[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2019D21273, datum: 2019-05-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35210-XVI-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 35210 XVI-2 Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota).

Onderdeel van zaak 2019Z10339:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019

35 210 XVI Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

INHOUDSOPGAVE

A. Artikelsgewijze toelichting bij het wetsvoorstel 00
B. Begrotingstoelichting 00
1. Leeswijzer 00
2. Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties 00
3. De beleidsartikelen 00
4. De niet-beleidsartikelen 00
5. Financieel Beeld Zorg 00

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikel 1

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2019 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

Tevens wordt in onderdeel B een actueel beeld gegeven van de uitgaven onder het Uitgavenplafond Zorg (UPZ).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge

De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Leeswijzer

De mutaties in deze suppletoire begroting bestaan uit herschikkingen binnen de begrotingsuitgaven of binnen de premie-uitgaven, uit overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken, uit financieringsverschuivingen tussen premiemiddelen en begrotingsmiddelen en uit middelen die generaal aan de VWS-begroting zijn toegevoegd, dan wel middelen die generaal vrijvallen. De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Voorjaarsnota 2019, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt.

Om de leesbaarheid van de toelichting op de beleidsartikelen te bevorderen zijn de volgende uitgangspunten toegepast:

1. Naast de beleidsmatig relevante mutaties worden de mutaties toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag voor de uitgaven en ontvangsten op de instrumenten binnen een subartikelonderdeel hoger is dan € 2,5 miljoen. Eveneens kunnen bedragen onder deze norm worden toegelicht indien politiek relevant.

2. Voor wat betreft de verplichtingenmutaties wordt per artikel enkel het saldo weergegeven.

Er zijn in deze suppletoire begroting geen begrotingsstaten van de agentschappen opgenomen.

2. Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties

Vastgestelde begroting 2019 16.471.358
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Rijksbijdrage Wlz 3 900.000
2) Maatschappelijke diensttijd 4 35.000
3) SectorPlanPlus 4 – 53.167
4a) Transitie Jeugd 5 43.566
4b) Jeugdautoriteit 5 20.000
5) Buurtsportcoaches 6 – 60.800
6) Zorgtoeslag 8 – 124.600
7) Loonbijstelling 11 82.080
8) Overige mutaties 134.135
Stand 1esuppletoire begroting 2019 17.447.572
Vastgestelde begroting 2019 87.563
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Wanbetalers en onverzekerden 2 6.000
2) Terugontvangsten aan CAK verstrekte lening 4 4.590
3) Afromen vermogen CIBG 10 11.534
4) Desaldering bijdrage CIBG 10 6.735
5) Desaldering PD Alt 10 11.510
6) Overige mutaties 6.341
Stand 1esuppletoire begroting 2019 134.273

3. De beleidsartikelen

Artikel 1 Volksgezondheid

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 681.398 38.090 719.488 49.791 769.279 25.005 12.090 3.185 4.764
Uitgaven 730.754 38.090 768.844 7.150 775.994 37.736 20.811 7.436 8.780
Waarvan juridisch verplicht (%) 93,7% 99%
1. Gezondheidsbescherming 125.386 3.000 128.386 284 128.670 1.107 – 258 624 624
Subsidies 20.026 3.000 23.026 – 4.313 18.713 – 562 – 1.650 – 497 – 497
Uitvoering landelijke nota gezondheidsbeleid / Nationaal Programma Preventie 19.551 3.000 22.551 – 4.313 18.238 – 562 – 1.650 – 497 – 497
Overig 475 0 475 0 475 0 0 0 0
Opdrachten 1.827 0 1.827 358 2.185 223 231 – 1 – 1
Overig 1.827 0 1.827 358 2.185 223 231 – 1 – 1
Bijdragen aan agentschappen 103.396 0 103.396 4.355 107.751 1.438 1.160 1.121 1.121
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit 86.720 0 86.720 700 87.420 0 0 0 0
RIVM: wettelijke taken en beleidsondersteuning zorgbreed 15.831 0 15.831 4.389 20.220 1.669 1.392 1.121 1.121
Overig 845 0 845 – 734 111 – 231 – 232 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 137 0 137 – 116 21 8 1 1 1
College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden 126 0 126 – 116 10 8 1 1 1
Overig 11 0 11 0 11 0 0 0 0
2. Ziektepreventie 521.403 1.000 522.403 8.036 530.439 6.529 10.886 8.486 9.830
Subsidies 262.109 0 262.109 13.103 275.212 – 2.734 3.200 2.500 3.300
Ziektepreventie 26.294 0 26.294 14.953 41.247 – 5.834 0 0 0
RIVM: Regelingen publieke en seksuele gezondheid 211.225 0 211.225 5.050 216.275 9.700 9.700 9.700 9.700
Niet Invasieve Prenatale Test (NIPT) 24.590 0 24.590 – 6.900 17.690 – 6.600 – 6.500 – 7.200 – 6.400
Opdrachten 11.050 – 500 10.550 – 2.288 8.262 – 976 – 744 – 744 – 200
(Vaccin)onderzoek 11.027 0 11.027 – 2.765 8.262 0 0 0 0
Overig 23 – 500 – 477 477 0 – 976 – 744 – 744 – 200
Bijdragen aan agentschappen 247.226 1.500 248.726 – 2.779 245.947 10.239 8.430 6.730 6.730
RIVM: Opdrachtverlening Centra 247.226 1.500 248.726 – 2.779 245.947 10.239 8.430 6.730 6.730
Bijdragen aan medeoverheden 1.018 0 1.018 0 1.018 0 0 0 0
Overig 1.018 0 1.018 0 1.018 0 0 0 0
3. Gezondheidsbevordering 64.571 33.390 97.961 – 3.677 94.284 27.785 8.813 – 3.044 – 3.044
Subsidies 45.217 25.925 71.142 – 2.866 68.276 23.668 7.213 – 2.721 – 2.579
Preventie van schadelijk middelengebruik (alcohol, drugs en tabak) 10.037 10.200 20.237 2.235 22.472 127 127 127 127
Gezonde leefstijl en gezond gewicht 15.052 9.200 24.252 – 633 23.619 0 0 0 0
Letselpreventie 4.151 0 4.151 275 4.426 0 0 0 0
Bevordering kwaliteit en toegankelijkheid zorg 4.598 0 4.598 37 4.635 37 37 0 0
Bevordering van seksuele gezondheid 11.287 6.525 17.812 – 4.296 13.516 3.354 – 351 – 3.171 – 3.171
Overig 92 0 92 – 484 – 392 20.150 7.400 323 465
Opdrachten 4.120 7.465 11.585 770 12.355 5.500 2.200 0 0
Heroïnebehandeling op medisch voorschrift 3.100 0 3.100 0 3.100 0 0 0 0
Communicatie verhoging leeftijdsgrenzen alcohol en tabak 0 6.865 6.865 – 60 6.805 – 1.060 0 0 0
Overig 1.020 600 1.620 830 2.450 6.560 2.200 0 0
Bijdragen aan agentschappen 643 0 643 – 584 59 594 739 169 130
Overig 643 0 643 – 584 59 594 739 169 130
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 191 0 191 – 96 95 – 633 0 0 0
Overig 191 0 191 – 96 95 – 633 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 14.400 0 14.400 – 901 13.499 – 1.344 – 1.339 – 492 – 595
Heroïnebehandeling op medisch voorschrift 13.303 0 13.303 0 13.303 0 0 0 0
Overig 1.097 0 1.097 – 901 196 – 1.344 – 1.339 – 492 – 595
4. Ethiek 19.394 700 20.094 2.507 22.601 2.315 1.370 1.370 1.370
Subsidies 17.709 500 18.209 1.617 19.826 1.755 1.235 1.235 1.235
Abortusklinieken 16.092 0 16.092 1.000 17.092 1.000 1.000 1.000 1.000
Beleid Medische Ethiek 1.617 500 2.117 617 2.734 755 235 235 235
Opdrachten 341 200 541 755 1.296 425 0 0 0
Overig 341 200 541 755 1.296 425 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 1.344 0 1.344 135 1.479 135 135 135 135
CIBG: Uitvoeringstaken medische ethiek 1.344 0 1.344 135 1.479 135 135 135 135
Ontvangsten 11.903 0 11.903 0 11.903 0 0 0 0
Bestuurlijke boetes 5.400 0 5.400 0 5.400 0 0 0 0
Overig 6.503 0 6.503 0 6.503 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

1. Gezondheidsbescherming
Subsidies
Uitvoering landelijke nota gezondheidsbeleid / Nationaal Programma Preventie

Er is € 2,9 miljoen overgeheveld naar het gemeentefonds. Via een decentralisatie-uitkering worden deze middelen beschikbaar gesteld aan GIDS-gemeenten (Gezond in de stad), voor het vormen van een lokale coalitie rondom de eerste 1.000 dagen van kinderen. De overige € 1,4 miljoen betreft een overheveling naar de instrumenten subsidies en opdrachten van het subartikelonderdeel Ethiek. Voor het uitvoeren van maatschappelijke discussies en onderzoeken op medisch ethische onderwerpen zijn extra middelen nodig.

Bijdragen aan agentschappen
RIVM: Wettelijke taken en beleidsondersteuning zorgbreed

Voor een groot aantal aanvullende opdrachten is budget overgeheveld naar dit instrument. Dit betreft opdrachten op het terrein van de RIVM-programma’s Wettelijke taak Volksgezondheid en Zorg (€ 1,7 miljoen), Beleidsondersteuning Volksgezondheid en Zorg (€ 0,2 miljoen), Sport (€ 0,4 miljoen), Beleidsondersteuning Geneesmiddelen en Medische technologie (€ 1,1 miljoen) en Risicoschatting en beoordeling ten behoeve van beleid (€ 1 miljoen).

2. Ziektepreventie
Subsidie
Ziektepreventie

De tegemoetkoming Q-koortspatiënten wordt in 2019 uitgekeerd. De hiervoor in 2020 gereserveerde middelen zijn naar 2019 overgeheveld (€ 5,8 miljoen). Voorts is het budget voor de tegemoetkoming Q-koorts patiënten verhoogd, zodat iedereen die recht heeft op de tegemoetkoming een bedrag van € 15.000 ontvangt. Het totale budget voor de tegemoetkoming bedraagt daarmee € 11,5 miljoen. Tot slot is budget overgeheveld naar het instrument RIVM voor de opdrachtverlening Centra voor de aanpak van antibioticaresistentie (€ 1,8 miljoen) zodat zij uitvoering kunnen geven aan deze aanpak. De overige mutaties bedragen € 0,2 miljoen.

RIVM: Regelingen publieke en seksuele gezondheid

In verband met de gekozen wijze van uitvoering van de vergoeding voor de zorgkosten PrEP-gebruik worden binnen artikel 1 de hiervoor gereserveerde middelen overgeheveld van het instrument subsidies seksuele gezondheid naar het instrument subsidies RIVM Regelingen publieke en seksuele gezondheid (€ 3,4 miljoen). De overige mutaties bedragen € 1,6 miljoen.

Niet Invasieve Prenatale Test (NIPT)

De kosten van de Niet Invasieve Prenatale Test (NIPT) zijn lager dan eerder was geraamd door een lager deelnemingspercentage en een lagere kostprijs (€ 6,9 miljoen).

Bijdragen aan agentschappen
RIVM: Opdrachtverlening Centra

Op basis van de uitgaven in de laatste jaren zijn de ramingen voor een aantal programma's die worden uitgevoerd door het RIVM (Rijksvaccinatieprogramma, PSIE, Neonatale hielprikscreening en het Nationaal Programma Griep) verlaagd. Tevens is het budget verlaagd in verband met de vertraging van de invoering van de maternale kinkhoestvaccinatie (de invoering staat gepland voor december 2019 (TK 32 793, nr. 371)). Tegelijkertijd is het budget verhoogd om het quadrivalente vaccin aan te bieden aan zorgverleners en de doelgroepen van het Nationaal Programma Griep. De daarmee samenhangende mutaties leiden uiteindelijk tot een bijstelling van het budget van € 5,3 miljoen.

Ten slotte is budget overgeheveld naar dit instrument voor de aanpak van antibioticaresistentie (€ 1,8 miljoen). De overige mutaties bedragen € 0,7 miljoen.

3. Gezondheidsbevordering
Subsidies
Bevordering van seksuele gezondheid

In verband met de gekozen wijze van uitvoering van de vergoeding voor de zorgkosten PrEP-gebruik worden, binnen artikel 1, de hiervoor gereserveerde middelen overgeheveld van het instrument subsidies seksuele gezondheid naar het instrument subsidies RIVM Regelingen publieke en seksuele gezondheid (€ 3,4 miljoen). Verder heeft het overleg met een brede coalitie van veldpartijen voor het opstellen van een plan voor Preventie en ondersteuning bij onbedoelde (tiener)zwangerschappen (TK 32 279, nr. 123) veel tijd gekost. De hiervoor gereserveerde middelen komen daardoor in 2019 deels niet tot besteding (€ 2,6 miljoen). De middelen worden doorgeschoven naar 2021. Voorts is vanuit artikel 3 Langdurige Zorg budget overgeheveld voor de zorg en ondersteuning bij onbedoelde zwangerschap (€ 1,5 miljoen). De overige mutaties bedragen € 0,2 miljoen.

Artikel 2 Curatieve zorg

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 3.152.861 0 3.152.861 – 7.748 3.145.113 – 22.846 – 12.263 – 26.506 – 9.800
Uitgaven 3.177.587 0 3.177.587 – 11.079 3.166.508 – 19.958 – 9.540 – 26.506 – 9.800
Waarvan juridisch verplicht (%) 98% 99,3%
1. Kwaliteit en veiligheid 241.563 0 241.563 – 605 240.958 4.617 4.571 5.617 4.718
Subsidies 215.995 0 215.995 6.145 222.140 6.589 2.895 1.731 1.331
IKNL en NKI 54.323 0 54.323 1.601 55.924 0 0 0 0
Zwangerschap en geboorte 3.104 0 3.104 0 3.104 0 0 0 0
Registratie en uitwisseling zorggegevens (PALGA) 3.712 0 3.712 0 3.712 0 0 0 0
Ontsluiten patiëntgegevens ziekenhuizen 28.844 0 28.844 5.100 33.944 0 0 0 0
Stimuleren E health en versterken inzet ICT GGZ 39.074 0 39.074 0 39.074 0 0 0 0
Nederlandse transplantatie stichting 7.500 0 7.500 1.278 8.778 0 0 0 0
Orgaandonatie en transplantatie 4.413 0 4.413 0 4.413 0 0 0 0
Expertisefunctie zintuigelijk gehandicapten 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Antibioticaresistentie 15.100 0 15.100 – 4.500 10.600 – 4.500 – 4.500 – 4.500 – 4.500
Basisondersteuning Research Prinses Maxima Centrum 4.114 0 4.114 0 4.114 0 0 0 0
Digitale landelijke gegevensuitwisseling in de geboortezorg 4500 0 4.500 0 4.500 0 0 0 0
Hoofdlijnenakkoord MSZ 13.000 0 13.000 0 13.000 0 0 0 0
Hoofdlijnenakkoord GGZ 5.000 0 5.000 0 5.000 0 0 0 0
Hoofdlijnenakkoord Huisartsenzorg 18.000 0 18.000 0 18.000 0 0 0 0
Hoofdlijnenakkoord Wijkverpleging 2.800 0 2.800 0 2.800 0 0 0 0
Overig 12.511 0 12.511 2.666 15.177 11.089 7.395 6.231 5.831
Opdrachten 15.020 0 15.020 – 3.512 11.508 1.897 744 3.046 3.046
Publiekscampagne orgaandonatie 10.000 0 10.000 – 1.880 8.120 0 0 0 0
Overig 5.020 0 5.020 – 1.632 3.388 1.897 744 3.046 3.046
Bijdragen aan agentschappen 8.756 0 8.756 – 2.106 6.650 – 3.928 – 2.200 – 3.620 – 3.920
aCBG 0 0 0 0 0 2.200 2.200 300 0
CIBG: Donorregister 3.040 0 3.040 621 3.661 – 3.098 0 0 0
Overig 5.716 0 5.716 – 2.727 2.989 – 3.030 – 4.400 – 3.920 – 3.920
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 1.792 0 1.792 – 1.132 660 59 3.132 4.460 4.261
Overig 1.792 0 1.792 – 1.132 660 59 3.132 4.460 4.261
2. Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg 2.858.118 0 2.858.118 2.266 2.860.384 – 57.785 – 61.396 – 97.128 – 91.828
Subsidies 52.385 0 52.385 – 2.732 49.653 – 3.480 – 3.823 – 6.083 – 6.083
Sluitende aanpak personen met verward gedrag 17.581 0 17.581 – 430 17.151 2.700 2.500 2.500 2.500
Stimuleringsprogramma competentieontwikkeling openbaar apothekers 2888 0 2.888 0 2.888 0 0 0 0
Vertrouwenspersoon in de ggz 6.686 0 6.686 0 6.686 0 0 0 0
Suïcidepreventie 9.056 0 9.056 0 9.056 0 0 0 0
Subsidieregeling Borstvergroting transgenders 4.200 0 4.200 – 319 3.881 0 0 0 0
Overig 11.974 0 11.974 – 1.983 9.991 – 6.180 – 6.323 – 8.583 – 8.583
Bekostiging 2.787.715 0 2.787.715 0 2.787.715 – 57.500 – 59.300 – 90.900 – 85.600
Rijksbijdrage Zorgverzekeringsfonds voor financiering van verzekerden 18- 2.749.100 0 2.749.100 0 2.749.100 – 57.500 – 59.300 – 90.900 – 85.600
Rijksbijdrage dempen premie ten gevolgen van HLZ 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen 38.615 0 38.615 0 38.615 0 0 0 0
Opdrachten 14.308 0 14.308 2.543 16.851 1.559 541 963 963
Kwaliteit, veiligheid, doelmatigheid hulpmiddelen 900 0 900 0 900 0 0 0 0
Implementatie wet verplichte GGZ 5.437 0 5.437 0 5.437 0 0 0 0
Overig 7.971 0 7.971 2.543 10.514 1.559 541 963 963
Bijdragen aan agentschappen 2.739 0 2.739 3.126 5.865 1.694 1.276 976 976
CIBG: WPG/GVS/APG 2.739 0 2.739 3.126 5.865 1.694 1.276 976 976
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 971 0 971 – 671 300 – 58 – 90 – 2.084 – 2.084
ZonMW: gepast gebruik genees- en hulpmiddelen 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overig 971 0 971 – 671 300 – 58 – 90 – 2.084 – 2.084
3. Ondersteuning van het stelsel 77.906 0 77.906 – 12.740 65.166 33.210 47.285 65.005 77.310
Subsidies 34.272 0 34.272 – 15.519 18.753 27.331 46.331 65.081 78.081
Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen 1.270 0 1.270 0 1.270 0 0 0 0
Overgang integrale tarieven medisch-specialistische zorg 32.727 0 32.727 – 16.000 16.727 0 0 0 0
Overig 275 0 275 481 756 27.331 46.331 65.081 78.081
Inkomensoverdrachten 17.696 0 17.696 3.500 21.196 3.500 0 0 0
Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel 17.570 0 17.570 3.500 21.070 3.500 0 0 0
Overig 126 0 126 0 126 0 0 0 0
Opdrachten 5.006 0 5.006 3.460 8.466 4.560 3.135 2.105 1.410
Risicoverevening 1.954 0 1.954 0 1.954 0 0 0 0
Uitvoering zorgverzekeringstelsel 915 0 915 290 1.205 300 0 0 0
Overig 2.137 0 2.137 3.170 5.307 4.260 3.135 2.105 1.410
Bijdragen aan agentschappen 15.595 0 15.595 – 4.100 11.495 – 2.100 – 2.100 – 2.100 – 2.100
CJIB: Onverzekerden en wanbetalers 15.595 0 15.595 – 4.100 11.495 – 2.100 – 2.100 – 2.100 – 2.100
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 5.256 0 5.256 0 5.256 0 0 0 0
SVB: Onverzekerden 3.781 0 3.781 0 3.781 0 0 0 0
Overig 1.475 0 1.475 0 1.475 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 81 0 81 – 81 0 – 81 – 81 – 81 – 81
VenJ: Bijdrage C2000 81 0 81 – 81 0 – 81 – 81 – 81 – 81
Ontvangsten 1.053 0 1.053 6.000 7.053 4.000 2.000 0 0
Overig 1.053 0 1.053 6.000 7.053 4.000 2.000 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

1. Kwaliteit en veiligheid
Subsidies
Ontsluiten patiëntgegevens ziekenhuizen

Vanwege vertraging bij de voorbereidingen om GGZ-instellingen in staat te stellen hun patiënt-gegevens te ontsluiten, is het bedrag dat in 2018 is overgebleven, € 5,1 miljoen, naar 2019 doorgeschoven.

Antibioticaresistentie

Op grond van onderzoek naar de structurele bekostiging van de zorgnetwerken1 antibioticaresistentie vallen de uitgaven van deze zorgnetwerken lager uit dan geraamd. De vrijvallende middelen (€ 4,5 miljoen) worden voor een deel ingezet voor (internationale) onderzoeksprogramma’s ten behoeve van de ontwikkeling van nieuwe antibioticageneesmiddelen en alternatieve behandelwijzen.

Overig

De hogere uitgaven hangen onder meer samen met de overbruggingsfinanciering van het programma Topzorg. Om de periode tussen de afloop van het oude programma en de aanvang van het nieuwe programma Topzorg te overbruggen zijn aanvullende middelen nodig (€ 3 miljoen in 2019 en € 1 miljoen in 2020). Anderzijds worden lagere uitgaven verwacht op diverse kleine posten.

Bijdragen aan agentschappen
Overig

De uitgaven naar aanleiding van bij de komst van EMA afgesloten Memoranda of Understanding met diverse EU-lidstaten, worden gedaan over een langere periode dan eerder geraamd. De verlaging van het budget in 2019 (ca. € 3 miljoen) betreft een kasschuif naar de jaren 2020 (€ 2,2 miljoen), 2021 (€ 0,5 miljoen) en 2022 (€ 0,3 miljoen) om de uitgaven over een langere periode mogelijk te maken.

2. Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg
Opdrachten
Overig

Deze post betreft een verzameling van een groot aantal mutaties, met als belangrijkste een bijdrage aan een landelijk telefoonnummer voor personen met verward gedrag. In 2017 heeft het Schakelteam een advies uitgebracht dat er een landelijk dekkend netwerk van regionale advies- en meldpunten voor niet-acute meldingen moet komen, met 24/7 bereikbaarheid, bedoeld voor personen met verward gedrag (of personen die de grip op leven dreigen te verliezen). Hier bovenop moet een landelijk telefoonnummer ingericht worden dat doorschakelt naar de regionale/lokale meldpunten. De kosten hiervoor worden in 2019 geraamd op € 1,2 miljoen en vanaf 2020 € 2,5 miljoen per jaar. Daarnaast is er sprake van een bijdrage aan de uitvoeringskosten van het CIZ (€ 1 miljoen in 2019 en € 0,5 miljoen in 2020) op grond van het wetsvoorstel toegang Wlz voor mensen met een psychische stoornis.

Bijdragen aan agentschappen
CIBG: WPG/GVS/APG

De hogere uitgaven dan geraamd hangen onder meer samen met de hogere kosten van € 1,3 miljoen voor het uitvoeren van taken rond wet op de Geneesmiddelenprijzen (WGP) en het Geneesmiddelenvergoedingensysteem (GVS) door het agentschap CIBG. Daarnaast is er sprake van hogere kosten in verband met een bijdrage (€ 1,3 miljoen) aan het aCBG voor toegankelijke informatie over geneesmiddelen aan patiënten, waarbij specifiek aandacht is voor groepen met beperkte gezondheidsvaardigheden.

3. Ondersteuning van het stelsel
Subsidies
Overgang integrale tarieven medisch-specialistische zorg

De middelen die in het regeerakkoord voor 2019 zijn gereserveerd voor stimulering van medisch specialisten in loondienst/participatiemodel komen in 2019 niet tot besteding in afwachting van de uitkomsten van de evaluatie van de subsidieregeling overgang integrale tarieven MSZ en onderzoek naar de bevordering van gelijkgerichtheid (€ 16 miljoen).

Inkomensoverdrachten
Overgangsregeling FLO/VUT-ouderenregeling ambulancepersoneel

De uitgaven voor de overgangsregeling FLO/VUT-ouderenregeling ambulancepersoneel vallen in 2019 € 3,5 miljoen hoger uit dan begroot.

Opdrachten
Overig

Voor ondersteuning in het kader van «De Juiste Zorg op de Juiste Plek» wordt het budget met € 3,2 miljoen verhoogd. Het betreft onder meer ondersteuning in de vorm van de organisatie van regionale- en themabijeenkomsten, het creëren van een kennisplatform, de ontwikkeling van een basisdataset door het RIVM ten behoeve van het gedeelde beeld in de regio en een subsidieregeling via ZonMw waarmee regionale partijen expertise kunnen inhuren bij het ontwikkelen van het gedeelde beeld en procesondersteuning voor het opzetten of intensiveren van samenwerking in de regio (zie ook TK 29 689, nr. 938).

Bijdragen aan agentschappen
CJIB: Onverzekerden en wanbetalers

Bij het CJIB is sprake van lagere uitvoeringskosten (€ 4,1 miljoen) in het kader van de aanpak van onverzekerden en wanbetalers. De meevallende uitgaven zijn mede het gevolg van lagere deurwaarderskosten als gevolg van het vervallen van de eindafrekening.

Ontvangsten
Overig

Het CAK heeft de raming van de ontvangsten als gevolg van de aanpak van wanbetalers geactualiseerd. Op basis hiervan wordt de opbrengstenraming in de VWS-begroting opwaarts bijgesteld. Deze bijstelling is per abuis verwerkt op artikel 2 in plaats van artikel 4. Dit zal bij ontwerpbegroting 2020 gecorrigeerd worden.

Artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 5.240.778 0 5.240.778 – 173.821 5.066.957 – 365.486 52.721 461.386 – 153.345
Uitgaven 5.165.018 0 5.165.018 916.126 6.081.144 – 365.486 52.721 461.386 – 153.345
Waarvan juridisch verplicht (%) 95,5% 96,2%
1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen 236.402 0 236.402 – 11.090 225.312 – 15.786 – 8.121 – 7.832 – 8.895
Subsidies 121.506 0 121.506 – 37.830 83.676 – 44.536 – 36.871 – 6.582 – 7.645
Movisie 7.378 0 7.378 0 7.378 0 0 0 0
Onbeperkt meedoen 2.000 0 2.000 0 2.000 0 0 0 0
Sociale werkplaatsen 2.600 0 2.600 0 2.600 0 0 0 0
Ondersteuning vrijwilligers 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Mezzo 2.300 0 2.300 0 2.300 0 0 0 0
Zorg en ondersteuning bij onbedoelde zwangerschap 1.546 0 1.546 0 1.546 0 0 0 0
Waardig ouder worden 21.238 0 21.238 4.766 26.004 – 11.363 – 2.084 – 4.238 – 5.346
Opvang slachtoffers loverboys 2.731 0 2.731 326 3.057 0 0 0 0
Onafhankelijke cliëntondersteuning 13.920 0 13.920 – 9.191 4.729 – 1.500 – 1.500 0 0
Brede aanpak LVB, daklozen en zwerfjongeren 1.200 0 1.200 775 1.975 0 0 0 0
Gratis VOG 1.500 0 1.500 0 1.500 0 0 0 0
Stimuleringsregeling E-health Thuis (SET) 30.000 0 30.000 – 818 29.182 – 760 – 888 0 0
Woonzorgarrangementen 30.000 0 30.000 – 30.000 0 – 30.000 – 30.000 0 0
Overig 5.093 0 5.093 – 3.688 1.405 – 913 – 2.399 – 2.344 – 2.299
Opdrachten 100.636 0 100.636 – 2.010 98.626 0 0 0 0
Bovenregionaal gehandicaptenvervoer 62.707 0 62.707 0 62.707 0 0 0 0
Categorale opvang slachtoffers mensenhandel 600 0 600 0 600 0 0 0 0
Doventolk en luisterend oor 4.174 0 4.174 0 4.174 0 0 0 0
Waardig ouder worden 10.300 0 10.300 0 10.300 0 0 0 0
Aanpak Laaggeletterdheid 2.000 0 2.000 – 2.000 0 0 0 0 0
Brede aanpak LVB, daklozen en zwerfjongeren 1.200 0 1.200 0 1.200 0 0 0 0
Gratis VOG 7.450 0 7.450 0 7.450 0 0 0 0
Overig 12.205 0 12.205 – 10 12.195 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s 13.010 0 13.010 0 13.010 0 0 0 0
Doventolkvoorzieningen 13.010 0 13.010 0 13.010 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 1.250 0 1.250 – 1.250 0 – 1.250 – 1.250 – 1.250 – 1.250
Overig 1.250 0 1.250 – 1.250 0 – 1.250 – 1.250 – 1.250 – 1.250
Storting/onttrekking begrotingsreserve 0 0 0 30.000 30.000 30.000 30.000 0 0
Stimulerings regeling wonen en zorg 0 0 0 30.000 30.000 30.000 30.000 0 0
2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten 4.928.616 0 4.928.616 927.216 5.855.832 – 349.700 60.842 469.218 – 144.450
Subsidies 145.644 – 1.200 144.444 – 15.520 128.924 15.841 17.247 – 3.447 – 215
Vilans 4.771 0 4.771 702 5.473 122 122 122 122
Centrum Consultatie en Expertise (CCE) 11.382 0 11.382 1.388 12.770 1.388 1.388 1.388 1.388
InVoorZorg! (IVZ) 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Joodse en Indische instellingen 2.115 0 2.115 0 2.115 0 0 0 0
Palliatieve zorg 32.803 0 32.803 – 304 32.499 12.015 12.576 13.088 11.688
Dementie 3.412 0 3.412 – 2.000 1.412 – 2.000 0 0 0
Thuis in het verpleeghuis 29.851 0 29.851 12.042 41.893 10.946 – 7.969 – 7.969 – 300
Volwaardig leven 9.800 3.500 13.300 – 2.533 10.767 5.749 2.235 0 0
Kennisinfrastructuur 6.615 0 6.615 – 2.499 4.112 – 1.383 – 691 370 – 474
VIPP care 30.000 0 30.000 – 21.100 8.900 0 20.000 0 0
Overig 14.895 – 4.700 10.195 – 1.216 8.983 – 10.997 – 10.413 – 10.446 – 12.639
Bekostiging 4.676.100 0 4.676.100 911.900 5.588.000 – 402.300 37.200 467.900 – 148.500
Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK) 3.676.100 0 3.676.100 11.900 3.688.000 – 2.300 – 62.800 – 132.100 – 248.500
Bijdrage Wlz 1.000.000 0 1.000.000 900.000 1.900.000 – 400.000 100.000 600.000 100.000
Opdrachten 7.805 1.200 9.005 15.163 24.168 16.880 3.520 3.068 3.168
Overig 7.805 1.200 9.005 15.163 24.168 16.880 3.520 3.068 3.168
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s 99.067 0 99.067 15.673 114.740 19.879 2.875 1.697 1.097
Uitvoeringskosten SVB pgb trekkingsrechten 35.647 0 35.647 8.612 44.259 8.118 2.114 936 936
Centrum Indicatiestelling Zorg 63.420 0 63.420 7.061 70.481 11.761 761 761 161
Overig 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Ontvangsten 3.441 0 3.441 2.250 5.691 0 0 0 0
Overig 3.441 0 3.441 2.250 5.691 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen
Subsidies
Waardig ouder worden

Deze mutatie bestaat uit een saldo van diverse technische (over)boekingen in het kader van Waardig ouder worden. Het gaat met name om het opnieuw beschikbaar stellen van niet ingezette middelen in 2018 voor onder andere versteviging respijtzorg en dagopvang (€ 1,6 miljoen) en landelijke vrijwilligersorganisaties (€ 2,9 miljoen).

Onafhankelijke cliëntondersteuning

Dit betreft met name de overboeking naar het Gemeentefonds van € 8 miljoen voor cliëntondersteuning. In het Regeerakkoord zijn extra middelen vrijgemaakt om deze functie te versterken. Gemeenten moeten hun burgers op grond van de Wmo 2015 gratis onafhankelijke cliëntondersteuning bieden. De middelen worden ingezet voor het zogenaamde koplopertraject cliëntondersteuning van de VNG. Hiervoor zijn 24 gemeenten geselecteerd als koploper om de functie van onafhankelijke cliëntondersteuning verder door te ontwikkelen. Daarnaast zijn meerjarig middelen beschikbaar gesteld voor onafhankelijke cliëntondersteuning in de Wlz, onder meer binnen het programma Volwaardig Leven.

Woonzorgarrangementen

Voor de borgstelling van de stimuleringsregeling woonzorg arrangementen is voor 2019, 2020 en 2021 binnen artikel 3 € 30 miljoen overgeheveld van het instrument subsidies naar het instrument storting/onttrekking begrotingsreserve.

Storting/onttrekking begrotingsreserve
Stimulerings regeling wonen en zorg

Dit betreft de overheveling binnen artikel 3 van de € 30 miljoen van de stimuleringsregeling woonzorg arrangementen naar het instrument storting/onttrekking begrotingsreserve.

2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten
Subsidies
Thuis in het verpleeghuis

Het programma Waardigheid en Trots op locatie – waar aanbieders geholpen worden om te voldoen aan kwaliteitskader – is later gestart dan beoogd. De middelen die in 2018 gereserveerd waren, ter hoogte van € 8,3 miljoen, zijn doorgeschoven naar 2019. Daarnaast is bij eerste suppletoire € 15,3 miljoen uit de jaren 2021 en 2022 overgeheveld naar 2019 (€ 4,1 miljoen) en 2020 (€ 11,2 miljoen) zodat instellingen in de jaren 2019 en 2020 ondersteund worden vanuit het programma om te gaan voldoen aan het kwaliteitskader verpleeghuis.

Volwaardig leven

Voor het programma Volwaardig leven, zijn bij het Regeerakkoord additionele middelen beschikbaar gesteld voor pilots cliëntondersteuning (€ 0,5 miljoen). Daarnaast is een ander kasritme voor de uitvoering van amendement 35 000 XVI, nr. 16 Innovatie-impuls gehandicaptenzorg (€ 1,5 miljoen). Met de innovatie-impuls gaan we de toepassing van technologie bij aanbieders versterken. Tevens heeft een ramingsbijstelling op dit begrotingsinstrument plaatsgevonden (€ 1,5 miljoen). Per saldo leidt dit tot een verlaging van het beschikbare budget van € 2,5 miljoen in 2019.

ViIPP care

De subsidieregeling voor de versnelling van gegevensuitwisseling in de langdurige zorg – InZicht – wordt in de loop van 2019 opengesteld. De subsidieregeling is pas halverwege 2019 beschikbaar en de verwachting is dat de aanvragen zullen toenemen in de tijd. Hierop is het kasritme aangepast. Bij eerste suppletoire is een kasschuif verwerkt waarbij € 20 miljoen uit 2019 is doorgeschoven naar 2021. Voor de ondersteuningsstructuur is daarnaast € 1 miljoen overgeheveld naar het opdrachtenkader.

Bekostiging
Bijdrage in Kosten van Kortingen (BIKK)

De uitgavenraming voor de BIKK is op basis van het Centraal Economisch Plan (CEP) van het Centraal Planbureau (CPB) bijgesteld (€ 11,9 miljoen).

Bijdrage Wlz

Het doel van de rijksbijdrage Wlz is te voorkomen dat in het Fonds langdurige zorg (Flz) tekorten ontstaan. Als gevolg van de actuele ramingen in het Centraal Economisch Plan van het Centraal Planbureau (inzake de uitgaven en inkomsten van het Flz) wordt de rijksbijdrage Wlz verhoogd met € 900 miljoen. De verhoging van de rijksbijdrage is niet relevant voor (toetsing aan) het uitgavenplafond en beïnvloedt ook het EMU-saldo niet.

Opdrachten
Overig

Dit betreft een mutatie van € 12 miljoen per jaar in 2019 en 2020 voor de doorontwikkeling en het beheer van het PGB2.0-systeem en voor de inzet van het PGB2.0-team dat het opdrachtgeverschap voert. Daarnaast is budget beschikbaar gesteld voor de pgb actieagenda (€ 2,2 miljoen) en leiden een aantal ramingsbijstellingen per saldo tot een mutatie van € 1 miljoen. Het gaat hierbij om een kasschuif voor de challenge verpleeghuizen (€ – 0,8 miljoen), een mutatie voor de regeling inzicht (€ 1 miljoen) en eindejaarsmargemutaties (€ 0,7 miljoen).

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s
Uitvoeringskosten SVB pgb trekkingsrechten

De SVB ontwikkelt en beheert het financieel domein van het PGB2.0-systeem, hiervoor is € 6,7 miljoen benodigd in 2019. Daarnaast maakt de SVB kosten voor de uitvoering van het pgb-trekkingsrecht voor het Zvw-domein. Hiervoor is bij eerste suppletoire € 1,9 miljoen beschikbaar gesteld.

Centrum Indicatiestelling Zorg

Er is momenteel een wetswijziging in behandeling om de Wlz open te stellen voor cliënten met een psychische stoornis. Voor het CIZ betekent dit vanaf 1 januari 2020 een toename in het aantal indicatiebesluiten voor de Wlz. Voorts krijgt het CIZ onder de Wet zorg en dwang (Wzd) als nieuwe taak de uitvoering van de verzoekersrol bij een (voorwaardelijke) rechterlijke machtiging (RM) of Inbewaringstelling (IBS). Hiervoor is het budget in 2019 bijgesteld met € 6,9 miljoen, waarvan € 3,9 miljoen voor het Wzd-traject en € 3 miljoen voor het openstellen van de Wlz voor cliënten met een psychische stoornis.

Artikel 4 Zorgbreed beleid

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 975.548 18.325 993.873 – 89.380 904.493 23.384 45.530 84.629 55.882
Uitgaven 1.211.761 18.325 1.230.086 – 6.800 1.223.286 83.384 60.530 95.629 65.882
Waarvan juridisch verplicht (%) 97% 95,8%
1. Positie cliënt 30.093 0 30.093 3.535 33.628 – 4.379 – 4.366 – 4.308 – 196
Subsidies 21.446 0 21.446 3.132 24.578 – 4.368 – 4.366 – 4.308 – 196
Patiënten- en gehandicaptenorganisaties 21.000 0 21.000 – 4.000 17.000 – 4.000 – 4.000 – 4.000 0
Overig 446 0 446 7.132 7.578 – 368 – 366 – 308 – 196
Opdrachten 8.647 0 8.647 403 9.050 – 11 0 0 0
Ondersteuning cliëntorganisaties 3.850 0 3.850 0 3.850 0 0 0 0
Overig 4.797 0 4.797 403 5.200 – 11 0 0 0
2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt 542.044 0 542.044 – 70.355 471.689 12.216 – 2.871 55.165 – 124
Subsidies 520.045 0 520.045 – 65.120 454.925 13.444 – 1.643 56.393 1.104
Stageplaatsen zorg / Stagefonds 112.000 0 112.000 0 112.000 0 0 0 0
Publieke Gezondheidszorgopleidingen 21.000 0 21.000 0 21.000 0 0 0 0
Vaccinatie stageplaatsen zorg 4.700 0 4.700 0 4.700 0 0 0 0
Opleiding tot verpleegkundig specialist/physician assistant 38.000 0 38.000 0 38.000 0 0 0 0
Opleidingsplaatsen jeugd ggz 1.500 0 1.500 0 1.500 0 0 0 0
Kwaliteitsimpuls personeel ziekenhuiszorg 200.000 0 200.000 0 200.000 0 0 0 0
Versterking regionaal onderwijs- en arbeidsmarktbeleid 11.500 0 11.500 0 11.500 0 0 0 0
Arbeidsmarktagenda (sectorbreed) 15.000 0 15.000 0 15.000 0 0 0 0
Arbeidsmarktagenda (verpleeghuizen) 67.500 0 67.500 – 55.400 12.100 3.700 – 3.300 55.000 0
Verpleegkundige vervolgopleidingen in een veranderend zorglandschap 8.000 0 8.000 8.000
Overig 40.845 0 40.845 – 9.720 31.125 9.744 1.657 1.393 1.104
Opdrachten 9.861 0 9.861 – 3.485 6.376 – 1.228 – 1.228 – 1.228 – 1.228
Opleidingen & beroepenstructuur 5.000 0 5.000 – 1.485 3.515 0 0 0 0
Overig 4.861 0 4.861 – 2.000 2.861 – 1.228 – 1.228 – 1.228 – 1.228
Bijdragen aan agentschappen 12.138 0 12.138 – 1.750 10.388 0 0 0 0
CIBG: Bijdrage voor onder andere UZI-register, BIG-register en SVB-Z 11.638 0 11.638 – 1.750 9.888 0 0 0 0
RIVM: opleiding publiekegezondheidssector en kosten van ziekten 500 0 500 0 500 0 0 0 0
3. Kwaliteit, transparantie en kennisontwikkeling 274.098 17.825 291.923 47.191 339.114 66.205 60.558 37.763 60.193
Subsidies 48.979 150 49.129 – 1.165 47.964 5.550 1.625 1.350 1.350
Nivel 5.268 0 5.268 600 5.868 650 700 200 0
Programma Innovatie en zorgvernieuwing 15.291 150 15.441 – 4.896 10.545 2.000 0 0 0
Nictiz 5.800 0 5.800 513 6.313 0 0 0 0
Transparantie kwaliteit van zorg 7.288 0 7.288 0 7.288 0 0 0 0
Uitkomstgerichte zorg 12.462 0 12.462 0 12.462 0 0 0 0
Rechtmatige zorg 783 0 783 0 783 0 0 0 0
Overig 2.087 0 2.087 2.618 4.705 2.900 925 1.150 1.350
Opdrachten 15.268 231 15.499 13.721 29.220 10.315 6.535 6.535 6.535
Programma Innovatie en zorgvernieuwing 11.387 231 11.618 – 2.500 9.118 0 0 0 0
Verminderen ervaren regeldruk 345 0 345 0 345 0 0 0 0
Rechtmatige zorg 78 0 78 0 78 0 0 0 0
Overig 3.458 0 3.458 16.221 19.679 10.315 6.535 6.535 6.535
Bijdragen aan agentschappen 18.823 0 18.823 440 19.263 1.200 1.200 1.200 1.200
CIBG: WTZi en JMV 18.823 0 18.823 0 18.823 0 0 0 0
Overig 0 0 0 440 440 1.200 1.200 1.200 1.200
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 191.028 17.444 208.472 34.195 242.667 49.140 51.198 28.678 51.108
ZonMw: programmering 191.028 17.444 208.472 34.195 242.667 49.140 51.198 28.678 51.108
4. Inrichten uitvoeringsactiviteiten 241.431 0 241.431 10.093 251.524 4.682 4.049 3.849 2.849
Opdrachten 530 0 530 1.786 2.316 1.500 1.500 1.000 0
Uitvoering Wtcg 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overig 530 0 530 1.786 2.316 1.500 1.500 1.000 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 239.901 0 239.901 8.307 248.208 3.182 2.549 2.849 2.849
CAK 116.449 0 116.449 5.024 121.473 1.363 730 730 730
NZa 57.455 0 57.455 600 58.055 600 600 600 600
Zorginstituut Nederland 60.454 0 60.454 2.269 62.723 1.400 1.400 1.700 1.700
CSZ 2.500 0 2.500 0 2.500 0 0 0 0
Overig 3.043 0 3.043 414 3.457 – 181 – 181 – 181 – 181
Bijdragen aan medeoverheden 1.000 0 1.000 0 1.000 0 0 0 0
Overig 1.000 0 1.000 0 1.000 0 0 0 0
5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland 124.095 500 124.595 2.736 127.331 4.660 3.160 3.160 3.160
Bekostiging 124.095 500 124.595 2.736 127.331 4.660 3.160 3.160 3.160
Zorg en welzijn 124.095 500 124.595 2.736 127.331 4.660 3.160 3.160 3.160
Ontvangsten 58.660 0 58.660 4.590 63.250 2.295 2.295 2.295 2.295
Wanbetalers en onverzekerden 53.802 0 53.802 0 53.802 0 0 0 0
Overig 4.858 0 4.858 4.590 9.448 2.295 2.295 2.295 2.295

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

1. Positie cliënt
Subsidies
Patiënten- en gehandicapten organisaties

Overheveling van middelen (€ 4 miljoen) vanuit het per 2019 ingestelde nieuwe beleidskader voor publieke gezondheidsorganisaties (pg-organisaties) voor de uitvoering van het projectsubsidieprogramma Voor Elkaar! door ZonMW waarop niet alleen de bestaande pg-organisaties maar ook nieuwe organisaties/netwerken kunnen inschrijven.

Overig

Voor kosten die samenhangen met de faillissementen van MC Slotervaart en MC IJsselmeerziekenhuizen, zoals het bewaren en toegankelijk houden van medische dossiers van patiënten, wordt € 7,5 miljoen gereserveerd. Voorts is voor de uitvoeringskosten van ZonMw voor het programma Voor Elkaar! € 0,3 miljoen overgeheveld naar artikelonderdeel 3.

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt
Subsidies
Arbeidsmarktagenda (verpleeghuizen)

Het arbeidsmarktprogramma Sectorplanplus kent tijdvakken, waarbij de uitgaven in meerdere jaren vallen. Vanwege verschuiving van de middelen naar latere tijdvakken zijn een aantal kasschuiven tussen de jaren nodig. De grootste is de schuif van 2019 naar 2022 (€ 55 miljoen).

Overig

De via het Hoofdlijnenakkoord GGZ beschikbaar gestelde bijdragen voor extra opleidingsplaatsen GGZ worden via een kasschuif beschikbaar gesteld voor de jaren 2019 t/m 2023.

3. Kwaliteit, transparantie en kennisontwikkeling
Subsidies
Programma Innovatie en zorgvernieuwing

Door de latere inwerkingtreding van de subsidieregeling voor gebruikers van persoonlijke gezondheidsomgevingen (PGO) ligt het zwaartepunt van de regeling in 2020 (€ 2 miljoen).

Daarnaast heeft er een interne herschikking plaatsgevonden voor het programma Zorg van nu (€ 1,1 miljoen). Tot slot hebben er diverse technische mutaties plaatsgevonden (€ 0,3 miljoen).

Opdrachten
Overig

De post opdrachten overig bestaat uit diverse mutaties:

– De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) bouwt en ontwikkelt een routeringsdienst voor de zorg. Deze voorziening is nodig voor de veilige authenticatie in het zorgdomein, zonder veel administratieve lasten en kosten voor zorgaanbieders. Voor de bouw en-, ontwikkeling van deze routeringsdienst en aansluiting van zorgaanbieders is € 5,8 miljoen euro beschikbaar gesteld voor 2019. Voor 2020 en verder is structureel € 2,5 miljoen euro per jaar gereserveerd voor beheer- en onderhoudskosten.

– Voor de jaren 2019 en verder tot 2024 is geld beschikbaar gesteld voor internationale ontwikkelingen in uitwisseling van medische gegevens. In dit programma wordt invulling gegeven aan randvoorwaarden om te voldoen aan een internationale verplichting, waarvoor een voorziening wordt gerealiseerd. Het doel is dat iemand uit een ander land zich in Nederland kan melden bij een ziekenhuis en dat zijn/haar gegevens uit zijn/haar eigen land kunnen worden opgevraagd. Voor 2019 is hiervoor € 3,1 miljoen euro gereserveerd, in 2020 € 2 miljoen euro en vanaf 2021 structureel € 1 miljoen euro.

– In 2018 en 2019 is de Tweede Kamer geïnformeerd over activiteiten voor het benutten van data in de zorg (TK 27 529, nr. 164) en het opstellen en uitvoeren van een roadmap voor gegevensuitwisseling onder regie van VWS (TK 27 529, nr. 183). Hiervoor zijn meerdere actielijnen uitgezet en is voor 2019 € 2,2 miljoen euro gereserveerd, in 2020 € 2 miljoen euro en vanaf 2021 structureel € 0,4 miljoen euro.

– In 2017 zijn middelen beschikbaar gekomen voor de kosten van de doorbelasting voor het gebruik van DigiD in de zorg. In 2018 is besloten dat een aantal niet-transactiegerichte Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) voorzieningen worden doorbelast aan departementen op basis van een verdeelsleutel. Voor 2019 en verder is structureel € 1,7 miljoen beschikbaar gesteld.

– Het overige bedrag is het saldo van verschillende technische mutaties.

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s
ZonMw: programmering

Het programma maatschappelijke diensttijd wordt in 2020 voortgezet (€ 35 miljoen). Hierbij is voorzien in een afzonderlijke mogelijkheid om projecten voor gemeenten te starten. Verder zijn middelen overgeheveld van artikelonderdeel 1 Positie Cliënt voor de uitvoering van het programma Voor Elkaar! (4,3 miljoen). Voorts is een kasschuif tussen de jaren 2019 tot en met 2024 verwerkt om de beschikbare budgetten voor de programma’s Wat werkt voor de jeugd, Expertisefunctie Zintuiglijk Gehandicapten, Voor Elkaar! en Maatschappelijke diensttijd aan te laten sluiten bij de liquiditeitsbehoefte van ZonMw (€ 11,8 miljoen). Voor de uitvoering van diverse andere programma’s is in totaal € 6,7 miljoen overgeheveld.

4. Inrichten uitvoeringsactiviteiten
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s
CAK

Door een administratieve fout is een aan het CAK in 2018 toegekend bedrag van € 5 miljoen niet tot betaling gekomen. Dit bedrag is nu opnieuw beschikbaar gekomen, zodat het in 2019 nabetaald kan worden aan het CAK.

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland
Bekostiging
Zorg en Welzijn

Er is € 5 miljoen toegevoegd aan het zorgbudget op Caribisch Nederland in verband met de hogere raming van de zorguitgaven in 2019. Daarnaast is de wijze van bekostiging van naschoolse activiteiten en dagbesteding op Caribisch Nederland gewijzigd van een VWS-subsidie naar een bijzondere uitkering via het Ministerie van BZK. Een bedrag van € 1,7 miljoen is hiertoe overgeboekt van VWS naar BZK. Tevens is als gevolg van een andere dan veronderstelde wisselkoers sprake van lagere uitgaven aan zorg en jeugdzorg op Caribisch Nederland van € 0,8 miljoen en zijn de kosten aan de shared-service organisatie van het Rijk op Caribisch Nederland gedaald met € 0,2 miljoen vanwege het lagere aantal werkplekken. Hierdoor vindt een structurele budgetoverheveling plaats vanuit BZK

Ontvangsten
Overig

In 2017 heeft VWS aan het CAK een lening verstrekt zodat het CAK de openstaande schuld aan het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten (AFBZ) kon voldoen. Met het CAK is afgesproken dat deze lening in de jaren vanaf 2019 zal worden terugbetaald aan VWS (€ 4,6 miljoen).

Artikel 5 Jeugd

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 101.104 0 101.104 55.186 156.290 – 5.495 – 4.734 – 617 – 350
Uitgaven 101.104 0 101.104 55.186 156.290 – 5.495 – 4.734 – 617 – 350
Waarvan juridisch verplicht (%) 86% 96,4%
3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel 101.104 0 101.104 55.186 156.290 – 5.495 – 4.734 – 617 – 350
Subsidies 90.542 0 90.542 60.895 151.437 – 1.617 – 1.122 – 384 – 350
Schippersinternaten 17.824 0 17.824 0 17.824 0 0 0 0
Kennis en beleidsinformatie 6.656 0 6.656 499 7.155 – 4 0 0 0
Kindermishandeling 18.385 0 18.385 – 2.295 16.090 – 408 – 142 – 34 0
Transitie jeugd 0 0 0 43.566 43.566 0 0 0 0
Jeugdautoriteit 0 0 0 20.000 20.000 0 0 0 0
Zorg voor jeugd 47.677 0 47.677 – 875 46.802 – 1.205 – 980 – 350 – 350
Overig 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Opdrachten 9.048 0 9.048 – 5.524 3.524 – 3.878 – 3.612 – 233 0
Kennis en beleidsinformatie 1.621 0 1.621 – 570 1.051 0 0 0 0
Kindermishandeling 458 0 458 – 278 180 – 278 – 12 – 233 0
Zorg voor jeugd 6.969 0 6.969 – 4.676 2.293 – 3.600 – 3.600 0 0
Overig 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 1.302 0 1.302 0 1.302 0 0 0 0
Overig 1.302 0 1.302 0 1.302 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 212 0 212 – 185 27 0 0 0 0
Overig 212 0 212 – 185 27 0 0 0 0
Ontvangsten 4.508 0 4.508 0 4.508 24.000 7.097 0 0
Laagdrempelige ondersteuning opvoeden en opgroeien 4.423 0 4.423 0 4.423 0 0 0 0
Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel 0 0 0 0 0 24.000 7.097 0 0
Noodzakelijke en passende zorg 85 0 85 0 85 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel
Subsidies
Transitie jeugd

Het budget voor de subsidieregeling bijzondere transitiekosten Jeugdwet, bedoeld voor dekking van onvermijdelijke kosten door instellingen om essentiële jeugdzorg te continueren, is met de suppletoire begroting aangevuld met € 43,6 miljoen. Deze € 43,6 miljoen wordt ingezet om de (herziene) subsidieaanvragen die eind 2018 zijn ingediend, te kunnen financieren en instellingen van tijdelijke liquiditeitssteun te voorzien.

Jeugdautoriteit

In een bestuurlijk overleg tussen VWS en de VNG is overeengekomen om in 2019 € 20 miljoen bij de Jeugdautoriteit te positioneren. Hiermee kan de Jeugdautoriteit een tijdelijk vangnet bieden om continuïteit van essentiële jeugdhulp te garanderen.

Opdrachten
Zorg voor jeugd

Vanuit het programma «Geweld hoort nergens thuis», is € 2,6 miljoen via een decentrale uitkering aan het Gemeentefonds uitgekeerd ten behoeve van het aanstellen van regionale projectleiders. De projectleiders zijn aangesteld om uitvoering te geven aan de aanpak zoals in het programmaplan omschreven, zodat huiselijk geweld en kindermishandeling worden gestopt, worden teruggedrongen en de schade ervan wordt beperkt. De cirkel van geweld, de overdracht van generatie op generatie moet hiermee doorbroken worden. Ook is er vanuit het programma «Geweld hoort nergens thuis», € 1 miljoen via het Gemeentefonds uitgekeerd, ter financiering van een aantal regionale pilots voor multidisciplinaire centra voor kindermishandeling en huiselijk geweld.

Daarnaast is er een aanvullend bedrag van € 0,1 miljoen via het gemeentefonds uitgekeerd ten behoeve van de tegemoetkoming van het transformatiefonds.

Artikel 6 Sport en bewegen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 408.968 0 408.968 – 77.569 331.399 – 3.830 – 1.030 – 70 0
Uitgaven 409.498 0 409.498 – 67.789 341.709 – 1.500 – 80 – 70 0
Waarvan juridisch verplicht (%) 97,9% 100%
1. Passend sport- en beweegaanbod 1.772 0 1.772 167 1.939 0 0 0 0
Subsidies 1.772 0 1.772 0 1.772 0 0 0 0
Sport en bewegen in de buurt 1.041 0 1.041 0 1.041 0 0 0 0
Stimuleren van een veiliger sportklimaat 731 0 731 0 731 0 0 0 0
Opdrachten 0 0 0 167 167 0 0 0 0
Sport en bewegen in de buurt 0 0 0 167 167 0 0 0 0
2. Uitblinken in sport 2.850 0 2.850 582 3.432 0 0 0 0
Subsidies 2.850 0 2.850 582 3.432 0 0 0 0
Topsportevenementen 2.850 0 2.850 582 3.432 0 0 0 0
3. Borgen van innovatie, kennisontwikkeling en kennisdeling 0 0 0 146 146 0 0 0 0
Opdrachten 0 0 0 146 146 0 0 0 0
Kennis als fundament 0 0 0 146 146 0 0 0 0
4. Sport verenigt Nederland 404.876 0 404.876 – 68.684 336.192 – 1.500 – 80 – 70 0
Subsidies 169.442 0 169.442 – 7.999 161.443 – 9.365 – 9.280 – 570 – 500
Inclusief sporten 3.227 0 3.227 – 1.310 1.917 – 1.595 – 2.825 – 570 – 500
Vaardig in bewegen 5.300 0 5.300 – 4.815 485 – 5.190 – 4.690 – 1.000 – 1.000
Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties 87.000 0 87.000 0 87.000 0 0 0 0
Positief sportklimaat 7.016 0 7.016 – 5.730 1.286 – 6.525 – 6.605 – 3.000 – 3.000
Vitale sportaanbieders 8.971 0 8.971 5.775 14.746 5.445 4.840 4.000 4.000
Topsportevenementen 9.793 0 9.793 – 1.582 8.211 – 1.500 0 0 0
Topsportprogramma’s 39.499 0 39.499 0 39.499 0 0 0 0
Kennis en innovatie sportbeleid 8.636 0 8.636 – 337 8.299 0 0 0 0
Inkomensoverdrachten 13.406 0 13.406 0 13.406 0 0 0 0
Stipendiumregeling 13.406 0 13.406 0 13.406 0 0 0 0
Opdrachten 213 0 213 4.095 4.308 3.860 2.000 500 500
Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties 0 0 0 3.240 3.240 2.730 950 0 0
Kennis en innovatie sportbeleid 213 0 213 0 213 0 0 0 0
Overig 0 0 0 855 855 1.130 1.050 500 500
Bijdragen aan ZBO/RWT’s 1.808 0 1.808 0 1.808 0 0 0 0
Dopingautoriteit 1.808 0 1.808 0 1.808 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 152.000 0 152.000 0 152.000 0 0 0 0
Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties 152.000 0 152.000 0 152.000 0 0 0 0
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties 230 0 230 0 230 0 0 0 0
Dopingbestrijding 230 0 230 0 230 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 67.777 0 67.777 – 64.780 2.997 4.005 7.200 0 0
GF: Inclusief sporten 61.000 0 61.000 – 60.800 200 0 0 0 0
EZK: Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties 6.714 0 6.714 – 6.660 54 – 6.660 – 6.665 0 0
BZ: Internationaal 63 0 63 0 63 0 0 0 0
Sportakkoord 0 0 0 2.680 2.680 10.665 13.865 0 0
Ontvangsten 740 0 740 0 740 0 0 0 0
Overig 740 0 740 0 740 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

Vorig jaar zomer heeft VWS samen met de sport, gemeenten, maatschappelijke organisaties en bedrijven het Sportakkoord gesloten. De afgelopen periode is bepaald hoe uitvoering wordt gegeven aan het Sportakkoord en hoe de middelen ingezet kunnen worden om de grootst mogelijke impact te realiseren. De Tweede Kamer wordt over het sportakkoord geïnformeerd in juni en november. Hierdoor vindt een aantal budgettair neutrale overhevelingen plaats tussen de instrumenten op artikel 6 die zichtbaar zijn in deze suppletoire begroting.

4. Sport verenigt Nederland
Subsidies
Vaardig in bewegen

Er is budgettair neutraal binnen artikel 6 € 4,8 miljoen overgeheveld naar andere instrumenten (bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken € 3,8 miljoen en subsidie Vitale sportaanbieders € 1 miljoen) om de uitgaven in het kader van het Sportakkoord vanaf het juiste financiële instrument te verantwoorden.

Positief sportklimaat

Binnen artikel 6 is budgettair neutraal € 5,7 miljoen overgeheveld van het instrument subsidies naar de instrumenten bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken Sportakkoord (€ 1 miljoen) en subsidie Vitale sportaanbieders (€ 5,2 miljoen) om de uitgaven in het kader van het Sportakkoord vanaf het juiste financiële instrument te verantwoorden. Daarnaast heeft een aantal kleinere mutaties van in totaal € 0,5 miljoen plaatsgevonden.

Vitale sportaanbieders

Er is budgettair neutraal binnen artikel 6 € 5,8 miljoen overgeheveld tussen de instrumenten subsidies en opdrachten om de uitgaven in het kader van het Sportakkoord vanaf het juiste financiële instrument te verantwoorden. Hierdoor kan de integrale subsidieaanvraag vanuit het programma «sportlijn» binnen het Sportakkoord (NOC*NSF) verder uitgewerkt en gefinancierd worden.

Opdrachten
Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties

Er is budgettair neutraal binnen artikel 6 € 3,2 miljoen overgeheveld van het financiële instrument bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken om de uitgaven in het kader van het Sportakkoord vanaf het juiste financiële instrument te verantwoorden. Hiermee kunnen opdrachten zoals een de oproep om te komen tot meer innovatieve sportaccommodaties en een challenge energieneutrale sportaccommodaties uitgezet worden.

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken
GF: Inclusief sporten

Gemeenten stellen professionals aan als buurtsportcoaches. Zij leggen verbindingen tussen sport en sectoren als onderwijs, cultuur, zorg, welzijn en buitenschoolse opvang. Vanuit VWS is in 2019 € 60,8 miljoen overgeboekt naar het gemeentefonds.

EZK: Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties

Er is € 4,9 miljoen overgeheveld van het instrument bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken naar de instrumenten opdrachten duurzame en toegankelijke sportaccommodaties (€ 3,2 miljoen) en bijdrage aan andere hoofdstukken Sportakkoord (€ 1,6 miljoen) om de uitgaven vanaf het juiste financiële instrument te verantwoorden. Dit betreft budgettair neutrale mutaties op artikel 6. Daarnaast heeft een mutatie van € 1,8 miljoen naar apparaatskosten plaatsgevonden voor de uitvoeringskosten van de subsidieregeling en specifieke uitkering voor duurzame en toegankelijke sportaccommodaties.

Sportakkoord

Er is budgettair neutraal binnen de sportbegroting € 7,6 miljoen overgeheveld van andere instrumenten (bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken € 1,6 miljoen en subsidies € 6,0 miljoen) om de uitgaven in het kader van het Sportakkoord vanaf het juiste financiële instrument te verantwoorden. Vanaf dit instrument worden middelen beschikbaar gesteld voor lokale overheden om een procesbegeleider aan te kunnen stellen en om lokale coalities te ondersteunen bij de uitvoering van hun lokale sportakkoord.

Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering WO II

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 260.435 0 260.435 – 231.108 29.327 13.682 – 3.515 – 4.841 – 5.151
Uitgaven 260.760 0 260.760 6.086 266.846 13.682 – 3.515 – 4.841 – 5.151
Waarvan juridisch verplicht (%) 99,2% 99,2%
1. De zorg- en dienstverlening aan verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WOII en de herinnering aan WO II 22.108 0 22.108 6.910 29.018 14.000 0 0 0
Subsidies 21.271 0 21.271 6.910 28.181 14.000 0 0 0
Nationaal Comité 4 en 5 mei 5.150 0 5.150 0 5.150 0 0 0 0
Herdenken 75 jaar vrijheid 1.400 0 1.400 5.000 6.400 10.000 0 0 0
Nationale herinneringscentra 3.144 0 3.144 0 3.144 0 0 0 0
Collectieve Erkenning Indisch Nederland 1.600 0 1.600 0 1.600 0 0 0 0
Namenmonument 0 0 0 2.000 2.000 4.000 0 0 0
Zorg- en dienstverlening 6.000 0 6.000 0 6.000 0 0 0 0
Overig 3.977 0 3.977 – 90 3.887 0 0 0 0
Bekostiging 400 0 400 0 400 0 0 0 0
Overig 400 0 400 0 400 0 0 0 0
Opdrachten 413 0 413 0 413 0 0 0 0
Overig 413 0 413 0 413 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 24 0 24 0 24 0 0 0 0
Overig 24 0 24 0 24 0 0 0 0
2. Pensioenen en uitkeringen voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WO II 238.652 0 238.652 – 824 237.828 – 318 – 3.515 – 4.841 – 5.151
Inkomensoverdrachten 227.069 0 227.069 – 334 226.735 0 – 1.548 – 2.583 – 2.676
Wetten en regelingen verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen 227.069 0 227.069 – 334 226.735 0 – 1.548 – 2.583 – 2.676
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 11.583 0 11.583 – 490 11.093 – 318 – 1.967 – 2.258 – 2.475
SVB 9.163 0 9.163 0 9.163 0 0 0 0
PUR 1.542 0 1.542 0 1.542 0 0 0 0
Overig 878 0 878 – 490 388 – 318 – 1.967 – 2.258 – 2.475
Ontvangsten 901 0 901 0 901 0 0 0 0
Overig 901 0 901 0 901 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

1. De zorg- en dienstverlening aan verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WOII en de herinnering aan WO II
Subsidies
Herdenken 75 jaar vrijheid

In 2019 en 2020 staan we stil bij het feit dat Nederland 75 jaar geleden is bevrijd en dat we sindsdien in vrijheid leven. Om het belang hiervan te benadrukken stelt het kabinet eenmalig € 15 miljoen extra beschikbaar waarvan € 5 miljoen in 2019 en € 10 miljoen in 2020. Het geld is bedoeld voor de modernisering van een aantal oorlogsmusea, voor wetenschappelijk onderzoek naar de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog en voor het vergemakkelijken van de digitale toegang tot bronnen en archieven van de Tweede Wereldoorlog.

Artikel 8 Tegemoetkoming specifieke kosten

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 5.051.849 0 5.051.849 – 120.600 4.931.249 – 49.500 – 55.300 – 198.400 – 192.800
Uitgaven 5.051.849 0 5.051.849 – 120.600 4.931.249 – 49.500 – 55.300 – 198.400 – 192.800
Waarvan juridisch verplicht (%) 100% 100%
Inkomensoverdrachten 5.051.849 0 5.051.849 – 120.600 4.931.249 – 49.500 – 55.300 – 198.400 – 192.800
1. Zorgtoeslag 5.014.400 0 5.014.400 – 124.600 4.889.800 – 53.500 – 59.300 – 202.400 – 196.800
2. Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) 0 0 0 0 0 0 0 0 0
3. Tegemoetkoming specifieke zorgkosten 37.449 0 37.449 4.000 41.449 4.000 4.000 4.000 4.000
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overig 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

Inkomensoverdrachten

Zorgtoeslag

De uitgavenraming 2019 van de zorgtoeslag is op basis van het Centraal Economisch Plan (CEP) van het Centraal Planbureau (CPB) neerwaarts bijgesteld met € 124,6 miljoen. Dit betreft het saldo van twee effecten. De zorgtoeslag komt (circa € 250 miljoen) lager uit omdat de zorgverzekeraars de nominale premie gemiddeld € 47 lager hebben vastgesteld dan geraamd in de VWS-begroting 2019. Deze daling wordt beperkt doordat het CPB de inkomensontwikkeling in de CEP lager raamt dan in de MEV. Hierdoor hebben veel bovenminimale huishoudens recht op een hogere zorgtoeslag.

Tegemoetkoming specifieke zorgkosten

Uit de realisatiecijfers over 2017 en 2018 blijkt dat het aantal TSZ-tegemoetkomingen gestegen is. Vanwege de stijging in het aantal tegemoetkomingen wordt het budget voor de TSZ structureel verhoogd met € 4 miljoen.

4. De niet-beleidsartikelen

Artikel 9 Algemeen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 25.589 0 25.589 17.875 43.464 100 0 0 0
Uitgaven 25.589 0 25.589 17.875 43.464 100 0 0 0
1. Internationale samenwerking 4.896 0 4.896 – 59 4.837 0 0 0 0
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties 4.896 0 4.896 – 59 4.837 0 0 0 0
World Health Organization 3.868 0 3.868 0 3.868 0 0 0 0
Overig 1.028 0 1.028 – 59 969 0 0 0 0
3. Eigenaarsbijdrage RIVM 15.693 0 15.693 17.934 33.627 100 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 15.693 0 15.693 17.934 33.627 100 0 0 0
Eigenaarsbijdrage RIVM 15.693 0 15.693 5.900 21.593 0 0 0 0
Eigenaarsbijdrage aCBG 0 0 0 500 500 100 0 0 0
Eigenaarsbijdrage CIBG 0 0 0 11.534 11.534 0 0 0 0
4. Begrotingsreserve achterborg WFZ-garanties 5.000 0 5.000 0 5.000 0 0 0 0
Garanties 5.000 0 5.000 0 5.000 0 0 0 0
Overig 5.000 0 5.000 0 5.000 0 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overig 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

3. Eigenaarsbijdrage RIVM
Bijdragen aan agentschappen
Eigenaarsbijdrage RIVM

Ter aflossing van de laatste tranche van een langlopende vordering van het RIVM op VWS wordt een bijdrage vanuit de eigenaar gedaan (€ 5,9 miljoen).

Eigenaarsbijdrage CIBG

Door middel van een desaldering (zie ook artikel 10) worden onder meer voorgefinancierde investeringsbijdragen van opdrachtgevers aan het CIBG uit 2017 en eerdere jaren, die geboekt waren op het eigen vermogen, terugbetaald (€ 11,5 miljoen).

Artikel 10 Apparaatsuitgaven

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 310.823 1.150 311.973 65.027 377.000 34.299 27.195 18.773 17.460
Uitgaven 311.042 1.150 312.192 78.628 390.820 34.631 27.375 18.817 17.460
– Personele uitgaven 240.167 1.150 241.317 41.076 282.393 17.764 17.139 12.552 11.369
waarvan eigen personeel 226.701 1.150 227.851 31.373 259.224 17.059 17.259 12.672 11.489
waarvan externe inhuur 10.064 0 10.064 9.703 19.767 705 – 120 – 120 – 120
waarvan overige personele uitgaven 3.402 0 3.402 0 3.402 0 0 0 0
– Materiële uitgaven 70.875 0 70.875 37.552 108.427 16.867 10.236 6.265 6.091
waarvan ICT 5.310 0 5.310 3.556 8.866 2.843 1.492 938 938
waarvan bijdrage SSO's 43.623 0 43.623 17.126 60.749 8.946 4.492 4.413 4.253
waarvan overige materiële uitgaven 21.942 0 21.942 16.870 38.812 5.078 4.252 914 900
Ontvangsten 6.357 0 6.357 33.870 40.227 0 0 0 0
Overig 6.357 0 6.357 33.870 40.227 0 0 0 0
Totaal apparaatsuitgaven Ministerie van VWS 311.042 1.150 312.192 78.628 390.820 34.631 27.375 18.817 17.460
Personele uitgaven kerndepartement 148.134 1.150 149.284 32.196 181.480 12.192 12.164 8.520 7.881
waarvan eigen personeel 136.746 1.150 137.896 23.810 161.706 11.507 12.284 8.640 8.001
waarvan externe inhuur 8.751 0 8.751 8.386 17.137 685 – 120 – 120 – 120
waarvan overige personele uitgaven 2.637 0 2.637 0 2.637 0 0 0 0
Materiële uitgaven kerndepartement 49.838 0 49.838 32.545 82.383 14.424 9.144 5.727 5.553
waarvan ICT 3.070 0 3.070 – 435 2.635 400 400 400 400
waarvan bijdrage SSO's 39.298 0 39.298 17.126 56.424 8.946 4.492 4.413 4.253
waarvan overige materiële uitgaven 7.470 0 7.470 15.854 23.324 5.078 4.252 914 900
Personele uitgaven inspecties 74.148 0 74.148 4.557 78.705 4.644 4.412 3.512 2.968
waarvan eigen personeel 72.395 0 72.395 4.747 77.142 4.644 4.412 3.512 2.968
waarvan externe inhuur 988 0 988 – 190 798 0 0 0 0
waarvan overige personele uitgaven 765 0 765 0 765 0 0 0 0
Materiële uitgaven inspecties 14.565 0 14.565 3.200 17.765 2.300 800 500 500
waarvan ICT 1.550 0 1.550 3.200 4.750 2.300 800 500 500
waarvan bijdrage SSO's 3.950 0 3.950 0 3.950 0 0 0 0
waarvan overige materiële uitgaven 9.065 0 9.065 0 9.065 0 0 0 0
Personele uitgaven SCP en raden 17.885 0 17.885 4.323 22.208 928 563 520 520
waarvan eigen personeel 17.560 0 17.560 2.816 20.376 908 563 520 520
waarvan externe inhuur 325 0 325 1.507 1.832 20 0 0 0
waarvan overige personele uitgaven 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Materiële uitgaven SCP en raden 6.472 0 6.472 1.807 8.279 143 292 38 38
waarvan ICT 690 0 690 791 1.481 143 292 38 38
waarvan bijdrage SSO's 375 0 375 0 375 0 0 0 0
waarvan overige materiële uitgaven 5.407 0 5.407 1.016 6.423 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

1. Personele uitgaven kerndepartement

Bij de eerste suppletoire begroting heeft er per saldo een mutatie van circa € 32,2 miljoen plaatsgevonden op de personele uitgaven van het kerndepartement.

De toename in eigen personeel (€ 23,8 miljoen) heeft onder anderen betrekking op de projectdirectie Anthonie van Leeuwenhoekterrein (€ 4 miljoen). Hier staan gelijke ontvangsten op de begroting tegenover. Ook zijn een aantal noodzakelijke personele intensiveringen verwerkt ten behoeve van de uitvoering van de beleidsagenda van VWS (in totaal € 19,8 miljoen). Dit is onder andere bestemd voor de uitvoering van de arbeidsmarktagenda (€ 1,9 miljoen), de toenemende uitvoeringskosten voor jeugdhulp (€ 1,9 miljoen), de uitvoering van diverse programma’s (€ 2,4 miljoen), de uitvoering van diverse subsidieregelingen bij de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (€ 3 miljoen) en de versterking van een aantal stafdirecties (bestuurlijk, financieel, juridisch en communicatie) (€ 4,7 miljoen).

De toename in externe inhuur (€ 8,4 miljoen) heeft onder anderen betrekking op de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen voor de uitvoering van diverse subsidieregelingen (€ 4,0 miljoen). Daarnaast heeft € 3,3 miljoen betrekking op het inhuren van expertise voor het ontwerp en onderhoud van verschillende ICT-systemen.

2. Materiële uitgaven kerndepartement

Bij de eerste suppletoire begroting heeft er per saldo een mutatie van € 32,5 miljoen plaatsgevonden op de materiële uitgaven van het kerndepartement.

De hogere uitgaven voor de SSO’s (€ 17,1 miljoen) bestaan uit de kosten van de buitendiensten voor SSC-ICT, HIS, FMH en ECO&P (€ 8,4 miljoen) en de hogere uitgaven van het kerndepartement voor SSC-ICT, HIS, FMH en ECO&P (€ 5,2 miljoen). Hiertegenover staan ontvangsten van buitendiensten voor SSC-ICT, HIS, FMH en ECO&P (€ 8,4 miljoen). Daarnaast is € 4 miljoen gealloceerd voor de relocatie van EMA.

De toename in overige materiële uitgaven (€ 15,9 miljoen) heeft onder anderen betrekking op de projectdirectie Anthonie van Leeuwenhoek (€ 9,1 miljoen). Deels staan hier ontvangsten op de begroting (€ 7,5 miljoen) tegenover. Daarnaast zijn er middelen gealloceerd voor het Programma inkoop en aanbesteden sociaal domein (€ 2,8 miljoen).

3. Personele en materiële uitgaven inspecties

Bij de eerste suppletoire begroting heeft er per saldo een mutatie van circa € 7,8 miljoen plaatsgevonden op de personele en materiële uitgaven van de inspecties.

De toename in eigen personeel (€ 4,7 miljoen) heeft met name betrekking op versterking van het toezicht op nieuwe toetreders (€ 1,2 miljoen) en extra taken in verband met de Brexit (€ 1,8 miljoen).

De toename in ICT (€ 3,2 miljoen) heeft betrekking op de notificatie medische hulpmiddelen (€ 1,2 miljoen) en onvrijwillige en verplichte zorg (€ 2,0 miljoen).

4. Personele en materiële uitgaven SCP en raden

Bij de eerste suppletoire begroting heeft er per saldo een mutatie van € 6,1 miljoen plaatsgevonden op de personele en materiële uitgaven van het SCP en de raden.

Voor het verandertraject van de Gezondheidsraad en het verrichten van opdrachten o.m. voor andere departementen wordt in totaliteit € 3,7 miljoen aan het budget toegevoegd. Verder wordt aan het CCMO een budget van € 1,7 miljoen toegevoegd voor onder andere nieuwe EU-taken en naar aanleiding van de Brexit. Tot slot ontvangt de RVS € 0,4 miljoen voor de afhechting van de reorganisatie.

Ontvangsten

Bij de eerste suppletoire begroting heeft er per saldo een mutatie van € 33,9 miljoen plaatsgevonden op de ontvangsten van het centrale apparaatsartikel. De grootste mutaties betreffen ontvangsten van de projectdirectie Antonie van Leeuwenhoekterrein (€ 11,5 miljoen) en de bijdragen van agentschappen aan Rijksbrede dienstverlening (€ 8,7 miljoen). Tot slot betreft het hier de ontvangsten in verband met de terugbetaling van de voorgefinancierde investeringsbijdragen van opdrachtgevers aan het CIBG uit 2017 en eerdere jaren, die geboekt waren op het eigen vermogen (€ 11,5 miljoen).

Artikel 11 Nominaal en onverdeeld

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen – 31.169 0 – 31.169 101.431 70.262 99.398 98.442 92.035 89.872
Uitgaven – 31.169 0 – 31.169 101.431 70.262 99.398 98.442 92.035 89.872
Loonbijstelling 3.430 0 3.430 94.584 98.014 90.929 88.537 83.654 81.701
– waarvan programma 3.430 0 3.430 94.584 98.014 90.929 88.537 83.654 81.701
– waarvan apparaat 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Prijsbijstelling 4.213 0 4.213 7.935 12.148 7.557 6.993 5.469 5.259
– waarvan programma 2.225 0 2.225 9.923 12.148 9.542 8.969 7.446 7.236
– waarvan apparaat 1.988 0 1.988 – 1.988 0 – 1.985 – 1.976 – 1.977 – 1.977
Onvoorzien 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Taakstelling – 38.812 0 – 38.812 – 1.088 – 39.900 912 2.912 2.912 2.912
– waarvan programma – 38.812 0 – 38.812 – 1.088 – 39.900 912 2.912 2.912 2.912
– waarvan apparaat 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overig 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Toelichting mutaties Eerste suppletoire begroting

Loonbijstelling

Deze mutatie betreft de toevoeging van de loonbijstelling tranche 2019 (€ 95,6 miljoen).

Prijsbijstelling

Deze mutatie betreft de toevoeging van de prijsbijstelling tranche 2019 (€ 7,9 miljoen).

5. Financieel Beeld Zorg (FBZ)

1. Inleiding

In de 1e suppletoire begroting 2019 worden de budgettaire ontwikkelingen voor 2019–2023 vanaf de ontwerpbegroting 2019 toegelicht binnen de Zorgverzekeringswet (Zvw), de Wet langdurige zorg (Wlz) en de begrotingsgefinancierde zorguitgaven.

Het FBZ geeft een actueel beeld van de zorguitgaven en de ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg. Naast de doorwerking van de voorlopige zorguitgaven 2018 (zoals gepresenteerd in het VWS jaarverslag 2018, dat op 15 mei 2019 is verschenen), geeft deze paragraaf de bijstellingen weer voor 2019 en de doorwerking daarvan in volgende jaren.

Dit deel van de 1e suppletoire begroting 2019 bestaat uit de volgende paragrafen:

1. Inleiding

2. Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg en de netto zorguitgaven

2.1. Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg en de plafondtoets

2.2. Ontwikkeling van de netto zorguitgaven

3. Verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten

3.1. Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten

3.2. Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten

3.3. Begrotingsgefinancierde zorguitgaven (Wmo beschermd wonen en overige begrotingsgefinancierde zorguitgaven)

4. Verdieping zorguitgaven en -ontvangsten naar sectoren

4.1. Zorgverzekeringswet (Zvw)

4.2. Wet langdurige zorg (Wlz)

2. Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg en de netto-zorguitgaven

2.1. Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg en de plafondtoets

Voor de uitgavenkant van het Rijk zijn aan het begin van deze kabinetsperiode afspraken gemaakt over het maximale uitgavenniveau met zogenaamde plafonds. Voor elk jaar is een plafond voor de totale uitgaven afgesproken dat niet overschreden mag worden. De hoogte van het uitgavenplafond wordt vervolgens jaarlijks aangepast aan de loon- en prijsontwikkelingen volgens de inzichten van het Centraal Planbureau (CPB). Verder wordt het uitgavenplafond aangepast voor onderlinge overboekingen tussen de drie uitgavenplafonds. De uitgavenplafonds van de sectoren Rijksbegroting, Sociale Zekerheid Arbeidsmarktbeleid en Zorg samen vormen het totale uitgavenplafond.

Het Uitgavenplafond Zorg is bij Startnota van het kabinet-Rutte III voor de periode 2018–2021 vastgesteld. Voor het vaststellen van het Uitgavenplafond Zorg is uitgegaan van de netto zorguitgaven bij Miljoenennota 2018. Op deze stand zijn vervolgens de maatregelen en de macro-economische doorwerking uit het regeerakkoord verwerkt.

In tabel 1 is de opbouw van het Uitgavenplafond Zorg vanaf de stand ontwerpbegroting 2019 te zien.

1 Uitgavenplafond zorg stand ontwerpbegroting 2019 71.939,9 76.120,5 80.335,0
2 Loon- en prijsontwikkeling – 79,7 – 1.122,4 – 1.556,6
3 Overboekingen tussen Uitgavenplafonds – 579,0 – 512,4 – 613,9
4 Bijstelling Uitgavenplafond Zorg (=2+3) – 658,6 – 1.634,8 – 2.170,5
5 Uitgavenplafond Zorg stand 1esuppletoire begroting 2019 (=1+4) 71.281,3 74.485,7 78.164,5
6 Netto zorguitgaven stand ontwerpbegroting 2019 71.437,8 75.628,7 79.765,6
7 Bijstelling netto zorguitgaven – 1.107,0 – 2.050,0 – 2.575,4
8 Netto zorguitgaven stand 1esuppletoire begroting 2019 70.330,8 73.578,7 77.190,2
9 Onderschrijding Uitgavenplafond Zorg bij ontwerpbegroting 2019 (= 6–1) – 502,1 – 491,8 – 569,4
10 Mutatie 1e suppletoire begroting 2019 (=11–9) – 448,3 – 415,1 – 404,8
11 Onderschrijding Uitgavenplafond Zorg bij 1esuppletoire begroting 2019(= 8–5) – 950,4 – 907,0 – 974,3

1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.

Toelichting

De actuele stand van de onderschrijding van het Uitgavenplafond Zorg bedraagt afgerond € 1,0 miljard in 2019 en 2021 en € 0,9 miljard in 2020. Bij de ontwerpbegroting 2019 was sprake van een onderschrijding van het Uitgavenplafond Zorg van afgerond € 0,5 miljard in 2019 en 2020 en € 0,6 miljard in 2021. De toename van de onderschrijding is het gevolg van de neerwaartse bijstelling van het Uitgavenplafond Zorg en de neerwaartse bijstelling van de netto zorguitgaven.

Bijstelling van het Uitgavenplafond Zorg

Het Uitgavenplafond Zorg is op basis van het Centraal Economisch Plan (CEP) 2019 van het Centraal Planbureau (CPB) neerwaarts bijgesteld met € 0,1 miljard in 2019, oplopend tot € 1,6 miljard in 2021, als gevolg van een lagere loon- en prijsontwikkeling dan eerder geraamd.

Het Uitgavenplafond Zorg is verder verlaagd met circa € 0,6 miljard in 2019 en 2021 en € 0,5 miljard in 2020 als gevolg van overboekingen vanuit het Uitgavenplafond Zorg naar het Uitgavenplafond Rijksbegroting. Een groot deel hiervan betreft overboekingen naar het gemeentefonds in verband met extra middelen voor de jeugdzorg.

2.2. Ontwikkeling van de netto zorguitgaven

In de onderstaande tabel worden de mutaties in de netto zorguitgaven vanaf de ontwerpbegroting 2019 en de 1e suppletoire begroting 2019 (actuele stand) voor de jaren 2019–2021 weergegeven. Daarmee geeft de tabel een beeld van de totale budgettaire effecten sinds de ontwerpbegroting 2019.

Netto zorguitgaven stand ontwerpbegroting 2019 71.437,8 75.628,7 79.765,6
Mutaties 1esuppletoire begroting 2019 – 1.107,0 – 2.050,0 – 2.575,4
Loon- en prijsontwikkeling – 79,7 – 1.122,4 – 1.556,6
Overboekingen – 579,0 – 512,4 – 613,9
Autonoom – 2,4 – 162,4 – 62,4
Beleidsmatig – 445,9 – 252,7 – 342,4
Netto zorguitgaven 1esuppletoire begroting 2019 70.330,8 73.578,7 77.190,2
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.
Toelichting

Op basis van de ramingen van het CPB in het CEP 2019 is de verwachte loon- en prijsontwikkeling van de zorguitgaven neerwaarts bijgesteld. Daarnaast zorgt een aantal overboekingen voor lagere zorguitgaven. Voor deze twee uitgavenmutaties is ook het Uitgavenplafond Zorg gecorrigeerd (zie paragraaf 2.1).

De autonome mutaties (voornamelijk het verwerken van voorlopige realisatiecijfers over 2018 en de meerjarige doorwerking daarvan) leiden per saldo tot lagere zorguitgaven. Tot slot leiden de beleidsmatige mutaties per saldo eveneens tot lagere zorguitgaven.

In paragraaf 3 en 4 wordt de ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten per financieringsbron verder toegelicht.

3. Verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten

De verticale toelichting bevat een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen die zich hebben voorgedaan sinds de ontwerpbegroting 2019.

3.1. Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten

Tabel 3 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2019 de verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten zien.

Bruto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2019 50.359,8 52.549,8 54.607,4 56.931,6 60.337,8
Bijstellingen 1esuppletoire begroting 2019
Autonoom – 306,1 – 967,9 – 1.233,1 – 1.695,4 – 2.129,7
Actualisering zorguitgaven (zie tabel 3A) – 281,1 – 281,1 – 281,1 – 281,1 – 281,1
Loon- en prijsontwikkeling – 25,0 – 686,8 – 952,0 – 1.414,4 – 1.848,6
Beleidsmatig – 420,2 – 386,8 – 426,2 – 484,4 – 433,5
Ramingsbijstelling opleidingen – 225,0 – 176,3 – 86,3 – 150,0 – 110,0
Verlagen groeiruimte geneesmiddelen – 120,0 – 160,0 – 230,0 – 230,0 – 230,0
Nominaal en onverdeeld Zvw – 71,9 – 54,9 – 113,3 – 106,5 – 97,9
Overig beleidsmatig – 3,3 4,4 3,4 2,2 4,4
Technisch – 18,3 – 87,9 – 104,3 – 122,8 – 135,0
Overheveling roerende voorzieningen – 14,1 – 14,1 – 14,1 – 14,1 – 14,1
Overheveling middelen Voorwaardelijke Toelating – 2,2 – 19,2 – 38,2 – 57,2 – 70,2
Overheveling kwaliteitsgelden curatieve zorg – 0,7 – 30,7 – 30,8 – 30,7 – 30,3
Overig technisch – 1,4 – 24,0 – 21,3 – 20,8 – 20,4
Totaal bijstellingen – 744,6 – 1.442,6 – 1.763,6 – 2.302,6 – 2.698,3
Bruto Zvw-uitgaven 1esuppletoire begroting 2019 49.615,2 51.107,2 52.843,8 54.629,0 57.639,5
Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2019 3.114,9 3.147,9 3.181,3 3.315,2 3.498,0
Bijstellingen 1esuppletoire begroting 2019
N.v.t.
Totaal bijstellingen 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Zvw-ontvangsten 1esuppletoire begroting 2019 3.114,9 3.147,9 3.181,3 3.315,2 3.498,0
Netto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2019 47.244,9 49.401,9 51.426,1 53.616,4 56.839,8
Bijstellingen in de netto Zvw-uitgaven – 744,6 – 1.442,6 – 1.763,6 – 2.302,6 – 2.698,3
Netto Zvw-uitgaven 1esuppletoire begroting 2019 46.500,3 47.959,3 49.662,5 51.313,8 54.141,5
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.
Toelichting Zvw-uitgaven
Autonoom
Actualisering Zvw-uitgaven
Eerstelijnszorg – 99,2 – 99,2 – 99,2 – 99,2 – 99,2
Tweedelijnszorg – 12,4 – 12,4 – 12,4 – 12,4 – 12,4
Geneesmiddelen – 62,7 – 62,7 – 62,7 – 62,7 – 62,7
Hulpmiddelen – 57,2 – 57,2 – 57,2 – 57,2 – 57,2
Ziekenvervoer – 2,6 – 2,6 – 2,6 – 2,6 – 2,6
Grensoverschrijdende zorg – 47,0 – 47,0 – 47,0 – 47,0 – 47,0
Stand 1esuppletoire begroting 2019 – 281,1 – 281,1 – 281,1 – 281,1 – 281,1
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.

In tabel 3A is het onderdeel «Actualisering Zvw-uitgaven» uit tabel 3 uitgesplitst. De actualisering van de zorguitgaven vindt plaats op basis van voorlopige realisatiegegevens over 2018 van het Zorginstituut en de NZa. De realisatiecijfers over 2018 van de sectoren huisartsen/MDZ, wijkverpleging, ggz en MSZ zijn niet verwerkt in de ramingen voor 2019 en latere jaren vanwege de voor die sectoren gemaakte financiële afspraken in de afgesloten Bestuurlijke akkoorden 2019–2022.

In het verdiepingshoofdstuk wordt de actualisering van de Zvw-uitgaven per sectorverder toegelicht.

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsbijstelling van de brutozorguitgaven is op basis van het Centraal Economisch Plan (CEP) 2019 van het Centraal Planbureau (CPB) neerwaarts bijgesteld.

Beleidsmatig
Ramingsbijstelling opleidingen

Op basis van nieuw beschikbaar gekomen gegevens vanuit de NZa en het Capaciteitsorgaan zijn de ramingen voor de medische vervolgopleidingen aangepast. Uit de beschikbare gegevens kan worden opgemaakt dat er steeds meer artsen in opleiding tot specialist (aios) in deeltijd werken. Deze trend zet zich naar verwachting door. Hierdoor kan de raming van de kosten van het opleiden van deze aios naar beneden worden bijgesteld. Dit betekent niet dat er minder aios worden opgeleid. Daarnaast leiden ziekenhuizen minder gespecialiseerde verpleegkundigen en medisch ondersteunend personeel op dan waarmee rekening gehouden werd in de raming van het Capaciteitsorgaan.

Verlagen groeiruimte geneesmiddelen

De verwachte uitgaven aan geneesmiddelen zijn op basis van de geneesmiddelenraming van het Zorginstituut lager dan eerder geraamd. Daarom wordt de raming voor geneesmiddelen met € 120 miljoen in 2019, oplopend tot € 230 miljoen in 2021 neerwaarts bijgesteld.

Nominaal en onverdeeld Zvw

Deze mutatie betreft vrijval van niet benodigde groeiruimte en vrijval van middelen die gereserveerd waren voor Voorwaardelijke Toelating.

Technisch
Overheveling roerende voorzieningen

Vanaf 1 januari 2020 gaan Wlz-instellingen zonder behandeling alle roerende voorzieningen vanuit de Wlz betalen. Een beperkt aantal voorzieningen wordt dan niet meer via de Zvw vergoed (bijvoorbeeld een hooglaagbed). De bijbehorende middelen worden overgeheveld van de Zvw naar de Wlz.

Overheveling middelen Voorwaardelijke Toelating

De huidige regeling Voorwaardelijke Toelating wordt vervangen door nieuwe regelingen. Een deel van de gereserveerde middelen binnen het Uitgavenplafond Zorg wordt overgeheveld naar de VWS-begroting. Het gaat om de programma- en uitvoeringskosten voor de regelingen Veelbelovende zorg en Zorgevaluatie en gepast gebruik.

Overheveling kwaliteitsgelden curatieve zorg

Dit betreffen middelen voor kwaliteitsgelden curatieve zorg. De grootste post (€ 26,5 miljoen) betreft kwaliteitsmiddelen die op grond van de Bestuurlijke akkoorden voor de huisartsenzorg, MSZ en ggz beschikbaar zijn gesteld. De middelen die bij begroting 2019 zijn toegevoegd aan de sector Overig curatieve zorg, worden vanaf 2020 via ZonMw gefinancierd en worden daarom vanaf dat jaar overgeheveld naar de begroting. Daarnaast gaat het om kwaliteitsmiddelen Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV) (€ 2,2 miljoen vanaf 2020), kwaliteitsmiddelen GRZ, ELV en aanvullende geneeskundige zorg (AGZ) (€ 0,2 miljoen in 2019 en circa € 1 miljoen vanaf 2020), alsmede uitvoeringskosten van ZonMw (€ 0,5 miljoen in 2019 en € 1,0 miljoen vanaf 2020).

Overig technisch

Deze mutatie betreft onder meer ijklijnmutaties naar de VWS-begroting ten behoeve van de invoering van pneumokokkenvaccinatie en het aanbieden van het quadrivalent vaccin aan zorgverleners en de doelgroepen van het Nationaal Programma Grieppreventie.

3.2. Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten

Tabel 4 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2019 de verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten zien.

Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2019 23.730,1 25.888,0 28.089,4 30.193,0 32.121,6
Bijstellingen 1esuppletoire begroting 2019
Autonoom 202,5 – 336,8 – 403,6 – 705,5 – 1.120,4
Actualisering zorguitgaven (zie tabel 4A) – 96,6 – 96,6 – 96,6 – 96,6 – 96,6
Loon- en prijsontwikkeling – 50,9 – 430,2 – 597,0 – 798,9 – 1.023,8
Jeugdhulp 350,0 190,0 290,0 190,0 0,0
Beleidsmatig 50,7 126,8 90,4 55,5 43,2
Ontwikkelopgave zorgkantoren 11,8 10,2 10,4 10,4 10,4
Ramingsbijstelling Wlz – 37,3 – 8,9 – 53,4 – 101,6 – 110,9
Ambulantisering in het ggz-domein 50,0 65,0 80,0 95,0 95,0
Verhoging leeftijdsgrens gezinshuizen 2,2 6,1 7,8 9,5 11,4
Invoeren Wet verplichte ggz 0,0 20,0 20,0 20,0 20,0
Wet Zorg en Dwang 0,5 9,6 9,7 9,9 10,0
Bijdrage Zorgvisie Groningen 6,2 6,2 6,2 6,2 6,2
Overig beleidsmatig 17,3 18,7 9,7 6,2 1,2
Technisch – 617,3 – 481,5 – 566,5 – 468,4 – 280,0
Jeugdhulp (IJklijn) – 350,0 – 190,0 – 290,0 – 190,0 0,0
Verhoging leeftijdsgrens gezinshuizen (IJklijn) – 2,2 – 6,1 – 7,8 – 9,5 – 11,4
Invoeren Wvggz (IJklijn) 0,0 – 20,0 – 20,0 – 20,0 – 20,0
Loon- en prijsbijstelling Wmo Beschermd Wonen – 57,0 – 57,0 – 56,9 – 56,9 – 57,0
Loon- en prijsbijstelling Wmo 2015 en Jeugd (IJklijn) – 187,3 – 187,7 – 190,1 – 190,0 – 189,9
Overheveling roerende voorzieningen 14,1 14,1 14,1 14,1 14,1
Overig technisch – 34,9 – 34,8 – 15,8 – 16,1 – 15,8
Totaal bijstellingen – 364,1 – 691,4 – 879,8 – 1.118,4 – 1.357,1
Bruto Wlz-uitgaven 1esuppletoire begroting 2019 23.366,0 25.196,6 27.209,6 29.074,6 30.764,6
Wlz-ontvangsten ontwerpbegroting 2019 1.868,3 1.946,9 2.028,5 2.113,6 2.225,6
Bijstellingen 1esuppletoire begroting 2019
Autonoom – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3
Actualisering eigen bijdrage – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3
Totaal bijstellingen – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3
Wlz-ontvangsten 1esuppletoire begroting 2019 1.843,0 1.921,7 2.003,3 2.088,4 2.200,3
Netto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2019 21.861,8 23.941,1 26.060,8 28.079,4 29.896,1
Bijstellingen in de netto Wlz-uitgaven – 338,8 – 666,1 – 854,5 – 1.093,1 – 1.331,8
Netto Wlz-uitgaven 1esuppletoire begroting 2019 21.523,0 23.275,0 25.206,3 26.986,3 28.564,3
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.
Toelichting Wlz-uitgaven
Autonoom
Actualisering Wlz-uitgaven
ZIN binnen contracteerruimte – 69,0 – 69,0 – 69,0 – 69,0 – 69,0
Persoonsgebonden budgetten – 61,0 – 61,0 – 61,0 – 61,0 – 61,0
Buiten contracteerruimte 33,4 33,4 33,4 33,4 33,4
Stand 1esuppletoire begroting 2019 – 96,6 – 96,6 – 96,6 – 96,6 – 96,6
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.

In tabel 4A is het onderdeel «Actualisering Wlz-uitgaven» uit tabel 4 uitgesplitst. De actualisering van de zorguitgaven vindt plaats op basis van voorlopige realisatiegegevens over 2018 van het Zorginstituut en de NZa en de meerjarige doorwerking hiervan.

In het verdiepingshoofdstuk wordt de actualisering van de Wlz-uitgaven per sector verder toegelicht.

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsbijstelling van de brutozorguitgaven is op basis van het Centraal Economisch Plan (CEP) 2019 van het Centraal Planbureau (CPB) neerwaarts bijgesteld.

Jeugdhulp

Gemeenten zijn nog niet in staat geweest om de transitie- en transformatiedoelen van de decentralisatie van de Jeugdhulp binnen een termijn van vier jaar te realiseren. Er is sprake van een volumestijging en uitgavenstijging. Daarvoor komt het kabinet de gemeenten de komende jaren tegemoet met een extra budget van in totaal € 420 miljoen in 2019, € 300 miljoen in 2020 en € 300 miljoen in 2021. De middelen worden op het Gemeentefonds in het juiste kasritme gezet.

Beleidsmatig
Ontwikkelopgave zorgkantoren

Voor de implementatie van het kwaliteitskader verpleeghuiszorg spelen de zorgkantoren een belangrijke rol. Om deze rol goed te kunnen invullen hebben de zorgkantoren een ontwikkelopgave. Hiervoor is een additioneel bedrag van € 10,4 miljoen per jaar benodigd. Voor 2019 is een bedrag van € 11,3 miljoen benodigd. Daarnaast is besloten om de cliëntondersteuning in 2019 voort te zetten (€ 0,5 miljoen).

Ramingsbijstelling Wlz

Dit betreft een ramingsbijstelling van de Wlz-uitgaven op de begroting die mogelijk was zonder het Wlz-kader bij te stellen.

Ambulantisering in het ggz-domein

Middels het Hoofdlijnenakkoord ggz en Zorg op de Juiste Plaats wordt binnen het ggz-domein ingezet op ambulantisering van de zorg. Dit leidt tot meer zorg in het gemeentelijk domein, zowel voor beschermd wonen als voor begeleiding. In totaal is er een reeks beschikbaar van € 50 mln. in 2019 oplopend naar structureel € 95 mln. in 2022 beschikbaar. De middelen worden na ondertekening van het Hoofdlijnenakkoord ggz door de VNG gestort in het Gemeentefonds.

Verhoging leeftijdsgrens gezinshuizen

In navolging van de in 2018 gemaakte bestuurlijke afspraak om pleegzorg (bij 18 jaar) standaard te verlengen tot 21 jaar, wordt ook de leeftijdsgrens voor gezinshuizen verhoogd tot 21 jaar. Gemeenten krijgen extra middelen voor deze verhoging.

Invoeren Wet verplichte ggz

Per 1 januari 2020 treedt de Wet verplichte ggz in werking. Als gevolg van deze wet krijgen gemeenten extra uitvoerende taken. Hiervoor worden gemeenten financieel gecompenseerd.

Wet Zorg en Dwang

In 2020 treedt de nieuwe wet Zorg en Dwang in werking. Hierin is geregeld dat vg- en pg-patiënten aanspraak kunnen maken op een cliëntvertrouwenspersoon (cvp). De cvp wordt ingezet conform het kwaliteitskader. Daarnaast wordt een landelijke faciliteit opgezet voor het bij elkaar brengen en bundelen van expertise. Voor dit geheel is budget beschikbaar gesteld oplopend tot € 10 miljoen in 2023.

Bijdrage Zorgvisie Groningen

De Stuurgroep Zorg heeft een visie opgesteld voor een duurzaam zorglandschap in de regio Groningen inclusief een advies over de versterking/vernieuwing van het zorgvastgoed. Hiervoor is in totaal € 323 miljoen nodig. De Minister heeft besloten dat VWS maximaal € 93 miljoen bijdraagt over een periode van 15 jaar om deze visie uit te verwezenlijken.

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van verschillende kleine beleidsmatige mutaties.

Technisch
Jeugdhulp (IJklijn)

Deze mutatie betreft de overheveling van extra middelen voor de jeugdzorg naar de algemene uitkering van het gemeentefonds. De middelen worden op het Gemeentefonds in het juiste kasritme gezet.

Verhoging leeftijdsgrens gezinshuizen (IJklijn)

Deze ijklijnmutatie betreft de overheveling van extra middelen voor de verhoging leeftijdsgrens gezinshuizen naar de algemene uitkering van het gemeentefonds.

Invoeren Wet verplichte ggz (IJklijn)

Deze ijklijnmutatie betreft de overheveling van extra middelen in verband met de invoering van de Wet verplichte ggz naar de algemene uitkering van het gemeentefonds.

Loon- en prijsbijstelling Wmo Beschermd Wonen
Loon- en prijsbijstelling Wmo 2015 en Jeugd (IJklijn)

Deze mutaties betreffen de overheveling van de loon- en prijsbijstelling 2019 van het Wmo en jeugd-budget naar de integratie-uitkering Beschermd Wonen en de algemene uitkering van het gemeentefonds.

Overheveling roerende voorzieningen

Vanaf 1 januari 2020 gaan Wlz-instellingen zonder behandeling alle roerende voorzieningen vanuit hun instellingsbudget betalen. Een beperkt aantal voorzieningen wordt dan niet meer via de Zvw vergoed (bijvoorbeeld het hooglaagbed). De bijbehorende middelen worden overgeheld van de Zvw naar de Wlz.

Overig technisch

Deze post is het saldo van verschillende technische mutaties.

Toelichting Wlz-ontvangsten
Autonoom
Actualisering eigen bijdrage

Deze mutatie betreft de structurele doorwerking van de actualisering van de ontvangsten 2018 die ook is verwerkt in het jaarverslag 2018 van VWS.

3.3. Verticale ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde zorguitgaven

Bij de begrotingsgefinancierde zorguitgaven gaat het met name om middelen die op grond van de Wmo Beschermd Wonen in het Uitgavenplafond Zorg beschikbaar zijn. Naast de Wmo Beschermd Wonen vallen enkele andere begrotingsgefinancierde posten onder de zorguitgaven. Tot deze categorie horen bepaalde uitgaven voor zorgopleidingen, de uitgaven voor zorg, jeugd en welzijn in Caribisch Nederlanden, de subsidie(regelingen) NIPT, abortusklinieken, subsidie overgang integrale tarieven medisch-specialistische zorg (MSZ) en uitgaven die de kwaliteit, transparantie en patiëntveiligheid borgen. Deze uitgaven worden op de VWS-begroting verantwoord en toegelicht bij de artikelen 1, 2 en 4. Ten slotte zijn er bedragen gereserveerd op de aanvullende post van het Ministerie van Financiën die onder het Uitgavenplafond Zorg vallen. Dit betreft onder meer de loon- en prijsbijstelling voor de begrotingsgefinancierde zorguitgaven.

In tabel 5 wordt de ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde zorguitgaven weergegeven. De uitgaven die onder de Wmo Beschermd Wonen vallen, worden in tabel 6 gespecificeerd.

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven ontwerpbegroting 2019 2.331,1 2.285,8 2.278,7 2.221,0 2.217,1
Bijstellingen 1esuppletoire begroting 2019
Wmo Beschermd Wonen (gemeentefonds). Zie tabel 6 97,7 109,9 122,1 134,3 134,3
Autonoom – 3,8 – 5,4 – 7,6 – 6,2 – 9,7
Loon- en prijsontwikkeling – 3,8 – 5,4 – 7,6 – 6,2 – 9,7
Beleidsmatig – 76,4 7,2 – 6,6 50,9 – 3,6
Subsidie NIPT (Artikel 1) – 6,9 – 6,6 – 6,5 – 7,2 – 6,4
Subsidieregeling abortusklinieken (Artikel 1) 1,0 1,0 1,0 1,0 1,0
Subsidie kwaliteit, transparantie en patiëntveiligheid (Artikel 2) 5,1 0,0 0,0 0,0 0,0
Subsidie overgang integrale tarieven medisch-specialistische zorg (MSZ) (Artikel 2) – 16,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Zorgopleidingen (Artikel 4) – 61,7 10,5 – 2,5 55,6 0,3
Zorg, jeugd en welzijn in Caribisch Nederland (Artikel 4) 4,0 4,0 3,0 3,0 3,0
Loon- en prijsbijstelling begrotingsgefinancierde zorg – 1,9 – 1,7 – 1,7 – 1,5 – 1,5
Technisch – 0,3 0,0 0,0 0,0 0,0
Overig technisch – 0,3 0,0 0,0 0,0 0,0
Totaal bijstellingen 17,1 111,7 107,8 179,0 121,0
Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven 1esuppletoire begroting 2019 2.348,2 2.397,5 2.386,5 2.400,0 2.338,1
Netto Wmo Beschermd Wonen ontwerpbegroting 2019 1.714,4 1.713,6 1.713,6 1.713,5 1.713,6
Bijstellingen 1esuppletoire begroting 2019
Technisch 57,0 57,0 56,9 56,9 57,0
Loon- en prijsbijstelling 2019 57,0 57,0 56,9 56,9 57,0
Totaal bijstellingen 57,0 57,0 56,9 56,9 57,0
Netto Wmo Beschermd Wonen 1esuppletoire begroting 2019 1.771,4 1.770,5 1.770,5 1.770,5 1.770,5
1 Alleen de middelen die behoren tot het Uitgavenplafond Zorg worden hier verantwoord.
Toelichting
Uitgaven
Technisch
Loon- en prijsbijstelling 2019

Dit betreft de tranche 2019 loon- en prijsontwikkeling voor beschermd wonen.

4. Verdieping zorguitgaven en -ontvangsten naar sectoren

In deze verdiepingsparagraaf wordt een overzicht en toelichting gegeven van de ontwikkeling van de zorguitgaven naar sectoren voor de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (Wlz. Dit geeft een beeld van de budgettaire ontwikkelingen binnen de afzonderlijke onderdelen van de zorg. De bijstellingen zijn weergegeven ten opzichte van de ontwerpbegroting 2019.

4.1. Zorgverzekeringswet (Zvw)

In deze paragraaf wordt ingegaan op de financiële ontwikkelingen binnen de Zvw. Tabel 7 is een overzichtstabel met het totaal van de bijstellingen tussen de ontwerpbegroting 2019 en de 1e suppletoire begroting 2019 voor de Zvw. Na tabel 7 wordt per sector deze bijstellingen toegelicht.

Eerstelijnszorg 6.055,3 110,5 6.165,8 111,6 115,4 119,3 119,0
Huisartsenzorg 3.047,4 106,7 3.154,1 109,5 112,8 116,0 115,7
Multidisciplinaire zorgverlening 630,1 21,4 651,5 22,0 22,6 23,3 23,3
Tandheelkundige zorg 791,3 6,3 797,6 6,3 6,3 6,3 6,3
Paramedische zorg 828,4 – 16,7 811,7 – 16,8 – 16,8 – 16,8 – 16,8
Verloskundige zorg 257,9 – 3,2 254,7 – 5,4 – 5,4 – 5,4 – 5,4
Kraamzorg 319,2 6,0 325,2 6,0 6,0 6,0 6,0
Zintuiglijk gehandicapten 181,1 – 10,1 170,9 – 10,1 – 10,1 – 10,1 – 10,1
Tweedelijnszorg 25.305,2 843,8 26.149,0 831,5 836,7 838,1 833,9
Medisch-specialistische zorg 22.833,1 768,3 23.601,4 773,4 777,2 776,9 772,3
Geriatrische revalidatiezorg en eerstelijns verblijf 1.109,4 39,9 1.149,2 39,8 40,4 41,2 41,6
Beschikbaarheidbijdrage academische zorg 704,6 24,0 728,6 34,0 35,0 36,0 36,0
Beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg 55,6 – 10,1 45,5 – 10,1 – 10,1 – 10,1 – 10,1
Beschikbaarheidbijdragen overig medisch-specialistische zorg 102,4 3,4 105,9 3,4 3,4 3,4 3,4
Overig curatieve zorg 500,2 18,2 518,4 – 9,1 – 9,2 – 9,3 – 9,4
Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 3.814,4 136,9 3.951,3 139,1 140,4 141,4 141,4
Genees- en hulpmiddelen 6.655,3 – 80,8 6.574,5 – 132,5 – 206,2 – 210,3 – 210,6
Geneesmiddelen 5.037,3 – 50,5 4.986,8 – 97,7 – 170,6 – 174,0 – 174,3
Hulpmiddelen 1.618,0 – 30,3 1.587,7 – 34,7 – 35,6 – 36,3 – 36,3
Wijkverpleging 3.956,2 142,0 4.098,1 145,7 149,1 152,5 152,4
Ziekenvervoer 773,5 25,3 798,8 25,0 24,8 24,9 24,9
Ambulancevervoer 647,8 23,4 671,2 22,9 22,8 22,8 22,8
Overige ziekenvervoer 125,7 1,9 127,6 2,1 2,1 2,1 2,1
Opleidingen 1.359,8 – 178,7 1.181,0 – 130,4 – 42,1 – 105,0 – 65,0
Grensoverschrijdende zorg 707,0 – 23,8 683,2 – 23,8 – 23,9 – 23,9 – 23,9
Nominaal en onverdeeld 1.733,1 – 1.719,6 13,5 – 2.408,7 – 2.757,9 – 3.239,7 – 3.670,3
Bruto Zvw-uitgaven 50.359,8 – 744,6 49.615,2 – 1.442,6 – 1.763,6 – 2.302,6 – 2.698,3
Eigen betalingen Zvw 3.114,9 0,0 3.114,9 0,0 0,0 0,0 0,0
Netto Zvw-uitgaven 47.244,9 – 744,6 46.500,3 – 1.442,6 – 1.763,6 – 2.302,6 – 2.698,3
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019)
Huisartsenzorg 106,7 109,5 112,8 116,0 115,7
Multidisciplinaire zorgverlening 21,4 22,0 22,6 23,3 23,3
Tandheelkundige zorg 26,4 26,4 26,4 26,4 26,4
Paramedische zorg 28,2 28,1 28,1 28,1 28,1
Verloskundige zorg 9,1 9,1 9,1 9,1 9,1
Kraamzorg 11,7 11,7 11,7 11,7 11,7
Zintuiglijk gehandicapten 6,2 6,2 6,2 6,2 6,2
Actualisering zorguitgaven
Tandheelkundige zorg – 20,1 – 20,1 – 20,1 – 20,1 – 20,1
Paramedische zorg – 44,9 – 44,9 – 44,9 – 44,9 – 44,9
Verloskundige zorg – 12,3 – 12,3 – 12,3 – 12,3 – 12,3
Kraamzorg – 5,6 – 5,6 – 5,6 – 5,6 – 5,6
Zintuiglijk gehandicapten – 16,3 – 16,3 – 16,3 – 16,3 – 16,3
Zoals gerapporteerd in het VWS-jaarverslag 2018 vielen de uitgaven voor de eerstelijnszorg in 2018 lager uit dan eerder geraamd. Deze lagere uitgaven worden deels structureel verondersteld. Per saldo gaat het daarbij om circa € 99 miljoen. De uitgaven aan tandheelkundige zorg laten een structurele onderschrijding van € 20 miljoen zien. Deze wordt voornamelijk veroorzaakt door minder sterke volumegroei en tariefontwikkeling dan eerder werd verondersteld. Bij de fysiotherapie wordt verwacht dat de overgang van de artrosezorg en de zorg omtrent etalagebenen een langer ingroeipad heeft dan eerder verwacht; een deel (€ 6 miljoen) van de onderschrijding wordt daarom incidenteel geacht. De lagere uitgaven voor kraamzorg en verloskundige zorg hangen samen met een lager aantal geboorten. De lagere uitgaven voor zorg voor zintuiglijk gehandicapten, waar onderzoek naar is gedaan door Significant (zie TK 2016–2017, 24 170, nr. 160), worden merendeels structureel verondersteld.
Technisch
Overig technisch
Verloskundige zorg
Overheveling kwaliteitsgelden curatieve zorg – 2,2 – 2,2 – 2,2 – 2,2
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) 110,5 111,6 115,4 119,3 119,0
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019)
Medisch-specialistische zorg 768,3 773,4 777,2 776,9 772,3
Geriatrische revalidatiezorg en eerstelijns verblijf 37,4 38,1 38,8 39,5 39,5
Beschikbaarheidbijdrage overig medisch-specialistische zorg 3,4 3,4 3,4 3,4 3,4
Beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg 1,9 1,9 1,9 1,9 1,9
Beschikbaarheidbijdrage academische zorg 24,0 24,1 24,1 24,1 24,1
Overig curatieve zorg 16,8 16,9 16,8 16,7 16,6
Actualisering zorguitgaven
Geriatrische revalidatiezorg – 12,4 – 12,4 – 12,4 – 12,4 – 12,4
De uitgaven voor geriatrische revalidatiezorg zijn geactualiseerd op basis van gegevens van het Zorginstituut. Hoewel de cijfers over 2018 nog voorlopig zijn, worden de lagere uitgaven voor geriatrische revalidatiezorg in 2018 structureel verondersteld.
Beleidsmatig
Overig beleidsmatig – 9,0 – 1,1 – 1,1 – 0,1 – 0,1
Technisch
Overheveling kwaliteitsgelden curatieve zorg
Overig curatieve zorg 0,0 – 26,0 – 26,0 – 26,0 – 26,0
Geriatrische revalidatiezorg – 0,2 – 1,0 – 1,1 – 1,0 – 0,6
Dit betreffen middelen voor kwaliteitsgelden curatieve zorg. De grootste post (€ 26,5 miljoen) betreft kwaliteitsmiddelen die op grond van de Bestuurlijke akkoorden voor de huisartsenzorg, MSZ en ggz beschikbaar zijn gesteld. De middelen die bij begroting 2019 zijn toegevoegd aan de sector Overig curatieve zorg, worden vanaf 2020 via ZonMw gefinancierd en worden daarom vanaf dat jaar overgeheveld naar de begroting. Daarnaast gaat het om kwaliteitsmiddelen Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV) (€ 2,2 miljoen vanaf 2020), kwaliteitsmiddelen GRZ, ELV en aanvullende geneeskundige zorg (AGZ) (€ 0,2 miljoen in 2019 en circa € 1 miljoen vanaf 2020), alsmede uitvoeringskosten van ZonMw (€ 0,5 miljoen in 2019 en € 1,0 miljoen vanaf 2020).
Overige technisch 13,4 14,0 15,0 15,0 15,0
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) 843,8 831,5 836,7 838,1 833,9
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019) 136,9 139,1 140,4 141,4 141,4
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) 136,9 139,1 140,4 141,4 141,4
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019)
Geneesmiddelen 127,7 124,4 121,5 118,1 117,8
Hulpmiddelen 41,0 42,1 41,2 40,6 40,5
Actualisering zorguitgaven
Geneesmiddelen – 62,7 – 62,7 – 62,7 – 62,7 – 62,7
Dit betreft de meerjarige doorwerking van de onderschrijding op de uitgaven aan geneesmiddelen in 2018 (totaal € 92,7 miljoen). De onderschrijding werd voornamelijk veroorzaakt door scherpere inkoop en wordt voor een bedrag van € 62,7 miljoen structureel verondersteld (omdat de onderschrijding deels samenhangt met de maatregel verscherpte inkoop uit het regeerakkoord die al is afgeboekt, wordt niet de gehele onderschrijding uit 2018 structureel geboekt).
Hulpmiddelen – 57,2 – 57,2 – 57,2 – 57,2 – 57,2
Dit betreft de meerjarige doorwerking van de onderschrijding op de uitgaven aan hulpmiddelen in 2018. Deze werd waarschijnlijk voornamelijk veroorzaakt doordat zorgverzekeraars de budgettaire groei met name door een beperkte prijsontwikkeling lager weten te houden dan de beschikbare budgettaire ruimte. Verder geven zorgverzekeraars aan vanaf 2018 strenger te controleren op onrechtmatig gedeclareerde zorg via de Zvw voor Wlz gerechtigden.
Beleidsmatig
Geneesmiddelen
Verlagen groeiruimte geneesmiddelen – 120,0 – 160,0 – 230,0 – 230,0 – 230,0
De verwachte uitgaven aan geneesmiddelen zijn op basis van de geneesmiddelenraming van het Zorginstituut lager dan eerder geraamd. Daarom wordt de raming voor geneesmiddelen met € 120 miljoen in 2019, oplopend tot € 230 miljoen in 2021 neerwaarts bijgesteld.
Overig beleidsmatig
Besparingsverlies vitaminenmaatregel 4,5 4,5 4,5 4,5 4,5
Technisch
Hulpmiddelen
Overheveling roerende voorzieningen – 14,1 – 14,1 – 14,1 – 14,1 – 14,1
Vanaf 1 januari 2020 gaan Wlz-instellingen zonder behandeling alle roerende voorzieningen vanuit de Wlz betalen. Een beperkt aantal voorzieningen wordt dan niet meer via de Zvw vergoed (bijvoorbeeld een hooglaagbed). De bijbehorende middelen worden overgeheveld van de Zvw naar de Wlz.
Overig technisch
IJklijnmutatie middelen Voorwaardelijke Toelating kader geneesmiddelen 0,0 – 4,0 – 4,0 – 4,0 – 4,0
IJklijnmutatie middelen Voorwaardelijke Toelating kader hulpmiddelen 0,0 – 5,5 – 5,5 – 5,5 – 5,5
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) – 80,8 – 132,5 – 206,2 – 210,3 – 210,6
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019) 142,0 145,7 149,1 152,5 152,4
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) 142,0 145,7 149,1 152,5 152,4
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019)
Ambulancevervoer 23,4 22,9 22,8 22,8 22,8
Overige ziekenvervoer 4,5 4,7 4,7 4,7 4,7
Actualisering zorguitgaven
Overig ziekenvervoer – 2,6 – 2,6 – 2,6 – 2,6 – 2,6
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) 25,3 25,0 24,8 24,9 24,9
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019) 46,3 45,9 44,2 45,0 45,0
Beleidsmatig
Ramingsbijstelling opleidingen – 225,0 – 176,3 – 86,3 – 150,0 – 110,0
Op basis van nieuw beschikbaar gekomen gegevens vanuit de NZa en het Capaciteitsorgaan zijn de ramingen voor de medische vervolgopleidingen aangepast. Uit de beschikbare gegevens kan worden opgemaakt dat er steeds meer artsen in opleiding tot specialist (aios) in deeltijd werken. Deze trend zet zich naar verwachting door. Hierdoor kan de raming van de kosten van het opleiden van deze aios naar beneden worden bijgesteld. Dit betekent niet dat er minder aios worden opgeleid. Daarnaast leiden ziekenhuizen minder gespecialiseerde verpleegkundigen en medisch ondersteunend personeel op dan waarmee rekening gehouden werd in de raming van het Capaciteitsorgaan. Het betreft een aflopende reeks van € 225 miljoen in 2019, € 190 miljoen in 2020, € 150 miljoen in 2021 en 2022 en structureel € 110 miljoen vanaf 2023. Een deel van de ruimte die in 2020 (€ 13,7 miljoen) en 2021 (€ 63,7 miljoen) ontstaat, wordt ingezet voor extra middelen in het kader van Sectorplanplus. Dit zal in de begroting 2020 nader worden verwerkt.
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) – 178,7 – 130,4 – 42,1 – 105,0 – 65,0
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019) 23,2 23,2 23,1 23,1 23,1
Actualisering zorguitgaven – 47,0 – 47,0 – 47,0 – 47,0 – 47,0
Op basis van actuele cijfers van het CAK en het Zorginstituut is de meerjarige trend van de uitgaven aan grensoverschrijdende zorg vastgesteld. Naar aanleiding hiervan zijn de uitgaven aan grensoverschrijdende zorg met € 47 miljoen neerwaarts bijgesteld.
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) – 23,8 – 23,8 – 23,9 – 23,9 – 23,9
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019) – 1.606,5 – 1.618,9 – 1.626,2 – 1.631,6 – 1.626,1
Dit betreft de uitdeling aan de verschillende Zvw-sectoren van de tranche 2019 van de vergoeding voor loon- en prijsontwikkeling.
Nominale ontwikkeling – 25,0 – 686,8 – 952,0 – 1.414,4 – 1.848,6
De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de macro-economische inzichten in het Centraal Economisch Plan van het Centraal Planbureau (CPB).
Beleidsmatig
Nominaal en onverdeeld – 71,9 – 54,9 – 113,3 – 106,5 – 97,9
Deze mutatie betreft vrijval van niet benodigde groeiruimte en vrijval van middelen die gereserveerd waren voor Voorwaardelijke Toelating.
Technisch
Overheveling middelen Voorwaardelijke Toelating – 2,2 – 19,2 – 38,2 – 57,2 – 70,2
De huidige regeling Voorwaardelijke Toelating wordt vervangen door nieuwe regelingen. Een deel van de gereserveerde middelen binnen het Uitgavenplafond Zorg wordt overgeheveld naar de VWS-begroting. Het gaat om de programma- en uitvoeringskosten voor de regelingen Veelbelovende zorg en Zorgevaluatie en gepast gebruik.
Overige technisch – 14,0 – 29,0 – 28,3 – 30,0 – 27,4
Deze mutatie betreft onder meer ijklijnmutaties naar de VWS-begroting ten behoeve van de invoering van pneumokokkenvaccinatie en het aanbieden van het quadrivalent vaccin aan zorgverleners en de doelgroepen van het Nationaal Programma Grieppreventie.
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) – 1.719,6 – 2.408,7 – 2.757,9 – 3.239,7 – 3.670,3
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
N.v.t.
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 7) 0 0 0 0 0
4.2. Wet langdurige zorg (Wlz)

In deze paragraaf wordt ingegaan op de financiële ontwikkelingen binnen de Wlz. In tabel 8 wordt het totaal van de bijstellingen tussen de ontwerpbegroting 2019 en de 1e suppletoire begroting 2019 voor de Wlz per sector/deelsector weergegeven. Na tabel 8 wordt per sector deze bijstellingen toegelicht.

ZIN binnen contracteerruimte 19.919,0 557,2 20.476,3 603,6 591,9 557,0 545,3
Ouderenzorg 10.983,6 278,8 11.262,4 354,7 363,3 344,5 349,9
Gehandicaptenzorg 6.952,8 213,6 7.166,4 184,1 167,6 151,3 134,5
Langdurige ggz 578,2 21,1 599,3 21,1 17,2 17,2 17,2
Volledig pakket thuis 496,3 15,5 511,8 15,3 15,4 15,4 15,4
Extramurale zorg 626,8 19,5 646,3 19,4 19,3 19,1 18,9
Overige binnen contracteerruimte 281,4 8,8 290,1 9,0 9,1 9,5 9,5
Persoonsgebonden budgetten 2.070,2 14,6 2.084,8 14,6 14,7 14,7 14,7
Buiten contracteerruimte 1.740,8 – 935,9 804,9 – 1.309,6 – 1.486,3 – 1.690,1 – 1.917,1
Beheerskosten 197,5 20,1 217,6 33,4 29,2 23,2 23,3
Overig buiten contracteerruimte1 484,5 48,9 533,4 49,4 48,9 49,3 48,9
Nominaal en onverdeeld 1.058,8 – 1.004,9 53,9 – 1.392,4 – 1.564,4 – 1.762,6 – 1.989,3
brutoWlz-uitgaven 23.730,1 – 364,1 23.366,0 – 691,4 – 879,8 – 1.118,4 – 1.357,1
Eigen bijdrage Wlz 1.868,3 – 25,3 1.843,0 – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3
Netto-Wlz-uitgaven 21.861,8 – 338,8 21.523,0 – 666,1 – 854,5 – 1.093,1 – 1.331,8

1 Bij de Wlz zijn onder de post «overige buiten contracteerruimte» opgenomen de deelsectoren: bovenbudgettaire vergoedingen, tandheelkunde Wlz, instellingen voor medisch-specialistische zorg Wlz, overig curatieve zorg Wlz, ADL, extramurale behandeling, zorginfrastructuur, innovatie en beschikbaarheidbijdrage opleidingen Wlz.

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.

Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019)
Ouderenzorg 365,8 386,5 404,9 415,5 412,7
Gehandicaptenzorg 230,6 232,5 232,5 232,9 233,2
Langdurige ggz 19,1 19,1 19,1 19,1 19,1
Volledig pakket thuis 17,2 17,0 17,0 17,0 17,0
Extramurale zorg 21,7 21,5 21,3 21,1 20,9
Overige binnen contracteerruimte 9,7 9,9 10,1 10,4 10,4
Actualisering zorguitgaven
Ouderenzorg – 38,0 – 38,9 – 39,6 – 40,0 – 39,9
Gehandicaptenzorg – 24,1 – 23,5 – 22,9 – 22,6 – 22,7
Langdurige ggz – 2,0 – 1,9 – 1,9 – 1,9 – 1,9
Volledig pakket thuis – 1,7 – 1,6 – 1,6 – 1,6 – 1,6
Extramurale zorg – 2,2 – 2,1 – 2,0 – 2,0 – 2,0
Overig binnen contracteerruimte – 1,0 – 1,0 – 1,0 – 1,0 – 1,0
Deze mutatie betreft de structurele doorwerking van de actualisering van de uitgaven 2018. Zoals gemeld in het jaarverslag 2018 is deze gebaseerd op de voorlopige cijfers van de NZa en het Zorginstituut.
Beleidsmatig
Ramingsbijstelling Wlz – 56,0 – 32,0 – 58,0 – 104,0 – 113,0
Dit betreft een ramingsbijstelling van de Wlz-uitgaven op de begroting die mogelijk was zonder het Wlz-kader bij te stellen.
Overig beleidsmatig
Uitvoeringskosten CIZ 4,0 4,0
Technisch
Overheveling roerende voorzieningen
Ouderenzorg 7,1 7,1 7,1 7,1 7,1
Gehandicaptenzorg 7,1 7,1 7,1 7,1 7,1
Vanaf 1 januari 2020 gaan Wlz-instellingen zonder behandeling alle roerende voorzieningen vanuit hun instellingsbudget betalen. Een beperkt aantal voorzieningen wordt dan niet meer via de Zvw vergoed (bijvoorbeeld het hooglaagbed). De bijbehorende middelen worden overgeheveld van de Zvw naar de Wlz.
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 8) 557,2 603,6 591,9 557,0 545,3
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019) 75,6 75,6 75,7 75,7 75,7
Actualisering zorguitgaven – 61,0 – 61,0 – 61,0 – 61,0 – 61,0
Deze mutatie betreft de structurele doorwerking van de actualisering van de uitgaven 2018. Zoals gemeld in het jaarverslag 2018 is deze gebaseerd op voorlopige cijfers van de NZa en het Zorginstituut.
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 8) 14,6 14,6 14,7 14,7 14,7
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019) 6,7 6,7 6,6 6,5 6,5
Beleidsmatig
Ontwikkelopgave zorgkantoren 11,8 10,2 10,4 10,4 10,4

Voor de implementatie van het kwaliteitskader verpleeghuiszorg spelen de zorgkantoren een belangrijke rol. Om deze rol goed te kunnen invullen hebben de zorgkantoren een ontwikkelopgave. Hiervoor is een additioneel bedrag van

€ 10,4 miljoen per jaar benodigd. Voor 2019 is een bedrag van € 11,3 miljoen benodigd. Daarnaast is besloten om de cliëntondersteuning in 2019 voort te zetten (€ 0,5 miljoen).

Wet Zorg en Dwang 0,5 9,6 9,7 9,9 10,0
In 2020 treedt de nieuwe wet Zorg en Dwang in werking. Hierin is geregeld dat vg- en pg-patiënten aanspraak kunnen maken op een cliëntvertrouwenspersoon (cvp). De cvp wordt ingezet conform het kwaliteitskader. Daarnaast wordt een landelijke faciliteit opgezet voor het bij elkaar brengen en bundelen van expertise. Voor dit geheel is budget beschikbaar gesteld, oplopend tot € 10 miljoen in 2023.
Overig beleidsmatig
Kasschuif beheerskosten 3,3 4,7 – 0,3 – 3,8 – 3,8
Technisch
Overig technisch – 2,2 2,3 2,8 0,3 0,3
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 8) 20,1 33,4 29,2 23,2 23,3
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019)
Bovenbudgettaire vergoedingen 4,9 4,9 4,9 4,9 4,9
Overige Wlz-zorg 10,7 10,7 10,7 11,6 11,6
Opleidingen 1,1 1,1 1,1 1,1 1,1
Actualisering zorguitgaven
Bovenbudgettaire vergoedingen 14,0 14,0 14,0 14,0 14,0
Overige Wlz-zorg 19,1 19,1 19,1 19,1 19,1
Opleidingen 0,3 0,3 0,3 0,3 0,3
Deze mutatie betreft de structurele doorwerking van de actualisering van de uitgaven 2018. Zoals gemeld in het jaarverslag 2018 is deze gebaseerd op voorlopige cijfers van de NZa en het Zorginstituut.
Beleidsmatig
Bijdrage Zorgvisie Groningen 6,2 6,2 6,2 6,2 6,2
De Stuurgroep Zorg heeft een visie opgesteld voor een duurzaam zorglandschap in de regio Groningen inclusief een advies over de versterking/vernieuwing van het zorgvastgoed. Hiervoor is in totaal € 323 miljoen nodig. De Minister heeft besloten dat VWS maximaal € 93 miljoen bijdraagt over een periode van 15 jaar om deze visie uit te verwezenlijken.
Overig beleidsmatig
Innovatie beleidsregel 5,0 5,0 5,0 5,0 5,0
Ramingsbijstelling Wlz 1,6 2,1 1,6 1,1 0,7
Technisch
Overig technisch – 14,0 – 14,0 – 14,0 – 14,0 – 14,0
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 8) 48,9 49,4 48,9 49,3 48,9
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Loon- en prijsbijstelling (tranche 2019) – 763,1 – 785,5 – 803,7 – 815,7 – 813,0
Dit betreft de uitdeling aan de verschillende sectoren van de tranche 2019 van de vergoeding voor loon- en prijsontwikkeling.
Nominale ontwikkeling – 50,9 – 430,2 – 597,0 – 798,9 – 1.023,8
De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de macro-economische inzichten in het Centraal Economisch Plan (CEP 2019) van het Centraal Planbureau (CPB).
Jeugdhulp 350,0 190,0 290,0 190,0
Gemeenten zijn nog niet in staat geweest om de transitie- en transformatiedoelen van de decentralisatie van de Jeugdhulp binnen een termijn van vier jaar te realiseren. Er is sprake van een volumestijging en uitgavenstijging. Daarvoor komt het kabinet de gemeenten de komende jaren tegemoet met een extra budget van in totaal 420 mln. in 2019, 300 mln. in 2020 en 300 mln. in 2021. De middelen worden op het Gemeentefonds in het juiste kasritme gezet.
Beleidsmatig
Ambulantisering in het ggz-domein 50,0 65,0 80,0 95,0 95,0
Middels het Hoofdlijnenakkoord ggz en Zorg op de Juiste Plaats wordt binnen het ggz-domein ingezet op ambulantisering van de zorg. Dit leidt tot meer zorg in het gemeentelijk domein, zowel voor beschermd wonen als voor begeleiding. In totaal is er een reeks beschikbaar van € 50 mln. in 2019 oplopend naar structureel € 95 mln. in 2022 beschikbaar. De middelen worden na ondertekening van het Hoofdlijnenakkoord ggz door de VNG gestort in het Gemeentefonds.
Verhoging leeftijdsgrens gezinshuizen 2,2 6,1 7,8 9,5 11,4
In navolging van de in 2018 gemaakte bestuurlijke afspraak om pleegzorg (bij 18 jaar) standaard te verlengen tot 21 jaar, wordt ook de leeftijdsgrens voor gezinshuizen verhoogd tot 21 jaar. Gemeenten krijgen extra middelen voor deze verhoging.
Invoeren Wvggz 20,0 20,0 20,0 20,0
Per 1 januari 2020 treedt de Wet verplichte ggz in werking. Als gevolg van deze wet krijgen gemeenten extra uitvoerende taken. Hiervoor worden gemeenten financieel gecompenseerd.
Overig beleidsmatig 5,0 5,0 5,0 5,0
Technisch
Jeugdhulp (IJklijn) – 350,0 – 190,0 – 290,0 – 190,0
Deze mutatie betreft de overheveling van extra middelen voor de jeugdzorg naar de algemene uitkering van het gemeentefonds. De middelen worden op het Gemeentefonds in het juiste kasritme gezet.
Verhoging leeftijdsgrens gezinshuizen (IJklijn) – 2,2 – 6,1 – 7,8 – 9,5 – 11,4
Deze ijklijnmutatie betreft de overheveling van extra middelen voor de verhoging leeftijdsgrens gezinshuizen naar de algemene uitkering van het gemeentefonds.
Invoeren Wvggz (IJklijn) – 20,0 – 20,0 – 20,0 – 20,0
Deze ijklijnmutatie betreft de overheveling van extra middelen in verband met de invoering van de Wvggz naar de algemene uitkering van het gemeentefonds.
Loon- en prijsbijstelling Wmo Beschermd Wonen – 57,0 – 57,0 – 56,9 – 56,9 – 57,0
Loon- en prijsbijstelling Wmo en Jeugd (IJklijn) – 187,3 – 187,7 – 190,1 – 190,0 – 189,9
Deze mutaties betreffen de overheveling van de loon- en prijsbijstelling 2019 van het Wmo- en jeugd-budget naar de integratie-uitkering Beschermd wonen en de algemene uitkering van het gemeentefonds.
Overig technisch – 1,6 – 2,1 – 1,6 – 1,1 – 0,7
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 8) – 1.004,9 – 1.392,4 – 1.564,4 – 1.762,6 – 1.989,3
Toelichting uitgaven 1esuppletoire begroting
Autonoom
Actualisering eigen bijdrage – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3
Deze mutatie betreft de structurele doorwerking van de actualisering van de ontvangsten 2018 die ook is verwerkt in het jaarverslag 2018 van VWS.
Totaal bijstellingen (aansluiting tabel 8) – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3 – 25,3

  1. Vergaderjaar 2017–2018 Kamerstuk 32 620 nr. 203↩︎