Antwoord op vragen van het lid Moorlag over het bericht ‘Onafhankelijk onderzoek pro-kernenergie blijkt van oud directeur Borssele’
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2020D48792, datum: 2020-11-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20202021-943).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Onderdeel van zaak 2020Z19854:
- Gericht aan: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Indiener: W.J. Moorlag, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
943
Vragen van het lid Moorlag (PvdA) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «Onafhankelijk onderzoek pro-kernenergie blijkt van oud directeur Borssele» (ingezonden 28 oktober 2020).
Antwoord van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 27 november 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 630.
Vraag 1
Kent u het bericht «onafhankelijk onderzoek pro-kernenergie blijkt van oud directeur Borssele»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe oordeelt u over het feit dat een van de auteurs van het ENCO-rapport over kernenergie voormalig directeur is van de kerncentrale in Borssele en huidig voorzitter is van een organisatie die de belangstelling voor nucleaire techniek wil bevorderen?
Antwoord 2
De betreffende auteur was zo’n 10 jaar geleden betrokken bij de kerncentrale en sindsdien niet meer. Gelet op de vragen die aan ENCO zijn gesteld vind ik het verstandig en belangrijk dat ENCO deskundigen heeft ingeschakeld die veel kennis hebben op nucleair terrein. Ik ben niet van mening dat dit feit de onderzoeksresultaten in een ander perspectief plaatst.
Vraag 3
Wist u wie de auteurs waren van het ENCO-rapport bij de opdrachtverlening of toen het met de Kamer werd gedeeld? Zo ja, heeft die wetenschap een rol gespeeld in de keuze voor de uitvoerder van het onderzoek? Zo nee, waarom achtte u dit geen relevante informatie?
Antwoord 3
Voor het uitvoeren van de motie Yeşilgöz-Zegerius / Agnes Mulder (Kamerstuk 35 167, nr. 15) is door medewerkers van het ministerie contact gezocht met deskundigen uit het veld waaronder van (voormalige) medewerkers van de TU-Delft en NRG. Zij hebben ons geattendeerd op ENCO. Vervolgens zijn enkele rapporten bij ENCO opgevraagd en heeft ENCO tevens enkele curricula vitae van mogelijke auteurs en deskundigen opgestuurd. Dat gaf inzicht in de deskundigheid van de bij ENCO betrokken experts.
Vraag 4
Bent u ook van mening dat een dergelijke belangenverstrengeling de wetenschappelijk waarde van het rapport ondermijnt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Volgens mij is belangenverstrengeling hier niet aan de orde. Onafhankelijkheid, onpartijdigheid, deskundigheid en objectiviteit zijn verschillende dingen. ENCO selecteert zijn experts op de te beantwoorden vragen. Verder wordt ENCO door diverse andere landen ingezet, ook door landen die kritisch staan ten opzichte van nucleaire energie. ENCO werkt bijvoorbeeld al bijna 25 jaar voor de Oostenrijkse overheid die tegen kernenergie is.
Vraag 5
Deelt u de mening dat de twijfels van verschillende Kamerfracties over de onafhankelijkheid van het ENCO-rapport aanleiding zijn om het rapport te laten beoordelen door een onafhankelijke partij, zoals het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Nee, ik deel de twijfels over de onafhankelijkheid en over de inhoud van het ENCO-rapport niet. Zie ook het antwoord op de vragen 2 en 4.
ENCO is gevraagd om een literatuurstudie te doen en zich daarbij te baseren op openbare wetenschappelijke rapporten en documenten van internationale instituties zoals bijvoorbeeld het International Energy Agency (IEA), het Kernenergieagentschap van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO-NEA), het Massachusetts Institute of Technology (MIT), het Internationaal Atoomenergie Agentschap van de Verenigde Naties (IAEA). Aanvullend hieraan is ook een hoofdstuk gewijd aan LCOE (Levelised Costs of Electricity) voor bronnen van elektriciteit en de systeemkosten voor een land als Nederland.
Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen is de motie Dijkhoff c.s. aangenomen. Deze motie verzoekt de regering om een marktconsultatie te houden onder welke voorwaarden marktpartijen bereid zijn te investeren in kerncentrales in Nederland, te onderzoeken welke publieke ondersteuning daarvoor nodig is en te verkennen in welke regio’s er belangstelling is voor de realisering van een kerncentrale. De marktconsultatie zal worden uitgevoerd door een externe partij/consultant. Ik vind het belangrijk dat daarbij alle relevante rapporten, waaronder van ENCO en van andere organisaties worden betrokken.
Vraag 6
Bent u bereid afstand te nemen van het ENCO-rapport? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Mede gelet op bovenstaande antwoorden zie ik geen reden om afstand te nemen van het rapport. Discussie over de inhoud van het rapport vind ik prima, want wetenschappers moeten elkaar kritisch blijven bevragen.
De Volkskrant, 23 oktober 2020 «Onafhankelijk onderzoek pro-kernenergie blijkt van oud-directeur Borssele» (https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/onafhankelijk-onderzoek-pro-kernenergie-blijkt-van-oud-directeur-borssele~bc4cbaec/)↩︎