34740 Advies Afdeling advisering Raad van State inzake Wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure (Wet modernisering faillissementsprocedure)
Wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure (Wet modernisering faillissementsprocedure)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2017D17420, datum: 2017-06-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.P.H. Donner, vicepresident van de Raad van State (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2017Z08227:
- Indiener: S.A. Blok, minister van Veiligheid en Justitie
- Medeindiener: R.H.A. Plasterk, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Volgcommissie: algemene commissie voor Wonen en Rijksdienst (2012-2017)
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2017-06-20 15:25: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2017-06-28 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2017-09-07 14:00: Wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure (Wet modernisering faillissementsprocedure) (34740) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2017-12-06 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2017-12-07 14:05: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2018-02-22 10:15: Hamerstuk: Wet modernisering faillissementsprocedure (34 740) (Hamerstukken), TK
Preview document (đ origineel)
No.W03.17.0011/II 's-Gravenhage, 31 maart 2017 Bij Kabinetsmissive van 23 januari 2017, no.2017000069, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, mede namens de Minister voor Wonen en Rijksdienst, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure (Wet modernisering faillissementsprocedure), met memorie van toelichting. Het voorstel beoogt te komen tot een meer efficiĂ«nte en transparante faillissementsprocedure, waarbinnen de curator zijn taken als beheerder en vereffenaar van de failliete boedel eenvoudiger en doelmatiger kan uitoefenen. Daarnaast beoogt het voorstel de schuldeisers en andere betrokkenen bij het faillissement beter te informeren over de voortgang van de procedure waardoor zij ook beter in staat zijn om voor hun belangen op te komen. Het voorstel is onderdeel van het programma herijking faillissementsrecht (moderniseringspijler). De Afdeling advisering van de Raad van State adviseert het voorstel aan de Tweede Kamer te zenden, maar acht op onderdelen een dragende motivering of aanpassing van het voorstel aangewezen. De Afdeling adviseert dragend te motiveren waarom het voorstel de curator de bevoegdheid geeft om ook zelf vorderingen van schuldeisers op de lijst van schuldvorderingen te plaatsen. Daarnaast adviseert de Afdeling eenduidige terminologie te hanteren ten aanzien van de snelheid waarmee het faillissement moet worden geregistreerd in het Centraal Insolventieregister (CIR). 1. Bevoegdheid curator om zelf verificatievorderingen op lijst te plaatsen Het voorstel geeft de curator de bevoegdheid om ook zelf vorderingen van schuldeisers op de lijst van schuldvorderingen te plaatsen. Deze mogelijkheid bestaat niet onder het huidige recht. De toelichting vermeldt dat in de praktijk hieraan behoefte bestaat met name bij grotere faillissementen, waarbij er veel schuldeisers zijn en de boekhouding op orde is. Het is dan efficiĂ«nt om de curator toe te staan de vorderingen zelf op de lijst van (voorlopig erkende of betwiste) schuldvorderingen te plaatsen. De Afdeling merkt op dat het voor grotere faillissementen wellicht efficiĂ«nt is om de curator toe te staan vorderingen zelf op de lijst van schuldvorderingen te plaatsen, maar dat het voorstel van toepassing is op alle faillissementen. De Raad voor de rechtspraak (RvdR) heeft kritiek op dit voorstel. Het voorstel breekt volgens de RvdR met het uitgangspunt dat de schuldeiser âeigenaarâ is van zijn vordering en vooronderstelt ten onrechte dat een crediteur niet zelf in staat is om voor zijn belangen te waken. Het voorstel heeft geen toegevoegde waarde voor de praktijk, omdat de (voorgestelde) termijn voor crediteuren om hun vordering in te dienen volstaat. Ook is het volgens de RvdR de vraag of er consequenties verbonden zijn als de curator de ene vordering wel en de andere niet zelf op de lijst zet, nu het gaat om een discretionaire bevoegdheid van de curator die geenszins door schuldeisers kan worden afgedwongen. Mede in het licht van de reikwijdte van het voorstel adviseert de Afdeling de opmerkingen van de RvdR alsnog te bespreken in de toelichting en, indien het voorstel wordt gehandhaafd, het dragend te motiveren. 2. Registratie in Centraal Insolventie register Het voorstel voorziet in de inschrijving van het faillissement in het CIR naast publicatie in de Staatscourant. Met de inschrijving in het CIR kan de uitspraak op de dag zelf door eenieder worden geraadpleegd in plaats van enkele dagen later na publicatie van de Staatscourant. Dit voorstel is noodzakelijk, omdat het handelsverkeer behoefte heeft aan actuele en eenvoudig raadpleegbare informatie over een faillissement van een rechtspersoon of, in voorkomende gevallen, een natuurlijk persoon. Het uiteindelijke doel is om de meest essentiĂ«le informatie, namelijk of âhet bedrijf failliet isâ al enkele minuten na de uitspraak raadpleegbaar te hebben. Er is gekozen voor de term âterstondâ in plaats van âonverwijldâ, om duidelijk te maken dat essentiĂ«le informatie snel na de uitspraak tot faillietverklaring in het CIR wordt opgenomen. In zowel het voorstel als de toelichting wordt echter een verschillende terminologie gehanteerd. Teneinde duidelijkheid aan de praktijk te geven, is het belangrijk eenduidige terminologie te hanteren. Om deze reden adviseert de Afdeling zowel in het voorstel als in de toelichting de term âterstondâ te hanteren. 3. De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele bijlage. De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden. De vice-president van de Raad van State, Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no.W03.17.0011/II Na Artikel I invoegen: De Faillissementswet wordt als volgt gewijzigd: HR 28 november 2014, ECLI:NL:HR:2014:3464. Toelichting, onderdeel W (artikel 110). Advies Raad voor de rechtspraak, paragraaf 2.11. Onderdeel D (artikel 14), voorstel. Toelichting, onderdeel D (artikel 14). Toelichting, paragraaf 7 (Consultatie). 2. âIn het derde lid wordt âof het kantoor van ieder lid der voorlopige commissie uit de schuldeisers, zo er een benoemd is, wordt door de curator onverwijld geplaatst in de Nederlandsche Staatscourantâ vervangen door: of het kantoor van ieder lid van de voorlopige schuldeiserscommissie, zo er een benoemd is, wordt door de griffier van de rechtbank geplaatst in de Nederlandsche Staatscourant en onverwijld ingeschreven in het register, bedoeld in artikel 19. In ieder geval worden de naam en de woonplaats of het kantoor van de gefailleerde in het hiervoor genoemde register ingeschreven, terstond op de dag van de uitspraak. â (Artikel I, Onderdeel D, voorstel). âIn de wet zal een termijn van publicatie âop de dag zelfâ worden neergelegd, in ieder geval wat betreft de gegevens van een failliete onderneming.â en âDe wettekst verzet zich er uiteraard niet tegen als alle informatie tegelijk wordt gepubliceerd, mits dit maar terstond op de dag van de uitspraak geschiedt.â (Toelichting, Onderdeel D (artikel 14)). PAGE 1 PAGE 2 PAGE I ........................................................................ ........... AAN DE KONING