Uitvoering van de motie van het lid Marijnissen c.s. over een plan om Nederland meer in beweging te krijgen (Kamerstuk 25295-437)
Preventief gezondheidsbeleid
Brief regering
Nummer: 2020D43288, datum: 2020-10-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32793-504).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T. van Ark, minister voor Medische Zorg (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van kamerstukdossier 32793 -504 Preventief gezondheidsbeleid.
Onderdeel van zaak 2020Z20141:
- Indiener: T. van Ark, minister voor Medische Zorg
- Medeindiener: P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-11-04 14:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-11-05 14:00: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-11-30 09:30: Onderdeel Sport en Bewegen van de begroting VWS 2021 en aanverwante zaken. (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-01-14 13:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
32 793 Preventief gezondheidsbeleid
Nr. 504 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG EN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 oktober 2020
Op 25 juni jl. heeft uw Kamer een motie van het lid Marijnissen c.s.1 aangenomen waarin het kabinet wordt verzocht een plan uit te werken om Nederland meer in beweging te krijgen. VWS heeft de uitvoering hiervan ter hand genomen. Op 7 juli jl heeft een overleg plaatsgevonden in aanwezigheid van de departementen VWS, OCW, SZW, IenW en BZK samen met de sportsector en de wetenschap. Naar aanleiding hiervan stellen wij u mede namens de hierboven genoemde bewindspersonen met deze brief op de hoogte over de aanpak om de komende maanden te komen tot een «routekaart bewegen».
Aanleiding
De afgelopen periode is er vanuit de sportsector en de zorgprofessionals aandacht gegenereerd voor meer bewegen en sporten door de dag heen, ten behoeve van een vitale samenleving. Op 22 mei jl heeft een aantal departementen een brief ontvangen van prominenten2 uit de sport- en beweegsector met de oproep sporten en bewegen meer te integreren in ons dagelijks leven, ofwel Bewegen het nieuwe normaal! De vraag aan het kabinet is om het maatschappelijk belang van voldoende bewegen te benadrukken en tot een rijksbrede aanpak te komen.
Oók nu in coronatijd, nu we mensen vragen contacten en mobiliteit te verminderen blijft bewegen belangrijk. Wandelen, fietsen en trainen binnen de mogelijkheden van de coronamaatregelen blijft van groot belang.
Vervolgaanpak
Op 7 juli hebben de betrokken ministeries hun commitment uitgesproken om tot een gemeenschappelijke aanpak te komen. Deze zomer hebben wij een interdepartementale werkgroep samengesteld bestaande uit de betrokken departementen en een afvaardiging vanuit de sportsector en de wetenschap. Startpunt is het in kaart brengen van het «bewegen in het dagelijks leven» van verschillende groepen mensen in diverse levensfasen.
Vervolgens brengen we kansrijke initiatieven/interventies in kaart, inclusief de benodigde financiële investeringen. Het streven is om deze routekaart te realiseren in april 2021. De routekaart kan helpen bij het formuleren van beleid van het volgende kabinet. Waar mogelijk zullen ook in deze kabinetsperiode initiatieven worden ondernomen om bewegen te bevorderen.
De ambitie uit het huidige preventieakkoord is dat in 2040 75 procent van de bevolking aan de beweegrichtlijnen voldoet. Deze richtlijnen zijn in 2017 opgesteld door de Gezondheidsraad3. Deze norm stelt dat volwassenen 150 minuten per week matig intensief bewegen, en dat kinderen 60 minuten per dag matig intensief bewegen. Momenteel voldoet ongeveer de helft (49%) van de Nederlanders van vier jaar en ouder aan de beweegrichtlijn. In de bijlage4 vindt u een factsheet van het RIVM over trends in de beweegrichtlijnen. Sinds het opstellen van de richtlijnen zijn er meer wetenschappelijke aanwijzingen gevonden voor de positieve effecten van minimaal 30 minuten matig intensief bewegen aan één stuk, wat noodzakelijk is om een daadwerkelijke verbetering in het functioneren van bijvoorbeeld het immuunsysteem te bewerkstelligen. Tevens is er meer kennis opgedaan in hoe lang per keer men het zitten van kinderen en volwassenen moet onderbreken om het negatieve effect van zitten teniet te doen. Deze inzichten vormen onderdeel van dit traject.
Inhoudelijke context aanpak routekaart
Het vergroten van bewegen in het dagelijks leven zal centraal staan. Bewegen is van groot belang onder andere om het immuunsysteem te versterken, om hart- en vaatziekten of diabetes type 2 te voorkomen en voor de ontwikkeling van het brein. Dat geldt in het bijzonder voor mensen in een kwetsbare positie. De coronacrisis leert ons eens te meer het belang van een gezonde leefstijl en bewegen en de noodzaak ervoor te zorgen dat meer mensen vitaal en weerbaar worden. Daarnaast hebben we in de afgelopen tijd gezien dat samen bewegen en sporten ook een belangrijke sociaal-maatschappelijke functie heeft en voor grote groepen mensen bijdraagt aan binding en cohesie in onze samenleving.
Van groot belang is onderscheid te maken naar verschillende groepen en levensfasen. Zo ligt het percentage van mensen die aan de beweegrichtlijnen voldoen, voor jonge kinderen vanaf vier jaar steevast hoger (56%) dan voor kinderen tussen de 12 en 18 jaar (40%). Van de volwassenen tussen de 18 en 64 jaar voldoet 52% aan de beweegnorm, bij ouderen is dat 40%. Daarbij zijn er grote verschillen tussen groepen in het beweeggedrag. Zo halen jonge kinderen hun beweging voor een belangrijk deel uit buitenspelen en sporten. Voor jongeren tussen 11 en 17 jaar is sportdeelname belangrijk en voor volwassenen en ouderen is naast sportdeelname, beweging tijdens het werk en recreatief fietsen en wandelen belangrijk. Deze verschillen zijn van groot belang voor het formuleren van een vervolgaanpak.
Aansluiting huidig beleid
Het bevorderen van bewegen is een stevige uitdaging. Dit kabinet spant zich in voor het bevorderen van sporten en bewegen en breder op het stimuleren van een gezonde leefstijl. Vanuit de landelijke overheid zijn er diverse initiatieven gestart of gerealiseerd zoals het Sportakkoord, het Preventieakkoord, Gezonde School, City Deals, Doortrappen!, Ruimte voor Lopen of Vitaal Bedrijf. Stuk voor stuk stappen in de goede richting, maar er is meer nodig voor een trendbreuk richting die ambitie van 75%.
In de routekaart zal rekening worden gehouden met de (potentiële) effecten en de lessen van de huidige beleidsinzet. Daarnaast zal naar maatregelen worden gezocht die de ambitie bereikbaar maken. Daarvoor hebben we inzet van vele kanten nodig. De eerste stappen zijn positief. Zo heeft de sportsector al aangegeven de bestaande infrastructuur van de 24.000 sportverenigingen in Nederland beter te willen benutten en meer te willen verbinden aan de school, de naschoolse opvang, de werkvloer en de wijken waar ouderen en kwetsbaren wonen. Naast de sportsector hebben partijen als VNO-NCW, ANWB en NLActief (de fitnessbranche) te kennen gegeven graag mee te denken over de boodschap naar meer bewegen in het dagelijks leven. Wij zijn hen en de initiatiefnemers van het manifest Bewegen het nieuwe normaal! hier erkentelijk voor.
Tot slot
Eind november 2020 ben ik voornemens uw Kamer te informeren over de voortgang van de initiatieven van de werkgroep tijdens het wetgevingsoverleg sport.
De Minister voor Medische Zorg,
T. van Ark
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis