[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de reactie op het verzoek van het lid Omtzigt, gedaan tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 3 september 2019, over het bericht dat de Duitse regering al jarenlang een vergoeding betaalt aan voormalige SS-soldaten in Nederland (Kamerstuk 31066-522)

Belastingdienst

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2019D41713, datum: 2019-10-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2019D41713).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2019Z17231:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2019D41713 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De vaste commissie voor Financiën heeft op 17 oktober 2019 enkele vragen en opmerkingen aan de Staatssecretaris voorgelegd over de brief van de Staatssecretaris van Financiën van 13 september 2019 (Kamerstuk 31 066, nr. 522). Deze brief bevat de reactie op het verzoek van het lid Omtzigt, gedaan tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 3 september 2019, over het bericht dat de Duitse regering al jaren lang een vergoeding betaalt aan voormalige SS-soldaten in Nederland).

De voorzitter van de commissie,
Anne Mulder

De adjunct-griffier van de commissie,
Freriks

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD

De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de reactie van de regering op het verzoek van het lid Omtzigt. Deze leden hebben nog enkele vragen en opmerkingen.

De leden van de VVD-fractie vragen de regering waarom het heffingsrecht over deze periodieke uitkeringen aan Duitsland is toegewezen en waarom deze uitkeringen in Duitsland zijn vrijgesteld van belastingheffing.

De Staatssecretaris van Financiën schrijft dat pas in mei 2019 bekend werd dat er 27 Nederlanders een «Kriegsbeschädigtenrenten» ontvangen. Hoe verklaart u dan het bericht op 20 februari 2019 op de site van de NOS dan1? Daaruit blijkt deze informatie al eerder beschikbaar zou zijn geweest. Kan de regering expliciet bevestigen dat er geen informatie beschikbaar is over het aantal Nederlanders die een (periodieke) uitkering ontvangen naar aanleiding van het verleden bij de Waffen-SS van voor mei 2019?

De leden van de VVD-fractie vragen of het klopt dat vanwege de vrijstelling in Duitsland, de betreffende gegevens van alleen de 27 «Kriegsbeschädigtenrenten» pensioenontvangers niet worden uitgewisseld? Of zijn er nog andere groepen of individuen met een pensioen opgebouwd op basis van vrijwillige of beroepsmatige activiteit binnen de Wehrmacht of de Waffen-SS waarvan de gegevens niet worden uitgewisseld? Zo ja, welke en om hoeveel personen gaat het?

De leden van de VVD-fractie vragen of er actief wordt onderzocht of de periodieke uitkeringen voor voormalig Nederlandse Waffen-SS- en andere soldaten worden verstrekt aan mensen die oorlogsmisdaden hebben begaan. Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoeveel mensen zijn de afgelopen tien jaar onderzocht en zijn er uitkeringen ook daadwerkelijk stopgezet?

De leden van de VVD-fractie vragen welke eisen precies zijn verbonden aan het doen van groepsverzoeken. Belemmert dit niet de effectieve uitwisseling van gegevens tussen belastingdiensten? Zijn er plannen om het doen van groepsverzoeken eenvoudiger te maken?

De leden van de VVD-fractie vragen of er tussen 2015 en 2019 door de regering stappen zijn gezet om inzichtelijke te krijgen hoeveel voormalig Nederlandse SS- en andere soldaten een uitkering krijgen. Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke stappen?

De leden van de VVD-fractie vragen wanneer de regering antwoord verwacht van de Duitse bevoegde autoriteit. Wanneer is er precies contact opgenomen?

De leden van de VVD-fractie vragen of de regering de Kamer kan informeren over de stand van zaken met betrekking tot het overleg tussen de Nederlandse en Duitse bevoegde instantie over de mogelijke informatie-uitwisseling over pensioenen van Nederlanders opgebouwd binnen de Wehrmacht of de Waffen-SS. Welke oplossingen zijn er denkbaar? Is de regering bijvoorbeeld voornemens om ook actief te overleggen over het terughalen van het heffingsrecht naar Nederland om zo de «Kriegsbeschädigtenrenten» in Nederland te kunnen belasten? Zo nee, waarom niet?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van het CDA

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de reactie van de Staatssecretaris op het verzoek van het lid Omtzigt over het bericht dat de Duitse regering al jarenlang een vergoeding betaalt aan voormalig SS-soldaten in Nederland. Deze leden zouden graag de brief ontvangen die de regering aan de Duitse regering geschreven heeft met betrekking tot dit onderwerp en het antwoord dat de Duitse regering hierop gegeven heeft. Zij vinden het namelijk onbegrijpelijk en ongelooflijk dat Nederland al sinds de Tweede Wereldoorlog geen inzage heeft in de Kriegbeschädigtenrenten.

Zij verzoeken de Staatssecretaris aan te geven uit welk verdragsartikel volgt dat Duitsland niet verplicht zou zijn om deze inkomens met de Nederlandse regering te delen.

Ook verzoeken zij de Staatssecretaris om inzage te verkrijgen wie dit pensioen de afgelopen 75 jaar ontvangen heeft en waar mogelijk over te gaan tot naheffing en beboeten van mensen die hun inkomen niet hebben opgegeven, ook bij nabestaanden die het pensioen ontvangen in dit geval.

De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris tevens of het niet mogelijk is om de namen van de belastingplichtigen te achterhalen gezien de processen die er na de oorlog zijn geweest tegen mensen die in vreemde krijgsdienst getreden zijn. Kan de Staatssecretaris met deze namen gericht gegevens opvragen bij de Duitse belastingdienst?

De leden van de CDA-fractie verzoeken de regering bij alle nog levende SS’ers na te gaan of zij rente ontvangen hebben of dat zij nog een levende nabestaande hebben. Als die bestaan, kan er ook gericht navraag gedaan worden bij zowel de personen als bij de Duitse autoriteiten. Is de Nederlandse regering daartoe bereid?

Verder verzoeken de leden van de CDA-fractie aan te geven wat de verschillende mensen die uit Duitsland pensioenen ontvangen hebben na de oorlog gemiddeld ontvingen, of het vrijgesteld was van belasting en of de gegevens zijn uitgewisseld met de Duitse overheid.

Zij verzoeken dat te doen voor alle categorieën die de Nederlandse overheid bekend zijn zoals:

1. Slachtoffers van vervolging

2. Uitkeringen uit artikel 2, claims conference

3. Nederlanders die als dwangarbeider te werk gesteld zijn

4. Voormalig inwoners van getto’s

5. Mensen die in concentratiekampen gezeten hebben

6. Nederlanders die in het Duitse leger dienst genomen hebben

7. Nederlanders die een Kriegbeschädigtenrenten ontvangen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van D66

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de brief over de belastingheffing over pensioenen die bepaalde ex-SS’ers die in Nederland wonen nog altijd van de Duitse overheid ontvangen.

De leden van de D66-fractie vragen om een nadere toelichting op welke wijze de Belastingdienst toezicht houdt op de vraag of de uitkeringen en pensioenen opgegeven worden in de aangifte Inkomstenbelasting. Zijn er voorbeelden dat dit toezicht inzicht heeft gegeven dat belastingplichtigen deze uitkeringen en pensioenen niet hebben opgegeven, terwijl zij dit wel hadden moeten doen. Zo ja, om hoeveel gevallen gaat het?

De leden van de D66-fractie vragen, gezien het aantal personen in andere landen dan Duitsland dat een periodieke uitkering ontvangt vanwege oorlogsverwondingen die zij hebben opgelopen in dienst van de Waffen-SS, om een nadere toelichting over de wijze waarop deze problematiek in andere landen speelt. Deze leden vragen om daarbij specifiek in te gaan op de vragen in hoeverre andere landen een informatieverzoek bij Duitsland hebben ingediend, welke afspraken andere landen en Duitsland hebben gemaakt over de informatie-uitwisseling en op welke wijze dit heeft bijgedragen aan de belastingheffing.

De leden van de D66-fractie vragen per wanneer het kabinet de Kamer kan informeren over de uitkomsten van het overleg over de mogelijkheden van informatie-uitwisseling.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP

De leden van de SP-fractie hebben met verbazing kennisgenomen van de brief van de regering en hebben hierover enkele vragen en opmerkingen.

De leden van de SP-fractie lezen in de brief dat de mogelijkheden om fiscale inlichtingen over voormalig SS’ers en leden van de Wehrmacht zullen worden besproken met de Duitse overheid. Deze leden spreken hun verontwaardiging uit over het feit dat belastingheffing nu plaatsvindt in Duitsland onder de Duitse belastingwetgeving die deze uitkeringen uit lijkt te zonderen van heffing. Zij merken op dat in de huidige situatie vrijwillige leden van een wegens oorlogsmisdaden verboden paramilitaire organisatie en een buitenlandse krijgsmacht op het oog impliciet gelijk worden gesteld aan voormalig dwangarbeiders die onder het belastingverdrag met Duitsland juist expliciet in Duitsland belasting moeten afdragen. Deze leden vragen de regering welke morele rechtvaardiging ervoor bestaat dat degenen die hebben bijgedragen aan de meest gruwelijke oorlogsmisdaden geen belastingplicht hebben in het land dat te maken heeft gehad met deze oorlogsmisdaden en waarmee zij de facto gelijk worden gesteld aan degenen die juist te lijden hadden onder de dwangarbeid die in het Derde Rijk op grote schaal plaatsvond. Tevens vragen zij de regering in hoeverre afwegingen op morele gronden worden gemaakt bij het opstellen van deze verdragen en of moraliteit en rechtvaardigheid deel uitmaken van het kader waarbinnen degenen belast met het opstellen en uitvoeren van belastingwetgeving afwegingen dienen te maken. De leden van de SP-fractie merken op dat in het tot 2015 geldende belastingverdrag met Duitsland deze categorie nog formeel in Duitsland belastingplichtig was, maar onder het nieuwe verdrag niet meer worden vermeld als uitgezonderde categorie en hiermee op het oog nergens belastingplichtig zijn als zij niet vrijwillig aangifte doen in Nederland. Zij vragen de regering of geprobeerd is dit lek te dichten tijdens de onderhandelingen over het belastingverdrag en zo ja, waarom het niet mogelijk is gebleken ervoor te zorgen dat SS’ers en voormalig leden van de Wehrmacht in Nederland belasting te laten betalen over inkomsten uit hoofde van hun oorlogsverleden. De leden van de SP-fractie merken op dat een overleg om de mogelijkheden voor fiscale gegevensuitwisseling te bespreken een erg magere uitkomst is van een dergelijk moreel zwaar beladen discussie. Zij vragen de regering hierom het belastingverdrag met de Bondsrepubliek Duitsland te wijzigen zodat voormalige leden van de SS en de Wehrmacht expliciet worden verplicht om in Nederland aangifte te doen en verplichte gegevensuitwisseling met Duitsland voor deze groep daarbij ook onderdeel van dit verdrag te maken. Tevens vragen zij de regering om tot deze verdragswijziging doorgevoerd kan worden een garantie van de Duitse overheid te vragen dat gegevens van alle Nederlandse ingezetenen die een uitkering uit hoofde van hun lidmaatschap van de SS of Wehrmacht ten tijde van de Tweede Wereldoorlog ontvangen aan de Belastingdienst zullen worden verstrekt opdat correct belastingafdracht kan worden gedaan. Tot slot vragen de leden van de SP-fractie of de regering een vergelijking kan maken tussen de behandeling van degenen wiens deelname aan een buitenlandse krijgsmacht heeft geleid tot het ontnemen van het Nederlands staatsburgerschap, zoals degenen die met de Internationale Brigades vochten tegen opkomend fascisme, en degenen die in dit geval kozen om in naam van het nationaalsocialisme bij te dragen aan volkerenmoord en de bezetting en exploitatie van hun eigen land.


  1. NOS, 20 februari 2019 (https://nos.nl/artikel/2272761-oud-ss-ers-in-nederland-krijgen-uitkering-vanuit-duitsland.html)↩︎