Inbreng verslag schriftelijk overleg over reactie op verzoek commissie over de inbreng van Nederland tijdens de World Health Assembly (2020Z08598)
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2020D18718, datum: 2020-05-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van zaak 2020Z08598:
- Indiener: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-05-14 19:00: Reactie op verzoek commissie over de inbreng van Nederland tijdens de World Health Assembly (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-05-19 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-05-28 11:00: Procedurevergadering (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-07-01 10:15: Procedurevergadering (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-09-02 14:00: Behandelvoorbehoud EU4Health en overige EU-Gezondheidszaken (Algemeen overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-11-26 10:00: EU-Gezondheidsraad d.d. 2 december 2020 (Algemeen overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-12-02 14:05: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (š origineel)
Nr. INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld ----- 2020 In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de brief met hierin de reactie op het verzoek van de commissie over de inbreng van Nederland tijdens de World Health Assembly. De op ā¦. mei 2020 toegezonden vragen en opmerkingen zijn met de door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bij brief van ---- 2020 toegezonden antwoorden hieronder afgedrukt. De voorzitter van de commissie, Lodders Adjunct-griffier van de commissie, Bakker Inhoudsopgave blz. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties Reactie van de minister I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de minister waarin uiteen wordt gezet wat de inbreng van Nederland tijdens de World Health Assembly (WHA) zal zijn. Deze leden hebben hier nog een enkele vraag bij. Genoemde leden vragen of het klopt dat er aanstaande maandag gestemd zal gaan worden over het al dan niet toekennen van een Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarnemersstatus aan Taiwan. Is er een gezamenlijk EU-standpunt geformuleerd over de (non-)participatie van Taiwan in de WHO? Zo ja, zal de EU vĆ³Ć³r of tegen een waarnemersstatus van Taiwan in de WHO stemmen en waarom? Zo nee, waardoor heeft de Europese Unie niet tot een gezamenlijk standpunt weten te komen? De leden van de CDA-fractie vragen hoe Nederland gaat stemmen voor wat betreft de WHO waarnemersstatus van Taiwan. Kan de minister dat toelichten? De leden van de CDA-fractie vragen of er op enig moment diplomatieke druk is uitgeoefend op Nederland om een bepaald standpunt in te nemen wat betreft de Taiwan-WHO stemming. Mocht dit het geval zijn, door welk(e) land(en) is dat gedaan en hoe is hiermee omgegaan? Deze leden vragen ten slotte welke regels uit het Statuut van de WHO en eerder genomen besluiten van de WHO de Directeur-Generaal van de WHO belemmeren om Taiwan de waarnemersstatus toe te kennen bij de aankomende videoconferenties. Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de inbreng van Nederland tijdens de WHA. Zij hebben in dit verband nog enkele vragen. De leden van de D66-fractie onderschrijven het belang van internationale, multilaterale samenwerking bij het bestrijden van de pandemie. Zij zijn dan ook blij dat dit tot de kern van de WHA-resolutie behoort, die door de EU-lidstaten gezamenlijk is opgesteld. Tot hun teleurstelling lezen genoemde leden echter ook dat de onderhandelingen over de resolutietekst moeizaam verlopen, mede als gevolg van de inzet van een aantal WHO-lidstaten die hierbij een zeer politieke benadering kiezen. Kan de minister nader toelichten wat deze zeer politieke benadering omvat? Ziet dit op de rol van de WHO in de bestrijding van deze pandemie? Wat zijn op dit moment de voornaamste inhoudelijke obstakels om tot een gezamenlijke resolutie met alle WHO-lidstaten te komen? De leden van de D66-fractie zijn voorts enigszins teleurgesteld over de Nederlandse inzet, zoals beschreven in de brief van de minister, ten aanzien van de oprichting van een COVID-19-pool voor intellectueel eigendom op het gebied van vaccins, medicijnen en technologieĆ«n. In de brief lezen deze leden slechts dat Nederland in gesprek is met het WHO-secretariaat en Costa Rica en daarnaast contact heeft met verschillende landen om hen hierbij te betrekken, maar dat het op dit moment nog niet duidelijk is welke landen het initiatief zullen willen ondersteunen. Met welke landen wordt er gesproken? Waarom is vooralsnog onduidelijk of zij dit zullen steunen? Als antwoord op vragen van D66-Kamerlid Pia Dijkstra, gaf de minister voor Medische Zorg eerder aan dat de regering voorafgaand en tijdens de WHA leiderschap zou tonen en zich expliciet zou uitspreken voor zoān pool en de WHO hierbij actief zou steunen, conform de later aangenomen motie Ellemeet c.s. Kan de minister nader toelichten hoe Nederland zowel voorafgaand als tijdens de WHA leiderschap toont en zal tonen? Welke activiteiten zijn daartoe reeds concreet ondernomen en gaan nog worden ondernomen? Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie De leden van de GroenLinks-fractie constateren op basis van de ontvangen brief nog onvoldoende inzet van de minister ter voorbereiding op de WHA. Zij hebben hierover de volgende vragen en opmerkingen. De leden van de GroenLinks-fractie willen het dictum van de breed aangenomen motie Ellemeet cs. opnieuw onder de aandacht brengen van de minister. De motie roept de regering op om voorafgaand aan en tijdens de WHA leiderschap te tonen en zich expliciet uit te spreken voor het opzetten van een wereldwijde COVID-19-pool, onder leiding van de WHO en de WHO hierbij actief te steunen. Het delen van kennis, data en intellectueel eigendom is niet alleen bevorderlijk in de zoektocht naar een COVID-19-vaccin, COVID-19-behandeling of technologie. Het zorgt er ook voor dat een dergelijk geneesmiddel snel vrijelijk wereldwijd beschikbaar komt. In de brief valt te lezen dat Nederland in gesprek is met het WHO-secretariaat en Costa Rica over een patent pool, maar dat een dergelijk initiatief āalleen meerwaarde heeft wanneer een groot aantal landen hieraan mee wil doenā. Vervolgens benadrukt de minister dat Nederland van mening is dat āprivate partijen een belangrijke rol spelen bij het vinden en produceren van een mogelijk vaccinā en dat private partijen alleen āop vrijwillige basisā mee moeten doen aan een dergelijke pool. Dit roept bij de leden van de GroenLinks-fractie tal van vragen op over de uitvoering van de motie. Kan de minister helder maken of hij voorstander is van een COVID-19-pool en zo ja, op welke manier Nederland leiderschap toont waartoe de aangenomen motie de regering oproept? Welke landen binnen en buiten Europa heeft Nederland benaderd met als doel hen te overtuigen van de wenselijkheid van een COVID-19-pool? Deelt de minister de notie dat tijdens internationale onderhandelingen doorgaans sowieso al water bij de wijn wordt gedaan en het daarom van groot belang is dat Nederland hoog inzet ten behoeve van het voornoemde initiatief? Is de minister bereid om het participeren aan de COVID-19-pool als kritische voorwaarde te stellen aan de private en publieke begunstigden van Nederlandse investeringen in de ontwikkeling van een vaccin? De leden van de GroenLinks-fractie wijzen de minister er op dat de discussie nu al wereldwijd wordt gevoerd over welke landen als eerste aanspraak kunnen maken op een vermoedelijk COVID-19-vaccin. Zij wijzen de minister op uitspraken van de CEO van de Franse farmaceut Sanofi. Hij waarschuwt dat de Verenigde Staten en China waarschijnlijk eerder aanspraak kunnen maken op een COVID-19-vaccin dan Europa of ontwikkelingslanden. Wat voor spanningen levert ongelijke toegang tot een COVID-19-vaccin vermoedelijk op volgens de minister? Erkent de minister dat de ontwikkeling van een dergelijk vaccin door de markt vergaande gevolgen kan hebben en dat deze volksgezondheidcrisis er om vraagt om het publieke belang boven het aandeelhoudersbelang te stellen? Zo ja, op welke manier gaat de minister dit vertolken in aanloop naar en tijdens de WHA? Met welke uitkomst is de minister tevreden met betrekking tot wereldwijde samenwerking en COVID-19? De leden van de GroenLinks-fractie hebben begrip voor de ambitie tot het komen van zoveel mogelijk eensgezinde EU-posities. Zij erkennen dat dit meer gewicht in de schaal legt. Zij vragen de minister over welke kwesties verwacht wordt dat de EU met Ć©Ć©n mond spreekt, en over welke kwesties dat niet het geval gaat zijn. Zal Nederland, los van de EU-inzet, nog aparte kwesties agenderen, zoals de kwestie van ābetekenisvolle participatieā van Taiwan? Was Nederland allereerst op de hoogte van het Geneefse ādemarcheā dat is opgesteld door acht landen, waaronder Frankrijk en Duitsland, waarin wordt opgeroepen Taiwan uit te nodigen voor de WHA? Is Nederland gevraagd om hierbij aan te sluiten? Bij de beantwoording van het schriftelijk overleg over de Raad Buitenlandse Zaken gaf de minister van Buitenlandse Zaken aan dat Taiwan participeert in technische werkgroepen begeleid door de WHO. Kan de minister bevestigen dat betekenisvolle deelname aan internationale bijeenkomsten over volksgezondheid, zoals verwoord in de Kamerbrief van 27 juni 2019, zich niet beperkt tot zulke werkgroepen, maar ook deelname aan de WHA behelst? De minister van Buitenlandse zaken stelt in het eerdergenoemde schriftelijk overleg dat deelname van Taiwan aan de WHA mogelijk is als aan bepaalde regels van het statuut van de WHO wordt voldaan, maar dat de WHO zich op het standpunt stelt dat dat niet het geval is. Om welke regels gaat het dan precies? Ondersteunt Nederland het standpunt van de WHO in deze, of heeft Nederland een ander standpunt? Klopt het dat er maandag 18 mei aanstaande een stemming plaats zal vinden om te bepalen of Taiwan deel mag nemen aan de WHA? Steunt Nederland de deelname van Taiwan aan de WHA, gezien het standpunt in de brief van 27 juni 2019, dat tevens in lijn is met motie van Van Helvert/Bisschop? Gezien het standpunt in dezelfde brief, dat Nederland de āpolitisering van betekenisvolle deelname van Taiwanā afkeurt, is het dan ook zo dat Nederland de druk die China nu uitoefent op Nieuw-Zeeland nadrukkelijk afkeurt? Zo nee, waarom niet? Onderneemt Nederland pogingen om andere landen, zowel binnen als buiten de EU, te overtuigen om voor deelname van Taiwan te stemmen? Is de minister bereid om zich ook in te spannen voor de lange termijn om Taiwan weer als waarnemer lidstaat toe te laten tot de WHO, net zoals in de periode van 2009-2016, mede gezien hun bijzondere prestaties op het gebied van de bestrijding van COVID-19? Is de minister bereid om hiervoor actief op te trekken met gelijkgezinde lidstaten zowel binnen als buiten de EU? Zo nee, waarom niet? De leden van de GroenLinks-fractie vinden het waardevol dat de EU het initiatief heeft genomen om tot een WHA-resolutie over het bestrijden van de COVID-19 pandemie te komen. Deze leden vragen de minister om meer toelichting te geven op de kabinetsvisie bij de invulling van de conceptresolutietekst: wat is de gewenste wijze waarop de rol van de WHO wordt versterkt en wat is de gewenste wijze om internationale en multilaterale samenwerking vorm te geven? Op welke wijze gaat Nederland voorstellen invulling te geven aan deze punten? Genoemde leden constateren tevens dat de WHO onder andere een cruciale rol speelt bij het bieden van technische assistentie aan ontwikkelingslanden en het beschikbaar stellen van essentiĆ«le medische goederen. Om die rol goed te kunnen vervullen is volgens deze leden een stevig budget nodig. Zal de financiering van de WHO aan de orde komen? Zal Nederland de Verenigde Staten tijdens de WHA ook aanspreken op haar voornemen om de financiering stop te zetten? Ziet de minister reden, gezien het feit dat het virus langzaam maar zeker verder oprukt in arme landen, om de al aangekondigde extra bijdrage van 7,5 miljoen euro aan de WHO voor de uitvoering van hun Strategic Preparedness and Response Plan, verder op te hogen? De leden van de GroenLinks-fractie vinden het teleurstellend dat de onderhandelingen over de EU-conceptresolutietekst moeizaam verlopen en dat sommige lidstaten daarbij een afremmende benadering kiezen. Zij vragen de minister toe te lichten welke lidstaten deze resolutietekst frustreren en op welke wijze de minister via de diplomatieke kanalen deze lidstaten tot andere gedachten probeert te brengen. Wat is de inschatting van de minister bij de stemverhoudingen over de EU-conceptresolutie als deze niet per acclamatie aan kan worden genomen? Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie De leden van de SP-fractie zijn blij dat de minister heeft toegezegd dat de regering voorafgaand en tijdens de jaarlijkse vergadering van de WHO leiderschap zal tonen door zich expliciet uit te spreken en actief in te zetten voor een wereldwijde COVID-19 patent pool. Deze leden constateren dat er veel innovatie plaatsvindt op het gebied van COVID-19, maar dat toegankelijkheid hiervan nog te wensen overlaat. Zij benadrukken het belang van voorkomen dat strategische keuzes van landen en bedrijven de beschikbaarheid van testen en beschermingsmateriaal bemoeilijken. Genoemde leden hechten veel waarde aan de COVID-19-pool omdat het van belang is te voorkomen dat op verschillende plekken ter wereld opnieuw het wiel wordt uitgevonden en dat wetenschappers moeten wachten op de publicatie van onderzoeksresultaten en daarmee vertraging wordt opgelopen in de bestrijding van het virus. De leden van de SP-fractie delen de opvatting van de minister dat private partijen een maatschappelijke rol hebben te vervullen in het garanderen van toegankelijkheid van technologie, middelen en kennis op het gebied van COVID-19. Echter komt veel van de financiering van publieke instanties. Genoemde leden verzoeken de minister dan ook zich er in EU-verband voor in te zetten dat er voorwaarden worden verbonden aan deze financiering als het om de gelden voor de Coalition for Epidemic Preparedness Innovations (CEPI) gaat. Zo kan worden voorkomen dat partijen financiering ontvangen en vervolgens publieke toegankelijkheid tot de resultaten beperkt is. Wat de leden van de SP-fractie betreft is dit een eerste stap richting maatschappelijk verantwoord licentiĆ«ren waarbij de samenleving optimaal profiteert van de opbrengsten van resultaten die met behulp van publieke financiering tot stand komen. Deze leden vragen hoe de minister gaat voorkomen dat wetenschappers en fabrikanten zich toch laten verleiden tot de aanvraag van patenten en of gedacht wordt aan prikkels om deelname aan de patent pool voor hen aantrekkelijk te maken. Zo ja, welke? Op welke wijze gaat de minister zich daar in WHO-verband voor inzetten? Deelt de minister de mening dat de patent pool Ć©Ć©n van de instrumenten is om toegankelijkheid te verbeteren, maar dat dwanglicenties ook altijd nog een optie moeten zijn, mochten partijen niet willen meewerken? De leden van de SP-fractie vinden het belangrijk dat er wereldwijd voldoende productiecapaciteit is voor als er een vaccin beschikbaar is. Zij vragen hoe de Nederlandse inzet gaat bijdragen aan de voorbereiding op de massale productie van het vaccin om te voorkomen dat landen met lagere inkomens verstoken blijven van het vaccin. Tot slot vragen genoemde leden in hoeverre de minister het in het advies van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) gestelde punt van samenwerking vanuit de WHO met lokale zorginstanties onderschrijft en actief najaagt. Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie De leden van de PvdA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport inzake de inbreng van Nederland tijdens de WHA. Deze leden zijn van mening dat een COVID-19-medicijn en -vaccin voor iedereen ter wereld toegankelijk moet worden gemaakt en is van mening dat een patent pool hierbij cruciaal is. Zij hebben vragen over de door Nederland ingenomen positie met betrekking tot een patent pool, en zouden deze vragen graag opgehelderd zien. Wat is nu de positie van Nederland met betrekking tot steun aan een patent pool zoals voorgesteld door Costa Rica en de WHO? Is de minister overtuigd van de positieve impact van non-exclusieve licentiĆ«ring en het delen van kennis op de ontwikkeling, productie en toegankelijkheid van de benodigde COVID-19-technologiĆ«n? De minister heeft toegezegd om voorafgaand en tijdens de jaarlijkse vergadering van de WHO leiderschap te tonen en zich expliciet uit te spreken voor een wereldwijde pool en de WHO hierbij actief steunen. Op welke wijze is hierin leiderschap getoond? Wat is de rol geweest van Nederland in de discussie over het concrete voorstel van Costa Rica en de WHO? Welke positie nam Nederland in? Zal de minister tijdens de WHA het principe van non-licentiĆ«ring met betrekking tot COVID-19-technologieĆ«n verdedigen en andere landen overtuigen zich aan te sluiten bij een patent pool? Hoe verhoudt de zinsnede dat een patent pool alleen van meerwaarde is als voldoende landen meedoen zich tot de gedane toezegging dat Nederland zich expliciet uit zal spreken voor het opzetten van een patent pool? Steunt Nederland de oprichting van een patent pool, of steunt Nederland de oprichting van een patentpool enkel als voldoende andere landen dat ook doen? Welke stappen heeft Nederland ondernomen om andere landen en organisaties bij het initiatief te betrekken? Kan een overzicht worden gegeven van de landen die Nederland hierover heeft gecontacteerd en op welke wijze dit is gebeurd? Daar de minister van mening is dat een patent pool alleen meerwaarde heeft als zoveel mogelijk partijen eraan deelnemen, is de minister dan ook bereid deelname van private partijen te stimuleren door deelname aan een patent pool als voorwaarde te stellen aan Nederlandse en Europese publieke investeringen in onderzoek naar een COVID-19-vaccin en -medicijn? Reactie van de minister Aanhangsel van de Handelingen II, vergaderjaar 2019ā2020, nr. 2591. Kamerstuk 25295, nr. 241. Kamerstuk 25295, nr. 241. Bloomberg, 13 mei 2020, āU.S. Likely to Get Sanofi Vaccine First If It Succeedsā ( HYPERLINK "https://www.bloomberg.com/news/articles/2020-05-13/u-s-to-get-sanofi-co vid-vaccine-first-if-it-succeeds-ceo-says" https://www.bloomberg.com/news/articles/2020-05-13/u-s-to-get-sanofi-cov id-vaccine-first-if-it-succeeds-ceo-says ). Nikkei Asian Review, 14 mei 2020, āChina seeks to deny Taiwan seat at key WHO meetingā ( HYPERLINK "https://asia.nikkei.com/Politics/International-relations/China-seeks-to -deny-Taiwan-seat-at-key-WHO-meeting" https://asia.nikkei.com/Politics/International-relations/China-seeks-to- deny-Taiwan-seat-at-key-WHO-meeting ). Kamerstuk 21501-02-2159 Kamerstuk 35 000 V, nr. 81. Kamerstuk 35207, nr. 8. Reuters, 11 mei 2020, āChina berates New Zealand over support for Taiwan at WHOā ( HYPERLINK "https://www.reuters.com/article/us-china-taiwan-new-zealand-mofa/china- berates-new-zealand-over-support-for-taiwan-at-who-idUSKBN22N18E" https://www.reuters.com/article/us-china-taiwan-new-zealand-mofa/china-b erates-new-zealand-over-support-for-taiwan-at-who-idUSKBN22N18E ). Adviesraad Internationale Vraagstukken, 11 mei 2020, āBriefadvies 34: Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19ā ( HYPERLINK "https://www.adviesraadinternationalevraagstukken.nl/documenten/publicat ies/2020/05/11/nederland-en-de-wereldwijde-aanpak-van-covid-19" https://www.adviesraadinternationalevraagstukken.nl/documenten/publicati es/2020/05/11/nederland-en-de-wereldwijde-aanpak-van-covid-19 ). PAGE 5 PAGE 1