Uitstel beantwoording vragen van het lid Eerdmans over de start en het effect van handhaving van de Wet DBA
Mededeling (uitstel antwoord)
Nummer: 2022D12330, datum: 2022-03-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20212022-2267).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2022Z03962:
- Gericht aan: C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Gericht aan: M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Indiener: B.J. Eerdmans, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (đ origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2267
Vragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de start en het effect van handhaving van de Wet DBA (ingezonden 2Â maart 2022).
Mededeling van Minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 29Â maart 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met signalen uit verschillende sectoren (zoals overheden en hoger onderwijs) dat opdrachtgevers, in afwachting van een op handen zijnde start van de handhaving van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (Wet DBA), nu al contracten met zelfstandige ondernemers opschorten, annuleren of verbreken?
Vraag 2
Deelt u het inzicht dat de huidige onduidelijkheid, die wordt versterkt door het ontbreken van een duidelijk toetsingskader, tot inperking leidt van de ondernemersvrijheid van zelfstandigen?
Vraag 3
Deelt u de mening dat zelfstandigen zonder personeel (zzpâers) zwaar zijn getroffen door de coronacrisis en dat alles op alles moet worden gezet om obstakels in de bedrijfsvoering, ook met betrekking tot onduidelijkheid over hun rechtspositie, uit de weg te ruimen?
Vraag 4
Hoe kijkt u aan tegen de constatering dat misstanden rond zzpâers zich toespitsen op een klein deel van de zelfstandig ondernemers in bepaalde sectoren, waar gerichte inspectie uitkomst kan bieden, terwijl onverkort en breed handhaven van de Wet DBA zonder dat duidelijke criteria voorhanden zijn alleen voor maar onrust zorgt?1
Vraag 5
Deelt u het inzicht van de Kamer dat het creëren van een eigen rechtspositie voor de zelfstandige ondernemers een belangrijk deel van de oplossing biedt, zeker nu de beoogde duidelijkheid die de Wet DBA zou moeten bieden voor steeds meer onduidelijkheid en onzekerheid zorgt?
Vraag 6
Wat is de stand van zaken rond de uitvoering van de Kamerbreed aangenomen motie van het lid Eerdmans van 23Â september 2021 over een wettelijke regeling voor zelfstandig ondernemerschap die de rechtspositie van zzpâers in alle relevante aspecten vastlegt?2
Vraag 7
Bent u bereid contact op te nemen met de vertegenwoordigers van zzpâers zodat hun inbreng kan worden meegenomen bij het opstellen van een eigen rechtskader?
Mededeling
Hierbij deel ik u mede dat de beantwoording van de Kamervragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de start en het effect van handhaving van de Wet DBA niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is omdat er meer tijd nodig is voor de benodigde afstemming.