Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2020-2021

35 552 Wijziging van de Paspoortwet in verband met de uitvoering van Verordening (EU) 2019/1157 van het Europees parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende de versterking van de beveiliging van identiteitskaarten van burgers van de Unie en van verblijfsdocumenten afgegeven aan burgers van de Unie en hun familieleden die hun recht van vrij verkeer uitoefenen (PbEU 2019, L 188) (uitvoering verordening identiteitskaarten)

Nr. 8 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG VAN DE STATEN VAN SINT MAARTEN

Ontvangen 27 januari 2021

De in de Staten van Sint Maarten aanwezige fracties hebben kennisgenomen van het voorstel van rijkswet. De United Peoples Party-fractie, de United Sint Maarten Party-fractie en de United Democrats-fractie hebben kennisgenomen van het voorstel van rijkswet en hebben ook enkele vragen. Ik bedank de fracties voor hun bijdragen en ga in deze nota graag in op de gestelde vragen.

De United Peoples Party-fractie wil weten of de nieuwe identiteitskaarten, volgens het voorstel ten koste van de Staat, worden geïmplementeerd in Sint Maarten en zo ja, waar en hoe precies. Zal dit hetzelfde zijn als met de paspoorten op het kantoor van de Gouverneur? Als dat het geval is, kan een soortgelijke investering worden gedaan, als de regering dat zou willen, om onze identiteitskaarten daadwerkelijk aan te passen naar deze nieuwe norm, als wij dat zouden willen? Indien zij hierheen komen en experts zullen sturen en apparatuur zullen kopen, misschien zou dezelfde verbetering kunnen worden gedaan voor ons identiteitskaart systeem, gezien de achterstand dat er is en hoe lang men moet wachten om een identiteitskaart te krijgen.

In de Caribische landen van het Koninkrijk wordt sinds 1 januari 2021 de Nederlandse identiteitskaart, en dus straks ook de Nederlandse identiteitskaart met vingerafdrukken, op aanvraag uitgegeven door de burgemeester van Haarlemmermeer, via de Vertegenwoordiging van de Nederlandse regering ter plaatse, aan Nederlanders die in Nederland staan ingeschreven in de Basisregistratie Personen. Deze aanvragen geschieden dus niet op het kantoor van de Gouverneur of de Dienst Burgerzaken (Census Office), waar de identiteitskaart van Sint Maarten en paspoorten op grond van de Paspoortwet door de bevoegde autoriteiten van Sint Maarten worden uitgegeven.

De uitbreiding van de Nederlandse identiteitskaart met vingerafdrukken is het gevolg van Verordening (EU) 2019/1157 van het Europees parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende de versterking van de beveiliging van identiteitskaarten van burgers van de Unie en van verblijfsdocumenten afgegeven aan burgers van de Unie en hun familieleden die hun recht van vrij verkeer uitoefenen (PbEU 2019, L 188), hierna: de verordening). Die verordening is niet van toepassing op de identiteitskaart van Sint Maarten. De keuze om het beveiligingsniveau van de identiteitskaart van Sint Maarten te verhogen of in overeenstemming te brengen met de eisen die de Europese Unie aan identiteitskaarten stelt, waaronder de opname van vingerafdrukken, is aan Sint Maarten.

Voor de uitvoering van de verordening is het nodig hardware bij de Vertegenwoordiging van de Nederlandse regering te installeren voor het opnemen en veilig verwerken van de vingerafdruk. Deze hardware is specifiek voor de Nederlandse identiteitskaart en paspoorten.

De United Sint Maarten Party-fractie wil graag weten waarom de Paspoortwet wordt aangepast om een identiteitskaart te repareren, die helemaal niets met Sint Maarten te maken heeft. Wordt onze identiteitskaart ook gewijzigd om ervoor te zorgen dat wanneer wij naar Nederland reizen, we met een identiteitskaart kunnen reizen en niet met onze paspoort aangezien er nu vingerafdrukken erop zullen zitten? De fractie vraagt voor duidelijkheid omtrent wat er precies wordt bedoeld met deze wijziging en dat de Staten van Sint Maarten wordt gevraagd om mee te gaan met deze wijziging. Het is niet duidelijk wat wordt gewijzigd aangezien het niets met ons heeft te maken.

De wijzigingen in dit voorstel van rijkswet hebben enkel betrekking op de Nederlandse identiteitskaart.¹ Op dit moment is de regeling van de Nederlandse identiteitskaart onderdeel van de Paspoortwet en dientengevolge is voor aanpassing van die regeling wijziging van de Paspoortwet noodzakelijk. Aangezien de Paspoortwet een rijkswet is, wordt deze aan u voorgelegd. Zoals eerder opgemerkt in de Nota naar aanleiding van het verslag van de Staten van Curaçao bij het voorstel van rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met de invoering van elektronische identificatie met een publiek identificatiemiddel en het uitbreiden van het basisregister reisdocumenten², onderschrijf ik de analyse en de zienswijze van de Raad van Advies Curaçao van 10 juli 2018³ dat, nu de Nederlandse identiteitskaart sinds 18 december 2013 in de Paspoortwet nadrukkelijk niet meer is aangemerkt als zijnde een reisdocument van Nederland, het daarmee buiten de reikwijdte van artikel 3 van het Statuut valt en niet langer in een rijkswet behoeft te worden geregeld. Zoals toen is aangegeven, zal ik bezien of en op welke wijze aan de regeling van de Nederlandse identiteitskaart op een andere wijze vorm kan worden gegeven.

De identiteitskaart van Sint Maarten wordt met dit voorstel van rijkswet niet gewijzigd en zal als gevolg van dit voorstel dus geen vingerafdrukken gaan bevatten. Evenmin regelt dit voorstel dat de identiteitskaart van Sint Maarten in Nederland geldig wordt als document voor grensoverschrijding.

Dit voorstel van rijkswet brengt enkele wijzigingen aan in de Paspoortwet ter uitvoering van de verordening. Kort gezegd moet de Nederlandse identiteitskaart op grond van die verordening met ingang van uiterlijk 2 augustus 2021 zijn voorzien van vingerafdrukken⁴. Ook zal de uitzondering op de verplichting om fysiek te verschijnen gedurende de aanvraagprocedure van de Nederlandse identiteitskaart komen te vervallen⁵. In verband met de juiste uitvoering van de verordening wordt in het voorstel van rijkswet ten eerste artikel 3, tweede lid, van de Paspoortwet aangepast: de bepaling dat de Nederlandse identiteitskaart geen vingerafdrukken bevat, komt te vervallen. Ten tweede wordt artikel 28, derde lid, van de Paspoortwet aangepast: de bepaling over de uitzondering op de verschijningsplicht zal niet meer van toepassing zijn op de Nederlandse identiteitskaart.

De United Sint Maarten Party-fractie merkt verder op dat er is opgemerkt dat wanneer dingen veranderen in Europa, vooral wanneer dingen veranderen in Frankrijk, het vaak ook verandert aan de Franse kant van het eiland. Deze veranderingen kunnen ernstige gevolgen hebben voor de Nederlandse kant van het eiland. Toen Frankrijk in lockdown ging vanwege COVID, ging de Franse kant van het eiland ook in lockdown, en toen hadden we een vrij verkeer/verplaatsingsprobleem. Hoe zal dit in zijn werk gaan als deze identiteitskaart wordt aangepast en de nieuwe reisnorm wordt? Ziet de Franse kant van het eiland ons als Nederlanders en hebben we dus een andere identiteitskaart nodig? Of geldt dat dan niet?

Dit voorstel van rijkswet verandert niets aan geldende afspraken met Frankrijk over verplaatsingen van het Franse naar het Nederlandse deel van Sint Maarten of vice versa. Bij een lockdown kan Frankrijk zelfstandig het grensbeleid op Saint Martin bepalen. Ik merk hierbij op dat de verordening de betrouwbaarheid van de documenten verhoogt en niet de breedte van toepasbaarheid. Houders van de Nederlandse identiteitskaart kunnen met hun document aantonen dat zij Nederlandse burgers zijn en als zodanig gebruik maken van het recht van vrij verkeer van personen dat voor alle Unieburgers geldt.⁶

De United Sint Maarten Party-fractie stelt verder dat terwijl onze regering in discussie is met Nederland omtrent het Caribische hervormingsentiteit, moet men in de Landspakketten kijken. Onder het punt van de versterking van de rechtstaat is er iets heel vreemds dat duidelijkheid nodig heeft. In H9 wordt aangegeven dat landen samen zullen werken aan een geharmoniseerd niveau van bescherming van persoonsgegevens binnen het Koninkrijk door middel van een Rijkswet. De fractie is van mening dat men wil dat al onze informatie van de burgerlijke stand voor beheer naar Nederland gaat. Ze gaan hier geen systeem voor ons opzetten, we moeten alles naar Nederland sturen. Indien er identiteitskaarten worden gemaakt, waarom worden ze niet hier in een keer gemaakt? Zet onze vingerafdrukken erop en zet ons gezicht erop en alles hoort dan in kannen kruiken te zijn.

Aan de ene kant stellen ze dat dit voor de Europese Unie is en dat we eigenlijk geen deel uitmaken van de Europese Unie, dus als we een identiteitskaart willen, moeten we door een Nederlandse ministers-bureaucratie op zijn afdeling om te zien of we in aanmerking komen voor ja of nee, maar al onze gegevens moeten Sint Maarten verlaten en naar Nederland gaan. Hoe is dit onderdeel van de eis voor de Caribische hervormingsentiteit verbonden met dit voorstel van Rijkswet?

De eisen die Europa stelt aan identiteitskaarten gaan verder dan enkel het opnemen van de vingerafdrukken. Volgens de verordening moeten documenten conform de standaarden van ICAO opgebouwd worden en dienen de echtheidskenmerken van voldoende kwaliteit te zijn. De Nederlandse identiteitskaart voldoet reeds aan de meeste van deze eisen.

Omwille van de betrouwbaarheid van alle onder de Paspoortwet uit te geven documenten is de keuze gemaakt de productie te centraliseren. Alle Nederlandse identiteitskaarten worden dus bij één producent geproduceerd en gepersonaliseerd. Het is onwenselijk de Nederlandse identiteitskaarten op de plaats van uitreiking te personaliseren.

Aangezien de Nederlandse identiteitskaarten centraal worden geproduceerd en de uitgevende autoriteit in dit geval de burgemeester van Haarlemmermeer is, zullen de aanvraaggegevens van Nederlanders in Sint Maarten die ervoor kiezen bij de Vertegenwoordiging van de Nederlandse regering aldaar een Nederlandse identiteitskaart aan te vragen, inderdaad naar Nederland gaan. De regels daaromtrent en de technische voorzieningen daarvoor zijn vastgelegd in de Paspoortwet en bijbehorende regelgeving en bieden aldus een betrouwbaar kader voor deze gegevensuitwisseling.

Voor de productie en personalisering van de identiteitskaart van Sint Maarten is Sint Maarten zelf verantwoordelijk. De centrale productie van de Nederlandse identiteitskaart is alleen voor die kaart aan de orde. Het is niet de bedoeling om de identiteitskaart van Sint Maarten te vervangen door de Nederlandse identiteitskaart, noch zijn de inspanningen erop gericht om beide documenten op dezelfde wijze centraal te produceren.

Het Landenpakket Sint Maarten onder de Caribische Hervormingsautoriteit staat los van deze wijziging van de Paspoortwet. De maatregel waarnaar verwezen wordt heeft inderdaad tot doel om te komen tot een geharmoniseerd niveau van bescherming van persoonsgegevens binnen het Caribisch deel van het Koninkrijk. Het zegt echter niets over het beheren van gegevens uit de burgerlijke stand. Het beheer van de burgerlijke stand is een bevoegdheid van Sint Maarten die is vastgelegd in Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek van Sint Maarten. Niet is beoogd daarin wijziging aan te brengen.

De United Democrats-fractie merkt op dat de indruk er niet was dat het zou gelden voor personen die niet in de Nederlandse basisadministratie zijn opgenomen. De fractie stelt dat het argument wordt gehoord over het verbeteren van ons identiteitskaart systeem. De fractie vraagt of wij dan niet in het hele Koninkrijk onze identiteitskaart systemen zouden moeten upgraden? En zo ja, zouden we dan niet het recht hebben op de manier waarop het nu in Nederland wordt gedaan?

Zoals eerder aangegeven is de keuze om het beveiligingsniveau van de identiteitskaart van Sint Maarten te verhogen of in overeenstemming te brengen met de eisen die de Europese Unie aan identiteitskaarten stelt, waaronder de opname van vingerafdrukken, aan Sint Maarten zelf.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops

---

1. Overigens bevat artikel I, onderdeel A, van het voorstel van rijkswet nog een louter technische verbetering die los staat van de Europese verordening.↩︎

2. Kamerstukken II 2018/18, 35 047 (R2108), nr. 11, p. 12.↩︎

3. RvA no. RA/19-18-RW.↩︎

4. En enkele andere nieuwe kenmerken: zie de paragrafen 1.4 en 2.2.2. van het Algemeen deel van de memorie van toelichting bij het voorstel van rijkswet, Kamerstukken II 2019/20, 35 552 (R2148), nr. 3, p. 3 en 6.↩︎

5. Zie de paragrafen 1.4 en 2.2.5. van het Algemeen deel van de memorie van toelichting bij het voorstel van rijkswet, Kamerstukken II 2019/20, 35 552 (R2148), nr. 3, p. 3 en 6.↩︎

6. Richtlijn 2004/38/EG van het Europees parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1612/68 en tot intrekking van Richtlijnen 64/221/EEG, 68/360/EEG, 72/194/EEG, 73/148/EEG, 75/34/EEG, 75/35/EEG, 90/364/EEG, 90/365/EEG en 93/96/EEG (PbEU 2004, L 158).↩︎