[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Administratieve omissie bij de beantwoording vragen commissie over onderzoeken grondtransacties NS

Spoor: vervoer- en beheerplan

Brief regering

Nummer: 2019D18475, datum: 2019-05-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29984-847).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29984 -847 Spoor: vervoer- en beheerplan.

Onderdeel van zaak 2019Z09030:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019

29 984 Spoor: vervoer- en beheerplan

Nr. 847 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 mei 2019

Op 25 april 20191 heb ik u samen met de Minister van Financiën de antwoorden gestuurd op de vragen die door de leden van de Vaste Commissie voor Infrastructuur en Waterstaat gesteld waren inzake onderzoeken grondtransacties NS. Als gevolg van een administratieve omissie zijn de ongelakte versies van het «Rapport ProRail B.V.: Samenvatting tijdlijn gronden Groen portefeuille (Rail Side) en GreeNS (Bakkhe)» en «Tijdlijn gronden Groen portefeuille (Rail Side) en GreeNS (Bakkhe)» bijgevoegd. Hierin waren de onderdelen die betrekking hadden op bedrijfsvertrouwelijke gegevens en persoonsgegevens niet onleesbaar gemaakt.

Op 26 april 2019 zijn alsnog de gelakte versies van het rapport en de tijdlijn aan de Griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal verstrekt (Kamerstuk 29 984, nr. 845).

Ik heb hierover contact gehad met de betrokkenen en verontschuldig mij voor de verwarring die mogelijk hierdoor is ontstaan. Tevens heb ik stappen ondernomen om herhaling te voorkomen.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer


  1. Kamerstuk 29 984, nr. 845↩︎