WODC onderzoek 'Artikel 2.3 Wet forensische zorg in de praktijk'
Forensische zorg
Brief regering
Nummer: 2021D50335, datum: 2021-12-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-33628-87).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 33628 -87 Forensische zorg.
Onderdeel van zaak 2021Z23724:
- Indiener: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-01-18 13:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-01-20 13:00: Procedures en brieven (hybride) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-06-15 10:00: Gevangeniswezen en tbs (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2023-04-13 14:20: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
33 628 Forensische zorg
Nr. 87 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 december 2021
De Wet forensische zorg (Wfz) is op 1 januari 2019 in werking getreden. De schakelbepaling van artikel 2.3 Wfz is op 1 januari 2020 in werking getreden, tegelijk met de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) en de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd). Artikel 2.3 Wfz heeft als doel om de doorgeleiding van personen vanuit het strafrecht naar de reguliere zorg te faciliteren en daarmee de continuïteit van zorg te waarborgen. De strafrechter kreeg daarom de bevoegdheid om in verschillende fasen van het strafproces een zorgmachtiging of rechterlijke machtiging te verlenen.
Artikel 8.1 van de Wfz bepaalt dat binnen drie jaar na de inwerkingtreding een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk aan beide Kamers van de Staten-Generaal wordt gezonden. Het WODC voert de meerjarige evaluatie naar de Wfz uit. Hierbij bied ik u het eerste deelrapport aan1. Dit rapport geeft een eerste beeld van de toepassing van en ervaringen met artikel 2.3 Wfz.
Parallel aan deze evaluatie wordt in opdracht van de staatsecretaris van VWS de Wvggz en de Wzd geëvalueerd door het Amsterdam UMC en het Trimbos-instituut. De eerste fase van deze evaluaties wordt u separaat aangeboden, de tweede fase wordt in 2022 opgeleverd. Een integrale beleidsreactie op de evaluaties van de Wfz, de Wvggz en de Wzd is daarom aan een nieuw kabinet. Ik verwacht dat deze eind 2022 aan uw Kamer toegezonden zal worden.
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker
Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎