[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Toelichtende nota

Bijlage

Nummer: 2017D08830, datum: 2017-03-31, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Voornemen tot opzegging van de verdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van Aruba, en de andere EU-lidstaten, inzake het uitwisselen van informatie betreffende inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling; opzegging van de verdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van de Nederlandse Antillen, en de andere EU-lidstaten, inzake het uitwisselen van informatie betreffende inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling; opzegging van de verdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van Aruba, van CuraƧao, van Sint Maarten en van Caribisch Nederland, en Kroatiƫ; opzegging van de verdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Britse eilanden inzake het uitwisselen van informatie betreffende inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling (2017D08829)

Preview document (šŸ”— origineel)


Voornemen tot opzegging van de verdragen tussen het Koninkrijk der
Nederlanden, ten behoeve van Aruba, en de andere EU-lidstaten, inzake
het uitwisselen van informatie betreffende inkomsten uit spaargelden in
de vorm van rentebetaling; opzegging van de verdragen tussen het
Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van de Nederlandse Antillen, en
de andere EU-lidstaten, inzake het uitwisselen van informatie
betreffende inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling;
opzegging van de verdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten
behoeve van Aruba, van CuraƧao, van Sint Maarten en van Caribisch
Nederland, en Kroatiƫ; opzegging van de verdragen tussen het Koninkrijk
der Nederlanden en de Britse eilanden inzake het uitwisselen van
informatie betreffende inkomsten uit spaargelden in de vorm van
rentebetaling 

TOELICHTENDE NOTA

I. Inleiding

In 2003 heeft de Raad van de Europese Unie (hierna: de EU) een richtlijn
aangenomen over belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm
van rentebetaling (hierna: Spaartegoedenrichtlijn). Deze
Spaartegoedenrichtlijn had als doelstelling een effectieve belasting te
bewerkstelligen op grensoverschrijdende rentebetalingen binnen de EU
verricht door uitbetalende instanties aan particulieren die in een
andere lidstaat wonen. Deze doelstelling werd bereikt door automatische
uitwisseling van informatie over de rentebetalingen die aan dergelijke
particulieren worden verricht. Voor een drietal landen (Belgiƫ,
Luxemburg en Oostenrijk) was toentertijd afgesproken dat, als gevolg van
het bankgeheim, gedurende een overgangsperiode deze landen een
bronheffing op de rentebetalingen toepasten in plaats van het
uitwisselen van informatie. Belgiƫ en Luxemburg hebben respectievelijk
per 1 juli 2011 en 1 januari 2015 hun bankgeheim opgeheven. Oostenrijk
zal per 1 januari 2017 informatie over banktegoeden gaan uitwisselen.

Een van de voorwaarden van de inwerkingtreding van de
Spaartegoedenrichtlijn was dat ook de zogenaamde afhankelijke en
geassocieerde gebieden zouden meedoen aan dit initiatief om te voorkomen
dat zwartspaarders hun geld zouden verplaatsen naar gebiedsdelen die wel
onderdeel zijn van de staten die partij zijn bij de EU-verdragen, maar
niet vallen onder de reikwijdte van de EU-verdragen en dus ook niet
onder bovengenoemde richtlijn. Dit betekende dat onder andere de
(toenmalige) Nederlandse Antillen en Aruba, parallel aan de toepassing
van de Spaartegoedenrichtlijn, over zouden gaan tot automatische
gegevensuitwisseling of, gedurende een overgangsperiode, bronbelasting
zouden heffen. Voor deze gegevensuitwisseling of heffing van
bronbelasting heeft het Koninkrijk der Nederlanden ten behoeve van zowel
de (toenmalige) Nederlandse Antillen als Aruba bilaterale
spaartegoedenverdragen gesloten met de EU-lidstaten. De (toenmalige)
Nederlandse Antillen hebben door middel van de spaartegoedenverdragen
met EU-lidstaten ervoor gekozen om in de overgangsperiode bronbelasting
toe te passen. Aruba heeft gekozen voor gegevensuitwisseling.

Ook de Britse eilanden hebben spaartegoedenverdragen gesloten met de
EU-lidstaten, waaronder met het Koninkrijk der Nederlanden (voor het
Europese deel van Nederland).

De spaartegoedenverdragen bevatten elk een bepaling over de opzegging
van de verdragen. Deze bepaling houdt in dat de spaartegoedenverdragen
eenzijdig kunnen worden opgezegd per 1 januari van elk kalenderjaar. De
schriftelijke kennisgeving van beƫindiging dient uiterlijk zes maanden
voor het einde van een kalenderjaar - dus op 30 juni daaraan
voorafgaande - te zijn ontvangen door de wederpartij. Dit betekent dat
elk der beide partijen kan besluiten het verdrag op te zeggen. Het kan
dus zo zijn dat een wederpartij eerder opzegt dan het Koninkrijk. 

De spaartegoedenverdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten
behoeve van Aruba en de Nederlandse Antillen, en Italiƫ zijn nooit in
werking getreden, omdat Italiƫ het verdrag nooit heeft geratificeerd.
Deze verdragen worden echter voorlopig toegepast. De voorlopige
toepassing van het verdrag ten behoeve van Nederlandse Antillen zal voor
CuraƧao en Caribisch Nederland worden stopgezet per 1 januari 2017. 

Voor wat betreft zeven spaartegoedenverdragen tussen het Koninkrijk der
Nederlanden, ten behoeve van Europees Nederland, en de Britse eilanden
geldt dat deze een eenzijdige opschortingsmogelijkheid bevatten. Van
deze opschortingsmogelijkheid is door de Britse eilanden reeds gebruik
gemaakt voorafgaand aan de opzegging van het verdrag. Alleen het verdrag
met Britse eiland Anguilla kent geen opschortingsmogelijkheid.

Goedkeuring wordt nu gevraagd voor de opzegging van de
spaartegoedenverdragen die na 1 januari 2017 nog gelden voor Aruba,
CuraƧao, Sint Maarten en Caribisch Nederland. Het gaat om de
spaartegoedenverdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten
behoeve van Aruba, en de EU-lidstaten, om de spaartegoedenverdragen
tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van de Nederlandse
Antillen, en de EU-lidstaten, en om de vier spaartegoedenverdragen met
Kroatiƫ die ten behoeve van Aruba, CuraƧao, Sint Maarten en Caribisch
Nederland zijn gesloten. 

Goedkeuring wordt tevens gevraagd voor de opzegging van de
spaartegoedenverdragen geldend voor het Europese deel van Nederland en
de Britse Maagdeneilanden, de Caymaneilanden, Montserrat, de Turks- en
Caicoseilanden en Anguilla. De Britse eilanden Man, Jersey en Guernsey
hebben al kennisgegeven van opzegging van het verdrag. 

II. Huidige ontwikkelingen

Sinds de inwerkingtreding van de Spaartegoedenrichtlijn is
internationaal grote vooruitgang geboekt op het gebied van uitwisseling
van fiscale informatie. Zo heeft de OESO in 2014 een nieuwe wereldwijde
informatie uitwisselingsstandaard ontwikkeld: de Common Reporting
Standard (hierna: CRS). De CRS ziet op het automatisch uitwisselen van
informatie over dividenden, vermogenswinsten, inkomsten uit activa
gehouden op een bankrekening, toekomstige verplichtingen voor de
financiƫle instellingen (bijvoorbeeld levensverzekeringen) en
rekeningtegoeden. De CRS vindt haar rechtsbasis in artikel 6 van het
WABB verdrag.  

Door deze nieuwe standaard is de Spaartegoedenrichtlijn zowel
geografisch als inhoudelijk overbodig geworden. Bovendien is het voor
financiƫle instellingen efficiƫnter om ƩƩn uitwisselingssysteem toe
te passen in plaats van twee. Om deze redenen heeft de Raad van de EU op
10 november 2015 besloten de Spaartegoedenrichtlijn per 1 januari 2016
in te trekken. De CRS is voor de EU vormgegeven in de Administratieve
Samenwerkingsrichtlijn. In 2017 start voor alle EU-lidstaten, met
uitzondering van Oostenrijk, de automatische uitwisseling van informatie
op basis van de CRS met gegevens over kalenderjaar 2016. Oostenrijk
heeft om uitvoeringstechnische redenen een jaar uitstel gevraagd en zal
in 2018 starten met de uitwisseling van informatie over 2017 op grond
van de CRS. 

De afhankelijke en geassocieerde gebieden hebben zich eveneens
gecommitteerd aan de CRS. CuraƧao start in 2017 met de automatische
uitwisseling van informatie op basis van de CRS met gegevens over
kalenderjaar 2016. Aruba en Sint Maarten starten in 2018 met de
automatische uitwisseling van informatie op basis van de CRS met
gegevens over kalenderjaar 2017. Nederland start in 2017 met de
automatische uitwisseling op basis van de CRS met gegevens over
kalenderjaar 2016, ook voor Caribisch Nederland. Hetzelfde geldt voor de
Britse eilanden.

In dit kader ligt het voor de hand dat deze Caribische delen van het
Koninkrijk de Nederlanden en het Verenigd Koninkrijk, analoog aan het
Europese proces, de overstap maken van de automatische
gegevensuitwisseling op grond van de bilaterale spaartegoedenverdragen
naar de automatische gegevensuitwisseling op grond van de CRS. 

Het Koninkrijk heeft aan de betrokken EU-lidstaten voorgesteld de
spaartegoedenverdragen, voor zover het de relatie met CuraƧao en
Caribisch Nederland betreft, hangende de beƫindiging, vanaf 1 januari
2017 niet meer toe te passen. Op deze manier wordt een periode van
overlap voorkomen dat zowel op grond van de spaartegoedenverdragen als
op grond van de CRS financiƫle informatie uitgewisseld moet worden.
Deze notawisseling zal niet worden gesloten met Oostenrijk en Italiƫ,
gezien de eerdergenoemde uitzonderingen voor deze landen.   

III. Implementatie CRS

Aruba

Aruba start in 2018 met het automatisch uitwisselen van informatie onder
de CRS. Deze informatie-uitwisseling betreft de financiƫle informatie
met ingang van het kalenderjaar 2017. De implementatie van de CRS is
naar verwachting in 2017 gereed.

CuraƧao

CuraƧao start in 2017 met het automatisch uitwisselen van informatie
onder de CRS. Deze informatie-uitwisseling betreft de financiƫle
informatie met ingang van het kalenderjaar 2016. De implementatie van de
CRS wordt door een wijziging geregeld in het Landsbesluit Internationale
Bijstandsverlening bij de heffing van belastingen, het gewijzigde
Landsbesluit treedt per 1 januari 2017 in werking. 

Sint Maarten

Sint Maarten start in 2018 met het automatisch uitwisselen van
informatie onder de CRS. Deze informatie-uitwisseling betreft de
financiƫle informatie met ingang van het kalenderjaar 2017. De
implementatie van de CRS wordt geregeld in de ontwerplandsverordening
herziening formeel belastingrecht. Onderdeel van dit wetsvoorstel is een
kapstokartikel in de Algemene landsverordening landsbelastingen dat
financiƫle instellingen in hoofdlijnen verplicht om jaarlijks
automatisch CRS-informatie te verstrekken aan de Belastingdienst. Dit
voorstel treedt naar verwachting voor 1 januari 2017 in werking. 

Caribisch Nederland

In de Belastingwet BES is opgenomen dat Caribisch Nederland met ingang
van september 2017 informatie uit zal wisselen onder de CRS. Deze
informatie betreft de financiƫle informatie met ingang van het
kalenderjaar 2016. Dit betekent dat de spaartegoedenverdragen bij eerste
gelegenheid opgezegd kunnen worden. 

Europees Nederland

Het Europese deel van Nederland start in 2017 met het automatisch
uitwisselen van informatie onder de CRS. Deze informatie-uitwisseling
betreft de financiƫle informatie met ingang van het kalenderjaar 2016.
Het Europese deel van Nederland wisselt onder de CRS ook informatie uit
met de Britse eilanden. De implementatie van de CRS is geregeld in de
Wet uitvoering Common Reporting Standard (Stb. 2015, 537). Deze
wetgeving is met ingang van 1 januari 2016 in werking getreden.

IV. Koninkrijkspositie

De opzegging van de verdragen zal gelden voor de delen van het
Koninkrijk die onder de reikwijdte van de betreffende verdragen vallen. 

De schriftelijke kennisgevingen van beƫindiging van de
spaartegoedenverdragen voor CuraƧao en Caribisch Nederland kunnen
worden verstuurd, nadat de goedkeuringsprocedure is doorlopen. Zie ook
hoofdstuk III hierboven.

De schriftelijke kennisgevingen van beƫindiging van de
spaartegoedenverdragen voor Aruba en Sint Maarten zullen pas aan de
wederpartijen worden verstuurd zodra de respectieve regeringen
aangegeven hebben dat de CRS is geĆÆmplementeerd en de
spaartegoedenverdragen daarom kunnen worden beƫindigd. 

Ook het verdrag met Anguilla zal pas worden opgezegd, wanneer Anguilla
heeft aangeven dat het de CRS kan uitvoeren. Hiermee wordt een lacune in
de uitwisseling van informatie over buitenlandse bankrekeninghouders
voorkomen. De overige Britse eilanden hebben al schriftelijk
kennisgegeven van implementatie van CRS, het automatisch uitwisselen van
informatie onder de CRS start in 2017. 

De Staatssecretaris van Financiƫn,

De Minister van Buitenlandse Zaken,

 Zie de bijlage bij de toelichtende nota voor een volledige lijst met de
verdragen en verwijzingen naar Tractatenbladen.  

 Richtlijn nr. 2003/48/EG van de Raad van de Europese Unie van 3 juni
2003 betreffende belastingheffing op spaargelden in de vorm van
rentebetaling (PbEU 2003, L 157/38).

 Anguilla, Aruba, de Britse Maagdeneilanden, de Caymaneilanden, Jersey,
Guernsey, het eiland Man, Montserrat, Nederlandse Antillen (na 10
oktober 2010: CuraƧao, Sint Maarten en Caribisch Nederland (Bonaire,
Saba, Sint Eustatius), de Turks- en Caicoseilanden.

 Na de ontmanteling van de Nederlandse Antillen in 2010, en na
toetreding van Kroatiƫ tot de EU, is voor het spaartegoedenverdrag met
Kroatiƫ met betrekking tot Caribisch Nederland en Aruba gekozen voor
gegevensuitwisseling, en met betrekking tot CuraƧao en Sint Maarten
voor bronheffing.  

 Anguilla, de Britse Maagdeneilanden, de Caymaneilanden, Jersey,
Guernsey, het eiland Man, Montserrat, en de Turks- en Caicoseilanden.

 Trb. 1991, 4.

 PbEU 2015, L301.

 Richtlijn 2014/107/EU van de Raad van de Europese Unie van 9 december
2014 ter aanpassing van richtlijn 2011/16/EU betreffende automatische
uitwisseling van informatie op het gebied van belastingen (PbEU 2014,
LĀ 359/1).

 Belastingwet BES, artikel 8.133a: Verplichtingen ten behoeve van de
automatische uitwisseling van inlichtingen volgens de Common Reporting
Standard.

 PAGE   \* MERGEFORMAT 4 

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State van het
Koninkrijk wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend
luidt (artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van
State).