Lijst van vragen inzake de uitkomsten Bestuurlijk Overleg Omgevingswet 26 mei jl. (Kamerstuk 33118-190)
Omgevingsrecht
Lijst van vragen
Nummer: 2021D25859, datum: 2021-06-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2021D25859).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. (Martin) Bosma, Tweede Kamerlid (PVV)
- Mede ondertekenaar: C.J.M. Roovers, griffier
Onderdeel van zaak 2021Z09067:
- Indiener: K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2021-06-01 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-06-03 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2021-06-23 14:00: Uitkomsten Bestuurlijk Overleg Omgevingswet 26 mei jl. (TK 33118-190) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-06-08 15:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2021D25859 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de brief van 27mei 2021 inzake de Uitkomsten Bestuurlijk Overleg Omgevingswet 26 mei jl. (Kamerstuk 33 118, nr. 190).
De fungerend voorzitter van de commissie,
Bosma
De griffier van de commissie,
Roovers
Nr | Vraag |
1 | Hoe wordt in oktober 2021 concreet getoetst of het DSO gereed is? |
2 | Zijn de softwareleveranciers tijdens en na de inwerkingtreding in staat om zo nodig aanpassingen te doen om niet goed werkende onderdelen van het DSO snel te kunnen aanpassen? En is er een vangnet voor het geval een bepaalde leverancier bijvoorbeeld tijdens of vlak na de invoering failliet zou gaan? |
3 | Kan de volgende passage nader worden toegelicht? «Ook de planketen vordert, maar geeft nog een te gemêleerd beeld: de ontwikkeling van de landelijke voorziening DSO is in het laatste stadium, maar het is de verwachting dat op basis hiervan de laatste softwareleveranciers pas in oktober van 2021 hun systemen in gereedheid hebben kunnen brengen.» |
4 | Zijn alle gemeenten gereed om de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen in te voeren? |
5 | Op welke wijze worden leges die gemeenten straks mislopen gecompenseerd? |
6 | Hoeveel gemeenten oefenen inmiddels al met het DSO-LV systeem? |
7 | Welk deel van de gemeenten is op koers om aangesloten te zijn op en ingericht te zijn voor het DSO? |
8 | Op welke wijze ondersteunt u gemeenten die nog niet zijn begonnen om zo spoedig als mogelijk te gaan oefenen met het DSO |
9 | Hoe voorkomt u terugval in kennis en voortgang rondom de implementatie van het DSO/Omgevingswet wanneer en nieuwe raden/colleges worden geïnstalleerd? |
10 | In hoeverre is het beeld dat er voldoende financiële middelen beschikbaar zijn voor het afronden van het DSO-LV? |
11 | Op welke termijn heeft u duidelijkheid over de eventuele financiële consequenties van de uitgestelde inwerkingstreding van de Omgevingswet? |
12 | Hoe kan het nu dat invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2022 niet mogelijk is, terwijl het ontwerp slot-KB eind 2020, met daarin de datum van 1 januari 2022, aan de Staten-Generaal is voorgelegd? Wanneer is gebleken dat inwerkingtreding per 1 januari 2022 niet haalbaar was? Was dat niet eerder te voorzien geweest? |
13 | Wat wordt precies verstaan onder «verantwoord invoeren van de Omgevingswet»? Welke criteria zijn er om te kunnen concluderen dat er sprake is van een verantwoorde invoering? |
14 | Wat moet er concreet nog gebeuren om het DSO opgeleverd en stabiel werkend te krijgen? |
15 | Wat is er met de bestuurlijke partners afgesproken over wat er precies klaar moet zijn in oktober 2021 en wat moet er klaar en beschikbaar moet zijn een half jaar voor inwerkingtreding? |
16 | Welke mogelijke knelpunten zijn er om deze deadlines te halen? Wat gebeurt er als zaken onverhoopt toch meer tijd kosten? |
17 | Is een operationeel DSO dat gelijk is aan het huidige dienstverleningsniveau het absolute minimum om te zorgen dat de Omgevingswet het omgevingsrecht daadwerkelijk eenvoudiger en beter voor burgers maakt? |
18 | In het advies van de Afdeling Advisering Raad van State bij het Invoeringsbesluit (Zie: https://www.raadvanstate.nl/@120280/w04-20-0033/) stond het volgende: «Bij een groot aantal gemeenten blijkt nog gebruik te worden gemaakt van het verouderde besturingssysteem Windows 7, dat niet meer wordt ondersteund met beveiligingsupdates. (zie noot 25) De Afdeling adviseert bij de monitoring ook daaraan aandacht te schenken en de gevolgen daarvan voor aansluiting van gemeenten op het DSO in kaart te brengen.» Kan aangeven worden of en hoe dit meegenomen wordt in de overleggen met de bestuurlijke partners? |
19 | Welke kleine en grote gemeenten, provincies, softwareleveranciers en stedenbouwkundige bureaus zijn naast VNG, IPO, UvW en de rijkspartijen betrokken bij de voorbereiding en planning? |
20 | Wat zijn de «uiteenlopende wensen en ambities» die er bestaan ten aanzien van de inwerkingtreding van de Omgevingswet? |
21 | Welke «laatste minimale functionaliteiten» van de landelijke voorziening van het DSO zijn nog niet gereed? |
22 | Kan een volledig overzicht worden gegeven van welke onderdelen van DSO-LV al wel stabiel en beschikbaar zijn en welke onderdelen van DSO-LV nog niet stabiel en beschikbaar zijn? |
23 | Zijn bij alle partijen, zoals gemeenten en provincies, op dit moment voldoende FTE, kennis en kunde aanwezig om met het DSO/de Omgevingswet te kunnen starten? |
24 | Worden burgers en bedrijven betrokken bij het inregelen, beproeven en testen, bijv. in de keten voor vergunningverlening? Op welke manier(en) en op welk(e) moment(en)? |
25 | Kan n.a.v. de volgende passage worden aangegeven hoe voorkomen wordt dat het voor burgers en bedrijven onduidelijk is welk digitaal systeem in een bepaalde gemeente wordt toegepast? «Ook de planketen vordert, maar geeft nog een te gemêleerd beeld: de ontwikkeling van de landelijke voorziening DSO is in het laatste stadium, maar het is de verwachting dat op basis hiervan de laatste softwareleveranciers pas in oktober van 2021 hun systemen in gereedheid hebben kunnen brengen. Vanaf dat moment kunnen de bevoegde gezagen, die van de software van deze leveranciers gebruik maken, ook aansluiten en oefenen en hun stedenbouwkundige bureaus daarin betrekken. Diverse gemeenten zijn echter al verder en op koers om aangesloten en ingericht te zijn. Ook hiervoor geldt dat vervolgens de overstap naar productie ingeregeld moet worden voor de gemeenten, die dit voor inwerkingtreding willen doen. Er zijn ook gemeenten die aangeven in eerste instantie gebruik te zullen maken van de mogelijkheden in het geboden overgangsrecht.» |
26 | Wat wordt bedoeld met dat er» ook gemeenten zijn die aangeven in eerste instantie gebruik te zullen maken van de mogelijkheden in het geboden overgangsrecht»? Kan dat nader worden gepreciseerd? |
27 | Waar bestaan de «tijdelijke alternatieve maatregelen» uit? Wat is de relatie met het overgangsrecht? Hoe lang is tijdelijk? |
28 | In hoeverre zijn de «tijdelijke alternatieve maatregelen» nodig nu de inwerkingtreding van de Omgevingswet is uitgesteld naar 1 juli 2022? |
29 | In hoeverre zijn de «tijdelijke alternatieve maatregelen» beschikbaar dan wel nodig ná 1 juli 2022? |
30 | Wat kan er wel en wat kan er niet wanneer de tijdelijke alternatieve maatregelen (TAM) zouden moeten worden ingezet? En hoelang zouden deze TAM maximaal gebruikt kunnen worden zonder dat bepaalde fundamentele processen stil komen te vallen? |
31 | Klopt het dat met de passage: «In mijn brief over het kritieke pad naar inwerkingtreding per 1 januari 2022 van de Omgevingswet heb ik ook melding gemaakt van tijdelijke alternatieve maatregelen (TAM) die ingericht kunnen worden om die inwerkingtreding op die datum te verzekeren. Dit in opvolging van de adviezen van het BIT om deze maatregelen in te richten zodanig dat de Omgevingswet met de gereed zijnde onderdelen van het DSO van start kan gaan.» afgeweken wordt van het advies van de Afdeling Advisering van de Raad van State bij het Invoeringsbesluit: «De Afdeling adviseert pas te besluiten over de inwerkingtreding van de Omgevingswet als de zekerheid is verkregen dat alle gemeenten op het voorgenomen moment van inwerkingtreding op het DSO zijn aangesloten en alle functies die behoren bij de minimale invulling van het DSO op dat moment goed werken.» (Zie: https://www.raadvanstate.nl/@120280/w04-20-0033/)? Zo ja, waarom is hier voor gekozen? welke nadelen brengt dit met zich mee? Zo nee, hoe zijn deze zaken in lijn met elkaar? |
32 | Klopt het dat met de passage: «In mijn brief over het kritieke pad naar inwerkingtreding per 1 januari 2022 van de Omgevingswet heb ik ook melding gemaakt van tijdelijke alternatieve maatregelen (TAM) die ingericht kunnen worden om die inwerkingtreding op die datum te verzekeren. Dit in opvolging van de adviezen van het BIT om deze maatregelen in te richten zodanig dat de Omgevingswet met de gereed zijnde onderdelen van het DSO van start kan gaan.« afgeweken wordt van eerdere uitspraken van Minister van Veldhoven die in de Eerste Kamer bij de behandeling van de Invoeringswet zei: «Met name het DSO moet natuurlijk echt werken. We kunnen dat maar één keer goed openstellen. Als er twijfels zouden zijn waardoor we denken dat niet te kunnen garanderen, dan moeten we gewoon nog wat extra tijd nemen om ervoor te zorgen dat ook de ICT-infrastructuur er klaar voor is.» (Zie https://www.eerstekamer.nl/verslagdeel/20200128/invoeringswet_omgevingswet_2)? Zo ja, op basis van welke inzichten wordt hiervan afgeweken? Zo nee, hoe zit het dan? |
33 | Is het zo dat de minimale eisen op landelijk niveau gelden en dat decentrale overheden er met de Tijdelijke Alternatieve Maatregelen van kunnen afwijken? Zo nee, hoe zit het dan? |
34 | Gelden er straks voorwaarden voor decentrale overheden die gebruik willen maken van de Tijdelijke Alternatieve Maatregelen, bijvoorbeeld dat ze nog niet een benodigde aansluiting op het DSO hebben, of kan men er altijd voor kiezen om hiervan gebruik te maken? |
35 | Kan een overzicht geven worden van de Tijdelijke Alternatieve Maatregelen, de voorwaarden waaronder ze gebruikt mogen worden, hoe lang ze gebruikt mogen worden en de eventuele gevolgen hiervan voor burgers en initiatiefnemers? |
36 | In antwoord op Kamervragen is eerder aangegeven dat een van de Tijdelijke Alternatieve Maatregelen gaat over de eisen voor digitale ontsluiting: «Voor gevallen waarin gemeenten nog niet kunnen werken volgens de nieuwe publicatiestandaard (STOP-TPOD) zal er een overgangsrechtelijke voorziening zijn om gedurende een jaar na inwerkingtreding gebruik te maken van de bestaande IMRO-standaard» (blz. 10, 2021D22629). Werkt een «klik op de kaart» zoals die straks in het DSO werkt ook met de IMRO standaard? Moet wat met de IMRO standaard is gepubliceerd, in de overgangstermijn die straks geldt voor omgevingsplannen, het betreffende gebied binnen die overgangstermijn alsnog ook in de STOP-TPOD standaard worden gepubliceerd? Welke voorwaarden zijn er voor gemeenten om van deze uitzondering gebruik te maken? |
37 | Is in het kader van de Tijdelijke Alternatieve Maatregelen verzekerd dat er per 1 juli 2022 in ieder geval een aan www.ruimtelijkeplannen.nl gelijkwaardige voorziening beschikbaar blijft? |
38 | Kan aangeven worden hoe wordt voorkomen dat de Tijdelijke Alternatieve Maatregelen wel (blijvend) als vervanging voor het DSO worden toegepast? |
39 | Op welke manier zullen burgers en bedrijven worden voorgelicht over de wijze waarop vanaf 1 juli 2022 de digitale ontsluiting van omgevingsvergunningen en plannen in iedere gemeente is geregeld? |
40 | Zijn alle adviezen van het BIT overgenomen of is hier ook van afgeweken? Indien ja, op welke onderdelen? |
41 | Klopt het dat de tijdelijke alternatieve maatregelen (TAM) vanaf 1 januari 2022 ingeregeld en gereed zijn om mee te oefenen en op 1 juli 2022 ingaan? Hoe lang blijven de maatregelen van kracht? Kunnen deze evt. worden verlengd? |
42 | Hoeveel partijen zouden op dit klaar geweest zijn of op schema hebben gelegen voor inwerkingtreding op 1 januari 2022? |
43 | Wat wordt bedoeld met «partijen die met meer ambitie aan de slag willen»? |
44 | Aan welke «verdere beheersmaatregelen» kan worden gedacht, wanneer knelpunten ontstaan a.g.v. de start per 1 juli 2022 tijdens de zomerperiode en vlak na de installatie van nieuwe colleges van B&W? |
45 | Welke wijzigingen, bijvoorbeeld ter implementatie van Europese wet- en regelgeving, zijn tot aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet nog aan de orde? |
46 | Welke Europese wet- en regelgeving is van toepassing en/of moet worden geïmplementeerd? |
47 | Wanneer wordt een nieuw ontwerp slot-KB aan de Staten-Generaal voorgelegd? Kan concreter worden aangegeven wat «na de zomer» is? |
48 | Wat zijn de extra kosten van het uitstel van de datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet? Wie draagt die «extra» kosten? |
49 | In hoeverre is er, los van de extra kosten i.v.m. de latere inwerkingtreding van de Omgevingswet, in het algemeen sprake van stijgende invoeringskosten die de wet met zich meebrengt? Zo ja, hoe groot is dat bedrag? Hoe wordt daar mee omgegaan? |
50 | Kan een schematisch overzicht gegeven worden van de totale kosten die het Rijk en de decentrale overheden (uitgesplitst naar soort decentrale overheid) tot nu toe hebben gemaakt voor de invoering? En hoeveel er per soort overheid (Rijk en per soort decentrale overheid) nog te verwachten is? En kan gegarandeerd worden dat decentrale overheden volledig gecompenseerd worden voor deze decentralisatie? |
51 | Wanneer wordt meer duidelijkheid verwacht over de financiële impact van het besluit tot uitstel en de ontwikkeling van het DSO? |
52 | Wat is het gevolg van de recente moties die op de ALV van de VNG hierover zijn aangenomen (zie https://www.binnenlandsbestuur.nl/bestuur-en-organisatie/nieuws/gemeenten-dreigen-te-stoppen-met-uitvoeren-taken.17346509.lynkx en https://vng.nl/nieuws/omgevingswet-geen-extra-uitstel-en-meer-geld-voor-gemeenten) voor de financiering van de (invoering) van de Omgevingswet? |
53 | Is inmiddels bekend wat de financiële consequenties zijn van het verschuiven van de inwerkingtredingsdatum, voor zowel de bevoegde gezagen als het Ministerie van BZK? |
54 | Is inmiddels bekend wat de precieze financiële impact is van het besluit tot uitstel en de ontwikkeling van het DSO-LV? |
55 | Kan een totaaloverzicht worden gegeven van alle kosten voor invoering van de Omgevingswet tot dusver, incl. de extra kosten a.g.v. het verschuiven van de inwerkingtredingsdatum, en welke partijen voor welke kosten verantwoordelijk zijn? |