Antwoord op vragen van de leden Ploumen en Nijboer over het sluiten van bankrekeningen van Nederlanders die in het buitenland wonen
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2019D32807, datum: 2019-08-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20182019-3634).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W.B. Hoekstra, minister van Financiën (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2019Z14270:
- Gericht aan: W.B. Hoekstra, minister van Financiën
- Indiener: E.M.J. Ploumen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: H. Nijboer, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
3634
Vragen van de leden Ploumen en Nijboer (beiden PvdA) aan de Minister van Financiën over het sluiten van bankrekeningen van Nederlanders die in het buitenland wonen (ingezonden 3 juli 2019).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 21 augustus 2019).
Vraag 1
Bent u er bekend mee dat de Nederlandse bankrekeningen van Nederlanders die in het buitenland wonen steeds vaker eenzijdig door de bank worden opgeheven? Zo ja, weet u waarom banken dit doen?
Antwoord 1
Ja, ik ben er mee bekend dat dit gebeurt. Zoals ik in eerdere antwoorden op Kamervragen hierover heb aangegeven, baseren banken hun klantenbestand op een door de bank zelf bepaalde ondernemersstrategie en door hen gewenste risicoprofiel. Hierbij spelen veel verschillende factoren een rol die door banken zelf worden gewogen, zoals het bestaande kader van wet- en regelgeving evenals de door banken gewenste risicobereidheid. Een bank kan besluiten zich te willen richten op klanten die in Nederland en Europa wonen.1
Vraag 2
Zijn er additionele eisen voor banken met betrekking tot rekeningen die worden gehouden door Nederlanders die in het buitenland wonen?
Antwoord 2
Nederland stelt geen additionele eisen aan banken met betrekking tot rekeningen die worden gehouden door Nederlanders die in het buitenland wonen. Banken moeten zich houden aan de geldende wet- en regelgeving zoals de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme. Daarnaast moet een bank die diensten verleent aan klanten die buiten Nederland wonen voldoen aan de in dat land geldende wet- en regelgeving. Deze regelgeving kan (extra) eisen stellen aan buitenlandse partijen die diensten verlenen aan inwoners van dat land. Binnen Europa is dit meestal geen probleem, omdat er voor EU-lidstaten een sterk geharmoniseerd regelgevend kader geldt. Buiten Europa kan dit anders zijn.
Vraag 3, 4, 5
Kunt u zich voorstellen dat het voor Nederlanders in het buitenland van groot belang kan zijn een Nederlandse rekening aan te houden, bijvoorbeeld met betrekking tot verblijf in Nederland, fiscale zaken, hun (voormalige) woning, etc.?
Vindt u het ook passen bij de nutsfunctie van banken dat het houden van een Nederlandse rekening voor Nederlanders gefaciliteerd wordt?
Bent u bereid in overleg te treden met banken om te bezien hoe Nederlanders in het buitenland financiële mogelijkheden in Nederland behouden?
Antwoord 3, 4, 5
Voor Nederlanders buiten de Europese Unie is het vervelend als de Nederlandse rekening opgeheven wordt. Het merendeel van de banken biedt echter dienstverlening voor Nederlanders die buiten de Europese Unie wonen aan. Klanten kunnen in beginsel dus overstappen naar een andere bank. Het is vervolgens aan elke individuele bank om te bepalen of zij een specifieke klant accepteert. Zoals aangegeven in antwoord op vraag 1 bepalen banken zelf hun ondernemingsstrategie en het door hen gewenste risicoprofiel. Banken moeten zich daarbij houden aan de geldende wet- en regelgeving. Ik zal in overleg treden met banken om te spreken over de ontwikkelingen rond de toegang van Nederlanders in het buitenland tot dienstverlening van banken.
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016–2017, nr. 853 en Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 2433↩︎