Verslag van de extra Raad Buitenlandse Zaken over de Oekraïne van 3 maart 2014
Bijlage
Nummer: 2014D07605, datum: 2014-03-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Verslag van de extra Raad Buitenlandse Zaken over de Oekraïne van 3 maart 2014 (2014D07604)
Preview document (🔗 origineel)
VERSLAG RAAD BUITENLANDSE ZAKEN VAN 3 MAART 2014 OVER
OEKRAÏNE
Naar aanleiding van de ontwikkelingen in Oekraïne, in het bijzonder de
Russische acties op de Krim, kwam de Raad Buitenlandse Zaken op 3 maart
jl. in buitengewone sessie bijeen. Inmiddels is aangekondigd dat de
Europese Raad op 6 maart a.s. bijeen zal komen om de situatie in
Oekraïne te bespreken. De kabinetsinzet voor die bijeenkomst blijft in
lijn met de Oekraïne-brief die uw Kamer op 2 maart jl. is toegegaan en
de uitkomsten van de RBZ.
De Raad veroordeelde ten sterkste de schending van de soevereiniteit en
territoriale integriteit van Oekraïne door het agressieve handelen van
het Russische leger. Deze acties zijn duidelijk in strijd met het VN
Handvest en de OVSE Slotovereenkomst van Helsinki, alsook met overige
internationale verplichtingen van Rusland, waaronder de specifieke
verplichtingen ten aanzien van de soevereiniteit en territoriale
integriteit van Oekraïne in het kader van het Boedapest Memorandum van
1994 en het bilateraal verdrag van 1997. Ministers riepen op tot
onmiddellijke terugtrekking van het Russische leger naar hun bases.
Rusland moet direct instemmen met het Oekraïense verzoek tot bilaterale
besprekingen over deze kwestie en deelnemen aan consultaties hierover
met alle ondertekenaars van het Boedapest Memorandum. De Raad riep op
tot een vreedzame oplossing van het conflict binnen de kaders van het
internationale recht en zal betrokken blijven bij internationale
inspanningen gericht op facilitatie. HV Ashton zal hiertoe in contact
blijven met alle betrokken partijen.
Ministers spraken hun waardering uit voor de gematigde en terughoudende
reactie van de Oekraïense interim-regering. Een aantal EU-lidstaten,
waaronder Nederland, benadrukte in dit verband het belang van snelle
de-escalatie van de situatie. De Raad benadrukte het belang van
inclusiviteit van bestuur en het politieke proces en het belang van
respect voor minderheden. Ministers moedigden Oekraïne aan in dit
verband nauw met de Raad van Europa en de OVSE samen te blijven
werken.
De Raad bracht in herinnering dat de EU een ambitieuze en open relatie
met Rusland nastreeft, gebaseerd op wederzijdse belangen en wederzijds
respect en betreurde dat door de Russische acties vraagtekens kunnen
worden gezet bij deze gemeenschappelijke doelstellingen. De ministers
spraken uitgebreid over stappen die de EU jegens Rusland zou kunnen
nemen, waarbij het belang van een krachtige boodschap moest worden
afgewogen tegen het bieden van een opening aan Rusland om alsnog mee te
werken aan een politieke oplossing van het conflict. De Raad besloot dat
bij het uitblijven van de-escalerende stappen door Rusland de EU zal
besluiten over consequenties voor de relaties tussen de EU en Rusland,
waaronder het opschorten van besprekingen over de onderhandelingen over
een nieuw strategisch akkoord en besprekingen over gezamenlijke stappen
richting visumliberalisatie. De Raad zal eveneens andere gerichte
maatregelen overwegen. In het licht van mogelijke ontwikkelingen op de
grond zal de Raad de situatie nauwgezet blijven volgen en klaar staan om
zo nodig snel te handelen.
De Raad onderstreept de steun van de EU voor politieke en economische
hervormingen in Oekraïne. De EU staat klaar om samen met internationale
financiële organisaties, in het bijzonder het IMF, te werken aan een
economisch steun- en herstelpakket voor Oekraïne. Dit dient wel
gebaseerd te zijn op duidelijke commitering van Oekraïne ten aanzien van
structurele economische hervormingen. De Raad bevestigde opnieuw dat het
EU aanbod voor versterkte relaties via een Associatie- en
Vrijhandelsakkoord (AA/DCFTA) nog steeds op tafel ligt. Implementatie
van deze akkoorden zal duurzame economische voordelen bieden aan
Oekraïne, inclusief de Krim.
De ministers besloten dat snel verder wordt gewerkt aan sancties gericht
op het bevriezen van tegoeden van degenen die verantwoordelijk zijn voor
mensenrechtenschendingen en voor misbruik van staatstegoeden onder de
voormalige regering. Bevriezing van deze tegoeden kan bijdragen aan
Oekraïense inspanningen om deze tegoeden terug te vorderen in het kader
van strafrechtelijk onderzoek.
Overige besprekingen
De afgelopen dagen is door verschillende organisaties gesproken over de
situatie in Oekraïne.
NAVO
Op 2 maart jl. kwam de Noord-Atlantische Raad van de NAVO in
spoedzitting bijeen op het niveau van de Permanent Vertegenwoordigers.
Aansluitend overlegden de 28 bondgenoten met Oekraïne in het kader van
de NAVO-Oekraïne Commissie over de situatie in dat land. De NAR nam een
verklaring aan waarin de militaire escalatie door Rusland wordt
veroordeeld. De militaire acties van Rusland worden een inbreuk op het
internationale recht genoemd en Rusland wordt opgeroepen zijn
internationale verplichtingen na te komen. De NAVO biedt aan om met
Rusland te spreken in het kader van de NAVO-Rusland Raad.
Raad van Europa
Op 3 maart vond een extra vergadering plaats van de Permanent
Vertegenwoordigers bij de Raad van Europa in Straatsburg. Zij spraken
met elkaar over de instrumenten van de Raad van Europa die ingezet
kunnen worden om de interne stabiliteit van Oekraïne te verbeteren. Een
ad hoc bezoek van het Comité van het kaderverdrag voor de bescherming
van nationale minderheden wordt overwogen. De secretaris-generaal van de
RvE, Jagland, heeft zijn speciaal vertegenwoordiger, de Nederlander
Jeroen Schokkenbroek, naar Kiev gestuurd om te helpen met het
constitutionele proces en vraagstukken over de rechtsstaat.
Schokkenbroek is inmiddels begonnen met zijn werkzaamheden.
OVSE
Op 3 maart heeft een buitengewone sessie van de Permanente Raad van de
OVSE plaatsgevonden over de situatie in Oekraïne. Hierbij is gesproken
over het opzetten van een internationale waarnemingsmissie om de
algehele veiligheidssituatie in Oekraïne te gaan monitoren. Een van de
mogelijke onderdelen van een mandaat hiervoor zou zijn het toezien op de
bescherming van de situatie van nationale minderheden, in samenwerking
met de Hoge Commissaris inzake Nationale Minderheden (HCNM). Op dit
moment is het nog onzeker of over een dergelijke mandatering van een
eventuele missie overeenstemming bereikt kan worden. Besluitvorming
hierover vereist consensus onder alle 57 deelnemende Staten, inclusief
de Russische Federatie.
Verenigde Naties
De VN-Veiligheidsraad komt in de avond van 3 maart weer bijeen om over
de situatie in Oekraïne te spreken. Het is de derde maal in vier dagen
dat de Veiligheidsraad zich buigt over de ontwikkelingen rond de Krim.
Op zondag 2 maart vertrok de plaatsvervangend secretaris-generaal van de
VN, Jan Eliasson, naar Kiev voor gesprekken. Het is nog onduidelijk of
hij ook een bezoek kan brengen aan de Krim. In Genève benadrukte de
Secretaris-Generaal van de VN bij de Russische minister van Buitenlandse
Zaken het belang van een constructieve dialoog om zo de spanningen in
Oekraïne te verminderen.