[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33683, bijgewerkt t/m nr. 33 (derde NvW d.d. 26 maart 2015)

Wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met verbetering van de maatregelen bij niet-betalen van de premie en de bestuursrechtelijke premie en enkele andere wijzigingen (verbetering wanbetalersmaatregelen)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2014D27810, datum: 2015-03-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2013Z13786:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 33 (derde NvW d.d. 26 maart 2015)



33 683	Wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met verbetering
van de maatregelen bij niet-betalen van de premie en de
bestuursrechtelijke premie en enkele andere wijzigingen (verbetering
wanbetalersmaatregelen)







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de
maatregelen bij niet betalen van de premie en de bestuursrechtelijke
premie voor de Zorgverzekeringswet te verbeteren;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Zorgverzekeringswet wordt gewijzigd als volgt:

A

Na artikel 4 wordt een artikel toegevoegd, luidende: 

Artikel 4a 

1. Degene die een zorgverzekering wenst te sluiten, vermeldt bij het
verzoek daartoe zijn adres, en indien hij niet de te verzekeren persoon
is, het adres van de te verzekeren persoon. 

2. De zorgverzekeraar sluit de verzekering niet zolang het verstrekte
adres van de persoon of personen, bedoeld in het eerste lid, niet in de
basisregistratie personen voorkomt of afwijkt van het adres waaronder
deze persoon of personen in die administratie als ingezetene staat of
staan ingeschreven. 

3. In afwijking van het tweede lid wordt de te verzekeren persoon
ingeschreven:

a. indien degene die de zorgverzekering wenst te sluiten een verklaring
van de werkgever of een salarisafschrift heeft overgelegd, waaruit
blijkt dat de te verzekeren persoon, onder vermelding van de
ingangsdatum van de dienstbetrekking, ter zake van in Nederland of op
het continentaal plat als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wet langdurige
zorg, in dienstbetrekking verrichte arbeid aan de loonbelasting is
onderworpen, mits die verklaring of het salarisafschrift niet ouder zijn
dan één maand;

b. indien degene die de zorgverzekering wenst te sluiten een verklaring
van de Sociale Verzekeringsbank heeft overgelegd waaruit blijkt dat de
te verzekeren persoon verzekerd is ingevolge de Wet langdurige zorg; of

c. indien de persoon of de personen, bedoeld in het tweede lid, van de
afwijking redelijkerwijs geen verwijt kan worden gemaakt. 

B

Aan artikel 9c wordt een lid toegevoegd, luidende: 

4. De in dit artikel en in artikel 9b bedoelde boeten worden in ’s
Rijks kas gestort.

Ba

In artikel 16, tweede lid, onderdeel b, wordt "artikel 18d, eerste lid,"
vervangen door: artikel 18d.

C

Onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van
onderdeel d, wordt aan artikel 18c, tweede lid, een onderdeel e
toegevoegd, luidende:

e. ingeval het adres van de verzekeringnemer en, indien dit een ander is
dan de verzekeringnemer, de verzekerde, niet in de basisregistratie
personen voorkomt of het adres zoals dat is opgenomen in de
administratie van de zorgverzekeraar afwijkt van het adres waaronder
deze persoon of personen in de basisregistratie personen als ingezetene
staat of staan ingeschreven, tenzij deze afwijking het gevolg is van een
omstandigheid als bedoeld in artikel 4a, derde lid, onderdeel a tot en
met c.

D

Artikel 18d wordt vervangen door:

Artikel 18d

1. De verzekeringnemer is vanaf de eerste dag van de maand volgende op
de maand waarin het Zorginstituut de melding, bedoeld in artikel 18c,
heeft ontvangen aan het Zorginstituut een bij ministeriële regeling te
bepalen, bestuursrechtelijke premie verschuldigd. 

2. De premie, bedoeld in het eerste lid, is niet meer verschuldigd met
ingang van de eerste dag van de maand volgende op de maand waarin:

a. de uit de zorgverzekering voortvloeiende schulden zijn of zullen zijn
afgelost of tenietgaan,

b. de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen, bedoeld in de
Faillissementswet, op de verzekeringnemer van toepassing wordt, 

c. door tussenkomst van een schuldhulpverlener als bedoeld in artikel 48
van de Wet op het consumentenkrediet een overeenkomst als bedoeld in
artikel 18c, tweede lid, onderdeel d, is gesloten, door diens
tussenkomst een buitengerechtelijke schuldregeling tot stand is gekomen
waarin, naast de verzekeringnemer, ten minste zijn zorgverzekeraar
deelneemt, of de zorgverzekeraar met de verzekeringnemer een
betalingsregeling is overeengekomen, of

d. de verzekeringnemer aan bij ministeriële regeling te bepalen
voorwaarden voldoet. 

3. Ten behoeve van de toepassing van het tweede lid stelt de
zorgverzekeraar het Zorginstituut, de verzekeringnemer en, indien deze
een ander is dan de verzekeringnemer, de verzekerde, onverwijld op de
hoogte van de datum waarop een situatie als bedoeld in onderdeel a, b of
c van dat lid van toepassing wordt. 

4. In afwijking van het eerste en tweede lid is de verzekeringnemer
wederom aan het Zorginstituut bestuursrechtelijke premie verschuldigd
vanaf de eerste dag van de maand volgende op de maand:

a. waarin de toepassing van de schuldsaneringsregeling natuurlijke
personen op grond van artikel 350, derde lid, onderdeel c, d, e, f, of
g, van de Faillissementwet, is beëindigd, 

b. waarin hij zich, blijkens een melding van zijn zorgverzekeraar, aan
deelname aan een op hem van toepassing zijnde overeenkomst of regeling
als bedoeld in het tweede lid, onderdeel c, heeft onttrokken voordat hij
de in de desbetreffende overeenkomst of regeling neergelegde afspraken
jegens zijn zorgverzekeraar volledig is nagekomen of

c. waarin hij niet meer voldoet aan bij de ministeriële regeling,
bedoeld in het tweede lid, te bepalen voorwaarden. 

5. Indien in het in het vierde lid, onderdeel b, bedoeld geval een door
tussenkomst van een schuldhulpverlener als bedoeld in het tweede lid,
onderdeel c, tot stand gekomen overeenkomst of regeling betreft, dient
de melding, bedoeld in dat onderdeel mede door een schuldhulpverlener te
zijn ondertekend.

E

Artikel 18e wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding “1.” geplaatst. 

2. In het eerste lid vervalt de zinsnede: , die per maand 100% van de
tot een maandbedrag herleide standaardpremie, bedoeld in de Wet op de
zorgtoeslag, bedraagt.

3. Aan het artikel wordt een lid toegevoegd, luidende: 

2. De hoogte van de bestuursrechtelijke premie wordt bij ministeriële
regeling vastgesteld.

F

Artikel 24, tweede lid, wordt vervangen door:

2. De rechten en plichten uit de zorgverzekering zijn eveneens van
rechtswege opgeschort gedurende de periode dat een verzekerde blijkens
een verklaring van de Minister van Buitenlandse Zaken of een verklaring
van Reclassering Nederland buiten Nederland in detentie is genomen.

3. De verzekeringnemer, de verzekerde, of de gemachtigde van de
verzekeringnemer of verzekerde meldt de zorgverzekeraar de dag waarop de
periode, bedoeld in het eerste of tweede lid, aanvangt, waarbij hij
indien het tweede lid van toepassing is, tevens de daar bedoelde
verklaring aan de zorgverzekeraar overlegt. 

G

Het derde lid van artikel 34a komt te luiden als volgt: 

3. Bij ministeriële regeling wordt bepaald wanneer sprake is van het
verrichten van voldoende inspanningen en van voldoende medewerking als
bedoeld in het tweede lid, onderdelen b en c, en worden de periode
waarover de bijdrage wordt verstrekt, de hoogte ervan, alsmede de wijze
waarop deze wordt verstrekt, bepaald.

H

	Artikel 39 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het tweede lid, onderdeel f, vervalt de zinsnede: de bestuurlijke
boeten, bedoeld in de artikelen 9b en 9c, alsmede.

	2. In het derde lid, onderdeel h, wordt “het College
zorgverzekeringen” vervangen door: het Zorginstituut.

ARTIKEL II

Indien het bij koninklijke boodschap van 4 juni 2010 ingediende voorstel
van wet tot vaststelling van een Wet forensische zorg en daarmee verband
houdende wijzigingen in diverse andere wetten (Wet forensische zorg;
Kamerstukken II 2009/10, 32398 nrs. 1-3, e.v.) tot wet is verheven en
artikel I, onderdeel F, van deze wet in werking is getreden, voordat die
wet in werking in werking treedt, komt onderdeel 2 van artikel 7.11 van
die wet als volgt te luiden:

2. Artikel 24, tweede en derde lid, wordt vervangen door:

2. Het eerste lid is niet van toepassing gedurende de periode waarover
iemand die geen gedetineerde is in de zin van de Wet forensische zorg,
forensische zorg als bedoeld in die wet geniet.

3. De rechten en plichten uit de zorgverzekering zijn eveneens van
rechtswege opgeschort gedurende de periode dat een verzekerde blijkens
een verklaring van de Minister van Buitenlandse Zaken of een verklaring
van Reclassering Nederland buiten Nederland in detentie is genomen.

4. De verzekeringnemer, de verzekerde, of de gemachtigde van de
verzekeringnemer of verzekerde meldt de zorgverzekeraar de dag waarop de
periode, bedoeld in het eerste of derde lid, aanvangt, waarbij hij
indien het derde lid van toepassing is, tevens de daar bedoelde
verklaring aan de zorgverzekeraar overlegt. 

ARTIKEL III

(Vervallen)

ARTIKEL IV 

Indien het bij koninklijke boodschap van 4 juni 2010 ingediende voorstel
van wet tot vaststelling van een Wet forensische zorg en daarmee verband
houdende wijzigingen in diverse andere wetten (Wet forensische zorg;
Kamerstukken 32 398) tot wet is verheven en die wet in werking is
getreden voor het tijdstip waarop artikel I, onderdeel F, van deze wet
in werking treedt, komt artikel I, onderdeel F van deze wet als volgt te
luiden:

F

Artikel 24, derde lid, wordt vervangen door:

3. De rechten en plichten uit de zorgverzekering zijn eveneens van
rechtswege opgeschort gedurende de periode dat een verzekerde blijkens
een verklaring van de Minister van Buitenlandse Zaken of een verklaring
van Reclassering Nederland buiten Nederland in detentie is genomen.

4. De verzekeringnemer, de verzekerde, of de gemachtigde van de
verzekeringnemer of verzekerde meldt de zorgverzekeraar de dag waarop de
periode, bedoeld in het eerste of derde lid, aanvangt, waarbij hij
indien het derde lid van toepassing is, tevens de daar bedoelde
verklaring aan de zorgverzekeraar overlegt.

ARTIKEL V

(Vervallen)

ARTIKEL VI

(Vervallen)

ARTIKEL VII

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of
onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

 

 

 PAGE    

 PAGE   1