Expertisefunctie geestelijke verzorging thuis
Geestelijke gezondheidszorg
Brief regering
Nummer: 2021D46331, datum: 2021-11-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-25424-596).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van kamerstukdossier 25424 -596 Geestelijke gezondheidszorg.
Onderdeel van zaak 2021Z21771:
- Indiener: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-11-30 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-12-02 14:00: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-03-31 13:00: Dementiezorg/Langer Thuis/Palliatieve zorg/PGB/Wijkverpleging/Wmo (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-04-07 15:05: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2021-2022 |
25 424 Geestelijke gezondheidszorg
Nr. 596 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 november 2021
In de brief aan uw Kamer van 2 november 20201 heb ik aangegeven dat ik een onafhankelijk advies zou inwinnen over een eventueel op te zetten expertisegroep of -centrum voor geestelijke verzorging thuis. Het advies moest onder andere gaan over de vraag welke experts nodig zijn, hoe een en ander georganiseerd kan worden en hoe deze opdracht zich verhoudt tot de Stuurgroep geestelijke verzorging in de thuissituatie, het ZonMw-programma Zingeving en andere kenniscentra.
Deze opdracht is uitgevoerd door Zorgmarkten (zie bijgevoegd rapport)2. Hierbij bied ik u mijn reactie aan op het rapport: «Expertisefunctie geestelijke verzorging thuis. Verkenning in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport». Het rapport is eind juli gepubliceerd op rijksoverheid.nl.
Het rapport in het kort
In het rapport wordt geconcludeerd dat een expertisefunctie nodig is om het vakgebied geestelijke verzorging thuis naar volwassenheid te begeleiden. Daarvoor worden vijf belangrijke redenen genoemd:
1. Een jong vakgebied heeft een functie nodig die enkel het belang van dat vakgebied nastreeft. Een onafhankelijke inhoudelijke functie kan ervoor zorgen dat het belang van de burger en van het vakgebied centraal komen te staan bij uitvoering en kennisontwikkeling.
2. Op dit moment is er geen landelijk dekkende structuur die blijvend verantwoordelijkheid draagt voor het vakgebied van de geestelijke verzorging thuis.
3. Er moet een brug worden geslagen tussen de verschillende expertiseniveaus.
4. Een gezamenlijke landelijke onderzoeksagenda is nodig om te zorgen dat op de juiste gebieden onderzoek en productontwikkeling plaatsvindt.
5. Er is een brede behoefte aan een centrale kennisbank, waarin alle kennis op het gebied van geestelijke verzorging thuis is terug te vinden.
Het rapport adviseert over het hoofddoel en de belangrijkste taken van een expertisefunctie. Om van start te gaan reikt het rapport elementen, inrichtingscriteria en processtappen aan voor de korte termijn.
Reactie veldpartijen op het rapport
Het rapport is goed ontvangen door de geïnterviewden: leden van de stuurgroep en werkgroepen geestelijke verzorging thuis. Ook ZonMw is voorstander van het in het leven roepen van een expertisefunctie die relevante spelers bij elkaar brengt en kennis beschikbaar en toegankelijk maakt voor de praktijk, maar heeft een aantal overwegingen meegegeven. Het advies omvat namelijk taken waarvoor ZonMw in het leven is geroepen en die al worden uitgevoerd door dit kennis- en onderzoeksinstituut. Het gaat om onderzoeksprogrammering, het financieren van onderzoeksprojecten, het stimuleren van gebruik van kennis en het signaleren van onderzoekslacunes. In reactie op het commentaar van ZonMw heeft Zorgmarkten aangegeven dat het advies vooral gaat over de toekomst. Het rapport adviseert om de verantwoordelijkheid meer bij het veld te leggen en van een projectaanpak (VWS/ZonMw) naar een gestructureerde aanpak te gaan in het veld zelf.
Vervolgstappen
Ik zet met deze brief de eerste stap in het geadviseerde proces met het oog op het ontwikkelen van een expertisefunctie voor geestelijke verzorging thuis. Ik onderschrijf het hoofddoel, de taken en de inrichtingscriteria zoals geadviseerd in het rapport. Daarom zal ik op korte termijn een onafhankelijke procesbegeleider aanstellen met als taak de veldpartijen te ondersteunen bij het uitwerken van een meerjarenplan expertisefunctie geestelijke verzorging thuis, zodat er commitment is van betrokken partijen voor het inhoudelijke programma en de mogelijke toekomstige samenwerking met ZonMw.
Wel wil ik benadrukken dat het belangrijk is om dit proces zorgvuldig te doorlopen en dat dit tijd kost. De verwachting is dat de expertisefunctie niet voor 2023 van start kan gaan. Bovendien dient rekening gehouden te worden met de demissionaire status van het kabinet. Belangrijk is daarom dat het meerjarenplan een haalbaar en betaalbaar plan wordt. Vervolgstappen, waaronder het laten uitwerken van de best passende organisatievorm en financiering voor de expertisefunctie en het definitieve besluit over de inrichting en financiële bijdrage van de rijksoverheid, laat ik over aan een nieuw kabinet.
Ik zal uw Kamer in de loop van 2022 informeren over de ontwikkelingen en voortgang met betrekking tot de inrichting en opzet van de expertisefunctie geestelijke verzorging thuis.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge