Reactie op een vraag van het lid Smals, gesteld tijdens het Algemeen Overleg Arbeidsomstandigheden/Handhaving van 5 september 2019, over werknemers die betrokken zijn bij de verzorging van overledenen en de onbewuste en ongewilde risico’s waaraan zij kunnen worden blootgesteld door bijvoorbeeld biologische agentia en straling
Arbeidsomstandigheden
Brief regering
Nummer: 2019D52768, datum: 2019-12-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-25883-369).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T. van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 25883 -369 Arbeidsomstandigheden.
Onderdeel van zaak 2019Z25686:
- Indiener: T. van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2020-01-14 14:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-01-21 16:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2020-02-20 10:00: Gezond en veilig werken (Algemeen overleg), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2020-02-20 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
25 883 Arbeidsomstandigheden
Nr. 369 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 december 2019
In het Algemeen Overleg Arbeidsomstandigheden/Handhaving van 5 september 2019 stelde het lid Smals (VVD) een vraag over werknemers die betrokken zijn bij de verzorging van overledenen en de onbewuste en ongewilde risico’s waaraan zij kunnen worden blootgesteld door bijvoorbeeld biologische agentia en straling (Kamerstuk 25 883, nr. 361). Hierop heb ik geantwoord dat het RIVM op dat moment in opdracht van de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) onderzoek deed naar de mogelijke stralingsbelasting voor de bevolking, werknemers en het milieu wanneer een patiënt kort na behandeling met radioactieve stoffen overlijdt.
Met deze brief laat ik u weten dat het RIVM het onderzoek inmiddels heeft afgerond. Het betreffende rapport, getiteld «Potentiële stralingsbelasting na het overlijden van patiënten behandeld met radioactieve stoffen», is op 2 december 2019 gepubliceerd op de website van het RIVM1. In het rapport worden onder andere de gevolgen voor werknemers besproken, die betrokken zijn bij de verzorging en uitvaart van patiënten die kort na de behandeling met radioactieve stoffen zijn overleden. Uit het onderzoek blijkt dat de potentiële effectieve dosis die een werknemer van een uitvaartorganisatie op kan lopen onder het jaarlijkse dosislimiet ligt voor mensen die niet met straling werken. Het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (zoals handschoenen) is voor werknemers van een crematorium, bij handelingen met de as, wel van belang om de mogelijke handdosis te beperken. Het gebruik van deze beschermingsmiddelen is voorgeschreven in de brancherichtlijn. Mijn ministerie is samen met de ANVS in gesprek met de brancheverenigingen over de uitkomsten van het onderzoek en de wijze waarop werknemers hiermee om kunnen gaan. Zodra deze gesprekken zijn afgerond, zal ik u de resultaten van deze gesprekken terugkoppelen.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
T. van Ark
https://www.rivm.nl/publicaties/potentiele-stralingsbelasting-na-overlijden-van-patienten-behandeld-met-radioactieve↩︎