Uitstel beantwoording vragen van het lid Wassenberg over het bericht dat het fokken van honden met extreem platte snuiten ondanks een verbod ongestraft doorgaat
Mededeling (uitstel antwoord)
Nummer: 2020D04340, datum: 2020-02-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20192020-1612).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Ooit ChristenUnie kamerlid)
Onderdeel van zaak 2020Z00639:
- Gericht aan: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Indiener: F.P. Wassenberg, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1612
Vragen van het lid Wassenberg (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht dat het fokken van honden met extreem platte snuiten ondanks een verbod ongestraft doorgaat (ingezonden 17 januari 2020).
Mededeling van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 5 februari 2020).
Vraag 1
Kent u het bericht «Ondanks verbod gaat fokken mopshond met platte snuit stug door: «Misdadig is het»»?1
Vraag 2
Is het juist dat het fokken en verhandelen van honden met een te korte snuit doorgaat, ondanks het feit dat dit verboden is sinds 2014?
Vraag 3
Is het juist dat er nog altijd vele fokkers in overtreding zijn, ondanks het feit dat de nadere criteria om dit verbod te handhaven sinds maart 2019 beschikbaar zijn?
Vraag 4
Hoeveel beroepsmatige fokkers en hobbyfokkers van kortsnuitige honden zijn er in Nederland?
Vraag 5
Is bij het publiceren van de nadere criteria een nulmeting uitgevoerd om te achterhalen hoeveel fokkers in Nederland op dat moment honden fokten met extreme uiterlijke kenmerken die de gezondheid van het dier benadelen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Op welke manier wordt het effect van de verscherpte handhaving gemeten?
Vraag 7
Is het juist dat de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) sinds het publiceren van de nadere criteria slechts bij één fokker op inspectie is geweest en daar alleen een waarschuwing heeft afgegeven? Zo nee, hoe zit het dan?
Vraag 8
Is het juist dat de NVWA geen boetes heeft uitgedeeld? Zo nee, hoeveel boetes zijn er uitgedeeld?
Vraag 9
Hoeveel reguliere inspecties hebben er in 2019 plaatsgevonden bij fokkers van kortsnuitige honden, hoeveel meldingen zijn er in 2019 binnengekomen over fokkers van kortsnuitige honden en hoeveel inspecties zijn er in 2019 uitgevoerd naar aanleiding van een melding over fokkers van kortsnuitige honden?
Vraag 10
Heeft u naar aanleiding van het formuleren van de nadere criteria aanleiding gezien om de reguliere inspecties frequenter te laten plaatsvinden, met het oog op het doel om in de overgangsfase het fokken van honden met extreme uiterlijke kenmerken binnen twee tot drie generaties uit te faseren? Zo nee, waarom niet?2
Vraag 11
Hoeveel controleurs worden ingezet om deze inspecties uit te voeren en hoeveel fte is hiervoor beschikbaar binnen de NVWA?
Vraag 12
Hoe vaak is het in de afgelopen vijf jaar voorgekomen dat deze controleurs gedurende het jaar andere taken kregen, door herprioritering van uren of omdat het aantal beschikbare uren voor deze taak niet toereikend was?
Vraag 13
Heeft u aanleiding gezien dit aantal te verhogen gezien de noodzaak tot verscherpte controle? Zo nee, waarom niet?
Vraag 14
Is het juist dat de nadere criteria zijn ingevoerd om het verbod in de praktijk handhaafbaar te maken?
Vraag 15
Kunt u in dat licht de volgende uitspraak van de woordvoerder van de NVWA duiden: «We kunnen niet zomaar boetes uitdelen. Als we een overtreding constateren, dan moeten we dat goed onderbouwen en een hele casus opbouwen.»?
Vraag 16
Valt hieruit te concluderen dat vaststelling van de nadere criteria tot nu toe niet heeft geleid tot handhaving van het verbod? Zo ja, hoe is dat mogelijk?
Vraag 17
Heeft de NVWA volgens u voldoende uren tot haar beschikking om een casus op te bouwen die kan leiden tot een veroordeling wegens het fokken van honden met extreem korte snuiten? Zo ja, waar baseert u dat op?
Vraag 18
Deelt u de mening dat het fokken van honden met extreem korte snuiten met het oog op het welzijn van het dier onaanvaardbaar is?
Vraag 19
Deelt u de mening dat fokkers die zich stelselmatig niet aan de wet houden aangepakt moeten worden? Zo ja, hoe bent u van plan dat te gaan doen?
Mededeling
Op 17 januari jl. heeft het lid Wassenberg (PvdD) vragen gesteld over het bericht dat het fokken van honden met extreem platte snuiten ondanks een verbod ongestraft doorgaat. De beantwoording kan niet binnen de gebruikelijke termijn plaatsvinden. De reden van uitstel is dat voor het inwinnen van informatie en afstemming meer tijd nodig is. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
RTL Nieuws, 15 januari 2020 – «Ondanks verbod gaat fokken mopshond met platte snuit stug door: «Misdadig is het»» (https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/nederland/artikel/4986901/ondanks-verbod-gaat-fokken-mopshond-gewoon-door-zielig-voor-de)↩︎
Dr. M. A.E Van Hagen, «Fokken met kortsnuitige honden, criteria ter handhaving van art. 3.4 Besluit houders van dieren, fokken met gezelschapsdieren», 21 januari 2019, pagina 24↩︎