Antwoord op vragen van de leden Alkaya en Van Raak over het bericht dat de topman van ABN AMRO niet wil dat de overheid treuzelt met de verkoop
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2019D11490, datum: 2019-03-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiƫle HTML versie (ah-tk-20182019-1985).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W.B. Hoekstra, minister van Financiƫn (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2019Z02548:
- Gericht aan: W.B. Hoekstra, minister van Financiƫn
- Indiener: M.Ć. Alkaya, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A.A.G.M. van Raak, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (š origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1985
Vragen van de leden Alkaya en Van Raak (beiden SP) aan de Minister van FinanciĆ«n over het bericht dat de topman van ABN AMRO niet wil dat de overheid treuzelt met de verkoop (ingezonden 11Ā februari 2019).
Antwoord van Minister Hoekstra (FinanciĆ«n) (ontvangen 21Ā maart 2019).
Vraag 1, 2
Kunt u, al dan niet via NL financial investments (NLFI), aan ABN AMRO verzoeken om openbaar te maken welke toekomstscenarioās voor deze bank zijn uitgewerkt, en kunt u de Kamer informeren over de uitkomst van uw verzoek?1
Kunt u alle rapportages over verschillende toekomstscenarioās voor ABN AMRO, die in 2018 door de bank zijn uitgewerkt, openbaar maken en aan de Kamer doen toekomen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 1, 2
In mijn beantwoording van de vragen van het lid Alkaya van 31Ā januari 2019 heb ik aangegeven dat ik niet bekend ben met toekomstscenarioās die ABN AMRO opgesteld zou hebben. In deze vragen werd specifiek gevraagd naar scenarioās die zagen op een verkoopstop. Hiervan heb ik gezegd dat scenarioās die uitgaan van een verkoopstop wat mij betreft niet aan de orde zijn, want wat in het regeerakkoord staat geldt nog steeds: ABN AMRO wordt zo snel als verantwoord mogelijk is, volledig naar de markt gebracht.
Het is goed wanneer ABN AMRO nadenkt over de toekomst en wat de aangekondigde afbouw van het staatsbelang voor de bank betekent, maar ABN AMRO is niet verantwoordelijk voor de verkoopstrategie van de staat. Dit is een beslissing van de staat en NLFI adviseert mij hierover. Ik vind het dan ook niet opportuun om ABN AMRO te verzoeken dergelijke scenarioās, mochten deze al bestaan, openbaar te maken.
Vraag 3
In hoeverre acht u de informatieplicht aan de Kamer ook van toepassing op bedrijven waarbij de Nederlandse staat de grootste aandeelhouder is?
Antwoord 3
De informatieplicht aan de Kamer is van toepassing op ministers en staatssecretarissen. Deze plicht is niet van toepassing op bedrijven waarbij de Nederlandse staat (meerderheids)aandeelhouder is.
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018ā2019, nr. 1374ā©ļø