[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Regionale plannen goedgekeurd voor sterk technisch vmbo

VMBO

Brief regering

Nummer: 2019D28519, datum: 2019-07-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-30079-108).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 30079 -108 VMBO.

Onderdeel van zaak 2019Z13857:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019

30 079 VMBO

Nr. 108 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juli 2019

Zoals u weet heeft het kabinet in het regeerakkoord (bijlage bij Kamerstuk 34 700, nr. 34) structureel € 100 miljoen uitgetrokken voor het technisch vmbo. Ik heb in mijn brief van 5 juni 2018 uiteengezet hoe de inzet van die middelen de komende jaren vorm krijgt.1 In de jaren 2020 tot en met 2023 gebeurt dat op basis van plannen die regio’s (vmbo-scholen gezamenlijk en samen met het mbo en het bedrijfsleven) indienen om te komen tot een dekkend en doelmatig technisch onderwijsaanbod van hoge kwaliteit. Heel Nederland heeft zich verdeeld in 78 regio’s, die alle vóór afgelopen 1 april een plan hebben ingediend. Die plannen zijn vervolgens zorgvuldig beoordeeld door een onafhankelijke commissie, die mij heeft geadviseerd over alle plannen. De afgelopen tijd is er bijzonder veel werk verzet, door de regio’s zelf, door de ondersteuners die regio’s geholpen hebben bij het maken van de plannen, en door de commissie. Ik ben ervan overtuigd dat deze inzet de toekomst van dit mooie en belangrijke onderwijs ten goede zal komen.

Met enthousiasme kan ik u nu meedelen dat ik al meer dan de helft van de ingediende regionale plannen in het kader van Sterk Techniekonderwijs heb goedgekeurd. 45 regio’s kregen van de onafhankelijke commissie een positief advies, en die adviezen neem ik onverkort over2. Van deze regio’s zijn er drie «techniekarm», wat wil zeggen dat er nu nog geen (of heel weinig) technisch onderwijs aanwezig is, maar daar gaat de komende jaren dankzij de gehonoreerde plannen verandering in komen.

Uit de ingediende plannen spreekt veel ambitie en de wil om gezamenlijk het onderwijs naar een hoger plan te tillen. Daarbij kijken scholen niet alleen naar de technische profielen zelf, maar vaak ook naar andere profielen en zeker ook de theoretische leerweg. Vaak spat het enthousiasme van de pagina’s af, en is het duidelijk dat scholen, mbo’s en het bedrijfsleven elkaar hebben gevonden. In alle regio’s heeft het bedrijfsleven tien procent of meer cofinanciering geleverd. Samen kunnen ze na de zomer aan de slag om het technisch vmbo de beweging te laten maken naar een duurzaam, doelmatig en kwalitatief hoogstaand onderwijsaanbod. Ik feliciteer deze regio’s met de goedkeuring van hun plannen, en wens hen veel succes en inspiratie bij de uitvoering daarvan. Uiteraard blijf ik nauw betrokken, en ondersteun ik hen de komende jaren om ervoor te zorgen dat de plannen ook echt bewaarheid worden.

Van de overige regio’s zijn de plannen nog niet voldragen genoeg om ze nu al goed te keuren. Juist in regio’s waar samenwerking tussen scholen, met het mbo en met het bedrijfsleven nog niet eerder van de grond was gekomen, kost het maken van een gezamenlijk plan helaas meer tijd. In sommige gevallen hebben regio’s ook nog niet voldoende doordacht hoe het onderwijsaanbod van de toekomst eruit moet zien om ook duurzaam en doelmatig te zijn.

Waar het ging om relatief kleine tekortkomingen, hebben regio’s de kans gehad om snel een aanpassing of verduidelijking van de plannen te overleggen. De commissie heeft ook een aantal regio’s uitgenodigd voor een gesprek. Uiteindelijk heeft de commissie bij 29 regio’s geoordeeld dat de plannen nog niet afdoende zijn. Daarnaast zijn er nog 4 regio’s die deze conclusie zelf al hadden getrokken en hun aanvraag voor deze eerste ronde hebben ingetrokken. Al deze regio’s krijgen tot 1 oktober van dit jaar de tijd om verder te werken aan hun plannen. De commissie heeft voor de plannen die zij nog onvoldragen vond handvatten ter verbetering gegeven. Ik zorg dat deze 33 regio’s de komende maanden ondersteuning krijgen. Zo werken we er gezamenlijk aan dat alle regio’s in Nederland de kans krijgen om een goed techniekaanbod te realiseren en dat zij per 1 januari ook echt aan de slag kunnen.

Aanvullende bekostiging VSO

Zoals ik uw Kamer in april van dit jaar heb gemeld, komt ook het technisch vmbo binnen het voortgezet speciaal onderwijs in aanmerking voor extra techniekmiddelen.3 Deze scholen draaien daarom mee in de regionale plannen. In de plannen is dat ook terug te zien. Maar daarnaast konden deze scholen een aanvraag doen voor de extra middelen van 2018 en 2019. Inmiddels is de deadline voor die aanvraag verstreken. 30 scholen hebben aanvullende bekostiging aangevraagd en toegekend gekregen voor in totaal circa 1900 leerlingen per jaar. De aanvullende bekostiging wordt in de maand september uitgekeerd.

Nulmetingen monitor Sterk Techniekonderwijs en Vernieuwing vmbo

De inzet van de middelen voor het technisch vmbo en de uitvoering van de regionale plannen worden gemonitord onder leiding van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO). Inmiddels is de nulmeting daarvan klaar en die stuur ik u bij deze brief toe4. Zij blijven de aanpak jaarlijks monitoren en halverwege evalueert de beoordelingscommissie de voortgang van de regionale plannen.

De nulmeting laat zien dat de toegankelijkheid van de technische profielen vrij hoog is, maar dat de duurzaamheid ervan een stuk minder is: veel technische afdelingen zijn erg klein, meestal minder dan tien leerlingen voor de hele bovenbouw van een profiel. Verduurzaming is gezien de verwachte leerlingendaling dus een belangrijk punt. De faciliteiten en apparatuur van scholen zijn inmiddels wel vrij goed op orde. Wat kwaliteit betreft, is de blik van scholen nu nog vooral intern gericht. De regionale samenwerking staat over het algemeen nog op een laag pitje. Gezien de expliciete focus op samenwerking in de regionale planvorming, verwacht ik op dat gebied een sterke impuls. De kwaliteit van het onderwijs is erg afhankelijk van leraren, en dat is gezien het lerarentekort een risico. Regio’s nemen dit thema gelukkig vaak op in hun plannen, en ik ondersteun hen daarbij.

Niet alleen de ontwikkelingen rond het technisch vmbo worden onder leiding van het NRO nauw gevolgd. Dat gebeurt ook met de invoering van de vernieuwing van het vmbo die vanaf schooljaar 2016–2017 gestart is. In juni zijn de «Monitor vernieuwing vmbo, Meting 2017–2018» en «De vernieuwing vmbo: hoe geven scholen vorm aan de nieuwe profielen, keuzevakken en lob?» beschikbaar gekomen. Beide rapporten zijn als bijlage bij deze brief gevoegd5.

In de kern laten deze rapporten zien dat scholen heel hard gewerkt hebben om de vernieuwing te implementeren. Ze zijn aan de slag gegaan met de nieuwe profielen, hebben de nieuwe examenprogramma’s ingevoerd en maken meer werk van loopbaanoriëntatie en -begeleiding (lob). Veel van dit werk is door de leraren zelf gedaan, deels in eigen tijd. Ook laten de rapporten zien dat scholen over het algemeen positief zijn over de vernieuwing. Dat geldt met name voor de ruimte die de keuzevakken bieden. De rapporten laten echter ook zien dat de vernieuwing nog niet klaar is. Zo blijkt uit het onderzoek, net als uit de monitor Sterk Techniekonderwijs, dat de invoering tot nu toe vooral een intern proces is geweest binnen de school en dat er echt nog een slag gemaakt moet worden om de samenwerking met omringende vmbo-scholen, mbo en bedrijfsleven te versterken. De middelen voor Sterk Techniekonderwijs geven een extra impuls aan deze regionale samenwerking. En hoewel scholen op lob echt een inhaalslag hebben gemaakt, moet dat nog beter worden ingebed in de school. Daarom kijk ik hoe het Expertisepunt LOB, dat scholen ondersteunt bij de implementatie en uitwerking van hun lob, gecontinueerd kan worden. Al met al vraagt de vernieuwing nog steeds inzet en aandacht en zal daarom ook de komende jaren nader worden gevolgd en geëvalueerd.

Samen verder naar een sterk technisch vmbo

De eerste beoordelingsronde is een belangrijke stap voor het technisch en technologisch vmbo. De komende tijd moeten de regio’s aan de slag met de uitvoering van de goedgekeurde plannen, en het uitwerken van de plannen die nog niet voldragen zijn. Daar heb ik het volste vertrouwen in. Vóór het einde van het jaar informeer ik u over de uitkomsten van de tweede ronde, en over de voortgang richting sterk technisch vmbo voor heel Nederland.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob


  1. Kamerstuk 30 079, nr. 72.↩︎

  2. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎

  3. Kamerstuk 30 079, nr. 104.↩︎

  4. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎

  5. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎