden.

J

In het opschrift van hoofdstuk 3.5 wordt “hoofdstuk 3.5” vervangen
door: Hoofdstuk 3.4.

K

Na het opschrift van Hoofdstuk 3.4 (nieuw) wordt het opschrift van een
afdeling toegevoegd, luidende: Afdeling 3.4.1 Deelname en toepassing.

L

In het opschrift van afdeling 3.3.6 wordt “Afdeling 3.3.6” vervangen
door: Afdeling 3.4.2.

M

In het opschrift van afdeling 3.3.7 wordt “Afdeling 3.3.7” vervangen
door: Afdeling 3.4.3.

N

In het opschrift van paragraaf 3.3.7.1 wordt “§ 3.3.7.1” vervangen
door: § 3.4.3.1.

O

In het opschrift van paragraaf 3.3.7.2. wordt “§ 3.3.7.2” vervangen
door: § 3.4.3.2.

P

In het opschrift van paragraaf 3.3.7.3 wordt “§ 3.3.7.3” vervangen
door: § 3.4.3.3.

Q

In het opschrift van paragraaf 3.3.7.4 wordt “§ 3.3.7.4” vervangen
door: § 3.4.3.4.

R

In het opschrift van hoofdstuk 3.4 wordt “Hoofdstuk 3.4” vervangen
door: Hoofdstuk 3.5.

S

Artikel 4.16 wordt als volgt gewijzigd: 

1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt de zinsnede “ten minste
vijftien kalenderdagen” vervangen door: ten minste twintig
kalenderdagen.

2. In het tweede lid, onderdeel c, wordt de zinsnede “ten minste
vijftien kalenderdagen” vervangen door: ten minste twintig
kalenderdagen.

T

In artikel 4.32, aanhef, wordt “artikel 4.7, eerste lid, onderdeel
c” vervangen door “artikel 4.7, eerste lid, onderdelen c en d” en
wordt “wegens overtreding van de Mededingingswet als bedoeld in dat
onderdeel” vervangen door: wegens overtreding van de Mededingingswet
als bedoeld in artikel 4.7, eerste lid, onderdeel c, of wegens
overtreding van artikel 101 of artikel 102 van het Verdrag betreffende
de werking van de Europese Unie als bedoeld in artikel 4.7, eerste lid,
onderdeel d,.

ARTIKEL II

De Aanbestedingswet op defensie- en veiligheidsgebied wordt als volgt
gewijzigd:

A 

In artikel 1.1 wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

B

In de artikelen 1.1, begripsbepalingen elektronisch systeem voor
aanbestedingen, gedragsverklaring aanbesteden en speciale-sectorbedrijf,
2.2, 2.3, tweede lid, en 3.1a, wordt “Aanbestedingswet 20..” telkens
vervangen door: Aanbestedingswet 2012.

C

In artikel 2.30, derde lid, wordt “draagt de aanbestedende dienst of
het speciale-sectorbedrijf zorg voor een passende mate van openbaarheid
van de aankondiging van het voornemen tot het plaatsen van een
opdracht” vervangen door: maakt de aanbestedende dienst of het
speciale-sectorbedrijf een aankondiging van het voornemen tot het
plaatsen van de opdracht bekend op het elektronische systeem voor
aanbestedingen.

D

In artikel 2.42, onderdeel c, wordt “productgroep” vervangen door:
dienstencategorie.

E

In artikel 2.101, vijfde lid, vervalt: hij.

F

In artikel 2.112, tweede lid, wordt “het tijdstip en het
aanvangsuur” vervangen door: de datum en het aanvangsuur. 

G

Artikel 2.121 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt de zinsnede “iedere inschrijver of
gegadigde” vervangen door: iedere betrokken inschrijver of betrokken
gegadigde. 

2. In het derde lid vervalt de zinsnede “aan de betrokken inschrijvers
en betrokken gegadigden”.

ARTKEL III

In artikel 1:3, vierde lid, van de Algemene douanewet wordt “de
Diergeneesmiddelenwet, de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, de
Kaderwet diervoeders” vervangen door: de Gezondheids- en welzijnswet
voor dieren, de Wet dieren.

ARTIKEL IV

Bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 4 komt de zinsnede met betrekking tot de Wet
inkomstenbelasting 2001 te luiden:

Wet inkomstenbelasting 2001:

a. de artikelen 3.37, eerste lid, en 3.42, eerste lid, voor zover het
betreft een besluit van Onze Minister van Economische Zaken, en

b. artikel 3.52a, eerste, tweede en elfde lid, voor zover het betreft
een besluit van Onze Minister van Economische Zaken, met uitzondering
van een boetebesluit als bedoeld in het elfde lid en een daarmee
samenhangende correctie-RDA-beschikking als bedoeld in het tweede lid.

B

In de artikelen 7 en 11 wordt in de alfabetische rangschikking
ingevoegd: 

Wet inkomstenbelasting 2001: een boetebesluit als bedoeld in artikel
3.52a, elfde lid, en een daarmee samenhangende correctie-RDA-beschikking
als bedoeld in het tweede lid van dit artikel.

ARTIKEL V

	In artikel 1, onderdeel a, van de Bodemproductiewet 1939 wordt “Onze
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door:
Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL VI

	De Boswet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, eerste lid, wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

B

	In artikel 13, eerste lid, wordt “Onze Ministers van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap en van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” vervangen door: Onze Ministers van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap en van Economische Zaken.

ARTIKEL VII

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Colportagewet wordt
“Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL VIII

	Artikel 1 van de Dienstenwet wordt als volgt gewijzigd:

	1. In de begripsomschrijving van “dwingende redenen van algemeen
belang” wordt “het Hof van Justitie van de Europese
Gemeenschappen” vervangen door: het Hof van Justitie van de Europese
Unie.

	2. In de begripsomschrijving van “Onze Minister” wordt “Onze
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door:
Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL IX

De Distributiewet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, eerste lid, wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

B

	In artikel 18, eerste lid, vervalt: of, voor zover het de
voedselvoorziening betreft de door Onze Minister van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij aangewezen ambtenaren.

ARTIKEL X

	De Elektriciteitswet 1998 wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

B

	Artikel 11a, vierde lid, vervalt.

C

	Artikel 20a, eerste lid, komt te luiden:

1. De procedure bedoeld in artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onderdeel
c, van de Wet ruimtelijke ordening, is van toepassing op een uitbreiding
van het landelijk hoogspanningsnet voor zover het betreft:

a. de van dat net deel uitmakende netten bestemd voor het transport van
elektriciteit op een spanningsniveau van 220 kV of hoger en die als
zodanig worden bedreven met inbegrip van de aansluitingen op die netten,


b. de van dat net deel uitmakende landsgrensoverschrijdende netten op
een spanningsniveau van 500 V of hoger met inbegrip van de aansluitingen
op die netten, of

c. de aanleg of uitbreiding van een landsgrensoverschrijdend net met
inbegrip van de aansluitingen op zo’n net, en het een project betreft
voor elektriciteit dat is opgenomen op de Unielijst van projecten van
gemeenschappelijk belang, bedoeld in artikel 3, vierde lid, Verordening
(EU) nr. 347/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april
2013 betreffende richtsnoeren voor de trans-Europese
energie-infrastructuur en tot intrekking van Beschikking nr.
1364/2006/EG en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 713/2009,
(EG) nr. 714/2009 en (EG) nr. 715/2009 (PbEU 2013, L 115).

ARTIKEL XI

	In artikel 10 van de Experimentenwet BI-zones wordt “Onze Minister
van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door:
Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XII

	In artikel 1, eerste lid, van de Flora- en Faunawet wordt “Onze
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door:
Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XIII

	De Gaswet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

B

	In artikel 12, derde lid, wordt “bij koninklijk besluit” vervangen
door: bij besluit van Onze Minister.

C

Onder verlettering van artikel 39b, eerste lid, onderdeel c, tot
onderdeel d, wordt een nieuw onderdeel c ingevoegd, luidende: 

c. een uitbreiding van het landelijk gastransportnet of de aanleg of
uitbreiding van een landsgrensoverschrijdend gastransportnet met
inbegrip van de aansluitingen op zo’n net, voor zover het een project
betreft voor gas dat is opgenomen op de Unielijst van projecten van
gemeenschappelijk belang, bedoeld in artikel 3, vierde lid, Verordening
(EU) nr. 347/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april
2013 betreffende richtsnoeren voor de trans-Europese
energie-infrastructuur en tot intrekking van Beschikking nr.
1364/2006/EG en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 713/2009,
(EG) nr. 714/2009 en (EG) nr. 715/2009 (PbEU 2013, L 115);.

ARTIKEL XIV

	De Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, eerste lid, wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

B

	In artikel 95b, onderdelen a tot en met d, wordt “het Ministerie van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: het
Ministerie van Economische Zaken.

ARTIKEL XV

	In de artikelen 3, eerste lid, en 6a, eerste lid, van de Hamsterwet
wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
telkens vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XVI

	De Handelsregisterwet 2007 wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

B

In de artikelen 5, onderdeel c, en 6, eerste lid, onderdeel a, vervalt:,
een Europese commanditaire vennootschap.

C

In artikel 24, eerste lid, wordt de zinsnede “een Europese
commanditaire vennootschapof” vervangen door: een Europese
coöperatieve vennootschap of.

D

	In de artikelen 28 en 31 wordt “een bestuursorgaan” telkens
vervangen door: een bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1:1, eerste
lid, onderdeel a, van de Algemene wet bestuursrecht.

E

	In artikel 28, tweede lid, wordt “gegevens als bedoeld in het eerste
en tweede lid” vervangen door: gegevens als bedoeld in het eerste lid.

F

	In de artikelen 30 en 32 wordt “Een bestuursorgaan” telkens
vervangen door: Een bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1:1, eerste
lid, onderdeel a, van de Algemene wet bestuursrecht.

G

	In artikel 50, derde lid, wordt “bijdrage” vervangen door:
vergoeding.

ARTIKEL XVII

	In artikel 39 van de IJkwet BES wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

ARTIKEL XVIII

	De Kernenergiewet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In de artikelen 1, tweede lid, 21, zesde lid, 22, vierde lid, 26,
eerste lid, onderdeel c, 33, vierde lid, 35, 37b, eerste lid, en 58,
tweede lid, wordt “Onze Ministers van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid” telkens vervangen
door: Onze Ministers van Economische Zaken en van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid.

B

	In de artikelen 13, derde lid, 15, aanhef, 15aa, 15b, tweede lid, 15d,
tweede lid, 18a, eerste en tweede lid, 19, 20, tweede lid, 20a, eerste
en derde lid, 26, eerste lid, onderdeel a, en tweede lid, 29, eerste
lid, 29a, tweede lid, onderdeel c, 37a, 38, onderdeel a, en 70, tweede
en derde lid, wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” telkens vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

C

	In artikel 15b, vierde lid, wordt "als in het tweede lid bedoeld"
vervangen door: als in het derde lid bedoeld. 

D

	In artikel 15f, eerste lid, wordt “Onze Ministers van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie en van FinanciĂ«n” vervangen door: Onze
Ministers van Economische Zaken en van Financiën.

E

	In de artikelen 32, vijfde lid, en 69, eerste en tweede lid, wordt
“Onze Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: Onze
Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Economische Zaken.

F

	In de artikelen 69a, eerste lid, en 69c, eerste lid, wordt “Onze
Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport”
vervangen door: Onze Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van
Economische Zaken en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

G

	In artikel 76, eerste lid, wordt “Onze Ministers van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en,
behoudens ingeval het een maatregel krachtens artikel 21 betreft, van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport” vervangen door: Onze Ministers van
Economische Zaken, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en, behoudens
ingeval het een maatregel krachtens artikel 21 betreft, van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

ARTIKEL XIX

De Landbouwkwaliteitswet wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In de begripsomschrijving van “Onze Minister” wordt “Onze
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door:
Onze Minister van Economische Zaken.

2. De begripsomschrijving “verordening 510/2006: verordening (EG) nr.
510/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake de bescherming van
geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten
en levensmiddelen (PbEU L 93);” wordt vervangen door: verordening (EU)
1151/2012: verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en
de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor
landbouwproducten en levensmiddelen (PbEU 2012, L 343);.

3. In de begripsomschrijving van “geografische aanduiding” wordt
“artikel 2, eerste lid, onder b, van verordening 510/2006” vervangen
door: artikel 5, tweede lid, van verordening (EU) 1151/2012.

	4. In de begripsomschrijving van “geografische oorsprongsbenaming”
wordt “artikel 2, eerste lid, onder a, van verordening 510/2006”
vervangen door: artikel 5, eerste lid, van verordening (EU) 1151/2012.

	5. In de begripsomschrijving van “houder van een geografische
aanduiding of geografische oorsprongsbenaming” wordt “verordening
510/2006” vervangen door: verordening (EU) 1151/2012.

B

	In artikel 13a, eerste lid, wordt “verordening 510/2006” vervangen
door: verordening (EU) 1151/2012.

ARTIKEL XX

	In artikel 1, eerste lid, van de Landbouwwet wordt “Onze Minister van
Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XXI

	De Mededingingswet wordt als volgt gewijzigd:

A 

	In artikel 1, onderdeel a, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

	In artikel 92, tweede lid, wordt “het Ministerie van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: het Ministerie van
Economische Zaken.

ARTIKEL XXII

De Metrologiewet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, onderdeel a, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

	In de artikelen 12, vierde lid, en 17, wordt “de Commissie van de
Europese Gemeenschappen” telkens vervangen door: de Europese
Commissie.

ARTIKEL XXIII

	De Mijnbouwwet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, onderdeel p, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

	In artikel 112 wordt “het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw
en Innovatie” vervangen door: het Ministerie van Economische Zaken.

C

	Aan artikel 141a, eerste lid, wordt, onder vervanging van de punt aan
het slot van onderdeel c door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd,
luidende:

d. een mijnbouwwerk of pijpleidingen, voor zover het een project betreft
voor olie of koolstofdioxide dat is opgenomen op de Unielijst van
projecten van gemeenschappelijk belang, bedoeld in artikel 3, vierde
lid, Verordening (EU) nr. 347/2013 van het Europees Parlement en de Raad
van 17 april 2013 betreffende richtsnoeren voor de trans-Europese
energie-infrastructuur en tot intrekking van Beschikking nr.
1364/2006/EG en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 713/2009,
(EG) nr. 714/2009 en (EG) nr. 715/2009 (PbEU 2013, L 115).

ARTIKEL XXIV

	In de artikelen 1a, derde lid, 2, tweede lid, 5, derde lid, 7 en 8 van
de Mijnwet BES wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” telkens vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL XXV

	In artikel 1, eerste lid, onderdelen d en e, van de Natuurschoonwet
1928 wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” telkens vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL XXVI

	De Personeelswet Postbank N.V. wordt als volgt gewijzigd:

A

	In de artikelen 2, vierde lid, en 4, wordt “Onze Ministers van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en van FinanciĂ«n” telkens
vervangen door: Onze Ministers van Economische Zaken en van Financiën.

B

	In artikel 3, derde lid, wordt “Onze Ministers van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie, van Financiën en van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties” vervangen door: Onze Ministers van Economische
Zaken, van Financiën en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

ARTIKEL XXVII

	De Personeelswet PTT Nederland NV wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, onderdeel e, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

	In artikel 4, derde en vierde lid, wordt “het Ministerie van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: het
Ministerie van Economische Zaken.

ARTIKEL XXVIII

	In artikel 1, eerste lid, van de Petroleumwet Saba Bank BES wordt
“Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XXIX

	De Plantenziektenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, onderdeel a, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

	Artikel 1, onderdeel b, komt te luiden:

b. “inspecteur-generaal”: inspecteur-generaal van de Nederlandse
Voedsel- en Warenautoriteit alsmede de ambtenaar die hem vervangt;.

C

	In de artikelen 2, derde en vierde lid, en 5 wordt “directeur”
telkens vervangen door: inspecteur-generaal.

D

In artikel 6a, eerste lid, wordt “de Plantenziektenkundige Dienst”
vervangen door: de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

ARTIKEL XXX

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, van de Postwet 2009 wordt
“Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XXXI

	De Prijzennoodwet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, eerste lid, wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

B

	In artikel 2 wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XXXII

	In artikel 1, eerste lid, van de Prijzenwet wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XXXIII

	In artikel 10 van de Prijzenwet BES wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XXXIV

	Artikel 1 van de Telecommunicatiewet wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw
en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

2. In onderdeel aaa wordt “richtlijn” vervangen door: Richtlijn

ARTIKEL XXXV

	In artikel 1, onderdeel a, van de TNO-wet wordt “Onze minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XXXVI

	De Uitvoeringswet grondkamers wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 5, vierde lid, wordt “Onze Ministers van Veiligheid en
Justitie en van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen
door: Onze Ministers van Veiligheid en Justitie en van Economische
Zaken.

B	

	In artikel 19, eerste lid, wordt “348, derde lid, 354, tweede lid”
vervangen door: 348, tweede lid, 354, derde lid.

C

	In artikel 40, eerste lid, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

ARTIKEL XXXVII

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel r, van de Uitvoeringswet verdrag
chemische wapens wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw
en Innovatie” vervangen door: Onze Minister voor Buitenlandse Handel
en Ontwikkelingssamenwerking.

ARTIKEL XXXVIII

	De Visserijwet 1963 wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

B

	In artikel 21, eerste lid, wordt de zinsnede “artikel 1, eerste lid,
onder d” vervangen door: artikel 1, vierde lid, onderdeel d.

C

	In artikel 49, vierde lid, wordt “het vierde lid” vervangen door:
het derde lid.

ARTIKEL XXXIX

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, van de Visserijwet BES wordt
“Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XL

	In de artikelen 5, eerste en tweede lid, 9, vierde lid, 13, derde lid,
en 23, vierde lid, van de Vorderingswet wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XLI

	In de artikelen 4, tweede lid, 6, eerste lid, 7, eerste lid, 7a, eerste
lid, 7c, eerste en zesde lid, 7d, 7e, 9, 13, tweede lid, 52, eerste lid,
52a, tweede lid, 52b, eerste lid, en 52c, eerste lid, van de Waarborgwet
1986 wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” telkens vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL XLII

Artikel 1 van de Warmtewet wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw
en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

2. In onderdeel d vervalt: of –koeling.

ARTIKEL XLIII

	In artikel 1, onderdeel a, van de Wet aanwijzing nationale
accreditatie-instantie wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL XLIV

	In artikel 1, eerste lid, van de Wet aardgasprijzen wordt “Onze
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door:
Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XLV

	De Wet agrarisch grondverkeer wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1 wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

B

	In artikel 32, eerste en vierde lid, wordt “het Ministerie van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: het
Ministerie van Economische Zaken.

ARTIKEL XLVI

	In de artikelen 2, derde lid, en 2a, derde lid, van de Wet
beschikbaarheid goederen wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

ARTIKEL XLVII

	De Wet dieren wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 1.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd: 

1. De definitie van dierlijke bijproducten komt te luiden: niet voor
menselijke consumptie bestemde dierlijke producten.

	2. De definitie van Onze Minister komt te luiden: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

	Artikel 1.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt na “Het bij en krachtens deze wet gestelde
over dierlijke producten” een zinsnede ingevoegd, luidende: is tevens
van toepassing ten aanzien van dierlijke producten van andere dan
gehouden dieren en.

	2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Het bij en krachtens deze wet gestelde over diergeneesmiddelen en
diervoeders is met betrekking tot toepassing, onderscheidenlijk gebruik
bij dieren tevens van toepassing ten aanzien van andere dan gehouden
dieren.

C

	In artikel 1.3, tweede lid, eerste volzin, wordt “de eigenwaarde van
dieren” vervangen door: de eigen waarde van dieren.

D

	Artikel 2.8 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt na “voorschriften”
ingevoegd: en beperkingen.

	2. In het vijfde lid, wordt “derde lid” vervangen door: eerste lid
en vierde lid. 

E

	Artikel 2.19 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt: “of een diervoeder met medicinale
werking”.

2. In het derde lid, onderdeel a, aanhef, wordt “artikel 7.7”
vervangen door: artikel 7.5, eerste lid,.

	3. In het zesde lid wordt na “een homeopathisch diergeneesmiddel”
een zinsnede ingevoegd, luidende: in bij of krachtens algemene maatregel
van bestuur aangewezen gevallen.

	4. Het achtste lid komt te luiden:

8. Voorschriften en beperkingen die zijn verbonden aan een vergunning
als bedoeld in het eerste lid die is verstrekt voor het in de handel
brengen van een diergeneesmiddel, gelden voor een ieder die een
handeling als bedoeld in het eerste lid verricht.

F

	In artikel 2.20, derde lid, wordt na “gebruikt” een zinsnede
ingevoegd, luidende: , of diervoeders met medicinale werking.

G

	Artikel 2.21 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid wordt “diergeneesmiddelen, diervoeders met
medicinale werking, voormengsels voor diervoeders met medicinale werking
of halffabrikaten daarvan” vervangen door: diergeneesmiddelen of
diervoeders met medicinale werking.

	2. In het tweede lid wordt “diergeneesmiddelen of diervoeders met
medicinale werking, voormengsels of halffabrikaten” vervangen door:
diergeneesmiddelen of diervoeders met medicinale werking.

	3. In het zesde lid vervalt: , voormengsels voor diervoeders met
medicinale werking of halffabrikaten daarvan.

H

	Artikel 2.23 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het vijfde lid vervalt onder vernummering van het zesde lid tot
vijfde lid.	

	2. Er wordt een nieuw zesde lid toegevoegd, luidende:

6. Met toepassing van artikel 28, eerste lid, laatste zinsnede, van de
Dienstenwet is paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht niet
van toepassing op een aanvraag tot een vergunning als bedoeld in het
tweede lid. 

I

	Artikel 2.25 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid wordt “bij of krachtens algemene maatregel”
vervangen door “bij of krachtens algemene maatregel van bestuur” en
wordt “het toepassen van diergeneesmiddelen, diervoeders, substanties
of andere stoffen of producten bij dieren” vervangen door: het bij
dieren of op cel- of weefselcultures bij dieren toepassen van
diergeneesmiddelen, diervoeders, substanties of andere stoffen, of
producten.

	

2. In het derde lid, aanhef, wordt “het toepassen van
diergeneesmiddelen, diervoeders, bij of krachtens die maatregel
aangewezen substanties of andere stoffen of producten bij dieren”
vervangen door: het bij dieren of op cel- of weefselcultures bij dieren
toepassen van diergeneesmiddelen, diervoeders, bij of krachtens die
maatregel aangewezen substanties of andere stoffen, of producten.

	

3. In het derde lid, onderdeel d, wordt na “dieren” ingevoegd:, dan
wel cel- of weefselcultures van dieren.

J

	In artikel 3.2, derde lid, wordt “Het eerste, het tweede en het derde
lid” vervangen door: het eerste en tweede lid.

K

	In artikel 3.3, vijfde lid, eerste volzin, vervallen de woorden “de
in een werkgebied ingevolge”.

L

	Artikel 5.10, zesde lid, wordt vernummerd tot vijfde lid.

M

	In artikel 6.3, tweede lid, wordt “In afwijking van het eerste lid”
vervangen door: Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald.

N

	In artikel 6.4, eerste lid, wordt “Onze Minister kan” vervangen
door: In afwijking van het bepaalde in de hoofdstukken 2 en 3 kan Onze
Minister.

O

	Artikel 7.1 komt te luiden:

Artikel 7.1 Grondslag

Dit hoofdstuk is van toepassing op besluiten die krachtens deze wet
worden genomen. Bij de regels gesteld krachtens deze wet kan worden
bepaald dat voor een handeling waarop die regels betrekking hebben een
melding of een besluit tot verlening van een vergunning, erkenning,
toestemming, toelating, registratie, bewijs van vakbekwaamheid,
goedkeuring, vrijstelling, ontheffing, algemeen verbindend verklaring of
certificering is vereist, kan worden verleend of kan worden verstrekt.

P

	Artikel 7.3 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid vervalt “op aanvraag”.

	2. Het derde lid komt te luiden:

3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur dan wel bij
ministeriële regeling wordt bepaald dat paragraaf 4.1.3.3. van de
Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op een aanvraag tot
verlening of wijziging van een besluit als bedoeld in artikel 7.1,
tenzij EU-rechtshandelingen, het belang van de gezondheid van de mens,
dieren of planten, het belang van het welzijn van dieren, of het belang
van het milieu zich daartegen verzetten.

	3.	Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

4. Het derde lid is niet van toepassing op besluiten met betrekking tot
vergunningen waarop, met toepassing van artikel 28 van de Dienstenwet,
paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is.

5. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur of bij ministeriële
regeling kan met betrekking tot de in het vierde lid bedoelde besluiten
toepassing worden gegeven aan artikel 28, eerste lid, laatste zinsnede,
van de Dienstenwet.

Q

	Artikel 7.5 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het tweede lid komt te luiden:

	2. De voorschriften en beperkingen, bedoeld in het eerste lid, kunnen
op aanvraag of ambtshalve gewijzigd, aangevuld of ingetrokken worden.

	3. In het derde lid wordt na “voorschriften” ingevoegd: en
beperkingen.

	4. In het vierde lid vervalt na “voorschriften en beperkingen” de
komma.

R

	Artikel 7.6 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid wordt “Bij ministeriĂ«le regeling worden regels
gesteld” vervangen door: Bij of krachtens algemene maatregel van
bestuur of bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld.

	2. In het derde lid wordt “Bij ministeriĂ«le regeling” vervangen
door: Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur of bij
ministeriële regeling.

S

	Artikel 7.7 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het eerste lid komt te luiden:

	1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur of bij ministeriële
regeling kan worden bepaald dat Onze Minister over een besluit als
bedoeld in artikel 7.1, of de wijziging, de verlenging, de schorsing of
de intrekking daarvan, wordt geadviseerd door een commissie. 

	2. In het tweede lid wordt “Bij ministeriĂ«le regeling” vervangen
door: Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur of bij
ministeriële regeling.

T

	Artikel 7.9 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid, eerste volzin, wordt “Bij ministeriĂ«le
regeling” vervangen door: Bij of krachtens algemene maatregel van
bestuur of bij ministeriële regeling.

	2. In het eerste lid, tweede volzin, wordt “bij ministeriĂ«le
regeling” vervangen door: bij of krachtens algemene maatregel van
bestuur of bij ministeriële regeling. 

U

	In artikel 8.1 wordt “aangewezen ambtenaren en personen” vervangen
door: aangewezen ambtenaren en andere personen.

V

	In artikel 8.6, eerste lid, onderdeel a, onder 1Âș, wordt “3.2,
eerste, tweede en derde lid” vervangen door: 3.2, eerste en tweede
lid.

W

	In artikel 8.8, eerste lid, vervallen de woorden: ten hoogste.

X

	In artikel 8.27, tweede en derde lid, wordt “het veterinaire
tuchtcollege” telkens vervangen door: het veterinair tuchtcollege.

Y

	In artikel 8.43 wordt “Bij of krachtens algemene maatregel van
bestuur worden nadere regels gesteld” vervangen door: Bij of krachtens
algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld.

Z

	In artikel 8.44, derde lid, wordt “aanvragen” vervangen door
“verzoeken” en wordt na “zijn” het woordje “de” ingevoegd.

AA

	In artikel 9.3, eerste lid, onderdelen a tot en met d wordt “het
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit” vervangen door:
het Ministerie van Economische Zaken.

AB

	Artikel 10.1, derde lid, komt te luiden:

3. In afwijking van artikel 7.1 zijn de artikelen 7.3, 7.4, eerste lid,
tweede lid, onderdeel a, en derde lid, 7.5, vierde lid, 7.6, eerste en
tweede lid, onderdeel a, 7.8, eerste lid, en 7.9 niet van toepassing ten
aanzien van het verlenen van een vrijstelling of ontheffing als bedoeld
in het eerste lid.

AC

	In artikel 10.2, tweede lid, wordt na “Bij algemene maatregel van
bestuur kunnen voor de toepassing van” een zinsnede ingevoegd,
luidende: hoofdstuk 2, paragraaf 2, en.

AD

	In artikel 10.10 wordt “en 2.16, eerste lid” vervangen door: 2.16,
eerste lid.

ARTIKEL XLVIII

	In artikel 19, eerste lid, van de Wet elektriciteitsconcessies BES
wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL XLIX

	In artikel 3, tweede lid, van de Wet financiering pensioenvoorzieningen
steenkolenmijnindustrie wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL L

	De Wet Fonds economische structuurversterking wordt als volgt
gewijzigd:

A

	In artikel 1, derde lid, wordt “Onze Ministers van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie en van FinanciĂ«n” vervangen door: Onze
Ministers van Economische Zaken en van Financiën.

B

	In de artikelen 2, eerste lid, onderdeel d, en zevende lid, en 5 wordt
“Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LI

	In de artikelen 1, eerste lid, en 4, vierde lid, van de Wet
gewasbeschermingsmiddelen en biociden wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LII

	In artikel 2 van de Wet goedkeuring en uitvoering Markham-overeenkomst
wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LIII

	De Wet grondslagen natuurbeheer- en bescherming BES wordt als volgt
gewijzigd:

	1. In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, wordt “minister van
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit” vervangen door: Onze Minister
van Economische Zaken.

	2. In het opschrift van hoofdstuk II en de artikelen 2, vierde en zesde
lid, 6, tweede lid, onderdeel 4, 9, vierde lid, 10, derde lid, 15,
tweede lid, 21, vijfde lid, 25, 27, tweede en vierde lid, 28, tweede
lid, en 35, tweede tot en met zevende lid, wordt “de Minister”
telkens vervangen door: Onze Minister.

	3. In de artikelen 2, eerste en tweede lid, 5, eerste lid, 6, eerste
lid, 10, vierde lid, 20, 23, eerste lid, 26, 27, derde en vierde lid,
28, eerste lid, 29, eerste en tweede lid, 30, tweede lid, en 31 wordt
“De Minister” telkens vervangen door: Onze Minister.

ARTIKEL LIV

	In artikel 1.1, onderdeel i, van de Wet handhaving
consumentenbescherming wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL LV

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, van de Wet implementatie
EU-richtlijnen energie-efficiĂ«ntie wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LVI

	In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, van de Wet
informatie-uitwisseling ondergrondse netten wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LVII

De Wet inzake het Agentschap der Westeuropese Unie wordt ingetrokken.

ARTIKEL LVIII

	Artikel 2 van de Wet medewerking verdedigingsvoorbereiding wordt als
volgt gewijzigd:

	1. In het eerste en derde lid wordt “Onze Ministers van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie, van Defensie of van FinanciĂ«n” telkens
vervangen door: Onze Ministers van Economische Zaken, van Defensie of
van Financiën.

	2. In het tweede lid, onderdeel a, wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LIX

	In artikel 1 van de Wet merken BES wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LX

	De Wet milieubeheer wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 13.1, tweede lid, wordt “de artikelen 3.1, 3.3, 3.4, 3.5
en 3.6 van de Wet dieren” vervangen door: de artikelen 3.1, 3.3 tot en
met 3.6, 6.4 en 7.1 van de Wet dieren met betrekking tot dierlijke
bijproducten.

B

	Artikel 22.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt “artikel 3.1 van de Wet dieren” vervangen
door “de artikelen 3.1, 3.3 tot en met 3.6, 6.4 en 7.1 van de Wet
dieren met betrekking tot dierlijke bijproducten”.

2. In het negende lid wordt “de artikelen 3.1, 3.3, 3.4, 3.5 en 3.6
van de Wet dieren” vervangen door: de artikelen 3.1, 3.3 tot en met
3.6, 6.4 en 7.1 van de Wet dieren met betrekking tot dierlijke
bijproducten.

ARTIKEL LXI

	In artikel 4 van de Wet omzetting tak Rijksdienst, omvattende de
Staatsmijnen in Limburg, in een naamloze vennootschap wordt “Onze
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door:
Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXII

	De Wet onafhankelijke risicobeoordeling Voedsel en Waren Autoriteit
wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In onderdeel a, wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

	2. Onderdeel b, komt te luiden:

b. autoriteit: Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, ressorterend
onder Onze Minister.

B

	In artikel 14 wordt “Voedsel en Waren Autoriteit” vervangen door:
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

ARTIKEL LXIII

	In artikel 128a, eerste lid, van de Wet op de bedrijfsorganisatie wordt
“Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Onze Minister van
Economische Zaken of Onze Minister van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit” vervangen door: Onze Minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid of Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXIV

	De Wet op de economische delicten wordt als volgt gewijzigd:

A 

	In artikel 1, onder 3°, vervalt de zinsnede met betrekking tot de Wet
dieren.

B

	In artikel 1a, onder 3°, wordt in de alfabetische rangschikking
ingevoegd: de Wet dieren, artikelen 3.3 tot en met 3.6, al dan niet in
samenhang met artikel 6.2, eerste lid, artikel 6.4, eerste lid, of
artikel 7.5, derde lid;.

ARTIKEL LXV

	In artikel 22, eerste lid, van de Wet op de Kamers van Koophandel en
Nijverheid BES wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXVI

Artikel in artikel 75, eerste lid, van de Wet op de Kamer van
Koophandel, wordt “de Kamers van koophandel en fabrieken” vervangen
door: de kamers van koophandel en fabrieken.

ARTIKEL LXVII

	In artikel 1, eerste lid, van de Wet op de uitoefening van de
diergeneeskunde 1990 wordt “Onze Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL LXVIII

	De Wet op het Centraal bureau voor de statistiek wordt als volgt
gewijzigd:

A

	In artikel 1, onderdeel a, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

	In artikel 39, eerste lid, wordt “de Europese Raad” vervangen door:
de Raad van de Europese Unie.

ARTIKEL LXIX

	De Wet post BES wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, onderdeel a, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

In de artikelen 8, vierde lid, en 10 wordt “de rechter in eerste
aanleg, zittingsplaats Curaçao” vervangen door: het Gerecht in
eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

ARTIKEL LXX

	In artikel 1, onderdeel a, van de Wet ruimtevaartactiviteiten wordt
“Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXI

	In artikel 1, onderdeel a, van de Wet schadefonds olietankschepen wordt
“Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXII

	In artikel 1, onderdeel a, van de Wet telecommunicatievoorzieningen BES
wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXIII

	In artikel 1, eerste lid, van de Wet uitvoering antiboycotverordening
wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXIV

	In de artikelen 1, 5, eerste en tweede lid, en 7, vierde lid, van de
Wet uitvoering EG-mededingingsverordeningen wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXV

	In artikel 1 van de Wet uitvoering Internationaal Energieprogramma
wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXVI

	De wet van 21 april 1947, houdende de voorbereiding van de vaststelling
van een Centraal Economisch Plan (Stb. 1947, H 127) wordt als volgt
gewijzigd:

A

	Artikel 1 komt te luiden:

Artikel 1

In deze wet wordt verstaan onder:

Onze Ministers: Onze Ministers van Economische Zaken, van Infrastructuur
en Milieu, van Financiën, van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties, van Buitenlandse Zaken en van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid.

B

	In de artikelen 2, eerste lid, 4, derde lid, en 6, eerste en derde lid,
wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXVII

	In artikel II van de Wet van 30 januari 2002 tot wijziging van de
Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (veterinair complex) (Stb. 2002,
88) wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie” telkens vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL LXXVIII

	De Wet van 31 mei 1937, houdende de omzetting van de Rijksstudiedienst
voor de luchtvaart in een stichting (Stb. 1937, 523) wordt als volgt
gewijzigd:

A

	In de artikelen 2, tweede volzin, en 4 wordt “Onze Ministers van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en van FinanciĂ«n” telkens
vervangen door: Onze Ministers van Economische Zaken en Financiën.

B

	In de artikelen 2, derde volzin, en 3 wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXIX

	In artikel 1, onderdeel d, van de Wet verbod pelsdierhouderij wordt
“Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Onze Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXX

	In artikel 1, onderdeel b, van de Wet verdrag chemische wapens BES
wordt “Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie”
vervangen door: Minister voor Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking.

ARTIKEL LXXXI

	De Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, onderdeel a, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

	In de artikelen 17, eerste lid, en 18, eerste lid, wordt “ het
Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens
vervangen door: het Ministerie van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXXII

	De Wet vestiging bedrijven BES wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 4, eerste lid, wordt de zinsnede “de artikelen 5 tot en
met 12 van de Handelsregisterwet BES” vervangen door: de artikelen 12
tot en met 21 van het Handelsregisterbesluit BES

B

	In artikel 5, tweede lid, wordt “de Minister van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van Economische
Zaken.

ARTIKEL LXXXIII

	De Wet voorraadvorming aardolieproducten 2012 wordt als volgt
gewijzigd: 

A

	Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Voor de tekst wordt de aanduiding “1.” geplaatst. 

	2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

	2. Onze Minister kan nadere regels stellen met betrekking tot de
melding van overdrachten als bedoeld in de artikelen 11, vierde lid, en
14, eerste lid, onder d.

B

	Artikel 31 komt te luiden: 

Artikel 31

De voor het uitoefenen van toezicht aangewezen ambtenaren zijn belast
met het verlenen van bijstand aan inspecties op grond van richtlijn
2009/119/EG door personen die de Europese Commissie daartoe heeft
gemachtigd. Op deze inspecties is afdeling 5.2 van de Algemene wet
bestuursrecht van overeenkomstige toepassing. 

ARTIKEL LXXXIV

	In artikel 12 van de Wet winkelsluiting BES wordt “Onze Minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze
Minister van Economische Zaken.

ARTIKEL LXXXV

	De Zaaizaad- en plantgoedwet 2005 wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 1, onderdeel a, wordt “Onze Minister van Economische
Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door: Onze Minister van
Economische Zaken.

B

In de artikelen 1, onderdeel n, 26, eerste lid, 27, zesde lid, 30, derde
lid, 35, tweede lid, 39, eerste lid, onderdeel a, en vierde lid, en 85
wordt “de Commissie van de Europese Gemeenschappen” telkens
vervangen door: de Europese Commissie.

ARTIKEL LXXXVI

1. De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of
onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

2. In afwijking van het eerste lid treedt artikel I, onderdeel T, in
werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het
Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst en werkt terug tot 1 april
2013.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. 

Gegeven 

De Minister van Economische Zaken,

 

 

 PAGE    

 PAGE   32