Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde Agenda JBZ-Raad 3-4 maart 2022 (onderdeel vreemdelingen en asiel)
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2022D07939, datum: 2022-02-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2022D07939).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.H. van Meenen, voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: P.F.L.M. Tielens-Tripels, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2022Z03505:
- Indiener: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
- Medeindiener: F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
- Medeindiener: E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-02-28 12:00: JBZ-Raad van 3 en 4 maart 2022 in Brussel (migratieonderwerpen) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-02-28 12:00: JBZ-Raad op 3 en 4 maart in Brussel (algemeen) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-03-08 15:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-03-17 14:30: Procedures en brieven (hybride) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-03-31 14:30: Procedures en brieven (hybride) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2023-04-13 14:20: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2022D07939 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de geannoteerde agenda voor de formele JBZ-Raad van 3 en 4 maart 2021 (Kamerstuk 32 317, nr. 747), over het fiche Herziening van de Schengengrenscode (Kamerstuk 22 112, nr. 3298) en het fiche Verordening aanpak instrumentalisering op het gebied van migratie en asiel.
De voorzitter van de commissie,
Van Meenen
De adjunct-griffier van de commissie,
Tielens-Tripels
Inhoudsopgave | blz. | ||
I. | Vragen en opmerkingen vanuit de fracties | 2 | |
1. | Vragen en opmerkingen vanuit de D66-fractie | 2 | |
2. | Vragen en opmerkingen vanuit de CDA-fractie | 6 | |
3. | Vragen en opmerkingen vanuit de SP-fractie | 7 | |
4. | Vragen en opmerkingen vanuit de GroenLinks SP-fractie | 9 | |
5. | Vragen en opmerkingen vanuit de ChristenUnie-fractie | 10 | |
6. | Vragen en opmerkingen vanuit de Volt-fractie | 11 | |
7. | Vragen en opmerkingen vanuit de SGP-fractie | 14 | |
II. | Reactie van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid | 14 |
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
1. Vragen en opmerkingen vanuit de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben de stukken gelezen en hebben daar nog een aantal vragen over.
Fiche: Herziening van de Schengengrenscode
De leden van de D66-fractie hebben de inzet van de Staatssecretaris gelezen op het gebied van de herziening van de Schengengrenscode. Zij zijn positief over de toevoeging in artikel 28 van het voorstel waarin de mogelijkheid gecreëerd wordt dat voortaan alleen op voorstel van de Europese Commissie (EC) binnengrenscontroles ingesteld kunnen worden als naar aanleiding van een bepaalde dreiging/crisis een gevaar is voor de openbare orde en nationale veiligheid van meerdere lidstaten. Zij lezen dat het aan lidstaten zelf blijft om dit besluit te nemen. Is de Staatssecretaris het met deze leden eens dat het beter is dit via de EC te coördineren, in plaats van dat lidstaten eigenstandig en mogelijk onnodig en/of onterecht hun grenzen eigenstandig sluiten? Zo nee, waarom niet?
De Staatssecretaris schrijft voorts dat hij al enige tijd met gelijkgezinde landen aan een sterker, toekomst- en crisisbestendiger Schengengebied werkt om de bestaande ruimte van vrij verkeer te behouden. Welke landen zijn dit en over welke zaken wordt met hen gesproken? Welke maatregelen worden overwogen en in hoeverre wil de Staatssecretaris enkel met deze landen op deze punten samenwerken of is het zijn bedoeling dit in de JBZ-raad naar voren te brengen om gezamenlijk beleid te creëren? Met welke gelijkgezinde landen heeft de Staatssecretaris verder uitgedragen dat binnengrenscontroles een uiterste redmiddel moeten blijven? Wat is het krachtenveld op dit punt? Deze leden zijn het eens dat er altijd voldoende waarborgen moeten zijn voor mensen die zoeken naar bescherming. Op welke manier wil de Staatssecretaris dat dit in het voorstel wordt gewaarborgd? Hoe gaat hij zich daarvoor inzetten? De Staatssecretaris stelt verder dat het instellen van binnengrenscontroles slechts als uiterste redmiddel mag worden ingezet. Aan welke situaties denkt de Staatssecretaris dat het proportioneel is een dergelijk middel in te zetten? In hoeverre wordt in de procedure om hiertoe te komen, ook een expliciete proportionaliteitstoets opgenomen? Zo nee, is de Staatssecretaris bereid zich hiervoor in te spannen? Deze leden zijn van mening dat fysieke binnengrenscontroles zeer onwenselijk zijn en deze zoveel mogelijk moeten worden voorkomen en dat strengere procedures moeten toezien op naleving van afspraken dat dit echt enkel als uiterste redmiddel wordt ingezet. Deze leden steunen dan ook de inzet van de EC dat een besluit dit te doen beter gemotiveerd moet worden.
De leden van de D66-fractie vragen hoe de Staatssecretaris aankijkt tegen het opnemen in de tekst van de mogelijkheid tot het bouwen van hekken. Deze leden zijn van mening dat dit niet expliciet in de tekst thuishoort. Lidstaten hebben al de bevoegdheid zelf te bepalen hoe zij hun grenzen beschermen. Deze leden zijn geen voorstander van het bekostigen van hekken en muren met Europees geld. Bovendien wijzen zij erop dat juist bij grensbewaking aandacht moet zijn voor het respecteren van mensenrechtenverdragen en internationale wet- en regelgeving, en dat dit in ieder geval gemarkeerd moet worden, ook in de tekst. Hoe kijkt de Staatssecretaris daarnaar?
Wat betreft de reisbeperkingen in het geval van een gezondheidscrises zijn deze leden van mening dat geliefden en familieleden altijd vrij moeten kunnen blijven reizen binnen de EU en naar de EU. Is de Staatssecretaris dit met deze leden eens en bereid zich hiervoor in te spannen? Wat vindt de Staatssecretaris van een uniform EU-uitvoeringsbesluit wat betreft reisbeperkingen bij gezondheidscrises? De leden van de D66-fractie zijn voorstander van zoveel mogelijk Europese uniformiteit, en dat zoveel mogelijk eenheid bijdraagt aan duidelijkheid, om de chaos op het gebied van grensbeperkingen gedurende de COVID-19 crisis in de toekomst te voorkomen.
Fiche: Verordening aanpak instrumentalisering op het gebied van migratie en asiel
De leden van de D66-fractie constateren dat, nadat de EC eerst een tijdelijk voorstel had gedaan voor noodsituaties, dit nu is omgezet naar een permanente noodprocedure. Deze leden hadden al eerder hun twijfels geuit over de verkondigde tijdelijkheid van de voorgestelde noodvoorstellen, en zien met dit permanente voorstel hun twijfels op dit punt bevestigd. Zij vragen de Staatssecretaris wat hij van deze werkwijze vindt. Voorts vragen zij zijn inschatting wat betreft de haalbaarheid van dit voorstel, gelet op het feit dat de noodvoorstellen het in CORPERER ook niet hebben gehaald. Het verschil met toen was dat het nu gaat om permanente voorstellen, maar deze leden zijn van mening dat dat niet het heikele punt was waarop destijds kritiek was van sommige lidstaten.
De leden van de D66-fractie lezen dat de terugkeerrichtlijn in voorliggend voorstel buitenwerking kan worden gesteld. Wel zijn lidstaten alsnog gebonden aan internationale verdragen en wet- en regelgeving. Het is bovengenoemde leden niet duidelijk wat daardoor de concrete betekenis is van het tijdelijk buitenwerking laten treden van de terugkeerrichtlijn. Wat zijn daarvan de precieze consequenties, in het geval hier gebruik van wordt gemaakt? Voorts vragen deze leden of zij goed begrijpen dat er geen democratische controle meer aan te pas komt als een lidstaat een beroep wil doen deze noodprocedure in werking te laten treden, aangezien zij lezen in het BNC-fiche dat hiervoor alleen goedkeuring nodig is vanuit de Europese Commissie en de Europese Raad. Ook vragen deze leden waarom de EC er niet voor heeft gekozen een impact assessment te doen op deze voorstellen. De voornoemde leden vragen tot slot op dit punt wat de Staatssecretaris bedoelt met de passage onder het kopje «inzet en beoordeling kabinet»: «Het kabinet merkt op dat oog moet worden gehouden voor mogelijke samenloop met solidariteitsmechanismen uit andere ontwerpverordeningen op het gebied van migratie, zoals de verordening inzake asiel- en migratiebeheer?».
Migratiepact
De leden van de D66-fractie constateren dat verder gesproken zal worden over de voortgang van het migratiepact. Deze leden blijven dit aanmoedigen en benadrukken dat dit van alle lidstaten wat zal vragen, en dat ook van alle lidstaten verwacht mag worden dat zij water bij de wijn doen, zeker als het gaat om kwesties als grensbewaking en relocatie. Is de Staatssecretaris dit met deze leden eens? Begrijpt de Staatssecretaris dat als lidstaten geen politieke toezegging willen doen om in geval van nood mee te helpen met relocatie, lidstaten die hier door getroffen zouden worden dan ook niet erg genegen zijn mee te werken als het bijvoorbeeld gaat om betere registratie aan de grens? Kunnen de leden van de D66-fractie ervanuit gaan dat de Staatssecretaris een open en constructieve houding op deze punten aan zal nemen in de komende JBZ-Raad? In hoeverre is de Staatssecretaris bereid een politieke toezegging te doen op het punt van relocatie, als daarvoor in ruil een goede grensregistratie tegenover staat? Is de Staatssecretaris voorts bereid op dit punt achteraf expliciet toe te lichten op welke wijze hij hier uitvoering aan heeft gegeven? Tot slot op dit punt constateren deze leden dat de recente zeer zorgelijke ontwikkelingen in Oekraïne, waarbij mogelijk vier miljoen Oekraïners hun land moeten ontvluchten, de noodzaak snel tot overeenstemming te komen over een gezamenlijk solidair en eerlijk Europees asielbeleid meer dan ooit onderstrepen. Deze leden zien de mogelijkheid dit momentum aan te grijpen om een doorbraak te forceren. Is de Staatssecretaris bereid zich hiervoor maximaal in te spannen om op een zo kort als mogelijke termijn overeenstemming te realiseren over de voorstellen die voorliggen op het gebied van gezamenlijk Europees asielbeleid?
De leden van de D66-fractie hebben vragen bij de voorstellen die door het Franse voorzitterschap worden gedaan op het punt van grensdetentie. Zij lezen dat iemand gedurende de screening maximaal vijf dagen in detentie mag worden geplaatst (10 dagen bij uitzondering). Alternatieven voor detentie (bv. huisarrest) hebben de voorkeur. Deze leden vragen toelichting op wat de mogelijke alternatieven zijn, en wat zij moeten voorstellen bij huisarrest voor een migrant die juist zijn thuis is ontvlucht. Deze leden willen erop aandringen dat er sprake is van daadwerkelijke alternatieven en willen weten op welke wijze de «voorkeur» voor deze alternatieven wordt geborgd. Wat betekent deze stap concreet voor het bestaan van kampen zoals Moria? Blijven deze nog mogelijk onder deze nieuwe voorstellen? Wat moeten de leden van de D66-fractie verstaan onder «voldoende lidstaten» als het gaat om solidariteit op het gebied van relocatie? Deze leden lezen dat Nederland nog niet haar standpunt heeft bepaald als het gaat om deelname aan een vrijwillig relocatiemechanisme. Deze leden gaan ervanuit dat de Staatssecretaris het voorstel van de EC op dit punt zal steunen, aangezien in het coalitieakkoord staat dat «in het geval van een humanitaire crisis of een fors hogere instroom van mensen (..), we samen [werken] met gelijkgezinde en ons omringende landen op het gebied van bewaken van de grenzen, relocatie en verdere operationele samenwerking». Deze leden vragen de Staatssecretaris dit te bevestigen.
Situatie Oekraïne
De leden van de D66-fractie kijken met afschuw naar de ontwikkelingen in Oekraïne en zijn in gedachten bij de Oekraïners. Zij verwerpen de agressie van de Russische president Poetin ten zeerste. Deze acties zorgen ervoor dat honderdduizenden Oekraïners op de vlucht moeten slaan. Deze leden steunen de regeringsleiders die zeggen dat we solidair moeten zijn met Oekraïne. Dit betekent wat deze leden betreft ook dat we solidair moeten zijn met Oekraïners die een vluchthaven zoeken in Europa en zij bepleiten dat Nederland hierbij een voortrekkersrol moet spelen. Want Nederland staat altijd open voor mensen die vluchten voor oorlog en geweld. Is de Staatssecretaris bereid deze voortrekkersrol op te pakken en zich ervoor in te spannen dat alle lidstaten Oekraïne gezamenlijk verwijderen van de lijst met veilige landen van herkomst? Deze leden zijn van mening dat juist nu Europese solidariteit essentieel is, en zien graag dat de EU gezamenlijk deze vluchtelingeninstroom gaat opvangen. Zij horen graag of de Staatssecretaris dit met hen eens is. Dit kabinet staat voor samenwerking met gelijkgezinde landen zoals Duitsland om tot oplossingen te komen op belangrijke thema’s zoals deze. Heeft de Staatssecretaris al contact met deze gelijkgezinde en omringende landen samen op te trekken als het gaat om het bepleiten van solidariteit, ook richting de JBZ-raad? Zo ja, wat is daarop de inzet? In dit kader verwijzen deze leden tevens naar het bestaan van de «Temporary Protection Directive» (TPD), die ingeroepen kan worden bij onverwachte vluchtelingenstromen en kan bijdragen aan herverdeling van vluchtelingen tussen de lidstaten. Deze leden hebben gelezen dat hierover gesproken is bij de spoed JBZ-raad van 27 februari jl. Kan de Staatssecretaris op dit punt het krachtenveld schetsen? Kan de Staatssecretaris voorts aangeven of hij bereid is bij de JBZ-raad van 3 en 4 maart ervoor te pleiten deze directive te activeren, zodat de lidstaten gezamenlijk een krachtig signaal kunnen geven en direct over kunnen gaan tot solidaire herverdeling op het moment dat dit noodzakelijk is? De implementatie van de TPD heeft veel voordelen om de druk op asielsystemen te verlichten en in de onderlinge samenwerking en solidariteit tussen lidstaten, maar deze leden hebben begrepen dat de procedure ook gecompliceerd is om te activeren. Deze leden vragen daarom of de Staatssecretaris alles wil doen om vanuit de Nederlandse zijde een snelle implementatie mogelijk te maken. Daarnaast hebben deze leden vernomen dat er verschillende voorstellen voorliggen om visavereisten voor Oekraïners te verlengen naar een tot maximaal drie jaar. Kan de Staatssecretaris hierop ingaan, wat ligt er precies voor, wat is de inzet van Nederland en wat is het krachtenveld?1 Is de Staatssecretaris bereid te pleiten voor een verlenging naar drie jaar?
Voorts zijn deze leden van mening dat solidariteit naast opvang in de lidstaten, ook kan bestaan uit financiële en operationele steun aan lidstaten die grenzen aan Oekraïne. Onder andere Duitsland en Finland hebben bijvoorbeeld al hulp toegezegd aan opvang aldaar. Is Nederland bereid zich hierbij aan te sluiten? Daarnaast vragen deze leden de Staatssecretaris toe te lichten welke voorbereidingen hij verder treft, zowel in Europees als in nationaal verband, om te reageren op de ontstane vluchtelingenstroom en humanitaire noodsituatie in Oekraïne. Kan hij tot slot ingaan hoe Frontex en het EU-Asielagentschap zich voorbereiden en welke rol zij gelet op de recente ontwikkelingen precies zullen innemen. Voorts vragen deze leden nog aandacht voor de mensenrechtensituatie aan de grens met Polen. Deze leden vinden het vanzelfsprekend dat wij mede-lidstaten helpen, maar krijgen graag de bevestiging dat de toegang van Frontex, ngo’s en media tot de grensgebieden voorwaardelijk is voor deze steun, zodat mensenrechten gewaarborgd kunnen worden. Kan de Staatssecretaris zich hiervoor inspannen bij de JBZ-raad?
Gouden paspoorten
De leden van de D66-fractie lezen dat het Europees Parlement (EP) een verbod op zogenaamde «gouden paspoorten» en de uitgifte van «gouden visums» wilt. Deze leden kunnen dit zeer steunen en vragen de Staatssecretaris zich bij de EC en tijdens de JBZ-Raad ervoor in te spannen dat de EC met wetgeving komt teneinde dit te realiseren.
Pushbacks
De leden van de D66-fractie blijven zeer verontwaardigd over de doorlopende pushbacks in verschillende lidstaten. Het recente bericht over een dubbele verdrinking voor de kust van Griekenland als gevolg van een pushback was wat deze leden betreft een nieuw dieptepunt.2 Deze leden dringen erop aan dat de gesprekken over misstanden in de grensgebieden juist ook nu onderwerp van gesprek dienen te blijven in Europese fora en horen graag van de Staatssecretaris hoe dit thema deze keer is besproken in de JBZ-raad. Ondertussen zien deze leden zeer uit naar de spoedige reactie van de Staatssecretaris op de rapporten van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) en de Commissie Meijers over pushbacks en hopen dat hij in deze reactie beargumenteerd, per aanbeveling kan aangeven welke zaken hij wel en welke hij niet overneemt en op welke termijn en wijze de Kamer terugkoppeling ontvangt over de te zetten stappen. Deze leden denken daarbij specifiek aan mogelijke aanpassingen in de verordening van Frontex.
2. Vragen en opmerkingen vanuit de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de stukken geagendeerd voor het schriftelijk overleg over JBZ-Raad van 3 en 4 maart 2022 in Brussel (onderdeel vreemdelingen en asiel) en danken de Staatssecretaris voor het verslag van de JBZ-raad van 27 februari.
Russische inval Oekraïne: EU bereidt zich voor op vluchtelingenstroom.
De leden van de CDA-fractie lezen dat er brede consensus is over het bieden van civiele bescherming van en hulp aan de Oekraïense bevolking. Het kabinet heeft ook hulp geboden en steun uitgesproken als het gaat om humanitaire hulp, ruimhartig beleid bij visaverzoeken en opvang. In hoeverre is het voor de bevolking helder waar ze in Europa hulp kunnen krijgen? Op welke manier is er coördinatie vanuit Europa om in de regio, dus heel Europa, Oekraïense vluchtelingen op te vangen?
Hoe wordt proactief zowel financieel als praktisch steun geboden aan de buurlanden van Oekraïne om een goede opvang op te zetten? Inmiddels lijken er al 400.000 vluchtelingen te zijn vanwege de oorlog tussen Rusland en Oekraïne. Kan de Staatssecretaris uiteen zetten waarom hij, in vergelijking met andere lidstaten, niet direct een noodzaak ziet voor inzet van de richtlijn tijdelijke bescherming?
Fiche: Herziening van de Schengengrenscode
De leden van de CDA-fractie begrijpen dat uitvoeringsgevolgen nader in kaart zullen moeten worden gebracht. Hoe lang verwacht de Staatssecretaris nodig te hebben de wijzigingen van werkprocessen, en de extra capaciteit dat het waarschijnlijk vergt van de betrokken diensten, aangepast te hebben? Op welke manier wil de Staatssecretaris ervoor zorgen dat in Europees verband gelijktijdig wordt opgetrokken zodat de genomen maatregelen ook daadwerkelijk uitgevoerd en gehandhaafd worden?
3. Vragen en opmerkingen vanuit de SP-fractie
Geannoteerde agenda
De leden van de SP-fractie zijn benieuwd naar de verwachtingen van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid met betrekking tot de vooruitgang in het asiel- en migratiepact. Denkt de Staatssecretaris dat concrete stappen kunnen worden gezet met betrekking tot het screening- en registratieproces? Daarnaast lezen deze leden in de agenda dat een groep lidstaten aandacht vraagt voor de migratiedruk in bestemmingslanden. Behoort Nederland tot deze groep? Zo nee, waarom niet?
Pushbacks
Wat is de reactie van de Staatssecretaris op het artikel «Griekse kustwacht zou migranten overboord zetten»? Gaat de Staatssecretaris zich over deze zeer ernstige beschuldiging laten informeren? Zo nee, waarom niet? Hoe ziet de Staatssecretaris de toekomstige samenwerking met Griekenland op het terrein van migratie voor zich als dit inderdaad plaats heeft gevonden?
Oekraïne
De leden van de SP-fractie maken zich zorgen over de Russische inval in Oekraïne en de gevolgen voor de bevolking aldaar. Er is al sprake van vluchtelingenstromen richting het westen. Tegelijkertijd gaf de Minister-President op 24 februari aan het vluchtelingenvraagstuk te bekijken binnen de bestaande kaders. Verwacht de Staatssecretaris dat dit nieuwe en acute vraagstuk ook op de JBZ-raad besproken zal worden? Zo nee, is de Staatssecretaris bereid het zelf ter tafel te brengen? Zo nee, waarom niet? Wat is dan de inbreng van Nederland? Is de Staatssecretaris bereid, in navolging van vele andere lidstaten, Oekraïense vluchtelingen op te vangen? Zo nee, waarom niet? Deelt de Staatssecretaris de mening dat als Nederland inderdaad vluchtelingen gaat opvangen dit zo spoedig mogelijk in werking zal moeten worden gesteld in verband met de dreigende tekorten in de asielopvang zoals die al voor de Russische inval in Oekraïne bestond en dus mogelijk nog nijpender wordt? Daarnaast vragen de leden van de SP-fractie of Oekraïne nog altijd als veilig land wordt aangemerkt? Is de Staatssecretaris bereid een besluit- en vertrekmoratorium voor Oekraïne in te voeren? Zo nee, waarom niet?
Wit-Rusland
De leden van de SP-fractie lezen dat de afgelopen dagen het aantal migranten aan de Wit-Russische grens is toegenomen. Kan de Staatssecretaris dat bevestigen? Zijn Polen, Litouwen en Letland nu wel adequaat voorbereid, desnoods met hulp van andere lidstaten, de migrantenstromen het hoofd te bieden?
Fiche 2: Verordening aanpak instrumentalisering op het gebied van migratie en asiel
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van het voorstel van de Europese Commissie (EC) de instrumentalisering van migratie en asiel aan te pakken. Zij hebben hierover diverse vragen.
De leden van de SP-fractie kunnen zich de situatie aan de Pools-Wit-Russische grens aan het eind van de zomer 2021 nog goed herinneren en vroegen hierboven al of er nu ook weer sprake is van een toename. Dat leidt tot de volgende vragen. De EC stelt nu een noodprocedure voor met betrekking tot migranten. Maar welke maatregelen neemt de EC en kunnen lidstaten nemen tegen het derde land dat migranten instrumentaliseerd? Hoe worden die landen aangepakt en hoe wordt überhaupt instrumentalisering van migranten voorkomen? Is de Staatssecretaris bereid zich in te spannen dat er altijd vrije toegang is voor hulpverleners en journalisten? Zo nee, waarom niet?
De leden van de SP-fractie vragen of de Staatssecretaris kan uitleggen hoe «migratiestromen worden gebruikt om de Europese Unie en haar lidstaten te destabilisieren»? Hoe werkt het in de praktijk dat migranten een land destabiliseren? Daarnaast lezen de leden van de SP-fractie dat migranten voor politieke doeleinden worden gebruikt, maar heeft dit volgens de Staatssecretaris ook gevolgen voor de asielmotieven van de betreffende migranten of het recht op asiel van die migranten, met andere woorden: de asielaanvraag van deze migranten kan toch nog steeds gegrond en oprecht zijn? Waarom wordt een onderscheid gemaakt tussen derde landen die verkeerde bedoelingen zouden hebben met het faciliteren van migratiestromen en mensensmokkelaars die ook verkeerde bedoelingen hebben? Waarom moeten de migranten in de eerste categorie anders worden behandeld? Kan de Staatssecretaris dit toelichten?
Is bij instrumentalisering van migranten altijd sprake van grote aantallen migranten of kan het ook om de instrumentalisering van één migrant gaan? Indien het antwoord ja is, is deze verordening in het perspectief van de Staatssecretaris ook nodig voor één migrant?
Kan de Staatssecretaris aangeven waarom hij meent dat bij de instrumentalisering van migranten de noodzaak bestaat tot een noodprocedure te komen? Welk probleem lossen langere registratietermijnen op en weegt dit wel op tegen de belangen van de migranten voor een snelle behandeling van hun verzoeken? Hoe moeten lidstaten bepalen welke migranten voorrang zouden moeten krijgen bij verlengde registratietermijnen omdat hun verzoeken waarschijnlijk wel gegrond zijn? Welke problemen lost het aan de grens beslissen over ontvankelijkheid of gegrondheid van verzoeken van migranten op en hoe weegt dat op tegen de belangen van de migranten? Welk doel dient het beperken van de grensdoorlaatposten en registratiepunten? Kan de Staatssecretaris uitleggen waarom de EC meent dat instrumentalisering van migranten, onafhankelijk van de grootte van de migratiestromen, leidt tot onveiligheid in EU-lidstaten?
De leden van de SP-fractie lezen dat de noodprocedure het recht op asiel behoudt en het beginsel van non-refoulement eerbiedigt. Bovendien zouden de internationale rechten van migranten beschermd zijn. Maar kan de Staatssecretaris uitleggen hoe het recht op rechtsbijstand en bijstand in de eigen taal gewaarborgd zijn wanneer de migrant zich effectief in een derde land bevindt ten tijde van de procedure? Kan de Staatssecretaris uitleggen of een lidstaat de noodprocedure voor een hele lidstaat laat gelden of dat er ook gedifferentieerd kan worden tussen diverse landsgrenzen? Denkt de Staatssecretaris ook dat het mogelijk moet kunnen zijn te differentiëren bijvoorbeeld in het hypothetische voorbeeld dat Kroatië wordt geconfronteerd met geïnstrumentaliseerde migrantenstromen uit Servië, maar met reguliere migrantenstromen uit Bosnië-Herzegovina? Is het in een dergelijk hypothetisch geval strikt noodzakelijk ook de noodprocedure aan de grens met Bosnië-Herzegovina toe te passen?
Kan de Staatssecretaris bevestigen dat de noodprocedure niets veranderd aan de mogelijkheden om vreemdelingen in bewaring te nemen? Zo nee, waarom niet? Welke bijdrage is er voor Europol weggelegd?
4. Vragen en opmerkingen vanuit de GroenLinks-fractie
De leden van de fractie van GroenLinks zijn geschokt door de gebeurtenissen in Oekraïne van de afgelopen dagen. Zij verwelkomen de uitlatingen van de Staatssecretaris, dat vluchtelingen uit Oekraïne ruimhartig worden opgevangen en dat Oekraïners met een visum op verlenging kunnen rekenen. Daarnaast hebben deze leden kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris waarin wordt meegedeeld dat Oekraïne niet langer als veilig land van herkomst wordt beschouwd en dat een besluit- en vertrekmoratorium wordt ingesteld. Deze leden dringen er met klem bij de Staatssecretaris op aan zo snel mogelijk een concreet opvangplan aan te bieden. De beelden van wachtende vluchtelingen aan de EU-buitengrenzen zijn schrijnend en Nederland moet een actieve bijdrage leveren deze humanitaire noodtoestand het hoofd te bieden. Wat vindt de Staatssecretaris van de enorme wachttijden voor vluchtelingen bij de EU-buitengrenzen, gesproken wordt over wachttijden van 30 uur bij de Poolse grens? Is al zicht hoe de EU van plan is de opvang van Oekraïense vluchtelingen vorm te geven?
De Staatssecretaris heeft aangegeven dat vluchtelingen die in Nederland aankomen bescherming krijgen. Maar dit betekent wel dat vluchtelingen die naar Nederland willen komen zelf naar Nederland moeten afreizen en hiervoor de middelen moeten hebben. Gaat Nederland ook actief inventariseren of zij vluchtelingen die nu worden opgevangen aan de Europese buitengrenzen kan opvangen en inzetten op relocatie? Zo ja, hoeveel Oekraïense vluchtelingen is Nederland bereid op te nemen? Gaat de EU evacuatievluchten aanbieden voor Oekraïense vluchtelingen die willen doorreizen naar andere EU-lidstaten? Is de Staatssecretaris bereid hiertoe op te roepen in de komende JBZ-Raad?
Daarnaast vragen de leden van de fractie van GroenLinks concrete beleidslijnen voor de verlening van asielbescherming; wordt bijvoorbeeld voorzien in versnelde asielverlening voor Oekraïners en worden Oekraïners met een visum gewezen op de mogelijkheid van asielbescherming? Krijgen Oekraïners met een visumstatus gelijke bescherming en toegang tot dezelfde voorzieningen als mensen met een tijdelijke bescherming?
Golden visa’s
De leden van de GroenLinks fractie hebben vernomen dat het Franse voorzitterschap ook heeft opgeroepen tot het aanpakken van de praktijk van gouden paspoorten voor Russische oligarchen. Is de Staatssecretaris het met deze leden eens dat dit het moment is om überhaupt een verbod op het uitgeven van gouden paspoorten te bepleiten?
Nu moet naar het oordeel van de leden van de fractie van GroenLinks blijken dat de Europese Unie vooral ook een waardengemeenschap is, die in tijden van internationale dreiging veiligheid en asielbescherming biedt aan hen die dat behoeven, in dit geval de te verwachten vluchtelingen uit Oekraïne. Wat is de Nederlandse inzet op de noodzakelijke solidariteit met EU-lidstaten die vermoedelijk met vluchtelingenstromen geconfronteerd zullen worden? Zal het belang worden benadrukt dat de toegang tot de Europese Unie voor effectieve asielbescherming gewaarborgd moet zijn en dat Nederland bereid is een evenredige bijdrage te leveren door vluchtelingen vanuit Oekraïne in Nederland op te vangen?
De voornoemde leden maken zich al langer zorgen over de wijze waarop de EU-buitengrenzen worden bewaakt. Nederland neemt deel aan het grensbewakingsagentschap Frontex, maar onduidelijk blijft of, en zo ja, in hoeverre mensenrechtenschendingen zoals bijvoorbeeld de zgn. pushbacks adequaat worden bestreden. Deze leden zijn geschrokken van het persbericht van UNHCR van 21 februari 2022 dat aan de Europese grenzen het geweld en de mensenrechtenschendingen toeneemt en spreekt van moreel onaanvaardbare toestanden tegen migranten aan de Europese buitengrenzen. Wat is de reactie van de Staatssecretaris op dit persbericht? Is hij bereid aan te dringen op openbaarmaking van de tot nu toe verschenen onderzoeken, rapportages e.d. die raken aan het functioneren van Frontex? Kan hij aangeven wanneer de Kamer de beloofde reactie ontvangt op het ACVZ-rapport over de Nederlandse verantwoordelijkheid voor pushbacks, waarbij hij ook motie-Kröger (32.317, nr. 739) zou betrekken?
De leden van de GroenLinks fractie hebben vernomen dat het rapport van Europees bureau van fraudebestrijding over het functioneren van het management van Frontex, pushbacks en klachten over intimidatie op de werkvloer, afgelopen vrijdag is besproken in de Management Board. Wat is de reactie van de Staatssecretaris op de conclusies in dit rapport? Is de Staatssecretaris het met deze leden eens dat het in het publieke belang is delen van dit rapport openbaar te maken? Wat zal de positie zijn van Nederland als er zou dienen te worden gestemd over de openbaarmaking van dit rapport? Is de Staatssecretaris bereid dit rapport over het functioneren van Frontex met de Kamer te delen?
5. Vragen en opmerkingen vanuit de ChristenUnie-fractie
De leden van de Tweede Kamerfractie van de ChristenUnie hebben kennisgenomen van de stukken op de agenda voor het schriftelijk overleg over de JBZ-Raad voor wat betreft de onderwerpen asiel en migratie. Zij hebben daarover enkele vragen.
Ten aanzien van de verwachte aantallen vluchtelingen uit de Oekraïne vragen deze leden hoe de Staatssecretaris zich voorbereidt op de eventuele komst van vluchtelingen en welke voorbereidingen worden getroffen om de landen aan de grenzen met Oekraïne bij te staan.
Is de Staatssecretaris het met deze leden eens dat het Franse voorstel voor een vrijwillige samenwerking van voldoende lidstaten op het gebied van relocatie overeenkomt met de afspraken die daarover in het coalitieakkoord gemaakt zijn? Welke voorwaarden wil de Staatssecretaris hieraan stellen? Welk tijdpad staat het Franse voorzitterschap voor ogen bij de stapsgewijze behandeling van de migratieplannen? Wanneer verwacht de Staatssecretaris een beslissing over de eerste stap? Kan de Staatssecretaris tijdens de JBZ-Raad vragen naar een voorzien tijdspad voor de behandeling van alle stappen?
Hoe denkt de Staatssecretaris over het plan voor een gremium binnen de JBZ-Raad om de Europese druk op herkomstlanden te coördineren? Ziet hij mogelijkheden vanuit dit gremium namens de Raad met landen als Marokko overleg over het terugnemen van onderdanen aan te gaan?
Deze leden zouden ook willen weten of de Staatssecretaris bekend is met de kritiek van UNHCR op Griekenland over push backs?3 Welke conclusies trekt hij hieruit? Zijn de berichten over push backs door Griekenland of andere EU-lidstaten waar de UNHCR over spreekt, slechts berichten of vertegenwoordigen deze berichten ook feiten? Wanneer is volgens de Staatssecretaris sprake van feiten waar hij ook op zou moeten handelen? Vindt de Staatssecretaris het voldoende bij iedere JBZ-Raad te verklaren dat push backs niet toegestaan zijn of overweegt hij nu ook andere acties, al dan niet in samenwerking met andere lidstaten?
Deelt de Staatssecretaris het inzicht met deze leden dat de push backs mede het gevolg zijn van het uitblijven van maatregelen de lasten van de opvang voor landen als Griekenland te verdelen over verschillende Europese lidstaten? Zo nee, wat is dan de oorzaak van de voortdurende stroom berichten over push backs?
Kan de Staatssecretaris deze leden toelichten wat de toegevoegde waarde is van de Schengenraad? Bent u bereid instemming met dit voorstel uit te stellen tot dit uitgebreider in de Kamer besproken is, zeker gezien de zeer summiere toelichting in het verslag van het schriftelijk overleg (Kamerstuk 32 317, nr. 738)? Zo nee, waarom niet?
6. Vragen en opmerkingen vanuit de Volt-fractie
De leden van de Volt-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de JBZ-Raad van 3 en 4 maart 2022. Omdat naar verwachting deze JBZ-Raad ook gebruikt zal worden om een gezamenlijke reactie te formuleren op de vluchtelingenstroom vanuit Oekraïne als gevolg van het conflict met Rusland hebben deze leden ook de vrijheid genomen daarover enkele vragen te stellen aan de Staatssecretaris, alvorens hierover positie wordt ingenomen door Nederland in Raadsverband. Verder hebben deze leden ook enkele vragen met betrekking tot de zaken die voorliggen.
Herziening Schengengrenscode
De Staatssecretaris geeft aan dat verschillende lidstaten vragen hebben gesteld over de gebruikte definities en de beoogde betekenis van bepaalde terminologie. Het gebruik van bepaalde definities en de betekenis van terminologie zijn vaak de sleutel tot de politieke betekenis en implementatie van een voorstel. Kan de Staatssecretaris daarom uiteenzetten: Over welke definities en terminologie lidstaten hun zorgen hebben uitgesproken? Wat was de bijdrage van Nederland in deze discussie? Heeft Nederland ook zorgen geuit over bepaalde definities en terminologie, en zo ja, kan de Staatssecretaris uitweiden over welke zorgen dit zijn?
In het BNC-fiche geeft de Staatssecretaris aan dat specifiek de definitiebepaling van instrumentalisering duidelijker zou moeten worden geformuleerd. Kan de Staatssecretaris aangeven wat wordt verstaan onder een «heldere definitie»? Welke elementen horen daarbij? Kan de Staatssecretaris aangeven of er naast de definitiebepaling van instrumentalisering nog andere terminologie was waar Nederland zorgen over heeft geuit?
Verder geeft de Staatssecretaris aan dat lidstaten zich zorgen maken over de verzwaring van administratieve lasten, alsook dat naar verwachting verdeeldheid heerst over het besluitvormingsproces voor het nieuwe mechanisme voor herinvoering van de binnengrenscontroles. In het BNC-fiche geeft de Staatssecretaris tegelijkertijd aan door wie wordt besloten dat er sprake is van een situatie van instrumentalisatie en welke procedure er van toepassing moet zijn als er grensmaatregelen ingezet moeten worden. De Staatssecretaris meent ook dat de Raad hierin primair een verantwoordelijkheid heeft.
Heeft de Staatssecretaris gelijksoortige zorgen over de procedure voor de besluitvorming met betrekking tot instrumentalisatie als voor het besluitvormingsproces voor de herinvoering van binnengrenscontroles? Zo ja, waarom is de Staatssecretaris van mening dat de besluitvorming bij de Raad zou moeten liggen en niet bijvoorbeeld bij de EC? Hoe zouden in dat geval de blokkades zoals tijdens de coronapandemie voorkomen kunnen worden? Zo nee, hoe verschillen de zorgen? Zijn de zorgen van andere lidstaten van een gelijkaardige aard? Zo nee, kan de Staatssecretaris een overzicht van het krachtenveld geven met betrekking tot de specifieke zorgen over het besluitvormingsproces in beide gevallen? Kan de Staatssecretaris uiteenzetten waarom er zorgen zijn over de verzwaring van de administratieve lasten? Gaat dit specifiek over de extra vereisten van de EC voor het verantwoorden van het invoeren van binnengrenscontroles? Zo ja, welke alternatieven ziet Nederland hiervoor?
Verder geeft de Staatssecretaris aan dat zijn prioriteiten liggen in het versterken van de buitengrenzen, het versterken van het toezicht en controle aan de binnengrenzen, het verbeteren van analyse en risicogestuurde monitoring van (irreguliere) grensoverschrijdingen van personen aan de binnengrenzen en buitengrenzen, het versterken van de governance van het Schengengebied en het versterken van waarborgen in tijden van crises. Ten aanzien van dit laatste punt acht de Staatssecretaris het van belang dat de Schengengrenscode een handelingsperspectief biedt voor het tegengaan van grootschalige secundaire migratiestromen binnen het Schengengebied, waarbij binnengrenscontroles als laatste redmiddel een mogelijkheid zijn. In het kader van dat laatste geeft de Staatssecretaris aan in het BNC-fiche, dat de uitvoering wordt verduidelijkt op basis van de Terugkeerrichtlijn en de Dublin-verordening. Het is echter alleen mogelijk om te bepalen of een asielzoeker een secundaire migrant is door diegene de asielprocedure te laten doorlopen en een individuele afweging te maken. Daarnaast bestaat het gevaar dat asielzoekers op deze manier teruggestuurd worden naar landen waarvan het bekend is dat er pushbacks worden uitgevoerd aan de buitengrenzen, waardoor zij hiervan slachtoffer worden. Zal de Staatssecretaris in Raadsverband ervoor pleiten extra waarborgen in te bouwen, opdat een individueel proces, in lijn met het Europese asiel acquis, gegarandeerd wordt ook wanneer een vermoeden is van secondaire migratie? Zo ja, hoe? Zal de Staatssecretaris pleiten voor extra waarborgen om ervoor te zorgen dat asielzoekers niet terecht komen in landen waar pushbacks worden uitgevoerd? Zo ja, voor welke waarborgen zal Nederland zich inzetten in de onderhandelingen?
Welke maatregelen zal Nederland voorstellen om bij het versterken van de buitengrenzen tegelijkertijd ervoor te zorgen dat ook voldoende controlemechanismen ingebouwd zijn om er zeker van te zijn dat Europese landen zich niet schuldig maken aan praktijken die de fundamentele rechten van de mens schenden, zoals pushbacks? Is de Staatssecretaris voorstander van het inzetten van de EAA of de FRA om constante monitoring uit te voeren? Kan de Staatssecretaris ook uitweiden hoe deze waarborgen gegarandeerd zullen worden in het kader van de aanbeveling over operationele politiesamenwerking, waarbij irreguliere migranten zonder proces worden overgedragen aan een andere lidstaat als er «een duidelijke aanwijzing is dat de persoon die aan de binnengrenzen is aangetroffen in het kader van grensoverschrijdende operationele politiesamenwerking uit een andere lidstaat komt»? Kan de Staatssecretaris daar tegelijkertijd bij aangeven wat Nederland verstaat onder «een duidelijke aanwijzing»?
Algemene stand van zaken Schengenzone
De Staatssecretaris geeft aan dat Nederland voorstander is van de oprichting van de Schengenraad. Er zijn echter een aantal onduidelijkheden over de bevoegdheden en het mandaat van deze Raad. Daarom hebben deze leden daarover de volgende vragen. Kan de Staatssecretaris toelichten hoe de democratische verantwoording en transparantie zullen zijn geregeld voor de Schengenraad? Zal dat op dezelfde manier worden georganiseerd als bij de JBZ-Raad zelf? Zal de Schengenraad in beginsel in het openbaar bijeenkomen? Wat voor soort debatten worden achter gesloten deuren gevoerd? Aan wie zal de Schengencoördinator democratische verantwoording afleggen? Heeft de Staatssecretaris al enig idee bij wie de taak van de Schengencoördinator zal komen te liggen?
Kan de Staatssecretaris een eerste indicatie geven over de rol van de Raadscoördinator en de verhouding tussen de Raadscoördinator en de EC? Hoe verhoudt het aanstellen van een Schengen Coördinator op Raadsniveau zich tot de meer gecoördineerde en geïntegreerde Schengenaanpak op Europees niveau? Met andere woorden, betekent dit dat lidstaten akkoord gaan met een intergouvernementele in plaats van supranationale Schengencoördinatie? Wat is de positie van Nederland hierin? Kan de Staatssecretaris toezeggen de Kamer te zullen informeren over de Schengenraad op eenzelfde manier als nu gebeurt over de JBZ-Raad? Kan de Staatssecretaris toezeggen dat de stukken van de Schengenraad, gelijk de JBZ-Raad, raadpleegbaar zullen zijn in EU Delegates Portal? Kan de Staatssecretaris toezeggen in het Verslag van de JBZ-Raad te rapporteren over de institutionele inrichting van de Schengenraad?
Schengenevaluatiemechanisme
De Staatssecretaris geeft aan hierin de rol van de Raad te willen versterken. Dit ondermijnt echter de afdwingbaarheid van de aanbevelingen, omdat de EU en de lidstaten elkaar niet verantwoordelijk kunnen houden. Zal Nederland voorstellen doen teneinde ervoor te zorgen dat aanbevelingen als gevolg van de evaluaties van de EC en deskundigen van lidstaten verplicht uitgevoerd moeten worden? Zo ja, welke? Hoe zullen deze voorstellen ervoor zorgen dat lidstaten de aanbevelingen uitvoeren? Hoe wordt hierbij afdwingbaarheid gegarandeerd?
Voortgang Asiel- en Migratiepact
De Staatssecretaris schrijft in de geannoteerde agenda dat Nederland inzet op structurele Europese verbeteringen en structurele solidariteit hand in hand gaan in een situatie waarin alle lidstaten verantwoordelijkheid nemen. Tegelijkertijd zet het Franse voorzitterschap in de eerste stappen in op een solidariteitsregeling waarbij lidstaten op vrijwillige basis asielzoekers uit elkaars landen opvangen, alsook grensprocedures waarbij alleen een eerste check plaatsvindt. Kan de Staatssecretaris een appreciatie geven van deze voorstellen in het kader van de Nederlandse inzet? Tot hoe ver zal Nederland zich constructief opstellen? Met andere woorden, waar ligt de grens voor constructiviteit en waar kan Nederland niet meer mee akkoord gaan?
De Staatssecretaris geeft een uitgebreide beschrijving van de diverse interpretaties van solidariteit, waarbij ingegaan wordt op diverse vormen van ondersteuning, waaronder capaciteitsopbouw, financiële steun alsook een tijdelijk relocatiemechanisme. Daarnaast wordt aangegeven dat bij het vormgeven van zo’n mechanisme en alvorens te besluiten over eventuele toekomstige Nederlandse deelname aan zo’n mechanisme, acht Nederland zorgvuldigheid van groot belang, met name ten aanzien van de voorwaarden waaronder relocatie plaatsvindt en wie mogelijk tot de herplaatsingsdoelgroep zou kunnen behoren. Kan de Staatssecretaris uiteenzetten wat Nederland verstaat onder een tijdelijk relocatiemechanisme? Kan de Staatssecretaris daarbij aangeven waarom Nederland louter onderdeel zou willen zijn van een tijdelijk relocatiemechanisme? Welke voorwaarden zou Nederland graag zien voor relocatie?
Wie zou volgens Nederland tot een herplaatsingsdoelgroep kunnen behoren? Welke vluchtelingen komen daarvoor in aanmerking? Hoe zou dit bepaald moeten worden? Welke voorstellen zal de Staatssecretaris daartoe doen in Raadsverband? Welke lidstaten pleiten voor andere vormen van solidariteit dan relocatie?
7. Vragen en opmerkingen vanuit de SGP-fractie
De leden van de SGP-fractie constateren dat mogelijk gekozen wordt voor een stap-voor-stapbenadering. Klopt het, dat Frankrijk als eerste stap nu lijkt in te zetten op een solidariteitsregeling waarbij lidstaten op vrijwillige basis asielzoekers uit elkaars landen opvangen? Vindt de Staatssecretaris niet dat het solidariteitsmechanisme een instrument zou moeten zijn dat echt pas als allerlaatste wordt ingezet, als ook terugkeer en grensprocedure op orde zijn? Is de Staatssecretaris het met deze leden eens dat ten aanzien van terugkeer en grensprocedure in Europees verband nog veel werk aan de winkel is en dat dit daarom als een van de eerste elementen moet worden aangepakt? Wat doet de Staatssecretaris met de Europese collega’s eraan hier concrete stappen in te zetten? Voornoemde leden vragen wat de stand van zaken is ten aanzien van de nieuwe terugkeerrichtlijn, en de voortgang van het proces in het Europees Parlement bij de behandeling van deze richtlijn. Wat is daarbij de stand van zaken ten aanzien van de Nederlandse inzet om de mogelijkheden voor gedwongen terugkeer of vreemdelingendetentie te verruimen?
De leden van de SGP-fractie vragen of de Staatssecretaris nog steeds inzet op het verplicht stellen van het afhandelen van de hele asielprocedure voor kansarme asielaanvragen aan de Europese buitengrens. Dit is in hun ogen van belang voor een snelle en efficiënte afhandeling van asielaanvragen.
II. Reactie van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
https://twitter.com/bbckatyaadler/status/1498017173792514051?s=24; https://twitter.com/JaapJansen/status/1498021362635612165?s=20&t=CnCgbu-ES9NIgNGvMNr3uQ.↩︎
https://www.theguardian.com/global-development/2022/feb/17/its-an-atrocity-against-humankind-greek-pushback-blamed-for-double-drowning.↩︎
https://www.unhcr.org/news/press/2022/2/62137a284/news-comment-unhcr-warns-increasing-violence-human-rights-violations-european.html.↩︎