Antwoord op vragen van het lid Aukje de Vries over het bericht ‘European Banking Authority plans overhaul of EU bank stress test'
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2020D07353, datum: 2020-02-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20192020-1795).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W.B. Hoekstra, minister van Financiën (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2020Z01163:
- Gericht aan: W.B. Hoekstra, minister van Financiën
- Indiener: A. (Aukje) de Vries, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1795
Vragen van het lid Aukje deVries (VVD) aan de Minister van Financiën over het bericht «European Banking Authority plans overhaul of EU bank stress test» (ingezonden 24 januari 2020).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 20 februari 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «European Banking Authority plans overhaul of EU bank stress test»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u bekend met de extra speelruimte die banken krijgen om zichzelf te controleren onder de geplande voorstellen van de Europese Bankenautoriteit?
Vraag 3
Kunt u een appreciatie geven van de herziening zoals hier in dit artikel beschreven?
Vraag 8
Kunt u aangeven wat wordt bedoeld met flexibeler maken van de EU-brede stresstest, aldus het citaat van José Manuel Campa in het artikel?
Antwoord 2, 3 en 8
Het discussiepaper van de Europese Bankenautoriteit (EBA) waar het artikel over gaat, consulteert mogelijke aanpassingen van de stresstest.2 Eén van de ideeën is dat de stresstest voortaan uit twee componenten bestaat:
De toezichtcomponent («supervisory leg») die dient als startpunt voor toezichtbeslissingen en het vaststellen van kapitaaleisen. De toezichthouder is «eigenaar» van deze stresstest. De toezichthouder controleert projecties op basis van toezichtmodellen en horizontale vergelijkingen tijdens een intensief proces van kwaliteitsborging.
De bankcomponent («bank leg») bevat minder restricties en geeft meer ruimte om met eigen modellen de projecties te berekenen. De gedachte is dat hiermee beter kan worden aangesloten bij de specifieke risico’s die een bank loopt. De bank is «eigenaar» van deze stresstest.
Dit idee van twee «componenten» betekent niet dat banken een geheel eigen methodologie mogen volgen. Een gemeenschappelijke methodologie en scenario blijven het uitgangspunt voor beide componenten. De bankcomponent kan wel «flexibeler» worden beschouwd omdat banken meer mogelijkheid krijgen om op bepaalde punten af te wijken van de voorgeschreven gemeenschappelijke methodologie. De toezichtcomponent biedt daarentegen meer mogelijkheid om de projecties van banken aan te passen of te vervangen. Indien de uitkomst van de stresstest van de bankcomponent verschilt van die van de toezichthouder, dient de bank een verklaring te geven voor dat verschil in uitkomst. De toezichtcomponent («supervisory leg») dient nog steeds als startpunt voor toezichtbeslissingen en het vaststellen van kapitaaleisen.
Voorts bevat het discussiepaper een aantal andere ideeën, waaronder ook extra openbaarmaking. Zo doet de EBA onder andere de suggestie om bepaalde bankspecifieke verwachtingen openbaar te maken («Pillar 2 Guidance»). Daarbij wil ik benadrukken dat het discussiepaper enkel nog een publieke consultatie is. Door EBA is aangegeven dat, mocht na de consultatie blijken dat de voorgestelde aanpassingen van het huidige raamwerk weinig voordelen of zelfs nadelen meebrengen, ze niet zullen worden uitgevoerd. De nieuwe benadering zal op zijn vroegst vanaf 2022 worden toegepast. De eerstvolgende stresstest vindt dit jaar plaats, waarvoor EBA onlangs scenario’s presenteerde met forse schokken op onder meer bbp, werkloosheid, aandelen en vastgoed.3
Vraag 4
Hoe verhoudt zich dit tot uw antwoorden op Kamervragen van 18 december 2018, waarin u aangeeft dat u goed toezicht belangrijk vindt?4
Vraag 5
Welke mogelijkheden ziet u om te komen tot betere stresstests?
Antwoord 4 en 5
In de antwoorden op de Kamervragen van 18 december 2018 schreef ik dat ik «goed toezicht» op de bankensector in alle gevallen belangrijk vind.5 Dit standpunt geldt nog steeds.
Stresstesten geven inzicht in de weerbaarheid van een bank tegen financiële en economische schokken. Daarmee vormen stresstesten een waardevolle informatiebron voor de markt. Ook zijn stresstesten een belangrijk onderdeel voor de jaarlijkse kapitaalbeoordeling van individuele banken door de toezichthouder (ook wel de «Supervisory Review and Evaluation Process», SREP).6
De effectiviteit en geloofwaardigheid van de uitkomst van een stresstest hangen sterk af van de stevigheid van schokken en van de groep banken. Mijns inziens is het belangrijk dat specifieke risico’s en eventuele kwetsbaarheiden van banken zo goed mogelijk worden geïdentificeerd. Daarom is het van belang dat stresstesten zo dicht mogelijk aansluiten bij de daadwerkelijke risico’s. Dit, tezamen met meer transparantie en controle door toezichthouders, zie ik als een mogelijkheid om te komen tot betere stresstesten.
Vraag 6
Deelt u de mening dat extra speelruimte en daarmee verzwakking van de stresstest niet wenselijk is en dat juist verscherping van de stresstest noodzakelijk is? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Het nieuwe kader dat EBA consulteert zou er op gericht zijn om de EU-stresstest informatiever, flexibeler en kosteneffectiever te maken. Zoals in mijn antwoord op vragen 2, 3 en 8 is aangegeven, krijgen banken weliswaar de mogelijkheid om op bepaalde punten van de gemeenschappelijke methodologie af te wijken, maar krijgen toezichthouders tegelijkertijd meer mogelijkheden om de projecties van banken aan te passen indien zij dat nodig achten. Dit laatste leidt naar verwachting tot beter vergelijkbare uitkomsten tussen banken bij de toezichtcomponent. Daarnaast kan het loslaten van bepaalde methodologische aannames in de bankcomponent mogelijk een realistischer beeld van de weerbaarheid van individuele banken geven. Ook bij dit idee van twee «componenten» geldt nog steeds dat de toezichtcomponent («supervisory leg») dient als startpunt voor toezichtbeslissingen en het vaststellen van kapitaaleisen. Daarom is het niet mijn beeld dat de stresstest als instrument wordt verzwakt.
Vraag 7
Deelt u de mening dat geloofwaardige en realistische stresstests van uitermate groot belang zijn voor de financiële stabiliteit en een geloofwaardig toezicht op de Europese bankensector? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Ja.
Vraag 9
Worden de opmerkingen van José Manuel Campa nog ergens besproken in een Europees gremium? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waar dan? Worden de onderliggende gesignaleerde problemen en kwesties ergens besproken?
Antwoord 9
Het discussie paper wordt openbaar geconsulteerd zodat een ieder kan reageren. De stresstesten van EBA worden besproken in verschillende Europese gremia, onder andere in comités onder de Raad. Daarnaast wordt op verschillende niveaus binnen EBA gewerkt aan de voorbereiding en uitvoering van stresstesten. De Nederlandsche Bank (DNB) is binnen EBA aangesloten bij dit werk.
FT.com, 22 januari 2020, https://www.ft.com/content/c55144e2–3d0c-11ea-b232–000f4477fbca↩︎
https://eba.europa.eu/calendar/discussion-paper-future-changes-eu-wide-stress-test↩︎
https://eba.europa.eu/eba-launches-2020-eu-wide-stress-test-exercise↩︎
Aanhangsel Handelingen II, vergaderjaar 2018–2019, nr. 968.↩︎
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 968.↩︎
Naast de uitkomsten van de stresstest wordt in de SREP o.a. het bedrijfsmodel, de risico’s en het beheer van die risico’s beoordeeld. Op basis van de SREP kan de toezichthouder aanvullende eisen opleggen (zie ook: Kamerstuk 32 013, nr. 119).↩︎