Uitstel beantwoording vragen van de leden Leijten en Van Nispen over de inspanningen van de Belastingdienst om bij te dragen aan het bestrijden van georganiseerde criminaliteit en het afpakken van misdaadgeld
Mededeling (uitstel antwoord)
Nummer: 2019D31297, datum: 2019-07-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20182019-3493).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
- Mede namens: M. Snel, staatssecretaris van Financiën
Onderdeel van zaak 2019Z13242:
- Gericht aan: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
- Gericht aan: M. Snel, staatssecretaris van Financiën
- Indiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
3493
Vragen van de leden Leijten en Van Nispen (beiden SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid en de Staatssecretaris van Financiën over de inspanningen van de Belastingdienst om bij te dragen aan het bestrijden van georganiseerde criminaliteit en het afpakken van misdaadgeld (ingezonden 25 juni 2019).
Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Staatssecretaris van Financiën (ontvangen 18 juli 2019).
Vraag 1
Herinnert u zich uw antwoorden op Kamervragen over de oproep van burgemeesters meer te investeren in de handhavingscapaciteit van de Belastingdienst voor de aanpak van georganiseerde criminaliteit?1
Vraag 2
Wat hield het bestedingsvoorstel van de Belastingdienst in dat is ingediend om aanspraak te maken op de middelen die beschikbaar zijn gesteld binnen het Ondermijningsfonds? Wat was uw inhoudelijke motivatie om dit bestedingsvoorstel niet te honoreren? Kunt u dit bestedingsvoorstel en de afwijzing aan de Kamer sturen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Waarom stelt u zo nadrukkelijk dat de Belastingdienst een landelijke organisatie is met landelijke prioriteiten die op landelijk en regionaal niveau een afweging maakt ten aanzien van de eigen inzet op basis van onder andere de beschikbare capaciteit?
Vraag 4
Op welke wijze beslist de Belastingdienst om regionale prioriteiten toe te laten in zijn prioriteiten? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 5
Erkent u dat als een regio, bijvoorbeeld Noord-Brabant, in overleg met het Ministerie van Justitie en Veiligheid extra inzet op de bestrijding van georganiseerde criminaliteit, de Belastingdienst daarbij hoort te helpen? In hoeverre is hiervoor al ruimte? Bent u bereid deze mogelijkheden om regionaal verschillende accenten te leggen te vergroten? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 6
Kunt u toelichten wat de achtergrond, analyse en belangrijkste redenen zijn voor uw besluit om (bij voorjaarsnota) extra geld beschikbaar te stellen «voor de integrale aanpak van ondermijnende criminaliteit door de Belastingdienst»? Hoe ziet deze investering er meerjarig uit? Waar zal deze investering terechtkomen? Welke doelen (en eventuele voorwaarden) worden hierbij gesteld?
Vraag 7
Zou het niet goed zijn om nu ook specifiek aan het openbaar ministerie (OM) en de financiële recherche extra geld beschikbaar te stellen om meer crimineel geld af te pakken, altijd de samenwerking met de Belastingdienst te zoeken bij zaken van enige omvang, en dichterbij het uitgangspunt te komen dat misdaad niet mag lonen?
Vraag 8
Wat zijn uw ambities ten aanzien van het afpakken, ontnemen of afromen van crimineel geld, de inzet van de Belastingdienst daarbij, en de samenwerking op dit gebied met het OM?
Mededeling
Hierbij bericht ik u, mede namens de Staatssecretaris van Financiën dat de schriftelijke vragen van de leden Leijten en Van Nispen (beiden SP) over de inspanningen van de Belastingdienst om bij te dragen aan het bestrijden van georganiseerde criminaliteit en het afpakken van misdaadgeld (ingezonden 25 juni 2019) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.
Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018?2019, nr. 3099.↩︎