Jaarbericht Staat van het mkb 2021
Bedrijfslevenbeleid
Brief regering
Nummer: 2021D44514, datum: 2021-11-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32637-478).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A. Blok, minister van Economische Zaken en Klimaat (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 32637 -478 Bedrijfslevenbeleid.
Onderdeel van zaak 2021Z20872:
- Indiener: S.A. Blok, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2021-11-23 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-11-30 17:00: Procedurevergadering (digitaal) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2022-04-06 13:00: Ondernemen en bedrijfsfinanciering (Commissiedebat), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2022-04-07 15:05: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
32 637 Bedrijfslevenbeleid
Nr. 478 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 november 2021
Hierbij bied ik u het rapport Ondernemers in beweging. Jaarbericht Staat van het mkb 2021 aan1, dat het Nederlands Comité voor Ondernemerschap (hierna: het Comité) vandaag publiceerde. Het Comité zet zich in voor duurzame groei van het midden- en kleinbedrijf en brengt elk najaar een jaarbericht uit over de staat van het mkb, een trendanalyse op basis van cijfers en meerjarige data van vooral het CBS. Het Jaarbericht helpt bij het inzichtelijk maken en duiden van de economische ontwikkelingen en potenties van het mkb en geeft een onderbouwd beeld van hoe het Nederlandse mkb ervoor staat. Het is daarmee een waardevolle bijdrage bij het ontwikkelen van beleid op ondernemerschap.
In deze brief ga ik in op een aantal belangrijke bevindingen in het Jaarbericht van het Comité en op de evaluatie van de digitale werkplaatsen2. Als demissionair Minister zal ik geen uitgebreide inhoudelijke beleidsreactie op het Jaarbericht geven. Ik hecht er wel aan te zeggen dat het belangrijk is dat het mkb in de volle breedte in onderzoekende en beleidsmatige zin de aandacht krijgt die het verdient. De Staat van het mkb is daarbij een belangrijk instrument om inzicht te krijgen in de ontwikkelingen.
Jaarbericht Staat van het mkb 2021
In het Jaarbericht stelt het Comité vast dat de coronacrisis voor ondernemers heel verschillend uitpakt. In zijn algemeenheid kan worden gezegd dat het mkb tot nu toe veerkrachtig de crisis is doorgekomen, door eigen creativiteit en door de ruimhartige steunpakketten van de overheid. Daarmee is niet alles gezegd. Veel ondernemers hebben het nog steeds moeilijk of gaan het mogelijk moeilijk krijgen. De impact verschilt per bedrijf en per sector, maar hangt ook af van de mate waarin ondernemingen al meegingen in transities. Het Comité stelt dat digitale voorlopers in het mkb minder hard zijn geraakt dan digitale achterblijvers. Daarnaast kan de ontwikkeling van nieuwe groene markten kansen bieden voor ondernemers. De digitale en duurzame transitie zijn dan ook van invloed op de veerkracht van ondernemend Nederland. Het Comité benoemt in het Jaarbericht dat inspanningen en gerichte investeringen nodig zijn om de transitie naar een duurzame en digitale economie te maken. Het tijdig meebewegen is nodig om samen de transities te maken en voorkomt hoge kosten op de lange termijn.
De coronacrisis is nog niet voorbij. Inmiddels kunnen er ook lessen worden geleerd. Wat is er nodig om bedrijven de ruimte te geven om te ondernemen, om samen te werken in ketens, om te kunnen groeien als de kansen zich voordoen en om in te spelen op de trends van innovatie, digitalisering en verduurzaming? Ondernemers moeten het zelf doen, maar de overheid kan een klimaat scheppen waarin ondernemers kunnen doen waar ze goed in zijn. De overheid kan stimuleren waar het nodig is en de samenwerking bevorderen in landelijke en regionale netwerken en ecosystemen. Het Comité wijst terecht op het belang van een goede infrastructuur op het gebied van financiering, arbeidsmobiliteit en dienstverlening. Daartoe zijn in de afgelopen jaren al een aantal stappen gezet en het MKB-actieplan heeft de afgelopen vier jaar een mooi plan geboden van het overheidsbeleid voor ondernemerschap. Tegelijkertijd is ons werk nog lang niet af. Zo blijft de beschikbaarheid van voldoende financiering voor het mkb een punt van aandacht. Ook is het belangrijk om (intersectorale) mobiliteit op de arbeidsmarkt te bevorderen en (verdere) arbeidsmarktkrapte te voorkomen in kansrijke beroepen die essentieel zijn voor de uitvoering van belangrijke maatschappelijke transities en uitdagingen als de klimaat- en energietransitie, digitalisering en het woningtekort.
Aanbevelingen voor structurele versterking van het mkb
De toenmalige Staatssecretaris heeft gevraagd om een aantal aanbevelingen te doen voor structurele versterking van het mkb op de genoemde thema’s. Het kabinet kijkt uit naar de door het Comité aangekondigde adviezen over (semi)publieke dienstverlening aan ondernemers en over arbeidsmobiliteit.
Het Comité-advies «Versterking eigen vermogen van het mkb» gaat in op de beschikbaarheid van financiering voor het brede mkb. Het Comité stelt een fonds voor dat voor ondernemers de toegang tot financiering in de vorm van meer eigen vermogen moet vergroten, aangezien uit onderzoek is gebleken dat het brede mkb voornamelijk afhankelijk is van bancaire financiering in de vorm van vreemd vermogen. Het Comité adviseert dat financiering in de vorm van eigen vermogen aan het mkb deze ondernemers in staat stelt te investeren in onder meer duurzaamheid, digitalisering en groei.
Digitaliseringsprogramma voor het mkb
Ook pleit het Comité voor opschaling van het digitaliseringsprogramma voor het mkb. Hoewel er, mede als gevolg van de coronacrisis, grote stappen zijn gezet door veel ondernemers op het gebied van digitalisering, hebben veel kleinere bedrijven nog altijd minder slagkracht om digitalisering toe te passen dan het grootbedrijf en de koplopers. Het kabinet heeft de afgelopen jaren op digitalisering ingezet, onder andere door het opschalen van de digitale werkplaatsen voor het mkb.
Evaluatie Digitale werkplaatsen
Graag wil ik van deze mogelijkheid gebruik maken om uw Kamer te informeren over de evaluatie van de eerste zes digitale werkplaatsen, een jaar na hun start. Om het mkb te ondersteunen bij het maken van een digitaliseringsslag heeft het kabinet in 2018 het programma «Versnelling Digitalisering MKB» gestart (Kamerstuk 32 637, nr. 316). Binnen het programma zijn inmiddels met behulp van een subsidieregeling 16 mkb-werkplaatsen voor digitalisering gerealiseerd. Deze Digitale Werkplaatsen zijn verspreid over Nederland. In deze Digitale Werkplaatsen worden kleinere ondernemers door studenten en docenten van onderwijsinstellingen geholpen bij hun online marketing en sales, (kantoor) automatisering en het benutten van data in het bedrijf.
De evaluatie van de eerste zes Digitale Werkplaatsen is afgerond. Hiermee is tegemoet gekomen aan de motie van het lid Amhaouch3, waarin de regering werd verzocht om de effectiviteit en het bereik van het totaal aan mkb-werkplaatsen een jaar na de start te evalueren en op basis van deze evaluatie te bezien of extra inzet of extra middelen noodzakelijk zijn. De evaluatie is gedaan op basis van een impact-monitor bij deelnemend mkb en een peer review proces. Uit de evaluatie blijkt dat de Digitale Werkplaatsen inderdaad de beoogde brug weten te slaan tussen het onderwijs en het brede mkb. Zo hebben zij op het moment van evaluatie 11.156 ondernemers bereikt, hebben 954 ondernemers een training (workshop of masterclass) gevolgd en hebben studenten 200 mkb-ondernemers geholpen met digitaliseren. Ook blijkt uit de impact-monitor dat de Digitale Werkplaatsen leiden tot vervolgstappen. Maar liefst 91% van de mkb’ers geeft aan na deelname aan de werkplaats door te gaan met digitalisering, waarvan 49% door meer te investeren in bijvoorbeeld het inschakelen van een specialist, opleiden of aantrekken van personeel of het aanschaffen van hard- of software. De ambitieuze doelstellingen zijn over het geheel genomen behaald of zelfs overtroffen. Wel zijn er regionale verschillen. Ook zijn er leerpunten voortgekomen uit de evaluatie. Zo is bijvoorbeeld gebleken dat het bereiken van de doelgroep van de Digitale Werkplaatsen niet vanzelf gaat en een intensief traject is dat veel tijd en aandacht vergt. Dit leerpunt is meegenomen bij de opzet en ontwikkeling van de Digitale Werkplaatsen die later zijn opgestart. In de bijlage treft u het rapport aan.
Door deze leerpunten mee te nemen in de opschaling van de werkplaatsen kunnen we het programma «Versnelling Digitalisering MKB» effectiever vormgeven. Het is aan het volgend kabinet om hier eventueel verdere invulling aan te geven. Uiteraard worden de overige 10 werkplaatsen ook geëvalueerd. De resultaten van de evaluatie zullen eind 2022 beschikbaar zijn.
Het mkb levert een belangrijke bijdrage aan onze economie. Daarbij hoort de sociale en maatschappelijke waarde en rol van het mkb. Bovendien is ondernemerschap van cruciaal belang bij het ontwikkelen van oplossingen voor mondiale en sociale uitdagingen en om van Europa een koploper te maken op het gebied van duurzame economische groei. De analyse en duiding in het Jaarbericht van het Comité kunnen bijdragen aan deze maatschappelijke uitdagingen.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
S.A. Blok