Ontwerpbesluit Derdenbesluit BRP
Modernisering Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA)
Brief regering
Nummer: 2022D25687, datum: 2022-06-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27859-158).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Beslisnota inzake ontwerpbesluit Derdenbesluit BRP
- Besluit tot wijziging van het Besluit basisregistratie personen in verband met het aanwijzen van een tweetal werkzaamheden met gewichtig maatschappelijk belang en het beëindigen van de verstrekkingsbeperking voor verstrekkingen aan zorginstellingen
Onderdeel van kamerstukdossier 27859 -158 Modernisering Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA).
Onderdeel van zaak 2022Z12439:
- Indiener: A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2022-06-21 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-06-29 12:00: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (i.v.m. plenaire overlap op donderdag 30 juni verplaatst naar woensdag 29 juni) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2022-09-07 14:00: Ontwerpbesluit Derdenbesluit BRP (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-10-05 13:40: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
27 859 Modernisering Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA)
Nr. 158 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 juni 2022
Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit Derdenbesluit BRP.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 3.3, vierde lid, Wet BRP) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.
Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
In dit ontwerpbesluit worden – kort samengevat – twee nieuwe werkzaamheden aangewezen als werkzaamheden met een gewichtig maatschappelijk belang ten behoeve waarvan systematisch gegevens uit de basisregistratie personen kunnen worden versterkt. Deze werkzaamheden worden uitgevoerd door klinisch genetische centra en levensverzekeraars en natura-uitvaartverzekeraars. Voor de volledige inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik naar de ontwerpnota van toelichting.
Een eerdere versie van het ontwerpbesluit is tussen 27 juli 2021 en 7 september 2021 gepubliceerd op www.internetconsultatie.nl. In die versie waren ook werkzaamheden uitgevoerd door het Informatieknooppunt Zorgfraude (IKZ) en banken opgenomen. Het aanwijzen van deze twee werkzaamheden is op dit moment echter niet aan de orde gebleken. Daarom zijn ze niet in het ontwerpbesluit opgenomen. In paragraaf 5 van de ontwerpnota van toelichting wordt hierop ingegaan.
Per brief van 10 september 2021 heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken van de Tweede Kamer verzocht de Autoriteit Persoonsgegevens (de AP) om advies te vragen. Aan dit verzoek heb ik voldaan. De AP heeft op 2 december 2021 advies uitgebracht.1 In paragraaf 5.3 van de ontwerpnota van toelichting wordt uitgebreid ingegaan op het advies en de wijze waarop daaraan opvolging is gegeven. Verder is mij door de commissie verzocht het Derdenbesluit BRP na ommekomst van het advies van de AP en de Raad van State maar vóór inwerkingtreding van het besluit, vergezeld van genoemde adviezen nogmaals aan de commissie toe te zenden zodat de Tweede Kamer deze adviezen krijgt. Met dit verzoek ontstaat de facto een tweede moment van gecontroleerde delegatie. Dit vind ik onwenselijk. De wetgever heeft er in de Wet BRP voor gekozen een procedure van gecontroleerde delegatie te introduceren waarin het ontwerp bij de Kamers wordt voorgehangen voorafgaand aan aanbieding aan de Raad van State ter advisering. Deze keuze volg ik met deze brief.
In deze voorhangprocedure bestaat maximale flexibiliteit om rekening te houden met opmerkingen vanuit het parlement. Verder wil ik erop wijzen dat het advies van de AP reeds openbaar is en de adviezen van de Raad van State sinds de inwerkingtreding van de Wet open overheid korte tijd na vaststelling daarvan openbaar worden gemaakt. Omdat ik de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken wel wil voorzien in de vraag naar informatie, zal ik u informeren over het moment dat het advies van de Raad van State over het Derdenbesluit BRP openbaar is, zodat de leden zich daarvan op de hoogte kunnen stellen.
Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties,
A.C. van Huffelen
Te raadplegen op https://www.autoriteitpersoonsgegevens.nl/sites/default/files/atoms/files/advies_wijziging_brp_derdenverstrekking.pdf↩︎