[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Bijlage 1: Wanneer wordt er geen ouderbijdrage geïnd en wat zijn de mogelijkheden van de hardheidsclausule?

Bijlage

Nummer: 2015D06618, datum: 2015-02-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Toezeggingen over de ouderbijdrage (2015D06615)

Preview document (🔗 origineel)


Bijlage 1: Wanneer wordt er geen ouderbijdrage geïnd en wat zijn de mogelijkheden van de hardheidsclausule?

In de Jeugdwet is een vangnet gecreëerd dat er voor zorgt dat in bepaalde situaties geen ouderbijdrage wordt gevraagd. Het vangnet bestaat uit uitzonderingssituaties, uitzonderingsgronden en de hardheidsclausule.

Uitzonderingssituaties en uitzonderingsgronden

Het eerste deel van het vangnet gaat over de volgende situaties:

  1. Adoptieouders die in het proces van de adoptie zitten

  2. Ouders waarvan het gezag is beëindigd

  3. Jeugdhulp in een acute noodsituatie voor ten hoogste 6 weken.

  4. Als de rechter een alimentatiebijdrage oplegt

Bij deze situaties is er geen bijdrageplicht. De gemeente geeft voor deze situaties geen gegevens over de jeugdhulp door aan het CAK.

Het tweede deel van het vangnet gaat over uitzonderingsgronden:

  1. Als de ouder algemene bijstand ontvangt op grond van de Participatiewet (belanghebbenden jonger dan 21 jaar)

  2. Als de ouder in een inrichting verblijft en zak- en kleedgeld ontvangt van de Participatiewet

  3. Als de ouder een verstrekking voor asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen ontvangt en daarnaast geen ander inkomen heeft

  4. Zak- en kleedgeld voor een ouder die ter beschikking is gesteld

  5. Ouder die een vrijheidsstraf of vrijheidsbenemende maatregel ondergaat in een inrichting of instelling en daarnaast geen inkomen heeft.

In deze situaties is er geen betaalplicht omdat al bij voorbaat vaststaat dat betaling van een ouderbijdrage, als gevolg van de financiële situatie van de betrokkene, onmogelijk is. Het CAK stelt de inning van de ouderbijdrage op verzoek van de bijdrageplichtige buiten invordering.

Nieuw in de Jeugdwet: hardheidsclausule

Het derde deel van het vangnet betreft de hardheidsclausule. In de Wet op de jeugdzorg ontbrak de hardheidsclausule. De Raad van State heeft op basis van jurisprudentie geadviseerd om een hardheidsclausule op te nemen in de Jeugdwet. Het LBIO is in het verleden ook tegen het probleem opgelopen dat er geen hardheidsclausule was. Daardoor was er geen mogelijkheid om te toetsen of er sprake was van strijd met internationaal recht. In de Jeugdwet is daarom een hardheidsclausule opgenomen. De hardheidsclausule maakt het mogelijk af te wijken van de wet ten gunste van de belanghebbende.

De hardheidsclausule biedt het CAK de mogelijkheid het benodigde maatwerk te leveren. Op grond van de hardheidsclausule kan het CAK afzien van het innen van de ouderbijdrage wanneer deze inning zal leiden tot onrechtvaardigheid in relatie tot andere bijdrageplichtigen.

Het gaat bij bijzondere hardheid om situaties waarin het innen van de ouderbijdrage strijd oplevert met verdragen zoals het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) en het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind (IVRK).

Dit geldt in de volgende gevallen:

  • Als het innen van de ouderbijdrage ertoe leidt dat de belangen van het kind onredelijk worden geschaad.

  • Als het innen van de ouderbijdrage ertoe leidt dat een onevenredige inbreuk wordt gemaakt op het familie- of gezinsleven van het kind of de ouder. Dit is bijvoorbeeld het geval als door het betalen van de ouderbijdrage de ouder aantoonbaar niet meer in staat is om contact te houden met zijn kind.

  • In andere vergelijkbare situaties kan het CAK ook afzien van inning van de ouderbijdrage. Dit beoordeelt het CAK aan de hand van de specifieke omstandigheden van het geval.

Voorbeeld 1:

Zoon Pieter is uit huis geplaatst in Best, 150 kilometer van huis. Zijn vader doet een beroep op de hardheidsclausule omdat hij de reiskosten voor 150 kilometer niet kan opbrengen vanwege de ouderbijdrage. Hier geldt de hardheidsclausule omdat ouders contact moeten kunnen houden met hun kind.

Voorbeeld 2

Dochter Lisa krijgt jeugdhulp in een instelling. Haar moeder doet een beroep op de hardheidsclausule omdat zij niet meer op vakantie kan gaan. Hier is de hardheidsclausule niet van toepassing, omdat vakantie voor de moeder niet van invloed is op de belangen van het kind of op het familie- of gezinsleven.

Voorbeeld 3

Als een ouder vanwege zijn financiële positie niet goed kan zorgen voor zijn kind en daardoor te weinig geld heeft om eten, kleding en schoolkleding voor zijn kind te betalen, kan de ouder een beroep doen op de hardheidsclausule. De ouder moet dan wel aantonen dat zijn situatie bijzonder is ten opzichte van die van anderen en dat die bijzondere situatie kwijtschelding van de ouderbijdrage rechtvaardigt.

Werkwijze

De ouder of diens vertegenwoordiger dient een schriftelijk verzoek in bij het CAK. Het CAK heeft een aanvraagformulier ontwikkeld dat de ouder kan invullen en aanvullen met de benodigde bewijsstukken. Daarnaast kan ook een verzoek in de vorm van een bezwaarschrift worden gedaan.

Vangnet

De inschatting is, dat het bestaande vangnet van uitzonderingsgronden voldoende mogelijkheden biedt om ouders te vrijwaren van de ouderbijdrage als zij die niet kunnen betalen. Met de toevoeging van de hardheidsclausule in de nieuwe Jeugdwet kan het CAK maatwerk bieden.

In het onderzoek naar de ouderbijdrage zullen de ervaringen met de hardheidsclausule worden meegenomen. Tevens zal onderzocht worden of de huidige taakverdeling tussen gemeenten en het CAK logisch en werkbaar is.