Kinderopvangtoeslag in werkloosheid tijdens de coronacrisis.
Schriftelijke vragen
Nummer: 2020D15831, datum: 2020-04-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2020Z07397).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.P. Kwint, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: B. van Kent, Tweede Kamerlid (SP)
- Mede ondertekenaar: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2020Z07397:
- Gericht aan: T. van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Indiener: J.P. Kwint, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: B. van Kent, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2020Z07397
Vragen van de leden Kwint, Leijten en Van Kent (allen SP) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over kinderopvangtoeslag in werkloosheid tijdens de coronacrisis (ingezonden 23 april 2020).
Vraag 1
Klopt het dat de Belastingdienst de kinderopvangtoeslag van ouders die hun baan zijn kwijtgeraakt na drie maanden stopzet, ook tijdens deze coronacrisis?
Vraag 2
Deelt u de mening dat de kans dat iemand zonder werk momenteel een nieuwe baan vindt, relatief gering is?
Vraag 3
Deelt u de mening dat met de huidige wachtlijsten in de kinderopvang er een reëel risico bestaat dat wanneer iemand nu de kinderopvang stopzet, hij of zij – wanneer er een baan gevonden is – straks niet aan het werk kan gaan omdat er nog geen kinderopvang gevonden is?
Vraag 4
Staat dit niet haaks op uw ambities om iedereen die kan werken, ook in de gelegenheid te stellen om daadwerkelijk te gaan werken?
Vraag 5
Bent u gezien bovenstaande alsnog voornemens om de kinderopvangtoeslag voor ouders zonder baan in deze moeilijke periode om werk te vinden te verlengen naar bijvoorbeeld zes maanden? Zo nee, waarom niet?