[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Kuzu over het beschikbare lesmateriaal over het conflict tussen Israël en de Palestijnen

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2019D03055, datum: 2019-01-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20182019-1329).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2018Z22777:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

1329

Vragen van het lid Kuzu (DENK) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over het beschikbare lesmateriaal over het conflict tussen Israël en de Palestijnen (ingezonden 3 december 2018).

Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media), mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 29 januari 2019).

Vraag 1

Bent u bekend met de publicatie van het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI), waarin lesmateriaal ter beschikking wordt gesteld over het «conflict tussen Israël en de Palestijnen», primair bedoeld voor scholieren op het vmbo-gl/tl, maar ook voor havo- en vwo-leerlingen?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Heeft u ook kennisgenomen van de beschouwing van de historicus Jan Tervoort op de website van The Rights Forum, waarin indoctrinatie van scholieren vanuit het CIDI aan de orde wordt gesteld in zijn beschouwing van het lesmateriaal?2

Antwoord 2

Ja.

Vraag 3

Bent u bekend met de jaarlijks terugkerende collegereeks, waarin het CIDI studenten uitnodigt om «de kennis van Nederlandse studenten over het Palestijns-Israëlische conflict te vergroten en om het debat te verdiepen»?3

Antwoord 3

Ja.

Vraag 4

Vindt u het wenselijk dat een organisatie als het CIDI in de gelegenheid wordt gesteld scholieren en studenten te voorzien van lesmateriaal? Zo ja, waarom vindt u dat?

Antwoord 4

In de Grondwet is de vrijheid van onderwijs verankerd en het is dan ook niet de taak van het ministerie om een oordeel te vormen over de inhoud van het beschikbare lesmateriaal dan wel over de achtergrond van de uitgever. Dit kunt u ook teruglezen in de beantwoording van eerdere Kamervragen betreffende het Israëlisch-Palestijnse conflict in diverse methodes.4

Vraag 5

Bent u van oordeel dat een organisatie als het CIDI die prat gaat op het bestrijden van antisemitisme en het niet schuwt om mensen met ook maar de minste kritiek op Israël weg te zetten als antisemieten, nog langer serieus is te nemen als gesprekspartner van de regering? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) is een onafhankelijke organisatie, die zelf haar beleid bepaalt en geen subsidierelatie met de overheid onderhoudt. Het kabinet ziet geen enkele aanleiding een eventuele stellingname van het CIDI te kwalificeren, of om het CIDI uit te sluiten als mogelijke gesprekspartner. Zie ook de beantwoording op de Kamervragen van het lid Kuzu aan de Minister van Buitenlandse Zaken, ingezonden op 9 oktober 2018, Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 529.

Vraag 6

Bent u van oordeel dat het CIDI niet neutraal-objectief is in het conflict tussen Israël en de Palestijnen? Deelt u de mening dat het CIDI lesmateriaal daarmee ook niet neutraal en objectief is, maar een gekleurde en partijdige visie bevat? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Het CIDI beslist zelf over diens missie, opvattingen en doelstellingen. Het kabinet heeft daar geen oordeel over. Zie het antwoord op vraag 4 voor het oordeel over het lesmateriaal.

Vraag 7

Bent u van oordeel dat een organisatie als het CIDI dat zich weigert uit te spreken over de bewezen banden die door de regering van Israël worden onderhouden met antisemitische regimes, nog langer serieus is te nemen als gesprekspartner van de regering? Zo ja, waarom?

Antwoord 7

Nee. Het kabinet herkent zich niet in het beeld dat Israël «bewezen banden» onderhoudt met «antisemitische regimes». Zie voorts het antwoord op vraag 5, en de beantwoording op de Kamervragen van het lid Kuzu aan de Minister van Buitenlandse Zaken, ingezonden op 9 oktober 2018, Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 529.

Vraag 8

Deelt u de mening dat er van objectief lesmateriaal geen sprake meer kan zijn en bent u bereid om in te grijpen in deze ongewenste beïnvloeding? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 8

Analoog aan de beantwoording op recente vragen van het lid Beertema meld ik u dat ouders en leerlingen via de medezeggenschapsraad dergelijke onderwerpen in de school kunnen agenderen en bespreekbaar maken.5 Zie verder het antwoord op vraag 6.

Vraag 9

Kunt u aangeven vanaf welk moment er door universiteiten (en wellicht ook hogescholen) studiepunten worden toegekend aan studenten die deze (jaarlijks terugkerende) collegereeks – die (mede) wordt georganiseerd door het CIDI – afsluiten met een paper?

Antwoord 9

Een individuele student kan bij de examencommissie van zijn opleiding vragen of hij vrijstelling kan krijgen wanneer hij een cursus buiten de opleiding om volgt. Of en zo ja voor hoeveel studiepunten de student vrijstelling krijgt, is dus niet aan mij om te beslissen maar aan de desbetreffende examencommissie.

Vraag 10

Bent u bereid om ook deze praktijken te beëindigen? Indien nee, waarom niet?

Antwoord 10

Nee. Zie het antwoord op vragen 4 en 6. Het staat deze partijen vrij om aan scholen en instellingen lesmateriaal dan wel het verzorgen van eventuele colleges aan te bieden. Uiteindelijk is het aan scholen en instellingen om te bepalen om al dan niet op dat aanbod in te gaan.

Vraag 11

Bent u van mening dat een organisatie als het CIDI dat optreedt als een uitgesproken pro-Israël-organisatie geen invloed mag krijgen binnen het onderwijsbestel? Indien u geen bezwaar heeft tegen deze invloed, kunt u dit toelichten?

Antwoord 11

In de Grondwet is de vrijheid van onderwijs verankerd waarmee is geborgd dat maatschappelijke of religieuze organisaties het onderwijs mogen verzorgen en dit wordt bekostigd zolang er aan de juiste wettelijke voorwaarden zijn voldaan. Daarmee is het onderwijs niet volledig vrij want eenieder moet zich houden aan de Grondwet waarin ook het verbod is geregeld op discriminerende, racistische of haat zaaiende teksten. Binnen de speelruimte van deze wetten staat het eenieder vrij om zich in het onderwijsdomein te begeven.

Vraag 12

Wilt u in overweging nemen om voortaan de organisaties Een Ander Joods Geluid en The Rights Forum, organisaties die wél objectief berichten over het Midden-Oosten, te betrekken bij de ontwikkeling van lesmateriaal en het verzorgen van eventuele colleges?

Antwoord 12

Het staat deze partijen vrij om lesmateriaal aan te bieden dan wel het verzorgen van eventuele colleges.


  1. https://www.cidi.nl/nu-te-bestellen-geschiedeniskatern-over-het-conflict-tussen-israel-en-de-palestijnen/

    vmbo-gl/tl: voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs – gemengde leerweg/theoretische leerweg

    havo: hoger algemeen voortgezet onderwijs; vwo: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs↩︎

  2. https://rightsforum.org/nieuws/cidi-indoctrineert-scholieren-zogenaamd-afgewogen-lesmateriaal-israel-palestina/↩︎

  3. https://www.cidi.nl/events/schrijf-je-nu-in-voor-de-cidi-collegereeks-2019/↩︎

  4. Zie bijvoorbeeld Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 149 en 2471 en Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2015–2016, nr. 334↩︎

  5. Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 1155.↩︎