Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2020-2021

29 544 Arbeidsmarktbeleid

Nr. 1035 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 december 2020

Zoals ik uw Kamer eerder heb gemeld, ben ik met UWV in gesprek over een uitbreiding van het scholingsaanbod voor mensen met een WGA-uitkering met als doel hun kansen op werkhervatting te vergroten. In dat kader heb ik UWV verzocht nader onderzoek uit te voeren. Onlangs heeft UWV twee onderzoeken afgerond, die een belangrijke basis vormen voor de verdere beleidsvorming. De rapporten «Scholing van UWV-klanten met een arbeidsbeperking» en «Extra scholingsmogelijkheden voor WGA’ers» bied ik u hierbij aan¹. Tevens informeer ik u over het vervolg dat ik wil geven aan scholing voor WGA-gerechtigden.

Het eerste rapport is beschrijvend van aard en brengt in beeld hoe scholing de afgelopen jaren is ingezet in de UWV-praktijk. Hoewel het maatwerk blijft, blijkt uit dit onderzoek dat scholing een succesvol re-integratiemiddel kan zijn. Bijna 60% van de onderzochte groep werkzoekenden, voor wie UWV scholing inkocht in de jaren 2012–2018, vond daarna betaald werk. Het aandeel dat na scholing werk vindt, is bijna tweemaal zo groot als de gemiddelde groep mensen met een arbeidsbeperking. En zij behouden beduidend langer hun baan. Dit rapport laat zien dat scholing het verschil kan maken.

Het tweede rapport gaat over de toekomstige inzet van scholing voor WGA-gerechtigden. Het beleid is gericht op extra inzet van scholing waar dat helpt de kans op werkhervatting te vergroten. Dit betekent dat de bestaande scholingsmogelijkheden maximaal worden benut en dat aanvullende scholingstrajecten, die passen bij de kenmerken van de WGA-gerechtigden, in de praktijk worden beproefd.² Ter verdere voorbereiding van dit scholingsexperiment heeft UWV op mijn verzoek bezien op welke manieren dit kan worden gerealiseerd. Daarbij is gesproken met vele betrokkenen: werkgevers, de WGA-gerechtigden zelf, UWV-professionals, re-integratiebedrijven, Werkgeversservicepunten en Leerwerkloketten.

Alle bij dit onderzoek betrokken partijen onderschrijven dat een combinatie van leren en werken met begeleiding op maat kan helpen bij de terugkeer naar werk. Het rapport maakt duidelijk aan welke voorwaarden de inzet van dit soort scholingstrajecten, specifiek gericht op deze groep, moeten voldoen en biedt daarmee handvatten voor de inrichting van scholingstrajecten voor WGA-gerechtigden. Uit het tweede onderzoek blijkt tevens dat beperkte basisvaardigheden bij veel WGA-gerechtigden vaak een belemmering vormen om weer aan het werk te komen.

In het komende jaar zal UWV investeren in de kennis bij UWV-professionals over inzet van scholing bij re-integratie van mensen met een arbeidsbeperking. Ook breidt UWV het scholingsaanbod voor deze doelgroep uit met trainingen gericht op versterking van basisvaardigheden, zoals op werk gerichte taaltrainingen. Daarmee geef ik invulling aan de motie van het lid Tielen (VVD) over laaggeletterdheid en taalachterstanden bij WGA-uitkeringsgerechtigden.³ Verder zullen SZW en UWV gezamenlijk op basis van deze rapporten bezien hoe aanvullende scholingstrajecten kunnen worden ingezet binnen het experiment, in het bijzonder de genoemde leerwerkcombinaties. Naar verwachting is dat niet op korte termijn haalbaar, mede gezien het beperkt aantal leerwerkplekken in de huidige situatie. Bij de nadere uitwerking betrek ik de sociale partners. Over het vervolg van de inzet van scholing voor WGA-gerechtigden blijf ik u informeren.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. Koolmees

---

1. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎

2. Kamerstuk 29 544, nr. 922↩︎

3. Kamerstuk 29 544, nr. 957↩︎