Reactie inzake een burgerbrief over de kwaliteit van de gedetineerdenbegeleiding in het buitenland
Brief regering
Nummer: 2016D34304, datum: 2016-09-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.G. Koenders, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2016Z16666:
- Indiener: A.G. Koenders, minister van Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2016-09-29 12:45: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2016-10-12 14:15: Aanvang middagvergadering: Regeling van Werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2017-04-06 13:10: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 15 september 2016 Graag bied ik u hierbij de reactie aan op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 8 juli 2016 inzake een burgerbrief over de kwaliteit van de gedetineerdenbegeleiding in het buitenland. Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft aan de broer van mw. J. sinds aanvang zijn detentie consulaire bijstand verleend. Daarbij hebben alle reguliere elementen van consulaire bijstand toepassing gevonden, zoals bezoeken door een consulair medewerker aan de gedetineerde in de gevangenis. Op het gebied van consulaire bijstand aan gedetineerden in het buitenland hebben door de jaren heen beleidsherzieningen plaatsgevonden waarbij de norm voor het aantal bezoeken per jaar door consulaire medewerkers aan gedetineerden is aangepast. Deze beleidswijzigingen hebben er toe geleid dat de bezoekfrequentie aan de broer van mw. J. niet constant is geweest. Zo gold een periode dat gedetineerden werden bezocht al naar gelang de noodzaak of behoefte daaraan bestond. In de periode 2006-2014 gold een minimum bezoeknorm per gedetineerde van twee bezoeken per jaar. De recentste wijziging in de bezoeknorm dateert van 1 januari 2015. Voor de Verenigde Staten geldt sinds 1 januari 2015 een bezoeknorm van maximaal vier bezoeken per jaar. Naast de bezoeken door consulaire medewerkers zijn ten aanzien van de broer van mw. J. ook andere instrumenten van consulaire bijstand ingezet zoals de inschakeling van een vertrouwensadvocaat en juridische advisering door de organisatie PrisonLAW, die mogelijk wordt gemaakt door rijkssubsidie. Tot slot heeft het ministerie, naast het verstrekken van consulaire bijstand, op humanitaire/medische gronden de verzoeken van de advocaat van betrokkene om vervroegde vrijlating in het kader van parole en gratie ondersteund bij de Amerikaanse autoriteiten. Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft in 2015 om humanitaire/medische redenen het parole-verzoek van de advocaat van betrokkene voor voorwaardelijke vrijlating bij de Amerikaanse autoriteiten schriftelijk ondersteund. Dit geldt eveneens voor het door de advocaat van betrokkene in hetzelfde jaar ingediende gratieverzoek. Tijdens een onderhoud van de Nederlandse ambassadeur in de Verenigde Staten met naaste medewerkers van de gouverneur is de Nederlandse steun in 2016 mondeling overgebracht. De Minister-President heeft de verzoeken van de advocaat andermaal ondersteund in een brief aan de gouverneur van Californië ter dankzegging voor zijn bezoek aan Californië in januari 2016. De broer van mw. J. is tijdens zijn detentieperiode meerdere malen van contactpersoon voor het ministerie van Buitenlandse Zaken gewisseld. Op 7 november 2015 wees hij een nieuwe contactpersoon aan. Met de brief van 12 november 2015 van het consulaat-generaal te San Francisco werd de nieuwe contactpersoon geïnformeerd over zijn aanwijzing als contactpersoon. Naast de mededeling over het aanwijzen als contactpersoon informeert deze standaardbrief van het ministerie in algemene zin ook over enkele andere aspecten in relatie tot de gedetineerde en zijn detentie, waaronder de Wet Overdracht Tenuitvoerlegging Strafvonnissen (WOTS). Mw. J. schrijft dat sommige aspecten in de standaardbrief in het geval van haar broer niet aan de orde waren en zij om die reden de brief misplaatst acht. Ik deel de mening van mw. J. dat enkele elementen in de brief, zoals de passage over de WOTS, bij nader inzien beter achterwege hadden kunnen blijven. Anderzijds blijft het van belang nieuwe contactpersonen van gedetineerden informatie te verschaffen over verschillende aspecten die met betrekking tot de gedetineerde en de detentie relevant kunnen zijn. In mijn brief aan uw Kamer van 10 juni 2016 naar aanleiding van de eerste brief van mw. J. informeerde ik u dat een in het buitenland gedetineerde Nederlander één contactpersoon kan aanwijzen, die door het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag op de hoogte wordt gehouden van de situatie van de gedetineerde. Om privacyredenen en om misverstanden tegen te gaan, verstrekt het ministerie zonder toestemming van betrokkene geen informatie aan andere personen, inclusief (naaste) familieleden, dan de aangewezen contactpersoon. Ik ben bereid voor mw. J. een uitzondering te maken indien haar broer instemt met het door het ministerie eenmalig verstrekken van informatie over hem aan mw. J. Indien mw. J. na ontvangst van deze brief enkel een nadere toelichting wenst op de Nederlandse gedetineerdenbegeleiding in het buitenland en de consulaire bijstand in het algemeen, is er geen machtiging van haar broer nodig, maar kan zij zich rechtstreeks wenden tot het ministerie voor een gesprek op het departement in Den Haag. Ministerie van Buitenlandse Zaken Afdeling Consulaire Aangelegenheden van de Directie Consulaire Zaken Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Tel. +31 (0)70 348 64 86 De Amerikaanse advocaat en de Nederlandse Stichting PrisonLAW spannen zich op juridisch vlak voor de broer van mw. J. in. Ook mw. J. geeft in haar brieven blijk zich te willen inzetten voor de vrijlating van haar broer. Graag geef ik mw. J. in overweging om in overleg met de contactpersoon van haar broer na te gaan hoe zij de inspanningen op juridisch vlak zou kunnen ondersteunen. De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders