[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Verslag van de 13e Vergadering van de Staten die Partij zijn bij het Statuut Rome, ter oprichting van het Internationaal Strafhof

Bijlage

Nummer: 2015D01540, datum: 2015-01-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Verslag van de 13e Vergadering van Verdragspartijen bij het Statuut van Rome, ter oprichting van het Internationaal Strafhof, van 8 tot en met 17 december 2014 (2015D01539)

Preview document (🔗 origineel)


Verslag van de 13e Vergadering van de Staten die Partij zijn bij het
Statuut Rome, 

ter oprichting van het Internationaal Strafhof

Van 8 tot en met 17 december 2014 vond de Vergadering van
Verdragspartijen (hierna: Vergadering) van het Internationaal Strafhof
(hierna: Strafhof) plaats in New York. De Vergadering stond voornamelijk
in het teken van rechtersverkiezingen en samenwerking met het Strafhof.
Over de beoogde inbreng van Nederland werd u eerder geïnformeerd in de
Kamerbrief over het Internationaal Strafhof van 21 november 2014
(vergaderjaar 2014-2015, Kamerstuk   HYPERLINK
"https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-26150-132.html"  28 498,
nr. 34 ).

De Vergadering ging van start met verklaringen van onder meer President
Sang-Hyun Song en Aanklager Fatou Bensouda van het Strafhof. Minister
van Justitie van Senegal Sidiki Kaba werd op de eerste dag van de
Vergadering bij acclamatie verkozen tot nieuwe voorzitter van de
Vergadering. Het Kabinet hoopt dat minister Kaba in staat is om een brug
te slaan tussen het Strafhof en vooral die Afrikaanse landen die de
laatste jaren zeer kritisch zijn over het Strafhof. Nederland werd samen
met twintig andere landen in het Bureau verkozen en zal de komende drie
jaar een bijdrage kunnen leveren aan het ‘dagelijkse bestuur’ van de
Vergadering.

Verdragspartijen betuigden tijdens het algemeen debat in nationale
interventies hun steun voor het Strafhof. Naast verdragspartijen kregen
ook niet-verdragspartijen, internationale, regionale en
non-gouvernementele organisaties gelegenheid te spreken. Alle
verklaringen werden afgelegd in een sfeer van constructieve dialoog,
interventies van de recent vaak kritische Afrikaanse landen niet
uitgezonderd. Veel aandacht ging uit naar de verklaring van de
Palestijnse Autoriteit (PA), voor het eerst uitgenodigd om aanwezig te
zijn bij de Vergadering in hoedanigheid van staat (‘non-state party
observer’). In deze verklaring werd uitgebreid aandacht besteed aan
het meest recente Gaza-conflict en aan de rol die het Strafhof in dit
kader zou kunnen spelen. De PA noemde het belang van het Strafhof en
universaliteit van het Statuut van Rome, evenals de Palestijnse intentie
om op een gepast moment toe te treden tot het Statuut van Rome en
verdragspartij te worden. Inmiddels is de PA toegetreden tot het Statuut
van Rome en vanaf 1 april 2015 zal de PA verdragspartij zijn bij het
Strafhof.

Hieronder volgt per thema terugkoppeling op hoofdlijnen. Op verzoek van
Uw Kamer wordt daarbij specifiek aandacht besteed aan de op 5 december
2014 door de Aanklager ingetrokken zaak tegen de Keniaanse president
Kenyatta.

Samenwerking van Verdragspartijen met het Strafhof

Zowel het algemeen debat als het agendaonderdeel over samenwerking
benoemden veel sprekers het belang van versterking van de samenwerking
met het Strafhof en mogelijke verbeterpunten. Een aantal delegaties
legde de nadruk op samenwerking met het Strafhof in de strijd tegen
straffeloosheid bij seksueel en gendergerelateerd geweld, een van de
thema’s van het debat. Dit onderwerp is een van de speerpunten van de
Aanklager en vooraf aan de Vergadering presenteerde zij haar
beleidsvisie op dit terrein. In de Nederlandse interventies tijdens
beide debatten lag de nadruk op het belang van samenwerking met het
Strafhof in meer algemene zin. Specifiek werd aandacht gevraagd voor het
initiatief voor de totstandkoming van een multilateraal verdrag voor
rechtshulp en uitlevering inzake internationale misdrijven, het belang
van het delen van nationale ervaringen in de samenwerking met het
Strafhof en het belang van samenwerking met het Strafhof in de
tenuitvoerlegging van vonnissen. Met twee onherroepelijke vonnissen en
diverse zaken in een vergevorderd stadium is het van belang dat de
laatste fase van de procedure gewaarborgd is. Dat vereist bijvoorbeeld
dat voldoende landen een overeenkomst met het Strafhof aangaan over de
tenuitvoerlegging van straffen en daadwerkelijk overgaan tot
tenuitvoerlegging van straffen na veroordelingen door het Strafhof. 

Tegelijkertijd waren de verklaringen van Kenia over samenwerking met het
Strafhof soms minder positief van toon. Ondanks dat in de Keniaanse
interventies stellig de Keniaanse toewijding aan het Strafhof werd
bevestigd, uitte Kenia forse kritiek op het beleid van verdragspartijen
om niet-essentiële contacten met personen tegen wie een
aanhoudingsbevel is uitgevaardigd zoveel mogelijk te beperken. Nederland
is bekend met de verdeeldheid onder verdragspartijen over dit thema en
is tevreden met de bereikte compromistekst in de resolutie waarin
verdragspartijen worden opgeroepen niet-essentiële contacten zoveel
mogelijk te vermijden en het Strafhof op vrijwillige basis te informeren
over contacten en de daaraan ten grondslag liggende beoordeling van de
contacten. Nederland vindt het beperken van niet-essentiële contacten
van groot belang en blijft dit standpunt uitdragen.

Kenia reageerde vervolgens op een verklaring van een Keniaanse
non-gouvernementele organisatie (ngo) waarin beschuldigingen werden
geuit tegen de Keniaanse overheid van getuigenintimidatie, het
vernietigen van bewijsmateriaal en het voeren van een grootschalige
lastercampagne tegen het Strafhof. Deze ngo benadrukte dat slachtoffers
van het verkiezingsgeweld in Kenia in 2007 en 2008 met het intrekken
van de Kenyatta zaak bij het Strafhof elke mogelijkheid voor
gerechtigheid zien verdwijnen. In de Keniaanse reactie werden deze
aantijgingen van de hand gewezen en werd benadrukt dat de Keniaanse
overheid zich via diverse wegen anders dan het Strafhof inzet voor
waarheidsvinding en genoegdoening voor de slachtoffers. Vervolgens uitte
Kenia zware kritiek op het Strafhof, waaronder over het vermeende gebrek
aan onafhankelijkheid van de Aanklager, lage bewijsstandaarden en
onjuiste interpretatie van het proces- en bewijsreglement door de
rechters. In reactie legde Italië namens de EU en de EU-lidstaten een
korte verklaring af waarin steun voor het Strafhof werd herhaald en de
onafhankelijkheid van het Strafhof werd onderstreept, samen met het
uitgangspunt dat verdragspartijen zich niet moeten mengen in zaken voor
het Strafhof. 

Het Kabinet heeft kennis genomen van de ontwikkelingen in de Kenyatta
zaak, maar vindt het om voorgenoemde redenen niet gepast om in te gaan
op de inhoud van de zaak of het besluit van de Aanklager om deze zaak in
te trekken. Het kabinet is bezorgd over berichtgeving over
getuigenintimidatie en het door de Aanklager gestelde gebrek aan
medewerking aan Keniaanse zijde. Daarnaast gaat de aandacht van het
Kabinet uit naar het recht doen aan de Keniaanse slachtoffers. In dit
verband loopt bij het Strafhof nog een proces tegen twee Keniaanse
verdachten.

Rechtersverkiezingen

Tijdens de vergadering dienden zes nieuwe rechters (van de in totaal
achttien) te worden verkozen die vanaf maart 2015 voor een termijn van
negen jaar bij het Strafhof worden aangesteld. De verdragspartijen
hadden in totaal 17 kandidaatrechters voorgedragen voor de zes vacante
posities. De kandidaten uit de Democratische Republiek Congo, Duitsland,
Frankrijk, Hongarije, Polen en Zuid-Korea zijn verkozen. 

Wijzigingen van het Reglement van Proces- en Bewijsvoering 

Tijdens de Vergadering is geen overeenstemming gevonden over voorstellen
ter amendering van het proces- en bewijsreglement. Gedurende de
Vergadering werd één voorstel besproken dat gericht is op het
vergroten van de efficiëntie in rechtszaken. Het voorstel dat voorlag
betrof de mogelijkheid om in verschillende fases in de procedure en
onder voorwaarden procesdocumenten (getuigenverklaringen en
beslissingen) slechts gedeeltelijk te vertalen in een taal die de
verdachte volledig machtig is. Nederland kon instemmen met dit voorstel
dat niet strijdig is met de bepalingen van het Statuut van Rome en de
rechten van de verdachte voldoende beschermt. Tijdens de Vergadering
bleken de verdragspartijen echter verdeeld over het voorstel en kon geen
consensus worden bereikt. Het voorstel zal komend jaar in de
amendementswerkgroep (in New York) verder besproken worden. Ook worden
dan de discussies over andere voorstellen ter amendering van het proces-
en bewijsreglement voortgezet. Aanpassing van het Statuut van Rome is
tijdens de Vergadering in het geheel niet aan de orde gekomen.

Begroting

De begroting van het Strafhof voor 2015 diende door de Vergadering te
worden goedgekeurd. Het begrotingscomité adviseerde eerder aan de
Vergadering om akkoord te gaan met een begroting van ongeveer 132,6
miljoen Euro. De Vergadering bereikte overeenstemming over een lagere
begroting van 130,7 miljoen Euro, een stijging van ongeveer 7,4 procent
ten opzichte van de begroting van 2014. Verdragspartijen erkennen de
noodzaak voor een toename in de middelen om het toegenomen aantal
situaties dat bij het Strafhof voorligt te kunnen onderzoeken en
eventueel te vervolgen. 

De rol van Nederland als gastland 

In een van de aangenomen resoluties werd ook dit jaar waardering
uitgesproken voor de inzet van Nederland als gastland en voortdurende
inzet om het Strafhof te ondersteunen in zijn functioneren. Daarnaast is
een resolutie aangenomen waarbij de voortgang van de nieuwbouw van het
Strafhof op het terrein van de Alexanderkazerne te Den Haag werd
verwelkomd. Zoals bekend zal dit gebouw in september 2015 gereed zijn.
Tijdens de Vergadering is vastgelegd dat de Vergadering zowel in 2015
als in 2016 in Den Haag zal plaatsvinden. Dit is gezien de aanwezigheid
van het Strafhof in Den Haag en de ondernomen investeringen van de
gemeente Den Haag in de faciliteiten van het Worldforum een goede
ontwikkeling.

Side events

En marge van de Vergadering organiseerde en/of (co-)sponsorde Nederland
nog diverse side events om aandacht te vestigen op enkele voor Nederland
belangrijke thema’s. Nederland organiseerde en/of co-sponsorde de
volgende events:

Samen met Argentinië, België en Slovenië een side-event om aandacht
te vragen voor de totstandkoming van een multilateraal verdrag voor
rechtshulp en uitlevering inzake internationale misdrijven.

Samen met Ghana en de ngo Africa Legal Aid een bijeenkomst waarin
Afrikaanse perspectieven op het Strafhof centraal stonden. 

Met Denemarken een event over het documenteren van internationale
misdrijven in Syrië. 

Het side event van Justice Rapid Response, een interstatelijk initiatief
van onder andere Nederland gericht op het bieden van snel inzetbare
korte termijn expertise aan staten en instellingen op het gebied van
opsporing en vervolging van internationale misdrijven.

Een bijeenkomst van het Strafhof waar werd gesproken over de
tenuitvoerlegging van straffen door verdragspartijen. 

In opvolging van drie regionale seminars over samenwerking met het
Strafhof samen met Noorwegen en het Strafhof een bijeenkomst over het
versterken van de samenwerking van verdragspartijen met het Strafhof. 

De evenementen werden goed bezocht.