Reactie op verzoek commissie inzake het artikel 'Verschil vergoeding slachtofferadvocaat en advocaat verdachte opmerkelijk’
Rechtsbijstand
Brief regering
Nummer: 2018D59130, datum: 2018-12-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31753-156).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 31753 -156 Rechtsbijstand.
Onderdeel van zaak 2018Z23456:
- Indiener: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2018-12-18 15:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2018-12-19 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2019-01-23 10:00: Gesubsidieerde rechtsbijstand (Algemeen overleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2019-01-31 10:00: Gesubsidieerde rechtsbijstand (voortzetting beantwoording eerste termijn + tweede termijn) (Algemeen overleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2019-02-06 13:25: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
31 753 Rechtsbijstand
Nr. 156 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 december 2018
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft mij op 4 juli 2018 verzocht te reageren op het artikel «Verschil vergoeding slachtofferadvocaat en advocaat verdachte opmerkelijk» (Advocatenblad, 26 juni 2018). In dit artikel wordt gevraagd naar de verklaring van dit verschil.
Het in voornoemd artikel beschreven verschil laat zich niet anders verklaren dan door het gegeven dat dit historisch zo is gegroeid. Er ligt geen specifieke afweging aan ten grondslag. In mijn brief van 9 november jl. heb ik u geïnformeerd over de contouren voor de herziening van het stelsel voor gesubsidieerde rechtsbijstand.1 Daarin heb ik ook een andere systematiek voor de vergoeding van rechtsbijstandverleners en een geleidelijke afbouw van het huidige forfaitaire stelsel in het vooruitzicht gesteld. De vergoedingen op basis van het huidige forfaitaire stelsel voor rechtsbijstandverleners worden, behoudens een indexering, tussentijds niet aangepast. Ik zie geen aanleiding om daar ten aanzien van de vergoedingen voor het bijwonen van pro forma zittingen door advocaten van verdachten of slachtofferadvocaten een uitzondering op te maken.
In mijn brief van 9 november jl. heb ik ook uiteen gezet dat in de rechtshulppakketten die ontwikkeld worden, uitgegaan wordt van vergoedingen die in betere verhouding staan tot de geleverde inspanningen, rekening houdend met de mogelijkheden van functiedifferentiatie. In 2019 wordt een begin gemaakt met de eerste pilots met rechtshulppakketten. In lijn met de motie van het lid Van Toorenburg c.s. (CDA) (Kamerstuk 35 000 VI, nr. 47) zoals ingediend tijdens de begrotingsbehandeling op 22 november jl. en door uw Kamer unaniem aangenomen zal ik met voorrang aandacht besteden aan het inrichten van rechtshulppakketten voor slachtoffers en deze conform bestaande afspraken kosteloos beschikbaar stellen aan slachtoffers van ernstige gewelds- en zedendelicten.
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker
Kamerstuk 31 753, nr. 155 (Brief contouren herziening stelsel gesubsidieerde rechtsbijstand)↩︎