Amendement van het lid Smeulders over handhaven aanwijzen gebieden of projecten bij AMvB
Wijziging van de Crisis- en herstelwet in verband met het versnellen van woningbouw en het faciliteren van duurzame ontwikkeling, zoals het verduurzamen van het energiegebruik
Amendement
Nummer: 2018D59702, datum: 2018-12-13, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35013-15).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.H.M. Smeulders, Tweede Kamerlid (Ooit GL kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35013 -15 Wijziging van de Crisis- en herstelwet in verband met het versnellen van woningbouw en het faciliteren van duurzame ontwikkeling, zoals het verduurzamen van het energiegebruik.
Onderdeel van zaak 2018Z23748:
- Indiener: P.H.M. Smeulders, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
35 013 Wijziging van de Crisis- en herstelwet in verband met het versnellen van woningbouw en het faciliteren van duurzame ontwikkeling, zoals het verduurzamen van het energiegebruik
Nr. 15 AMENDEMENT VAN HET LID SMEULDERS
Ontvangen 13 december 2018
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Artikel I, onderdeel B, vervalt.
II
In artikel I, onderdeel D, onder 3, wordt in het voorgestelde vijfde lid «Bij regeling» vervangen door «Bij algemene maatregel van bestuur op de voordracht» en wordt «in de algemene maatregel van bestuur geregelde» vervangen door «de».
III
Artikel I, onderdeel H, vervalt.
IV
Artikel I, onderdeel J, vervalt.
Toelichting
Op dit moment is het zo dat in het algemeen geldt dat afwijking van een hogere regeling in beginsel geschiedt op het naast lagere niveau. De regering wil hier in het voorliggende wetsvoorstel vanaf wijken door te regelen dat (nieuwe) gebieden of (concrete) projecten voortaan bij ministeriele regeling vast kunnen worden gesteld. De indiener is met de afdeling advisering Raad van State (RvS) van mening dat dit uitgangspunt moet worden gehandhaafd en dat er geen dwingende redenen zijn om hier in dit wetsvoorstel vanaf te wijken. Voor een nadere uiteenzetting van het genoemde uitgangspunt verwijst de indiener graag naar het advies van de RvS bij dit wetsvoorstel.1
Smeulders
Kamerstukken II 2017/18, 35 013, nr. 4.↩︎