Reactie op verzoek commissie over het 'Nationaal plan hormoonverstorende stoffen in een circulaire economie ter bescherming van de volksgezondheid'
Brief regering
Nummer: 2018D49790, datum: 2018-10-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2018D49790).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van zaak 2018Z18649:
- Indiener: S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2018-10-18 15:00: Leefomgeving (Algemeen overleg), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2018-10-30 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2018-11-06 16:30: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2018-11-07 14:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2018D49790 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 oktober 2018
Hierbij stuur ik u, mede namens de Minister voor Medische Zorg en Sport, de reactie op een artikel van WEMOS met een oproep voor een nationaal plan hormoonverstorende stoffen in een circulaire economie ter bescherming van de gezondheid.
Ik hecht grote waarde aan het zorgvuldig omgaan met hormoonverstorende stoffen, juist omdat deze al in lage concentraties een effect hebben op onze gezondheid en ook op het nageslacht. Het op de markt brengen van stoffen en producten is in grote mate geregeld via Europese regelgeving. In die regelgeving is al voorzien in het met extra voorzorg behandelen van de hormoonverstorende werking van zowel stoffen als specifieke producten zoals biociden, gewasbeschermingsmiddelen, kinderspeelgoed, cosmetica en voedselcontactmaterialen.
De Nederlandse inzet is daarom vooral gericht op het zo effectief mogelijk maken van die Europese bepalingen. Indien nodig voor de bescherming van gezondheid of het milieu in Nederland worden soms ook nationale maatregelen genomen. Een voorbeeld hiervan staat in de brief die u recent heeft ontvangen over bisfenol A en de vervangers daarvan (Kamerstuk 32 793, nr. 329) waar de Nederlandse regelgeving op sommige punten meer bescherming biedt dan de Europese regelgeving. De oproep van WEMOS maakt duidelijk dat er ook in de maatschappij zorgen leven over het gebruik van hormoonverstorende stoffen. Op deze korte termijn is het helaas niet goed mogelijk om op alle voorstellen in de petitie te reageren. Een inhoudelijke reactie op de door WEMOS voorgestelde acties wordt door de Minister voor Medische Zorg en Sport en mij later aan u toegestuurd.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer