[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

34 112 Advies Afdeling advisering Raad van State inzake Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met een verkorting van de duur van de voortgezette uitkering (Wet verkorting duur voortgezette uitkering Appa)

Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met een verkorting van de duur van de voortgezette uitkering (Wet verkorting duur voortgezette uitkering Appa)

Advies Afdeling advisering Raad van State

Nummer: 2014D47548, datum: 2014-12-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2014Z23593:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


RAADNo.W04.14.0382/I 's-Gravenhage, 4 december 2014

Bij Kabinetsmissive van 10 november 2014, no.2014002126, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers in verband met een verkorting van de duur van de voortgezette uitkering (Wet verkorting duur voortgezette uitkering Appa), met memorie van toelichting.

Het wetsvoorstel strekt ertoe de duur van de voortgezette uitkering die gedurende maximaal tien jaar voorafgaande aan de pensioengerechtigde leeftijd aan een gewezen politieke ambtsdrager kan worden verstrekt, terug te brengen tot een maximale duur van vijf jaar.

De Afdeling advisering van de Raad van State merkt op dat dit wetsvoorstel inhoudelijk – op enkele bepalingen na – identiek is aan een wetsvoorstel waarover de Afdeling in mei dit jaar een instemmend advies heeft uitgebracht.1 De reden voor de hernieuwde aanhangigmaking van dit wetsvoorstel is dat de discussie met de Tweede Kamer over dit onderdeel meer tijd vergde dan verwacht, terwijl de aanpassingen aan het gewijzigde fiscale kader voor pensioenopbouw,2 in hetzelfde wetsvoorstel noodzakelijkerwijs op 1 januari 2015 in werking moesten treden om nadelige effecten te vermijden. Tegen die achtergrond maakt de Afdeling bij dit wetsvoorstel de volgende kanttekening.

  1. Integrale visie op rechtspositie politieke ambtsdrager

In de memorie van toelichting wordt erop gewezen dat het kabinet zijn visie op de aard en ontwikkeling van de rechtspositie van de politieke ambtsdrager aan de Tweede Kamer zal doen toekomen.3 Tevens wijst de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties erop dat hij ernaar uitziet de discussie over dit voorstel te verbinden met de toegezegde integrale visie op het politieke ambt en de daarbij behorende rechtspositie.4

De Afdeling merkt op dat bij de parlementaire behandeling van het oorspronkelijke wetsvoorstel zijn vragen gesteld over de positie van de politieke ambtsdrager.5 Het ligt dan ook in de rede dat een aantal elementen van dit wetsvoorstel, zoals de (minimum) duur van de uitkering, alsmede de zogenoemde referteperiode (het tijdvak dat aan het ontslag of aftreden van de politieke ambtsdrager voorafgaat) deel zullen uitmaken van de aangekondigde integrale visie. Van belang is immers dat duidelijkheid bestaat over de algemene en specifieke kenmerken van het politieke ambt, in verhouding tot een functie in het bedrijfsleven of bij de overheid, die een bijzondere voorziening in de rechtspositie van de politieke ambtsdrager rechtvaardigen. Voor zover de Afdeling bekend is die toegezegde integrale visie tot op heden nog niet aan de Tweede Kamer toegezonden.

Gelet op het feit dat de toegezegde integrale visie een cruciaal onderdeel uitmaakt van de parlementaire discussie over het onderhavige wetsvoorstel, adviseert de Afdeling de toelichting aan te vullen met een schets van de hoofdlijnen van die visie. Tevens geeft zij in overweging die visie uiterlijk tegelijkertijd met dit wetsvoorstel aan de Tweede Kamer toe te zenden.

2. De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele bijlage.

De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.


De vice-president van de Raad van State,

Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no.W04.14.0382/I

  • In het in artikel I, onderdeel D, van het wetsvoorstel voorgestelde artikel 52, derde lid, de zinsnede “en hij in de daaraan voorafgaande periode hij in het tijdvak van twaalf jaren dat direct aan zijn ontslag voorafgaat” wijzigen in: en hij in het tijdvak van twaalf jaren dat direct aan zijn aftreden voorafgaat.

  • In het in artikel I, onderdeel D, van het wetsvoorstel voorgestelde artikel 52, derde lid “zijn ontslag” wijzigen in: zijn aftreden.


  1. Advies van de Afdeling van 21 mei 2014 inzake het wetsvoorstel verkorting voortgezette uitkering Appa (W04.14.0136/I).↩︎

  2. Het zogenoemde Witteveenkader. De hierop betrekking hebbende wijziging van de artikelen 13d, 13e, 106 en 160 uit het oorspronkelijke wetsvoorstel zijn inmiddels ingevoerd. Verder is tijdens de parlementaire behandeling ook de citeertitel van het oorspronkelijke wetsvoorstel gewijzigd in: Wet maximering pensioengevend loon Appa. Om die reden heeft dit wetsvoorstel weer dezelfde titel als het eerder bij de Afdeling ingediende wetsvoorstel: Wet verkorting voortgezette uitkering Appa.↩︎

  3. Paragraaf 4. Visie.↩︎

  4. Paragraaf 1. Aanleiding, eerste alinea.↩︎

  5. Kamerstukken II 2013/14, 33 946, nrs. 5 en 6. Zie in dit verband tevens het Signalement van de Raad voor het openbaar bestuur over de Wachtgeldregeling (september 2014).↩︎