Aanpassing concept besluit tot wijziging van het Warmtebesluit
Wijziging van de Warmtewet (wijzigingen naar aanleiding van de evaluatie van de Warmtewet)
Brief regering
Nummer: 2018D57223, datum: 2018-11-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-34723-33).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Onderdeel van kamerstukdossier 34723 -33 Wijziging van de Warmtewet (wijzigingen naar aanleiding van de evaluatie van de Warmtewet) .
Onderdeel van zaak 2018Z22489:
- Indiener: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2018-12-04 16:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2018-12-18 16:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-01-15 14:35: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
34 723 Wijziging van de Warmtewet (wijzigingen naar aanleiding van de evaluatie van de Warmtewet)
Nr. 33 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 november 2018
Op 29 november 2018 spreken wij tijdens een Algemeen Overleg (AO) over het door mij in het kader van de voorhangprocedure aan uw Kamer toegezonden voorstel tot wijziging van het Warmtebesluit (Kamerstuk 34 723, nr. 31).
Dit voorstel bevat een reguleringssystematiek voor de maximumprijs voor de kosten van het gebruik van warmte-koudesystemen (artikel F van het wijzigingsbesluit). Onderdeel van deze reguleringssystematiek is een overgangsrechtelijke bepaling (artikel 4a, vierde lid, van artikel F), die er voor zorgt dat bestaande overeenkomsten worden gerespecteerd en dus niet onder de nieuwe reguleringssystematiek vallen. In verband met een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam van 5 juli 20181 is het noodzakelijk om:
– de reikwijdte van de voorgehangen overgangsrechtelijke voorziening aan te passen, en
– een aanvullende overgangsrechtelijke voorziening te treffen.
Bijgevoegd treft u de tekst van de betreffende bepalingen en een toelichting hierop aan2.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes