Het bericht ‘Israël martelde verdachte Palestijnen van een NGO gesteund door Nederland’
Schriftelijke vragen
Nummer: 2020D32105, datum: 2020-08-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2020Z14913).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A. Bouali, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: S. Karabulut, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A. van Ojik, Tweede Kamerlid (Ooit GL kamerlid)
Onderdeel van zaak 2020Z14913:
- Gericht aan: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
- Gericht aan: S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
- Indiener: K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A. Bouali, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A. van Ojik, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S. Karabulut, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2020Z14913
Vragen van de leden Van den Hul (PvdA), Bouali (D66), Karabulut (SP) en Van Ojik (GroenLinks) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht «Israël martelde verdachte Palestijnen van een NGO gesteund door Nederland» (ingezonden 21 augustus 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Israël martelde verdachte Palestijnen van een NGO gesteund door Nederland»?1 En zo ja, wat is uw reactie op dit bericht?
Vraag 2
Heeft u tevens kennisgenomen van de berichten van onder meer Amnesty International en van mensenrechtenexperts van de Verenigde Naties dat twee voormalige medewerkers van de Palestijnse niet-gouvernementele organisatie (NGO) Union of Agricultural Work Committees (UAWC), Samer Arbid en Abdul Razeq Farraj, gemarteld zijn in Israëlische detentie?
Vraag 3
Deelt u de mening dat de Israëlische autoriteiten bij de detentie van deze mannen in strijd hebben gehandeld met het VN-verdrag tegen foltering en het VN-verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en dat het gebruik van foltering in geen enkel geval gerechtvaardigd is? En zo ja, welke gevolgen verbindt u hieraan met inachtneming van artikel 15 van de Conventie tegen Marteling, die bepaalt dat een verklaring die is afgelegd als gevolg van marteling niet gebruikt mag worden als bewijs in een proces? En zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Wat is uw reactie op het feit dat het proces van de verdachten plaatsvindt voor een militaire rechtbank? Hebben de verdachten naar uw mening over voldoende toegang tot rechtshulp kunnen beschikken?
Vraag 5
Hoe oordeelt u over de praktijk van administratieve detentie door de Israëlische autoriteiten in het kader van het recht op een eerlijk proces?
Vraag 6
Heeft u zorgen over de detentie en marteling van de oud-medewerkers van UAWC geuit tegenover de Israëlische regering? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe heeft de Israëlische regering daarop gereageerd?
Vraag 7
Bent u voornemens het proces van de oud-medewerkers van UAWC te monitoren? Zo nee, waarom niet?
https://www.nrc.nl/nieuws/2020/08/19/israel-martelde-verdachte-palestijnen-van-een-ngo-gesteund-door-nederland-a4009141↩︎