Antwoord op vragen van het lid Van Raak over de Nederlandse verantwoordelijkheid voor offshore in het Koninkrijk
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2018D54101, datum: 2018-11-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiƫle HTML versie (ah-tk-20182019-660).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W.B. Hoekstra, minister van Financiƫn (Ooit CDA kamerlid)
- Mede namens: M. Snel, staatssecretaris van Financiƫn
- Mede namens: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming (Ooit VVD kamerlid)
- Mede namens: R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2018Z17352:
- Gericht aan: W.B. Hoekstra, minister van Financiƫn
- Indiener: A.A.G.M. van Raak, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (š origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
660
Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de Minister van FinanciĆ«n over de Nederlandse verantwoordelijkheid voor offshore in het Koninkrijk (ingezonden 2Ā oktober 2018).
Antwoord van Minister Hoekstra (FinanciĆ«n), mede namens de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretarissen van FinanciĆ«n en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 14Ā november 2018). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018ā2019, nr.Ā 505.
Vraag 1
Deelt u de mening van de voormalige Staatssecretaris van Financiƫn in 1995 dat offshore een Koninkrijksbelang is? Zo nee, waarom niet?1
Antwoord 1
De implementatie en uitvoering van fiscale wetgeving en overige financiĆ«le regelgeving die van belang is voor financieel dienstverleners vallen binnen de autonome bevoegdheid van de landen Aruba, CuraƧao en Sint Maarten. VĆ³Ć³r 10Ā oktober 2010 betrof dit een autonome aangelegenheid van het land de Nederlandse Antillen. Uit het krantenartikel maak ik op dat de toenmalige Staatssecretaris het van belang achtte om misbruik van fiscale regelingen van landen van het Koninkrijk tegen te gaan. Deze opmerking onderschrijf ik. Het krantenbericht gaat in op overleg dat in januari 1995 met de Nederlandse Antillen is gevoerd. Uit dat overleg is een wijziging van de Belastingregeling voor het Koninkrijk voortgekomen.2 Deze wijziging zag erop om misbruik en oneigenlijk gebruik van de Belastingregeling voor het Koninkrijk tegen te gaan, waaronder emigratie tussen de landen van het Koninkrijk waarbij het behalen van fiscale voordelen voorop staat. Verder werd de procedure voor het verkrijgen van de vermindering van de bronbelasting op deelnemingsdividenden voorzien van meer waarborgen ter verzekering van een juiste toepassing van de Belastingregeling.
Daarnaast maak ik het uit krantenartikel op dat er op de toenmalige Staatssecretaris waarde hechtte aan een solide financiƫle sector met echte financiƫle dienstverlening op de toenmalige Nederlandse Antillen. Ook deze opmerking onderschrijf ik.
Vraag 2
Wat is er gebeurd met het voorgestelde Nieuw Fiscaal Raamwerk van de Vereniging Offshore Belangen? Is dit in de Ć©Ć©n of andere vorm, onder Ć©Ć©n of andere naam, in de praktijk gebracht? Welke regelingen betreft het hier? Hoe lang zijn deze regelingen in werking geweest of zijn deze regelingen nog altijd in werking? Zijn in deze regelingen anti-misbruikbepalingen opgenomen? Zo ja, welke? Hoe en door wie wordt hier toezicht op gehouden?3
Antwoord 2
In 1999 is, naar aanleiding van de wens van de regering van de Nederlandse Antillen om mee te bewegen met de internationaal geldende fiscale normen en het streven om de internationale financiĆ«le dienstverlening in de Nederlandse Antillen bestendig verder te ontwikkelen, het Nieuw Fiscaal Raamwerk (hierna: NFR) geĆÆntroduceerd. Het NFR is op 1Ā januari 2000 in werking getreden en bracht belangrijke wijzigingen met zich in de Landsverordening op inkomstenbelasting 1943 en de Landsverordening op de winstbelasting 1940. Met de wijziging in de Landsverordening op de winstbelasting 1940 zijn verschillende offshorebepalingen komen te vervallen. Bij de implementatie van het NFR zijn hiervoor overgangsregelingen getroffen die uiterlijk op 31Ā december 2019 aflopen.
VĆ³Ć³r 10Ā oktober 2010 hield de belastingdienst van de Nederlandse Antillen toezicht op de geldende fiscale wet- en regelgeving. Op dit moment houden de belastingdiensten van de landen Aruba, CuraƧao en Sint Maarten toezicht op de aldaar geldende wet- en regelgeving, inclusief de daarin opgenomen antimisbruikbepalingen.
Vraag 3
Welke rol heeft het Ministerie van Financiƫn of een andere Nederlandse overheidsorganisatie of een commercieel bedrijf in opdracht van een Nederlandse overheidsorganisatie gespeeld bij het ontwerpen en/of beheren van deze Nederlands-Antilliaanse financiƫle offshore dienstverlening?
Antwoord 3
Ik ga er bij het beantwoorden van de vraag van uit dat wordt bedoeld welke rol Nederland heeft gespeeld bij de totstandkoming van het NFR. Het ontwerpen en vaststellen van fiscale wetgeving was destijds voorbehouden aan het parlement van het land de Nederlandse Antillen.
Een ingrijpende wijziging van het regime van de winstbelasting in de Nederlandse Antillen had destijds gevolgen voor de verhouding tussen de landen van het Koninkrijk zoals die was neergelegd in de Belastingregeling voor het Koninkrijk. Nederland heeft tijdens het overleg in januari 1995 de bereidheid uitgesproken te komen tot een aanpassing van de Belastingregeling voor het Koninkrijk die complementair is aan het overeen te komen Nieuw Fiscaal Raamwerk. Uitgangspunt bij die aanpassing was enerzijds de totstandkoming van een aantrekkelijk fiscaal stelsel voor economische activiteiten (in het bijzonder de internationale financiĆ«le dienstverlening) op de Nederlandse Antillen. Anderzijds waren daarbij ook bepalingen in de Belastingregeling voor het Koninkrijk opgenomen teneinde te waarborgen dat het overeen te komen stelsel voldoet aan de vereisten om te voorkomen dat de belastingheffing in de landen van het Koninkrijk zou kunnen worden ontgaan. Uiteindelijk heeft dit geleid tot de Rijkswet van 13Ā december 1996, houdende wijziging van de Belastingregeling voor het Koninkrijk in verband met maatregelen met het oog op het tegengaan van misbruik en oneigenlijk gebruik alsmede in verband met enige technische aanpassingen.4
Vraag 4
Deelt u de constatering dat sprake is van gedeelde financiƫle offshore dienstverlening tussen Nederland en de andere landen in het Koninkrijk? Zo nee, waarom niet? Waarom noemt u de afspraken tussen het Ministerie van Financiƫn, de Vereniging Offshore Belangen en het Ministerie van Financiƫn van de Nederlandse Antillen en CuraƧao geheim en onbekend?5
Antwoord 4
Die constatering deel ik niet. De implementatie en uitvoering van fiscale wetgeving en overige financiƫle regelgeving die van belang is voor financieel dienstverleners vallen binnen de autonome bevoegdheid van de landen van het Koninkrijk. Wel kan het zo zijn dat internationaal opererende ondernemingen in meerdere landen van het Koninkrijk actief zijn. Zij moeten daarbij voldoen aan de lokaal geldende regelgeving. Voor de fiscale afspraken tussen Nederland en de Nederlandse Antillen verwijs ik naar het antwoord op vraag 3. Voor zover er wordt gevraagd naar afspraken met individuele belastingplichtigen, zijn deze gemaakt in het kader van de uitvoering van de belastingwet. De fiscale geheimhoudingsplicht zoals vastgelegd in artikel 67 van de Algemene wet rijksbelastingen staat er aan in de weg dat ik op verzoek van derden informatie over de persoon of zaken van een ander openbaar maak die is verkregen bij de uitvoering van de belastingwet.
Vraag 5, 6 en 10
Welke Arubaanse, CuraƧaose en Sint Maartense e-gaminglicentiehouders bezitten tevens bedrijven in Nederland? Welke Arubaanse, CuraƧaose en Sint Maartense e-gaminglicentiehouders verrichten ook financiƫle dienstverlening in Nederland?
Hoeveel CuraƧaose online- en virtual private network (VPN-)gokbedrijven en hoeveel online websites bevinden zich thans binnen de Nederlands-Antilliaanse financiƫle offshore dienstverlening? Hoeveel Arubaanse online- (en VPN-)gokbedrijven en websites bestaan er thans? Worden deze ook vanuit de Nederlands-Antilliaanse financiƫle offshore dienstverlening bestuurd (en/ of vanuit CuraƧaose datacenters gerund)? Hoeveel Sint Maartense online- (en VPN-)gokbedrijven en websites bestaan er thans? Worden deze ook vanuit de Nederlands-Antilliaanse financiƫle offshore dienstverlening bestuurt?
Kunt u aangeven hoe groot het aandeel van online gokbedrijven is in de Nederlands-Antilliaanse financiƫle offshore dienstverlening, gespecificeerd per jaar, vanaf de start van deze online gokindustrie vanaf 1995 tot heden? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5, 6 en 10
Net als de financiƫle offshore dienstverlening is ook (het toezicht op) het aanbod van e-gaming (online kansspelen) vanuit CuraƧao, Aruba en Sint Maarten een verantwoordelijkheid van de landen zelf. Er wordt niet door een Nederlandse overheidsinstantie geadministreerd welke bedrijven in Nederland, die al dan niet financiƫle dienstverlening verrichten, tevens e-gaminglicenties bezitten in de genoemde landen. Hetzelfde geldt voor het aantal Arubaanse of Sint Maartense online gokbedrijven en websites, of deze bestuurd worden vanuit financiƫle offshore dienstverlening aldaar en wat het aandeel van deze gokbedrijven is in de financiƫle offshore dienstverlening aldaar.
Vraag 7
Deelt u deopvatting dat als binnen de Nederlands-Antilliaanse financiƫle offshore dienstverlening ongereguleerde en illegale online gokactiviteiten worden ondernomen waarbij gebruik wordt gemaakt van Nederlandse fiscale afspraken, dit niet alleen een zaak kan zijn van het land CuraƧao?
Antwoord 7
Waar sprake is van criminele activiteiten is een rol weggelegd voor de Openbaar Ministeries van Aruba, CuraƧao en Sint Maarten. Daarin ondersteunt Nederland de landen ook door middel van het financieren en het leveren van capaciteit voor het Recherche Samenwerkingsteam (RST) en het Team Bestrijding Ondermijning (TBO), die lokale opsporingsbevoegdheid hebben op het gebied van o.a. grensoverschrijdende criminaliteit, fraude, witwassen en ondermijning.
Waar sprake is van misbruik van bilaterale fiscale afspraken6 tussen landen van het Koninkrijk is er een rol weggelegd voor beide landen.
Vraag 8
Deelt u de constatering dat de International Financial Group (IFG) een opvolger is van de Vereniging Offshore Belangen? Deelt u mijn constatering dat de IFG tevens een vereniging is van e-gaminglicentiehouders?
Antwoord 8
Uit openbare bronnen kan ik niet opmaken of de International Financial Group (IFG) een opvolger is van de Vereniging Offshore Belangen en wat de achterban is van de IFG.
Vraag 9
Welke rol heeft Nederland gespeeld om van Malta een Ā«hubĀ» te maken voor CuraƧaose licentiehouders om de Europese markt te kunnen bedienen? Welke Nederlandse, Arubaanse, CuraƧaose en Sint Maartense e-gaminglicentiehouders verrichten eveneens financiĆ«le dienstverlening in Malta?7
Antwoord 9
Door Nederlandse overheidsinstellingen wordt niet geadministreerd welke Arubaanse, CuraƧaose of Sint Maartense licentiehouders financiƫle dienstverlening verrichten in Malta. In Nederland worden geen e-gaminglicenties of vergunningen voor het aanbieden van online kansspelen verstrekt. Er zijn derhalve geen Nederlandse vergunninghouders die financiƫle dienstverlening in Malta verrichten. Nederland heeft geen specifiek beleid ontwikkeld om van Malta een hub te maken voor CuraƧaose licentiehouders om de Europese markt te kunnen bedienen.
https://www.delpher.nl/nl/kranten/view?coll=ddd&identifier=ddd:010644745:mpeg21:p002ā©ļø
Kamerstuk 24Ā 583 (R1564), nr.Ā 3ā©ļø
https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010644771:mpeg21:p002ā©ļø
Stb 1996, 644.ā©ļø
https://koninkrijksrelaties.nu/2018/09/24/geen-inzage-in-geldstromen-tussen-online-goksector-op-curacao-en-nederland/ā©ļø
Zoals de Belastingregeling van het Koninkrijk of de huidige Belastingregeling Nederland ā CuraƧao.ā©ļø
http://www.flushdraw.net/news/mafia-linked-italian-sports-betting-sites-threaten-legal-retaliation-over-malta-regulatory-suspension/ā©ļø