Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over afgifte vergunning voor export militair materieel naar Thailand (Kamerstuk 22054-337)
Wapenexportbeleid
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2021D08205, datum: 2021-02-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2021D08205).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R. de Roon, voorzitter van de algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (PVV)
- Mede ondertekenaar: R. Konings, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2021Z02293:
- Indiener: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
- Medeindiener: S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (2021-2024)
- 2021-02-11 13:20: Aansluitend aan de stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-02-11 13:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (2012-2021)
- 2021-02-24 12:00: Afgifte vergunning voor export militair materieel naar Thailand (Inbreng schriftelijk overleg), algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (2012-2021)
- 2023-01-19 13:25: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2021D08205 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking hebben de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief 4 februari 2021 inzake de afgifte van een vergunning voor de export van militair materieel naar Thailand (Kamerstuk 22 054, nr. 337).
De voorzitter van de commissie,
De Roon
Adjunct-griffier van de commissie,
Konings
Inhoudsopgave
I | Vragen en opmerkingen vanuit de fracties |
Inbreng leden van de SP-fractie | |
Inbreng leden van de PvdA-fractie | |
II | Antwoord / Reactie van het kabinet |
III | Volledige agenda |
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inbreng leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben de brief van het kabinet bestudeerd en hebben daarover de volgende vragen.
De leden van de SP-fractie zijn verbaasd over de conclusie van het kabinet dat de mensenrechtensituatie sinds 24 maart 2019 «enigszins verbeterd» is, vooral omdat in de afgelopen maanden opnieuw hevige spanningen in de Thaise maatschappij aan het licht zijn gekomen. De recente binnenlandse strijd in Thailand is sinds maart 2019 niet geluwd. Wat is het oordeel van het kabinet over de rapportage van Amnesty International dat meer dan 220 mensen, onder wie kinderen, werden aangeklaagd vanwege hun aandeel in vreedzame protesten in 2020?1 De leden van de SP-fractie menen dat de binnenlandse tegenstellingen zijn verscherpt nu ook de monarchie onderwerp van kritiek is geworden. Deelt het kabinet deze analyse en is het kabinet bereid de analyse in de brief te herzien?
Het gevolg van de nieuwe repressie is dat zeer zware gevangenisstraffen, bijvoorbeeld van 87 jaar, aan diverse critici van de monarchie zijn gegeven. Inmiddels durven veel Thai de monarchie als summum van ondemocratisch bestuur te benoemen. De vraag die daarom opkomt bij de leden van de SP-fractie is of het kabinet wil ingaan op de recente ontwikkelingen. Hoe beoordeelt het kabinet de draconische straffen op majesteitsschennis in het licht van de vrijheid van meningsuiting? Wat is het oordeel over de verklaring van 25 november jl. van gezamenlijke mensenrechtenorganisaties en hun vijf eisen aan de Thaise regering?2 Deelt het kabinet de redelijkheid van die eisen en wat is het oordeel over de reactie tot nu toe van de Thaise regering?
In augustus 2020 heeft de Thaise regering er te elfder ure van afgezien om op korte termijn over te gaan tot aanschaf van een onderzeeboot in China.3 Wellicht volgt de aankoop later. Heeft het Nederlandse kabinet een opvatting over de politieke betekenis van een aanschaf van een onderzeeboot uit China? Is er naar het oordeel van het kabinet, in het licht van deze discussie, sprake van een regionale wapenwedloop? Op welke wijze wordt de Thaise marine daarin betrokken?4 Wat zijn de belangen van China en Thailand, en de bondgenoten binnen de Associatie van Zuidoost-Aziatische Naties in deze ontwikkelingen? Deelt het kabinet de conclusie dat er een wapenwedloop gaande is in de Zuid-Chinese Zee en acht het kabinet het in het licht van deze wapenwedloop toch verstandig de Thaise marine te voorzien van militair materieel? Voorts vragen de leden van de SP-fractie met welke bondgenoten zal worden samengewerkt – mede – met deze uit te voeren apparatuur.
De leden van de SP-fractie vragen ten slotte naar een actualisering van de regionale veiligheidsverhouding in het licht van de recente staatsgreep in buurland Myanmar. Kan het kabinet aangeven hoe de relaties zijn tussen Thailand en Myanmar, met name met het oog op grensoverschrijdend verkeer van opstandige minderheden in het grensgebied? Wat is de rol van de Thaise marine in de Andamanse Zee in het licht van de spanningen met Myanmar?
In het licht van deze ontwikkelingen spreken de leden van de SP-fractie opnieuw hun verbazing uit over de dispenserende redeneringen die aan de rol van de marine, in dit geval de Thaise, worden toegedicht. De leden van de SP-fractie vragen het kabinet dan ook af te zien van de exportvergunning.
Inbreng leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de Kamerbrief over de afgifte van de wapenexportvergunning aan Thailand en hebben hierover ernstige zorgen.
In de brief schrijft het kabinet dat de mensenrechtensituatie in Thailand sinds de verkiezingen van 24 maart 2019 en de beëdiging van premier Prayut enigszins is verbeterd. Het aantal gevallen van vervolging van dissidenten zou sterk verminderd zijn en een aantal democratische vrijheden in ere hersteld. Desalniettemin ondervinden mensenrechtenorganisaties en -activisten vooralsnog beperkte bewegingsvrijheid en wordt hen, onder andere door middel van het aanspannen van rechtszaken, het zwijgen opgelegd. Volgens Human Rights Watch zijn sinds het opheffen van het verbod op openbare vergadering in december 2018 ten minste 130 politici, academici en prodemocratische activisten in Bangkok en andere provincies in 2019 beschuldigd van illegale vergadering op grond van de wet op openbare vergaderingen en soms van opruiing wegens het vreedzaam houden van bijeenkomsten.5 Is dit bekend bij het kabinet? Zo ja, hoe verhoudt dit zich met het in ere hersteld zijn van een aantal democratische vrijheden? Welke democratische vrijheden zijn dan zodanig in ere hersteld dat vervolging niet meer plaatsvindt?
Human Rights Watch maakt in haar rapport ook duidelijk dat de Thaise regering routinematig censuur afdwong en meningen die zij kritisch achtte over de monarchie en de regering blokkeerde en bestrafte. Daarbij zijn critici van de monarchie vervolgd op grond van andere wettelijke bepalingen, waaronder opruiing, cybercriminaliteit, illegale vergadering en criminele associatie. In hoeverre verhouden deze ontwikkelingen zich tot de verbeteringen in de mensenrechtensituatie die in Thailand zou hebben plaatsgevonden?
De leden van de PvdA-fractie maken zich ook zorgen over de situatie van de mensenrechtenverdedigers in Thailand die hun werk niet zouden kunnen uitvoeren. Ook is er weinig gedaan om de daders van de moord op meer dan dertig mensenrechtenverdedigers en activisten uit het maatschappelijk middenveld sinds 2001 te onderzoeken en voor de rechter te brengen. Welke afweging heeft hierover plaatsgevonden bij de beoordeling van het mensenrechtencriterium?
Volgens het kabinet is de Thaise marine niet betrokken bij punten van zorg, noch is sprake van rechtstreekse inzet van andere dienstonderdelen van het Thaise leger om activisten of organisaties te onderdrukken. Echter, gelet op de aard van de goederen, communicatiesystemen met inbegrip van software, delen, training en toebehoren en het beoogde eindgebruik van uitwisseling van gegevens tussen verschillende militaire eenheden, zowel tussen Thaise eenheden als met die van bevriende naties, valt volgens de leden van de PvdA-fractie juist niet uit te sluiten dat deze goederen wel gebruikt kunnen worden, ook tegen de eigen bevolking. Welke rol heeft dit gespeeld bij de afweging tot afgifte van de wapenexportvergunning?
Tot slot merkt het kabinet op dat het Ministerie van Buitenlandse Zaken niet over informatie beschikt waaruit blijkt dat de Thaise marine in algemene zin – waaronder tijdens anti-piraterij operaties – haar verplichtingen ten aanzien van het naleven van de mensenrechten niet nakomt. Beschikt het ministerie dan wel over informatie dat de Thaise marine haar verplichtingen ten aanzien van het naleven van de mensenrechten wel nakomt? Zo nee, waarom is de afweging -gezien de huidige situatie in Thailand – dan gebaseerd op het ontbreken van informatie?
II. Antwoord/ Reactie van het kabinet
III. Volledige agenda
Afgifte vergunning voor export militair materieel naar Thailand. 22 054-337- Brief regering d.d. 4-2-2021, Minister van Buitenlandse Zaken S.A. Blok.
Amnesty International, 20 januari 2021, «Thailand: 87 jaar celstraf voor majesteitsschennis»
(https://www.amnesty.nl/actueel/thailand-87-jaar-celstraf-voor-majesteitsschennis).↩︎
Amnesty International, 25 november 2020, «Thailand: Joint statement on pro-democracy protests on 17 and 25 November 2020»
(https://www.amnesty.org/en/latest/news/2020/11/joint-statement-thailand-pro-democracy/).↩︎
The Diplomat, 2 september 2020, «Thailand Delays Controversial Chinese Sub Purchase» (https://thediplomat.com/2020/09/thailand-delays-controversial-chinese-sub-purchase/).↩︎
East Asia Forum, 17 oktober 2020, «Modernising the Royal Thai Navy (https://www.eastasiaforum.org/2020/10/17/modernising-the-royal-thai-navy/).↩︎
Human Rights Watch, World Report 2020 (https://www.hrw.org/world-report/2020#).↩︎