Stand van zaken Intervence
Jeugdzorg
Brief regering
Nummer: 2021D07341, datum: 2021-02-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31839-767).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming (Ooit VVD kamerlid)
- Oordeel inspecties concept plan van aanpak
- Reactie op concept plan van aanpak gecontroleerde zorgoverdracht gecertificeerde instelling Intervence
Onderdeel van kamerstukdossier 31839 -767 Jeugdzorg.
Onderdeel van zaak 2021Z03322:
- Indiener: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
- Volgcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-02-24 12:00: Stand van zaken Intervence over de overbruggingscontract en afspraken rondom bestaande en nieuwe maatregelen jeugdbescherming en jeugdreclassering (TK 31839-765) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-03-10 18:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-04-14 10:15: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-09-08 14:35: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
31 839 Jeugdzorg
Nr. 767 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 februari 2021
Op 1 februari 2021 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de laatste stand van zaken over de ontwikkelingen rond de jeugdbescherming en jeugdreclassering in Zeeland (Kamerstuk 31 839, nr. 765). Ik heb uw Kamer toen bericht dat de Zeeuwse gemeenten medio februari 2021 het transitieplan zouden opleveren voor de overdracht van de cliënten van Gecertificeerde Instelling (GI) Intervence en dat dit plan vervolgens zou worden voorgelegd aan de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Inspectie Justitie en Veiligheid (Inspecties) en de Jeugdautoriteit (JA).
Op vrijdag 5 februari 2021 hebben de gemeenten het transitieplan opgeleverd en op donderdag 11 februari 2021 hebben de Inspecties en JA hun oordeel c.q. advies over het plan gedeeld met de gemeenten. Met deze brief informeer ik uw Kamer, mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, over het transitieplan, het oordeel c.q. advies van de Inspecties en JA en de afspraken die ik op 15 februari 2021 in het kader van het interbestuurlijk toezicht met de Zeeuwse gemeenten heb gemaakt om de continuïteit van zorg te borgen.
Oordeel c.q. advies Inspecties en JA over transitieplan Intervence
De gemeenten hebben de afgelopen periode, onder leiding van een onafhankelijk procesbegeleider en in samenwerking met de betrokken GI’s, een forse inspanning geleverd om te komen tot een transitieplan voor de overdracht van de jeugdbescherming en jeugdreclassering van Intervence naar William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering (WSS JB&JR), Leger des Heils (LdH) en Briedis. Dit scenario had als voordeel dat overdracht van cliënten zou plaatsvinden naar GI’s die al werkzaam zijn in Zeeland.
Ondanks de inspanningen die zijn geleverd hebben de Inspecties en JA geconstateerd dat het voorliggende scenario onvoldoende garanties biedt voor een duurzame transitie van de jeugdbescherming en jeugdreclassering in Zeeland waarbij de continuïteit en kwaliteit van zorg voldoende geborgd is (zie bijlagen oordeel c.q. advies Inspecties en JA)1. Inspecties en JA hebben geoordeeld dat het plan hiervoor onvoldoende concreet, realistisch en volledig is en te veel risico’s bevat die niet of niet voldoende afgedekt zijn. Gegeven de beperkte voortgang van het proces sinds december 2020 hebben de Inspecties en JA er ook geen vertrouwen in dat het plan op korte termijn dusdanig uitgewerkt kan worden dat het voorliggende scenario wel toekomstbestendig en realistisch is.
Ik erken de zorgen van de Inspecties en JA en onderschrijf hun oordeel c.q. advies. Ik heb daarom in het kader van het interbestuurlijk toezicht een gesprek gevoerd met de Zeeuwse wethouders over het oordeel c.q. het advies van de Inspecties en JA.
Afspraken met Zeeuwse bestuurders n.a.v. oordeel c.q. advies Inspecties en JA
In het bestuurlijk overleg met de Zeeuwse bestuurders heb ik afgesproken dat niet verder wordt gegaan met de uitwerking van het voorliggende scenario en dat zij het terugvalscenario gaan uitwerken. Dit terugvalscenario, waarvan de contouren zijn geschetst in het transitieplan, voorziet in een overname van de werkzaamheden van Intervence door Jeugdbescherming west. Vanzelfsprekend dient dit te passen binnen wet- en regelgeving en bestaande contractuele verplichtingen.
De Inspecties en JA zouden graag zien dat het terugvalscenario wordt onderzocht als duurzame en realistische oplossing voor de cliënten en medewerkers van Intervence. Het terugvalscenario wordt door betrokken partijen als kansrijk gezien om zorg te dragen voor een duurzame inrichting van de jeugdbescherming en -reclassering in Zeeland. Dit scenario heeft als voordeel dat de continuïteit van de zorgrelatie beter geborgd kan worden, omdat niet meer alle cliënten van Intervence bij verschillende GI’s ondergebracht hoeven te worden. Ik heb met de Zeeuwse bestuurders afgesproken dat zij per direct starten met de uitwerking van het terugvalscenario en dat zij afspraken maken met de bestuurder van Intervence over het betrekken van cliënten en medewerkers. De Inspecties en JA zullen ook over de definitieve uitwerking van het terugvalscenario een oordeel c.q. advies uitbrengen. Voor het geval dat het scenario met Jeugdbescherming west niet op een positief oordeel c.q. advies van Inspecties en JA kan rekenen dan wel zich andere belemmeringen voordoen waardoor de continuïteit van zorg in het geding komt, wordt door gemeenten bezien welke andere alternatieven dan mogelijk zijn.
Het is van belang om de zorgcontinuïteit voor de huidige en nieuwe cliënten van Intervence te garanderen. Met de vier bestaande GI’s (Intervence, WSS JB&JR, LdH en Briedis) zijn hierover afspraken gemaakt. Zoals ik uw Kamer in de brief van 1 februari 2021 heb geïnformeerd is met Intervence een overbrugginscontract gesloten waarmee Intervence in staat is haar verplichtingen na te komen. Ik heb met de JA afgesproken om de (financiële) continuïteit te blijven monitoren.
Behoud van medewerkers
De Inspecties en JA hebben aan gemeenten en mijn ministerie gevraagd om zorg te dragen voor aandacht en perspectief voor de medewerkers van Intervence die al geruime tijd onzekerheid en onrust ervaren. De gemeenten en de bestuurder van Intervence hebben op 10 februari 2021 afgesproken dat de onafhankelijk procesbegeleider met Intervence voorstellen uitwerkt om al het mogelijke te doen om de medewerkers van Intervence te behouden. De gemeenten zijn bereid dit te faciliteren.
Monitoring afspraken
Tot slot heb ik met de Zeeuwse bestuurders afgesproken dat ik deze afspraken nauwgezet in samenwerking met de JA ga monitoren. Ook zullen de Inspecties de komende periode de kwaliteit en de continuïteit van de hulpverlening door Intervence blijven volgen.
Tot slot
Ik hoop dat ik uw Kamer met deze brief voldoende heb geïnformeerd over de laatste ontwikkelingen omtrent Intervence. Zoals toegezegd zal ik uw Kamer ook de komende periode blijven informeren.
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker
Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎