[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde Agenda Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid (WSBVC) op 5 oktober 2015

Bijlage

Nummer: 2015D34654, datum: 2015-09-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Geannoteerde Agenda Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid (WSBVC) op 5 oktober 2015 (2015D34653)

Preview document (šŸ”— origineel)


Geannoteerde Agenda Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid (WSBVC) 5
oktober 2015 

Voorafgaand aan de Raad zal er een informele bijeenkomst zijn de
ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de Eurozone. Op de
agenda staat een discussie over de voor ministers van SZW relevante
elementen uit het Five Presidentā€™s rapport van 22 juni jl. De
kabinetsreactie op dit rapport heeft u op 23 juni jl. ontvangen.

Agendapunt: Richtlijn Gendergelijkheid in Raden van Commissarissen

Aard van de bespreking: 

Algemene oriƫntatie (Interinstitutional file 2012/0299 (COD))

Voorstel en toelichting

Het doel van de richtlijn is:

dat beursgenoteerde vennootschappen zich inspannen om te bereiken dat in
2020 van de leden van raden van commissarissen tenminste 40 % vrouw, dan
wel tenminste 40 % man is; 

dat lidstaten ervoor zorgen dat bedrijven voldoen aan de in het
richtlijnvoorstel gestelde eisen voor de benoemingsprocedures voor raden
van commissarissen, en

dat een objectieve toetsing plaatsvindt van kandidaten aan de gestelde
functiecriteria, waarbij geldt dat bij gelijke geschiktheid de voorrang
wordt gegeven aan de kandidaat van het ondervertegenwoordigde geslacht. 

Wanneer bedrijven niet aan deze eisen voldoen, moeten ze sancties
opgelegd krijgen, bijvoorbeeld door middel van bestuurlijke boetes.

Nederlandse opstelling

Nederland onderschrijft het belang om een sterkere positie van vrouwen
in de top van bedrijven te bevorderen, maar vindt niet dat hier op
Europees niveau maatregelen voor moeten worden genomen. Zowel het
kabinet als het parlement heeft om die reden eerder een negatieve
subsidiariteitsbeoordeling van het voorstel gegeven. 

Onder het Luxemburgs voorzitterschap hebben geen raadswerkgroepen over
dit onderwerp plaatsgevonden. Nederland vormt met een aantal lidstaten,
dat soortgelijke bezwaren als Nederland heeft, een blokkerende
minderheid. Er is geen indicatie van wijziging van positie van deze
lidstaten. Er is bestaat een kans dat het Luxemburgs voorzitterschap het
onderwerp alsnog van de Raadsagenda haalt.

Agendapunt: Social Governance in een inclusief Europa

Aard van de bespreking: 

- Debat over social governance

- Onderschrijven hoofdboodschappen het Sociaal BeschermingscomitƩ (SPC)
Rapport over de recente hervormingen op sociaal terrein in de lidstaten
(documentnummer nnb)

Voorstel en toelichting

Tijdens de Raad zal een debat over het onderwerp social governance
plaatsvinden. Versterking van social governance is Ć©Ć©n van de
prioriteiten van het Luxemburgse voorzitterschap.

Daarnaast zullen de hoofdboodschappen van het rapport van het SPC over
de recente hervormingen onderschreven worden. Het SPC stelt ieder jaar
een rapport op over recente hervormingen in lidstaten op het gebied van
sociale bescherming. Het huidige rapport gaat over de periode 2014-2015.
 Het SPC constateert dat het effect van de financieel-economische crisis
in de EU nog steeds zichtbaar is: de (langdurige) werkloosheid en
armoede blijven hoog in veel lidstaten. Om die reden voeren lidstaten
ambitieuze hervormingen door op sociaal terrein, met als doel het
moderniseren van sociale zekerheidsstelsels. De hervormingen zijn er
veelal op gericht om mensen aan het werk te houden of te (her)integreren
in de arbeidsmarkt en hen tegelijkertijd te verzekeren van een adequaat
niveau van bescherming tegen economische risicoā€™s zoals werkloosheid
of arbeidsongeschiktheid. 

Nederlandse opstelling

Nederland vindt ten aanzien van social governance de volgende elementen
van belang: 

het moderniseren van nationale sociale zekerheidsstelsels en het (mede
hierdoor) verbeteren van de kwaliteit en financiƫle houdbaarheid van
sociaal beleid in lidstaten. Door een effectiever en activerender
werkgelegenheids- en sociaal zekerheidsbeleid kan een duurzame
economische groei en versterking van de concurrentiekracht van de EU
bereikt worden.

het adresseren van de negatieve sociale gevolgen van de economische
crisis. In de eerste plaats omdat het aanpakken van onaanvaardbare
armoede en hoge werkloosheid vanuit het oogpunt van sociale
rechtvaardigheid wenselijk is. In de tweede plaats ook om sociale
stabiliteit en draagvlak voor de EU te bevorderen. 

het voorkomen van negatieve sociale gevolgen van de werking van de
interne markt, met name waar het gaat om vrij werknemersverkeer binnen
de EU. 

Ook kan een verdere integratie van arbeidsmarkten de schokbestendigheid
van Europese economieƫn versterken. Grensoverschrijdende mobiliteit van
werknemers is binnen de EU Ć©Ć©n van de vier fundamentele vrijheden van
de EU. Het kabinet is van mening dat dit veel voordelen met zich mee
brengt; voordelen voor de betrokken werknemers, maar ook voor de
Nederlandse economie en samenleving. Een belangrijke voorwaarde hiervoor
is wel dat de negatieve effecten van EU-arbeidsmobiliteit aangepakt
worden, waarbij het uitgangspunt is: ā€˜gelijk loon voor gelijk werk, op
dezelfde plekā€™.

Met het SPC rapport kan Nederland naar verwachting instemmen. De
hoofdboodschappen sluiten goed aan bij het Nederlandse standpunt over
het belang van activerende sociale zekerheid en de noodzaak van een
integrale aanpak van armoede. 

Agendapunt: raadsconclusies adequate pensioenen in een vergrijzende
samenleving 

Aard van de bespreking: 

Raadsconclusies (documentnummer nnb)

Voorstel en toelichting

Het SPC heeft een rapport opgesteld over de mate waarin pensioensystemen
in lidstaten een adequate inkomensvoorziening bieden voor ouderen. De
Raadsconclusies zijn gebaseerd op de belangrijkste conclusies uit dit
rapport. 

De Raad concludeert dat pensioensystemen in de meeste lidstaten
effectieve bescherming bieden tegen het risico op armoede onder ouderen.
Veel lidstaten hebben de afgelopen jaren hervormingen doorgevoerd om de
financiƫle houdbaarheid van hun pensioenstelsels te garanderen. Doordat
deze hervormingen veelal gericht waren op het bevorderen van langer
doorwerken (door het verhogen van de pensioengerechtigde leeftijd en het
beperken van mogelijkheden om vervroegd met pensioen te gaan), ging dit
niet ten koste van een adequate inkomensvoorziening voor ouderen. Dit
neemt niet weg dat ouderen in sommige lidstaten toch risico lopen op
armoede. De Raadsconclusies roepen lidstaten op om gezamenlijk verder te
onderzoeken welke groepen in de samenleving het meeste risico lopen op
een ontoereikende inkomensvoorziening op hogere leeftijd. Ook wordt er
opgeroepen om te onderzoeken welke maatregelen genomen zouden kunnen
worden om armoede onder ouderen te voorkomen. Uit deze conclusies
vloeien geen verplichtingen voor Nederland voort.

Nederlandse opstelling

De Raadsconclusies zijn behandeld in het SPC. Nederland kan instemmen
met de Raadsconclusies. In de Raadsconclusies is er een goede balans
tussen de noodzaak voor hervormingen met het oog op de houdbaarheid van
pensioenstelsels en het belang van een adequate inkomensvoorziening voor
ouderen. Naar verwachting kunnen alle lidstaten instemmen de
Raadsconclusies.

Agendapunt: Raadsconclusies gezondheid en veiligheid op het werk

Aard van de bespreking: 

Raadsconclusies  (documentnummer nnb)

Voorstel en toelichting

De raadsconclusies zijn een aanvulling op eerdere raadsconclusies gezond
en veilig werken (maart 2015). De Commissie heeft op 6 juni jl. een
mededeling gedaan over een nieuw strategisch Raamwerk voor Veilig en
Gezond Werken voor de periode 2014-2020. Op dit moment wordt een
evaluatie uitgevoerd naar de gehele EU-arboregelgeving (24 richtlijnen).
De conclusies worden naar verwachting eind 2015 bekend gemaakt door de
Commissie en zullen de basis vormen voor het nieuwe Raamwerk. 

De voorliggende raadsconclusies geven adviezen aan de Commissie over de
evaluatie van de Europese arboregelgeving. Deze wordt momenteel
uitgevoerd door de Commissie. Daarnaast wordt het belang van
modernisering van het huidige EU-acquis benadrukt, zonder af te doen van
het huidige beschermingsniveau voor werknemers. Specifiek wordt onder
andere opgeroepen de richtlijn carcinogene- en mutagene stoffen te
verbeteren.

Ook wordt in de raadsconclusies een link gelegd met andere
beleidsterreinen zoals fatsoenlijke werkomstandigheden (decent work), de
toepassing van veilig en gezond werken in de informele economie en de
aanpak van zwart werken.

De Raadsconclusies worden nog besproken. Naar verwachting zullen alle
lidstaten kunnen instemmen met de raadsconclusies.

Nederlandse opstelling

Nederland vindt gezond en veilig werken belangrijk en kan daarom de
raadsconclusies steunen. Arbeidsomstandigheden van werknemers is een
onderdeel van de ā€˜fatsoenlijk werkā€™ agenda van het kabinet. 

Nederland is voorstander van betere regelgeving, in het bijzonder voor
meer bescherming van werknemers tegen kankerverwekkende stoffen. Ook de
relatie die wordt gelegd met fatsoenlijke werkomstandigheden in de
informele economie, en daarmee de aanpak van zwart werken, is positief.
Daarnaast ondersteunt de aandacht die weer wordt gevraagd voor een
verbetering van de richtlijn voor carcinogene- en mutagene stoffen de
Nederlandse opstelling en voorzitterschapsprioriteit. Nederland dringt
er al enige jaren samen met andere landen bij de Commissie op aan om het
aantal grenswaarden voor kankerverwekkende stoffen (carcinogenen) uit te
breiden.

Agendapunt: Werkgelegenheidsrichtsnoeren  

Aard van de bespreking: 

Aanname werkgelegenheidsrichtsnoeren (documentnummer nnb)

Voorstel en toelichting

De werkgelegenheidsrichtsnoeren vormen samen met de economische
richtsnoeren de zogenoemde geĆÆntegreerde richtsnoeren. Deze
richtsnoeren liggen ten grondslag aan de coƶrdinatie van economisch en
werkgelegenheidsbeleid binnen de EU en vormen de basis voor voorstellen
van de Commissie voor de landenspecifieke aanbevelingen. De vorige
geĆÆntegreerde richtsnoeren zijn aangenomen in 2010 en vormden de basis
voor de start van de Europa 2020 strategie. De richtsnoeren worden nu
herzien op basis van de vernieuwde aandacht voor investeringen,
structurele hervormingen en verantwoordelijk begrotingsbeleid zoals
vastgelegd in de Annual Growth Survey (AGS) voor 2015 en de consultatie
over de Europa 2020-strategie.

De richtsnoeren zetten het belang uiteen van het stimuleren van de vraag
naar arbeid (het scheppen van werkgelegenheid), het stimuleren van het
arbeidsaanbod en het kwalificatieniveau (o.a. levenlang leren), het
verbeteren van de werking van de arbeidsmarkten en het stimuleren van
sociale inclusie, het bestrijden van armoede en het bevorderen van
gelijke kansen (o.a. activerend sociaal beleid).

Nederlandse opstelling

Nederland kan de richtsnoeren ondersteunen. De vier richtsnoeren voor
werkgelegenheidsbeleid sluiten samen met de vier richtsnoeren voor
economisch beleid aan bij de doelen van de Europa 2020-strategie en de
jaarlijkse groeiprioriteiten zoals gepresenteerd in de AGS.

Het kabinet benadrukt ā€“net als de Commissie- het belang om de
geĆÆntegreerde richtsnoeren zo veel mogelijk in onderlinge samenhang te
bezien aangezien deze sterk aan elkaar verwant zijn en elkaar versterken
in de doelstelling van het aanjagen van groei en het creƫren van
werkgelegenheid in de EU.

Naar verwachting zullen alle lidstaten kunnen instemmen met de
Werkgelegenheidsrichtsnoeren.

Agendapunt: Raadsaanbeveling voor de integratie van langdurige werklozen

Aard van de bespreking: 

- Presentatie door de Commissie en oriƫntatie debat (documentnummer
nnb)

Voorstel en toelichting

De Commissie zal een voorstel voor een aanbeveling van de Raad
uitbrengen waarin het de situatie van langdurig werklozen in Europa
schetst en een aantal aanbevelingen op het terrein van het bestrijden
van verdere werkloosheid doet. De Commissie moet het voorstel nog
uitbrengen. 

Nederlandse opstelling

Het voorstel is nog niet uitgebracht. Zo gauw het voorstel uitgebracht
is, wordt uw Kamer hierover geĆÆnformeerd. 

Agendapunt: Europese Sociale Dialoog

Aard van de bespreking: 

- Informatie van de Commissie over de stand van zaken en informatie van
het voorzitterschap over de tripartiete sociale top (documentnummer nnb)

Voorstel en toelichting

De Europese Commissie wil de Europese sociale dialoog versterken en is
hiervoor in juli 2015 een consultatietraject gestart. De Commissie
spreekt met sociale partners en de huidige en inkomende
voorzitterschappen over de sociale dialoog. Dit betreft de rol van de
sociale dialoog bij het Europese beleids- en wetgevingsproces, zoals de
consultatieprocedures en over de procedures bij Europese sociale
sectorplannen. 

Daarnaast zal het voorzitterschap informatie verschaffen over de
aankomende tripartiete sociale top van 19 oktober.  

Nederlandse opstelling

Nederland zal de informatie van de Commissie over de stand van zaken en
de informatie van het voorzitterschap over de tripartiete sociale top
aanhoren.

Nederland kent een lange traditie van sociaal overleg en hecht veel
belang aan betrokkenheid van sociale partners. Nederland is voorstander
van de mogelijkheid voor sociale partners om op eigen initiatief sociale
partner overeenkomsten af te sluiten op Europees niveau. Wel is
Nederland van mening dat als sociale partners een verzoek aan de
Europese Commissie doen om sociale overeenkomsten conform artikel 155
van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie om te laten
zetten in regelgeving, deze (minimaal) getoetst moeten worden aan de
Europese principes van ā€˜better regulationā€™. Nederland wil graag dat
er op Europees niveau door sociale partners, in overleg met de
Commissie, een werkvorm wordt gevonden waardoor Europese
sectorovereenkomsten beter aansluiten op het Europese systeem van
regelgeving.

Agendapunt: Diversen  

Aard van de bespreking

Diverse informatiepunten

Voorstel en toelichting

De Raad zal de informatie van het Luxemburgse voorzitterschap over de
informele bijeenkomst van de SZW ministers van de Eurozone aanhoren. De
Commissie zal informatie verschaffen over de lopende dossiers op het
terrein van arbeidsmobiliteit. Daarnaast zal Luxemburg terugkoppelen
over een conferentie inzake arbeidsomstandigheden op de werkvloer.

Nederlandse opstelling

Nederland zal de informatie aanhoren.

 Tweede Kamer, vergaderjaar 2014ā€“2015, 21 501-20, nr. 996

  PAGE   \* MERGEFORMAT  5