Verslag Raad Buitenlandse Zaken Handel op 27 november 2015 te Brussel
Bijlage
Nummer: 2015D47540, datum: 2015-12-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Verslag van de Raad Buitenlandse Zaken Handel op 27 november 2015 (2015D47539)
Preview document (🔗 origineel)
Verslag Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) Handel van 27 november
2015
Op 27 november vond de Raad voor Buitenlandse Zaken over handel
(RBZ) plaats in Brussel. Op de agenda stonden de voorbereiding voor de
tiende Ministeriële Conferentie van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) in
Nairobi van 15 tot 18 december aanstaande, de onderhandelingen over het
EU-VS handelsakkoord - Transatlantic Trade and Investment
Partnership (TTIP), de stand van zaken van de handels- en
investeringsakkoorden met landen in Azië en de onderhandelingen over het
EU-Mercosur handelsakkoord. Onder diversen informeerde de Commissie over
het komende trilateraal overleg tussen Oekraïne, Rusland en de Europese
Unie en werd op verzoek van de Italiaanse delegatie gesproken over de
staalindustrie.
Tiende Ministeriële Conferentie van de Wereldhandelsorganisatie
De Raad heeft van gedachten gewisseld over de voortgang van de WTO-onderhandelingen in de aanloop naar de tiende Ministeriële Conferentie in Nairobi (MC10) van 15 tot en met 18 december aanstaande. De Commissie opende de bespreking met het uitspreken dat op dit moment de verwachting is dat over slechts een beperkt aantal onderwerpen een akkoord bereikt zal worden in Nairobi. De Commissie spant zich in dit kader in tot het bereiken van afspraken over exportcompetitie voor landbouw, ontwikkelingsvriendelijke maatregelen en transparantie. Ook zet de Commissie zich in, om in de slotverklaring ruimte te bieden aan actuele thema’s, zoals elektronische handel en mondiale waardeketens.
Lidstaten spraken steun uit voor de geschetste aanpak. Er was groot draagvlak onder de lidstaten voor een zo ambitieus mogelijk Nairobi-pakket. Een groot aantal lidstaten riep, net als Nederland, op tot continuering van de inzet van de EU op bilaterale en plurilaterale afspraken, bij gebrek aan voortgang van de multilaterale onderhandelingen. Sommige lidstaten onderstreepten de noodzaak om tot afspraken te komen voor milieugoederen (EGA) en de handel in informatietechnologie (ITA II). Andere lidstaten benadrukten het belang van het bereiken van een gebalanceerd akkoord over exportcompetitie in de landbouwsector.
EU-VS handelsakkoord (TTIP)
Tijdens de Raad heeft de Commissie de voortgang van de onderhandelingen over een handelsakkoord tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten gepresenteerd. Hierbij blikte de Commissie terug op de elfde onderhandelingsronde, die van 19 tot en met 23 oktober plaatsvond in Miami (VS). Tijdens deze onderhandelingsronde is niet gesproken over investeringsbescherming. Alle overige onderwerpen zijn wel besproken, waarop volgens de Europese Commissie positieve stappen zijn gezet. Vooral de hernieuwde tariefuitwisseling werd door de Commissie verwelkomd. De Commissie onderstreepte dat 2016 een belangrijk jaar zal worden voor de onderhandelingen over TTIP. Nu de Verenigde Staten de onderhandelingen over het Trans-Pacific Partnership (een handelsakkoord tussen de Verenigde Staten en elf andere staten aan de Stille Oceaan) heeft afgerond, kan de Verenigde Staten zich meer richten op de onderhandelingen met de Europese Unie. De Verenigde Staten heeft aangegeven de onderhandelingen nog tijdens de ambtsperiode van President Barack Obama te willen afronden. Hierbij verzekerde de Commissie echter dat de inhoudelijke belangen van de Europese Unie voorop blijven staan, en niet omwille van tijdsdruk in te zullen stemmen met een suboptimaal akkoord.
Verder gaf de Commissie aan dat alle lidstaten op korte termijn toegang gaan krijgen tot geconsolideerde onderhandelingsteksten in reading rooms in ministeries in de hoofdsteden. Ook leden van nationale parlementen zullen toegang krijgen tot deze reading rooms.
Nederland verwelkomde, net als vele andere lidstaten, de toezegging van de Commissie om lidstaten, inclusief leden van nationale parlementen, op korte termijn toegang te verlenen tot de geconsolideerde onderhandelingsteksten in reading rooms. Hierbij onderstreepte Nederland dat transparantie van essentieel belang is.
Nederland ging in op het onderzoek dat het kabinet heeft laten uitvoeren door de Rijksuniversiteit Groningen naar de impact van TTIP op lage-inkomenslanden (Kamerstuk 21501-02, nr. 1547). Uit de analyse blijkt dat het effect op de meeste lage-inkomenslanden beperkt is, maar wel overwegend positief is, met name voor Afrikaanse landen. In reactie hierop gaf de Commissie aan ook opdracht te hebben gegeven tot een onderzoek naar de impact van TTIP op derde landen.
Veel lidstaten zetten nogmaals uiteen wat hun prioritaire belangen zijn. Net als Nederland, noemden veel lidstaten toegang tot maritiem transport in de Verenigde Staten. Vooral de belemmerende Jones Act werd in dit kader veelvuldig genoemd. Sommige lidstaten benadrukten het belang van het afbouwen van de handelsbelemmeringen voor de energie-export (bijvoorbeeld LNG) van de Verenigde Staten naar Europa. Ook spraken meerdere lidstaten zich uit tot vereenvoudiging van de markttoegang voor het midden- en kleinbedrijf tot de Verenigde Staten.
Handels- en investeringsakkoorden met landen in Azië
De Europese Commissie ging kort in op de stand van zaken van een aantal handelsakkoorden, waarover de Europese Unie onderhandelt met Aziatische landen.
De Commissie was verheugd dat de onderhandelingen met Vietnam op hoofdlijnen zijn afgerond. Volgens de Commissie lijkt Vietnam bereid de principes van de nieuwe aanpak voor investeringsbescherming in de overeenkomst op te nemen.
De Commissie gaf aan dat de onderhandelingen met de Filipijnen volgend jaar zullen aanvangen.
Voorts verwelkomde de Commissie de voortgang die recentelijk is bereikt in de onderhandelingen over een investeringsbeschermingsakkoord tussen de Europese Unie en Birma/Myanmar. De Commissie was in het bijzonder verheugd over de bereidheid van Myanmar bepalingen over duurzame ontwikkeling in het akkoord op te nemen.
In het kader van het handelsakkoord met Singapore heeft de Europese Commissie een adviesverzoek bij het Europees Hof van Justitie ingediend. Met dit adviesverzoek wenst de Commissie duidelijkheid te verkrijgen over de aard van het handelsakkoord met Singapore, in het bijzonder de vraag of het een gemengd akkoord betreft of een akkoord waarvoor de EU exclusief bevoegd is. Nederland is met vele andere lidstaten van mening dat het verdrag met Singapore een gemengd akkoord is, gegeven de reikwijdte van het verdrag en gelet op specifieke onderdelen van het verdrag die niet onder een exclusieve EU-bevoegdheid vallen. De lidstaten hebben tot 8 januari 2016 de mogelijkheid om schriftelijke opmerkingen in te dienen.
Tot slot ging de Commissie in op de lopende onderhandelingen met Japan. Hierbij gaf de Commissie aan dat de onderhandelingen op dit moment moeizaam verlopen, maar dat, gelet op de grote politieke wil van Japan, een akkoord in 2016 mogelijk is.
Meerdere lidstaten spraken de steun uit voor de inzet van de Europese Commissie. Sommige lidstaten verwelkomden hierbij het bereikte akkoord met Vietnam. Andere lidstaten gingen specifiek in op het belang van een ambitieus akkoord met Japan.
EU-Mercosur handelsakkoord
De Raad sprak over de lopende onderhandelingen over een handelsakkoord tussen de Europese Unie en Mercosur, het handelsverband van de Zuid-Amerikaanse landen Argentinië, Brazilië, Paraguay, Uruguay en Venezuela. De Commissie ging in haar presentatie in op de recente regeringswissel in Argentinië, waar Mauricio Macri van de oppositiepartij Republikeins Voorstel op 23 november tot nieuwe president is gekozen. Tijdens de verkiezingscampagne heeft Mauricio Macri herhaaldelijk aangegeven zich te willen inspannen voor ambitieuze handelsakkoorden met andere economieën. Ook verwelkomde de Commissie de actieve houding van Brazilië in de laatste maanden.
De Commissie legde de Raad het Mercosur-aanbod voor, waarbij 87 procent van de tarieflijnen geliberaliseerd wordt. Hierbij stelde de Commissie de vraag of dit aanbod voldoende aanknopingspunten bood om over te gaan tot het uitwisselen van markttoegangsaanbiedingen tijdens het laatste kwartaal van 2015, ondanks dat dit eerste aanbod van Mercosur minder ambitieus is dan gewenst.
Nederland gaf aan voorstander te zijn van een ambitieus akkoord met Mercosur. Het aanbod van Mercosur van 87 procent is weliswaar lager dan Nederland had gewenst, maar biedt voldoende basis om constructieve onderhandelingen te voeren met als doel om 90 procent of meer als finaal resultaat te bereiken.
Een groot aantal lidstaten riep op tot het accepteren van het Mercosur-aanbod, en wezen daarbij op het belang van voortgang in deze onderhandelingen. Wel benadrukten meerdere lidstaten dat in de verdere onderhandelingen meer ambitie van de Mercosur-lidstaten nodig zal zijn. Een aantal lidstaten gaf daarentegen aan dat zij het Mercosur-aanbod niet voldoende basis vonden voor volgende stappen. Zij zijn in het bijzonder geen voorstander van het verder openstellen van hun landbouwmarkt.
De Commissie bedankte de lidstaten voor hun inbreng en gaf aan dat de Commissie zich in de komende weken zal beraden op eventueel te nemen volgende stappen.
AOB Trilateraal overleg Oekraïne, Rusland en de Europese Unie
Europees Commissaris Cecilia Malmström informeerde de Raad over haar komende overleg met de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken Pavlo Klimkin en de Russische Minister van Economische Ontwikkeling Alexei Ulyukayev op dinsdag 2 december 2015. Dit overleg betreft de twintigste trilaterale bijeenkomst in het kader van het Deep and Comprehensive Free Trade Area tussen de Europese Unie en Oekraïne. Volgens de Commissie toont dit de constructieve houding van de Europese Unie. Het handelsakkoord zal vanaf 1 januari 2016 voorlopig worden toegepast. Conform de afspraken van Minsk, gaan de besprekingen enkel over praktische oplossingen voor Russische problemen die binnen het kader van het handelsakkoord mogelijk zijn. Meerdere lidstaten spraken hun steun uit voor de inzet van de Commissie.
AOB Staalindustrie
Op verzoek van de Italiaanse delegatie besprak de Raad de situatie op de Europese staalmarkt. Vooral de wereldwijde sterk toegenomen export van staal, in het bijzonder vanuit China, leidt tot lagere staalprijzen, ook in Europa.
De Commissie gaf aan zich bewust te zijn van de situatie en de uitdagingen voor de staalindustrie en noemde daarbij overcapaciteit en oneerlijke handelspraktijken. De Commissie gaf vervolgens aan belang te hechten aan een internationaal gelijk speelveld en lichtte haar huidige inzet toe waaronder het handelsdefensieve instrumentarium, het verbeteren van de toegang tot buitenlandse markten voor Europese producenten, en het aangaan van de dialoog met China. Ten aanzien van het handelsdefensieve instrumentarium verwees de Commissie naar haar wetgevingsvoorstel, dat tot een verkorting van de procedures met twee maanden zou leiden. Het voorstel ligt al lange tijd in de Raad. In het kader van het openen van buitenlandse markten spant de Commissie zich in toegang tot de markt van de Verenigde Staten te krijgen, waarbij de Buy American-bepalingen een belemmering vormen voor Europese ondernemingen. Daarnaast wenst de Commissie een staaldialoog met China te openen om de oorzaken van dit probleem te bespreken.