[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Toelichtende nota

Bijlage

Nummer: 2015D13680, datum: 2015-04-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Protocol tot wijziging van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vorstendom Monaco inzake de betaling van Nederlandse sociale verzekeringsuitkeringen in Monaco (2015D13679)

Preview document (🔗 origineel)


Protocol tot wijziging van het Verdrag tussen het Koninkrijk der
Nederlanden en het Vorstendom Monaco inzake de betaling van Nederlandse
sociale verzekeringsuitkeringen in Monaco; Parijs, 19 december 2014
(Trb. 2015, 5 en 18)

TOELICHTENDE NOTA

Algemeen

Met het onderhavige Protocol wordt het op 29 november 2001 te Monaco tot
stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het
Vorstendom Monaco inzake de betaling van sociale verzekeringsuitkeringen
in Monaco (Trb. 2001, 199 (hierna: het Verdrag) in overeenstemming
gebracht met de Nederlandse wetgeving inzake de exportbeperking in de
Algemene Kinderbijslagwet (hierna: AKW).

In de AKW vormt het zogenoemde territorialiteitsbeginsel het
uitgangspunt. Dit uitgangspunt houdt in dat kinderbijslag en
kindgebonden budget slechts worden toegekend of uitbetaald indien de
verzekerde dan wel het kind woonachtig is op het eigen grondgebied.
Daarbij bestaat een uitzondering voor de situatie waarin met het
woonland van de verzekerde dan wel het kind afspraken zijn gemaakt over
kinderbijslag in een socialezekerheidsverdrag. In dat geval is export
van kinderbijslag mogelijk wanneer de verzekerde dan wel het kind in het
land woont waar Nederland een verdrag mee heeft gesloten. In relatie tot
Monaco zijn deze afspraken gemaakt in het Verdrag, teneinde
kinderbijslag naar Monaco te kunnen exporteren. 

Op 1 januari 2015 is de Wet van 19 juni 2014 tot wijziging van enkele
socialezekerheidswetten in verband met een andere vormgeving van de
exportbeperking in de Algemene Kinderbijslagwet en het regelen van
overgangsrecht voor de situatie van opzegging of wijziging van een
verdrag dan wel een daarmee gelijk te stellen situatie (Stb. 238)
(hierna: Whek) in werking treden. Daarbij vervalt de uitzondering bij
socialezekerheidsverdrag op het territorialiteitsbeginsel. Uitgangspunt
van de Whek is dat uit belastingmiddelen gefinancierde uitkeringen in de
eerste plaats bedoeld zijn voor een ondersteuning in het onderhoud van
kinderen die in Nederland wonen. Voor zover voor het onderhoud van
kinderen van staatswege ondersteuning moet worden geboden is dit niet de
verantwoordelijkheid van het land waar de ouder verblijft, maar het land
waar de kosten voor het kind worden gemaakt. 

Voor landen waarbij in het bilaterale verdrag afspraken zijn gemaakt
over de export van kinderbijslag is een aanpassing van het verdrag nodig
om de Whek in praktijk te brengen. Dit is het geval bij Monaco. Bij
Monaco is naast de Whek het onderhavige Protocol nodig om de
exportbeperking voor de kinderbijslag ten aanzien van Monaco te kunnen
effectueren. Hiertoe wordt de kinderbijslag uit de materiële
werkingssfeer van het Verdrag gehaald.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

Wanneer de export van kinderbijslag en kindgebonden budget is gestopt,
wordt de verwijzing in artikel 1, eerste lid, onderdeel d, van het
Verdrag naar kinderbijslagen in artikel 2, onderdeel f, overbodig. 

De naam van de bevoegde autoriteit en het bevoegde orgaan van Monaco
zijn in artikel 1, eerste lid, onderdeel c en d, van het Verdrag
aangepast.

Artikel 2 van het Verdrag regelt de toepasselijke wetgeving. Door de
kinderbijslagen uit de materiële werkingssfeer te verwijderen wordt de
verdragsrechtelijke verplichting opgeheven om kinderbijslag en
kindgebonden budget te betalen voor kinderen die in Monaco wonen. 

Artikel II

Het Protocol treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand
volgend op de ratificatie van beide partijen.

Voorlopige toepassing

In afwachting van de inwerkingtreding wordt het Protocol voorlopig
toegepast per 1 januari 2015. Ten tijde van de onderhandelingen over het
Protocol ontvingen twee personen kinderbijslag in Monaco. Bij de
ondertekening van het Protocol waren er geen kinderbijslaggerechtigden
meer in Monaco. De voorlopige toepassing van het Protocol heeft tot
gevolg dat per 1 januari 2015 op basis van het Verdrag geen nieuwe
rechten meer kunnen ontstaan op kinderbijslag in Monaco. Het belang van
de voorlopige toepassing voor Nederland is dat het wettelijk voorschrift
tot stopzetting van de export van kinderbijslag wordt uitgevoerd. De
voorlopige toepassing bewerkstelligt dat Nederland voor de uitvoering
van het Protocol niet afhankelijk is van de ratificatie door Monaco.

Koninkrijkspositie

Het Protocol zal wat het Koninkrijk betreft, evenals het Verdrag, alleen
voor het Europese deel van Nederland gelden.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

De Minister van Buitenlandse Zaken,

 In dit verband wordt onder kinderbijslag telkens ook verstaan het
kindgebonden budget.

  PAGE   \* MERGEFORMAT  2 

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet
openbaar gemaakt, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele
aard bevat (artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad
van State).