[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Energie-innovatie-instrumentarium, terugblik 2020 en wijzigingen 2021

Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

Brief regering

Nummer: 2021D05883, datum: 2021-02-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32813-661).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 32813 -661 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid.

Onderdeel van zaak 2021Z02695:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

33 009 Innovatiebeleid

Nr. 661 BRIEF VAN DE ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 februari 2021

Ruim een jaar geleden heeft mijn ambtsvoorganger uw Kamer geïnformeerd over de wijzigingen en de voornemens binnen het energie-innovatie-instrumentarium. Hierin is het voornemen benadrukt om dit instrumentarium meer missiegedreven vorm te geven. Dit in lijn met het Klimaatakkoord en het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid (Kamerstuk 32 813, nr. 440 en Kamerstukken 33 009 en 32 673, nr. 70). Graag wil ik uw Kamer informeren over de mooie resultaten binnen het klimaat- en energiedomein die zijn behaald in 2020: het eerste volle jaar waarin het kabinet een missiegedreven innovatiebeleid hanteerde. De resultaten zijn zeer positief – zeker in het licht van de economische gevolgen van de COVID-19-pandemie – en bieden een stevige fundering voor de verdere missiegedreven vormgeving van het innovatie-instrumentarium. In deze brief geef ik verder een vooruitblik op de openstelling van de energie-innovatieregelingen in 2021. Hierin zal ik de reeds ingeslagen weg van het missiegedreven innovatiebeleid voortzetten. De focus ligt daarbij op de energie-innovatieregelingen van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en de missies en missiegedreven innovatieprogramma’s die onder mijn verantwoordelijkheid vallen.

Topsector Energie Instrumentarium

Onder het Topsector Energie (TSE) instrumentarium vallen verschillende regelingen. Deze richten zich op het ondersteunen van onderzoek naar en het ontwikkelen van technologieën, producten of diensten die kosteneffectief CO2-emissies kunnen reduceren in 2030. Zoals in de brief van 17 december 2019 is aangegeven, was tot 2020 het TSE-instrumentarium verdeeld over verschillende subsidiemodules (Kamerstuk 32 813, nr. 440). In lijn met de behoefte om meerjarig missiegedreven te innoveren in brede consortia van kennisinstellingen en bedrijven, is een groot deel hiervan afgelopen jaar gebundeld in één subsidiemodule onder de naam Missiegedreven Onderzoek, Ontwikkeling en Innovatie (MOOI). Bij het onderdeel «Gebouwde Omgeving» is daarbij nauw samengewerkt met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De MOOI is het afgelopen jaar voor het eerst over de volledige breedte van de thema’s van de Topsector Energie opengesteld.

Om deze brede beoogde consortia met zoveel mogelijk slagkracht (focus en massa) te faciliteren in meerjarige programma’s, staat de MOOI eens per twee jaar open. Daarvoor is een gedeelte van de TSE-verplichtingenruimte van 2021 naar voren gehaald en zijn klimaatenvelopmiddelen hieraan toegevoegd.

Ondanks de COVID-19-pandemie zijn er in 2020 in totaal 60 aanvragen ingediend, waarvan veel een hoge kwaliteit hebben. De onderdelen «Gebouwde omgeving» en «Industrie» zijn daarbij flink overtekend. Daarom heeft de Minister van BZK op Prinsjesdag bekend gemaakt het onderdeel «Gebouwde omgeving» met € 29,9 miljoen op te hogen. Ik volg dit voorbeeld en heb € 12 miljoen extra beschikbaar gesteld om meer projecten te faciliteren op het onderdeel «Industrie». Ik acht dit van groot belang om maximaal gebruik te maken van het momentum en kwalitatief goede aanvragen te kunnen honoreren. De urgentie van de klimaat- en energieopgave en de duidelijke boodschap in de Klimaat- en Energieverkenning (KEV) 2020 dat de doelstellingen voor 2030 van 49% CO2-reductie nog niet binnen bereik zijn (Kamerstuk 32 813, nrs. 609 en 642), legitimeren deze ophoging. Daarnaast zie ik dit als een belangrijke steun in de rug van de consortia in deze economisch onzekere tijden als gevolg van de coronacrisis.

De onderstaande tabel geeft inzicht in budgetten en aantal aanvragen van de MOOI-regeling in 2020. Uiterlijk februari 2021 wordt bekend welke aanvragen gehonoreerd zullen worden, waarna ook bekend zal zijn welke consortia met welke projecten aan de slag zullen gaan.

Wind op zee 10.100 5
Hernieuwbaar op land 10.900 6
Gebouwde omgeving1 27.000 29.900 34
Industrie 17.000 12.000 15
1 = in afstemming met de Minister van BZK

Naast de MOOI-regeling bestaat het TSE-instrumentarium uit meerdere sub-regelingen. Dit zijn veelal additionele regelingen om klimaat- en energie-innovaties of studies te faciliteren die niet onder de paraplu en beoogde werkwijze van de algemene MOOI-regeling vallen. Daarmee maak ik gebruik van een zekere mate van flexibiliteit om bij en aan te sturen op actuele vraagtrends in het energie-innovatielandschap. In 2020 hebben de volgende sub-regelingen uit het TSE instrumentarium opengestaan:

Topsector Energiestudies Industrie 8.000
TSE Industrie 2.797
TSE Gebouwde Omgeving 2.797
Systeemintegratie 3.800
ERA-NET energie-call ACT1 4.000
1 = openstelling over jaargrens, 20-12-2020 t/m 18-03-2021

Om de eerdergenoemde focus en massa te creëren, is de MOOI een tweejarige regeling. De volgende algemene openstelling (met alle thema’s) vindt dus plaats in 2022. In 2021 ben ik voornemens om de volgende openstellingen te realiseren:

Topsector Energiestudies Industrie 8.000
TSE Industrie 3.000
Extra MOOI – Missie A/systeemintegratie 13.0002 5.000
TSE Biobrandstoffen 3.500 1.500
Systeemintegratie 2.650
ERA-NET energie-call ACT3 8.000 4.000

1 = middelen voor activiteiten vooruitlopend op het Clean Energy Transition Parthership (onderdeel van het door het kabinet vrijgemaakte € 255 miljoen voor Europese cofinanciering)

2 = 6 mln. euro is afkomstig van naar verwachting niet-bestede verplichtingsruimte MOOI-thema Elektriciteit (Wind op zee en Hernieuwbaar op land)

3 = openstelling over jaargrens, 20-12-2020 t/m 18-03-2021

Daarnaast zet ik TSE-middelen in om extra aandacht te geven aan de dwarsdoorsnijdende thema’s digitalisering, Human Capital Agenda en Maatschappelijk Verantwoord Innoveren. Tot slot ben ik ook voornemens om bij te dragen aan een call over laadinfrastructuur voor heavy-duty vehicles in de gebouwde omgeving. Dat zal in samenwerking zijn met de Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

Demonstratie energie- en klimaatinnovatie

De regeling Demonstratie energie- en klimaatinnovatie (DEI+) is een instrument dat zich richt op het ondersteunen van innovatieve pilot- en demonstratieprojecten op het gebied van klimaat en energie. Thema’s in deze regeling komen voort uit het Klimaatakkoord, zoals een aardgasvrije gebouwde omgeving, flexibilisering van het energiesysteem (inclusief waterstof) en CO2-reductie in de industrie. Bij de DEI+ wordt een schot gehanteerd voor het thema «Aardgasloos wonen», dat een apart budgetplafond kent, in overleg met de Minister van BZK.

In 2020 is de DEI+, ondanks de coronacrisis, sterk overtekend. Ook dit vind ik een zeer mooi resultaat en ik beschouw dit als een duidelijk positief signaal vanuit de markt. De DEI+-aanvragen worden beoordeeld op basis van «first come first serve» om snellere beoordeling en beschikking mogelijk te maken. Dit betekent echter dat bij deze overvraging ook projectvoorstellen van hoge kwaliteit in het overtekende gedeelte zullen zitten. Om deze voorstellen te kunnen faciliteren en deze grote betrokkenheid vanuit de markt vast te houden in deze uitdagende economische tijden, heb ik het subsidieplafond voor de 2020-openstelling met € 22 miljoen verhoogd. Hiermee beoog ik ook om zo veel mogelijk een extra ondersteuning te bieden in het kader van groen herstel en de benodigde versnelling voor de klimaat- en energieopgave te faciliteren.

DEI+ Energie-innovatie 86.100 22.000 82 27
DEI+ Aardgasloos wonen2 9.000 - 34 8

1 = tussenstand van beschikkingen en vóór de ophoging van het subsidieplafond

2 = in afstemming met de Minister van BZK

Over beide thema’s samen zijn in 2020 bijna honderd projectaanvragen ingediend. Daarvan zijn, d.d. 12 januari 2021, 35 subsidies verleend en wordt een deel van de ingediende aanvragen nog beoordeeld. De verleende aanvragen zijn van zeer hoge kwaliteit. Er zitten schoolvoorbeelden bij met een zichtbaar effect van missiegedreven innoveren. Zo is er een projectvoorstel om warmte-uitwisseling tussen datacenters en tuinders toe te passen, omdat datacenters continu koeling nodig hebben en tuinders warmte. Een ander voorbeeld is een project waarbij een grootschalige waterstofelektrolyse-installatie wordt gecombineerd met snel op- en afschakelen van de installatie. Hierdoor kan flexibiliteit aan het energiesysteem worden geboden door waterstof te produceren ten tijde van overschotten aan duurzame energie.

Per 18 januari 2021 is de nieuwe DEI+-regeling opengesteld. De DEI+ is nog meer in lijn gebracht met het missiegedreven innovatiebeleid, waarbij de te faciliteren thema’s minimaal gewijzigd zijn ten opzichte van 2020. Voor de DEI+ 2021 stel ik de bedragen in de onderstaande tabel beschikbaar. Daarbij ben ik voornemens om de openstelling met € 50 miljoen op te hogen, waarmee extra steun kan worden geboden aan innovatieprojecten die later kunnen kwalificeren voor het Europese Innovation Fund. Los van dit voornemen is het, afhankelijk van het verloop van de regeling in 2021 en de mate waarin de vraagtrend van de markt uit 2020 aanhoudt, aan het nieuwe kabinet om te bezien of het wenselijk en mogelijk is het subsidieplafond later dit jaar verder op te hogen.

DEI+ regulier 76.600 50.0001
DEI+ aardgasloos2 9.000

1 = Dit is onderdeel van de door het kabinet vrijgemaakte € 255 miljoen voor Europese cofinanciering

2 = in afstemming met de Minister van BZK

Zoals in de brief van 17 december 2019 is aangegeven, kan ik vanwege de Europese staatsteunkaders bepaalde technologieën niet of beperkt ondersteunen (Kamerstuk 32 813, nr. 440). De gesprekken met de Europese Commissie om meer ruimte te creëren voor demonstratieprojecten op het gebied van waterstof, Carbon Capture Utalisation and Storage (CCUS), (geavanceerde) biogrondstoffen en chemische recycling lopen nog. Ik verwacht dat dit traject eind 2021 positief is afgerond.

Hernieuwbare Energietransitie

De subsidieregeling Hernieuwbare Energietransitie (HER+) is een instrument dat zich specifiek richt op het verlagen van de kosten van CO2-reducerende technologieën door innovatie en kan als voorloper van de SDE++-subsidie gezien worden. De verbreding van de HER+ van hernieuwbare energieproductie naar CO2-reducerende technologieën is per 1 september 2020 van kracht.

Evenals bij de MOOI en DEI+, observeer ik ook bij de HER(+) een positieve trend in de markt. De openstelling die in het voorjaar van 2020 sloot is de eerste openstelling waarin de regeling is overtekend. Om ook deze positieve ontwikkeling te faciliteren heb ik ruim € 3 miljoen extra vrijgemaakt om projecten uit deze ronde te subsidiëren.

Mijn ambitie is om de HER+ dit jaar gedurende dezelfde openstellingsperiode en met hetzelfde budgetplafond open te stellen als voorgaande jaren. Daarmee zal de HER+ van 1 april 2021 tot en met 31 maart 2022 opengesteld worden met een budgetplafond van € 50 miljoen. Bij deze openstelling is een technische wijziging aangebracht. Hierdoor is er voor innovatieprojecten die bijdragen aan het verlagen van de kostprijs van hernieuwbare elektriciteitsproductie geen directe koppeling met de SDE++ meer. Voortaan geldt de voorwaarde dat deze projecten aantoonbaar moeten leiden tot een kostendaling die groter is dan de aangevraagde subsidie en dat het door de innovatie te realiseren basisbedrag van de techniek lager is dan € 300/ton CO2.

Afsluitend

In een onzekere economische tijd door de COVID-19-pandemie is het positief te constateren dat de innovatie-inzet die nodig is om onze klimaat- en energiedoelen te halen, onverminderd is voortgezet. Er zijn in 2020 zeer positieve resultaten geboekt, tevens te zien aan de meerdere budgetophogingen om de vraag vanuit de markt te kunnen beantwoorden.

Daarnaast zijn er grote stappen gezet om het instrumentarium in lijn te brengen met het missiegedreven innovatiebeleid. Samen met de resultaten vormt dit een stevig fundament om door te gaan op de ingeslagen weg en in 2021 verder in te zetten op missiegedreven innovatiebeleid. Daarbij heb ik goede hoop dat de vraagtrend vanuit de markt zal doorzetten.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
B. van ’t Wout