[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Toelichtende nota

Bijlage

Nummer: 2016D44324, datum: 2016-11-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Luchtvaartverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van CuraƧao, en de Verenigde Staten van Amerika inzake het luchtvervoer tussen CuraƧao en de Verenigde Staten van Amerika; Willemstad, 26 september 2016 (2016D44323)

Preview document (šŸ”— origineel)


Luchtvaartverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van
CuraƧao, en de Verenigde Staten van Amerika inzake het luchtvervoer
tussen CuraƧao en de Verenigde Staten van Amerika; Willemstad, 26
september 2016 (Trb. 2016,160)

TOELICHTENDE NOTA

De luchtvaartrelatie tussen CuraƧao en de Verenigde Staten van Amerika
werd geregeld in het op 14 juli 1998 te Washington tot stand gekomen
Luchtvaartverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden voor de
Nederlandse Antillen en de Verenigde Staten van Amerika inzake het
luchtvervoer tussen de Nederlandse Antillen en de Verenigde Staten van
Amerika (Trb. 1998, 207), zoals gewijzigd bij een op 27 november 2007 te
Washington tot stand gekomen notawisseling houdende een verdrag tot
wijziging (Trb. 2008, 8). Naar aanleiding van de staatkundige
herstructurering binnen het Koninkrijk achtten de CuraƧaose en de
Amerikaanse luchtvaartautoriteiten het wenselijk om een nieuw verdrag te
onderhandelen. Het Luchtvaartverdrag tussen het Koninkrijk der
Nederlanden, ten behoeve van CuraƧao, en de Verenigde Staten (hierna:
het Verdrag) is het resultaat van die onderhandelingen. 

Het onderhavige Verdrag vervangt in de relatie tussen het Koninkrijk der
Nederlanden, ten behoeve van CuraƧao, en de Verenigde Staten het
Verdrag van 1998, zoals gewijzigd in 2007. 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 bevat omschrijvingen van enkele in het Verdrag voorkomende,
voor luchtvaartverdragen gebruikelijke, begrippen.

In artikel 2 worden de rechten aangegeven die in het kader van dit
luchtvaartverdrag worden verleend, te weten het recht van overvlucht en
technische landing, het recht om van, naar en via het grondgebied van de
andere partij naar een aantal verder gelegen bestemmingen te vliegen in
overeenstemming met de routetabel zoals bepaald in het eerste lid,
onderdeel c, alsmede het recht om geregelde luchtdiensten en
chartervluchten van, naar en via hun wederzijdse grondgebieden te
onderhouden. In het vijfde lid wordt bepaald dat wanneer een partij ten
aanzien van chartervluchten verschillende regels, voorschriften,
bepalingen, voorwaarden of beperkingen hanteert voor Ć©Ć©n of meerdere
van de eigen luchtvaartmaatschappijen of die van andere landen, de
luchtvaartmaatschappijen van de andere partij aan de minst restrictieve
criteria zullen worden onderworpen. Voorts zijn beide partijen verplicht
zich te houden aan de regels met betrekking tot de bescherming van de
passagiersfondsen, annuleringen door passagiers en terugbetalingen.

Voor het uitvoeren van de luchtdiensten wordt in artikel 3 de aanwijzing
van de luchtvaartmaatschappijen geregeld. Ook wordt bepaald onder welke
voorwaarden de benodigde exploitatievergunningen worden verleend.
Artikel 4 geeft de luchtvaartautoriteiten van elke partij het recht om
de aan de door de andere partij aangewezen luchtvaartmaatschappijen
verstrekte exploitatievergunningen in te trekken, op te schorten, te
beperken of aan voorwaarden te onderwerpen.

In artikel 5 wordt bepaald dat het vliegen met en de exploitatie van de
luchtvaartuigen van de door de ene partij aangewezen
luchtvaartmaatschappijen dient te voldoen aan wet- en regelgeving van de
andere partij ten aanzien van de binnenkomst op, het vliegen over, het
verblijf op en het vertrek uit het grondgebied van deze partij. Dit
geldt ook voor passagiers, bemanning, vracht of post.

In het eerste lid van artikel 6 wordt bepaald dat geldende bewijzen van
luchtwaardigheid, bewijzen van bekwaamheid en vergunningen uitgegeven of
bekrachtigd in overeenstemming met de wetten en regelgeving van de ene
partij, en die nog niet verlopen zijn, zullen worden erkend als geldig
door de andere partij, mits deze voldoen aan de minimale eisen van het
Verdrag van Chicago. Op grond van het eerste lid, behoudt elke partij
het recht om bewijzen van bekwaamheid en vergunningen te weigeren die
door de andere partij of door een derde land aan onderdanen van de
eerstgenoemde partij zijn toegekend of ten behoeve van die onderdanen
zijn bekrachtigd.

De bepalingen over de luchtvaartveiligheid en luchtvaartbeveiliging zijn
neergelegd in het tweede lid van artikel 6 en in artikel 7. Hierin zijn
een procedure en een aanpak geregeld indien CuraƧao of de Verenigde
Staten twijfels heeft over de wijze waarop de veiligheids- en
beveiligingsstandaard door de andere partij wordt nageleefd en
gecontroleerd. Bij gerede twijfel kunnen consultaties plaatsvinden.
Indien maatregelen uitblijven, bieden het tweede lid van artikel 6 en
artikel 7 de mogelijkheid om de vluchtuitvoering door de
luchtvaartmaatschappijen van en naar elkaars grondgebied in te trekken,
op te schorten, te beperken of aan voorwaarden te onderwerpen. Verder
wordt verwezen naar de door de Internationale Organisatie voor de
Burgerluchtvaart (ICAO) vastgestelde veiligheids- en
beveiligingsstandaarden, die voor zover van toepassing bij de
wederzijdse luchtvaartbetrekkingen tussen CuraƧao en de Verenigde
Staten in acht moeten worden genomen.

De commerciƫle bepalingen, opgenomen in artikel 8 (commerciƫle
activiteiten), 9 (douanevrijstellingen), 10 (gebruikersheffingen), 11
(eerlijke concurrentie) en 12 (tarieven) zijn in overeenstemming met de
meest gangbare praktijk tussen de geĆÆndustrialiseerde landen voor wat
betreft de behandeling van de luchtvaartmaatschappijen in het gastland.
Hierbij wordt in het bijzonder gedacht aan de behandeling op de
luchthavens en de behandeling door fiscale en financiƫle autoriteiten.
Zo bevat artikel 9 een bepaling over volledige vrijstelling van
importbeperkingen, douanerechten, accijnzen, inspectiekosten en andere
nationale rechten en lasten die elk van de partijen, op basis van
wederkerigheid, kan verlenen aan de aangewezen luchtvaartmaatschappijen
van de andere partij voor zover dat is toegestaan door haar nationale
wetgeving. 

Het verdrag bevat verder de op luchtvaartgebied gebruikelijke
bepalingen. Zo bevat artikel 13 een bepaling over consultaties, artikel
14 een regeling om geschillen op te lossen en artikel 15 een bepaling
over het opzeggen van het verdrag. Verder wordt in artikel 16 verwezen
naar de registratie van het verdrag en diens wijzigingen bij de ICAO.

Koninkrijkspositie

Het verdrag zal voor wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, alleen
voor CuraƧao gelden.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

  PAGE   \* MERGEFORMAT  2 

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State van het
Koninkrijk wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend
luidt (artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van
State).