Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de reactie op verzoek commissie over de nieuwe documentaire ‘Remco vs. Pharma’ (Kamerstuk 29477-784)
Geneesmiddelenbeleid
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2022D38556, datum: 2022-09-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B.M.G. Smals, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: J. Bakker, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2022Z15608:
- Indiener: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-09-07 10:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-09-07 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-09-28 14:00: Reactie op verzoek commissie over de nieuwe documentaire ‘Remco vs. Pharma’ (TK 29477-784) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-11-16 10:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-11-30 14:00: NADER schriftelijk overleg over de reactie op verzoek commissie over de nieuwe documentaire ‘Remco vs. Pharma’ (Kamerstuk 29477-784) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2023-03-22 10:00: Geneesmiddelenbeleid (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2023-03-23 13:20: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
29 477 Geneesmiddelenbeleid
Nr.
INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld ………… 2022
In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de brief inzake de reactie op het verzoek van de commissie over de nieuwe documentaire ‘Remco vs. Pharma’ (Kamerstuk 29 477, nr. 784).
Voorzitter van de commissie,
Smals
Adjunct-griffier van de commissie,
Bakker
Inhoudsopgave blz.
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie
Reactie van de minister
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de documentaire ‘Remco vs. Pharma’ en de kabinetsreactie daarop. Deze leden onderschrijven het belang dat de minister noemt als het gaat om de hoge prijzen van innovatieve geneesmiddelen en steunen zijn initiatief om met Europese collega’s af te stemmen hoe het farmaverdienmodel beter aansluit bij de financiering van geneesmiddelen vanuit de (publieke) stelsels. Genoemde leden vragen de minister wat daarbij zijn concrete ambitie is als het gaat om het tegengaan van woekerprijzen en het stimuleren van transparantie van kosten. Op welke termijn kan de Kamer vernemen wat de voortgang is ten opzichte van die ambitie?
Afspraken op Europees niveau kunnen worden doorvertaald in nationale wetgeving en de Kamer verwacht hier in het tweede kwartaal van 2023 een brief over met nadere uitwerking. In de beantwoording van mondelinge vragen van 29 maart jl. over woekerprijzen is door de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport toegezegd de minister te vragen om de Kamer al in het lopende jaar een stand van zaken of inventarisatie te geven. Wanneer kan de Kamer hierover een dergelijke brief verwachten?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben de brief van de minister gelezen als reactie op de documentaire ‘Remco vs. Pharma’. Deze leden hechten belang aan toegang tot veilige, kwalitatieve en effectieve genees- en hulpmiddelen voor een eerlijke prijs en hebben daartoe nog enkele vragen. Zij vragen de minister om (in tabelvorm) aan te geven hoeveel Nederlandse patiënten jaarlijks, voor welke behandelingen, met welke reden en in welk land hulp zoeken in het buitenland. Kan de minister een reactie geven op deze gegevens?
De leden van de D66-fractie vragen de minister of er zicht is op hoeveel mensen in Nederland eigen geneesmiddelen bereiden. Zo ja, kan de minister aangeven om hoeveel mensen en/of geneesmiddelen dit gaat?
Kan de minister de stand van zaken toelichten van de gesprekken die de minister voert met zijn Europese collega-ministers na de open brief van de minister gepubliceerd in het Financieel Dagblad op 23 juni 20221?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de reactie van de minister op de documentaire ‘Remco vs. Pharma’. De leden hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen. Zij vinden het een goede zaak dat het oordeel over behandelingen in eerste instantie wordt overgelaten aan de beroepsgroep, maar genoemde leden vragen wel in hoeverre internationale richtlijnen daarin worden meegenomen. Deze leden willen graag weten hoe het komt dat Nederlandse neurologen bijvoorbeeld tot een ander oordeel komen dan hun collega’s in België, Zweden en het Verenigd Koninkrijk. Kan de minister dat verklaren?
De leden van de PVV-fractie denken dat het Zorginstituut Nederland een grotere rol zou moeten spelen op het moment dat Nederlandse richtlijnen teveel afwijken van internationale richtlijnen. Ook patiëntenverenigingen zouden dan meer betrokken moeten worden. Het is in dergelijke gevallen immers belangrijk dat het afwijkende standpunt goed onderbouwd wordt, zodat het ook uit te leggen is aan patiënten. Is de minister het met deze leden eens? Zo ja, hoe gaat de minister dit bewerkstelligen? Zo nee, waarom niet?
Genoemde leden missen in de brief een reactie op het gegeven dat financiële belangen kunnen meespelen bij het vaststellen van richtlijnen en behandelingen. Wil de minister hier alsnog op ingaan? Gezien de recente onthullingen van Nieuwsuur over belangenverstrengeling met de industrie vragen deze leden of in deze kwestie ook sprake is van beïnvloeding door de industrie op de besluitvorming. Nader onderzoek zou op zijn plaats zijn volgens genoemde leden. Is de minister het hiermee eens?
Het is de leden van de PVV-fractie opgevallen dat de minister vaak verwijst naar Europa en Europese richtlijnen als het gaat om de geneesmiddelenmarkt maar niet als het gaat om de kwaliteit of toegankelijkheid van de zorg voor de patiënt. Deze leden ontvangen hierop graag een reactie.
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de reactie van de minister op het verzoek van de commissie over de nieuwe documentaire ‘Remco vs. Pharma’. Zij hebben daarover nog een aantal vragen en opmerkingen. Deze leden constateren dat de huidige private inrichting van het stelsel van geneesmiddelenontwikkeling en –productie leidt tot verspilling van zorggeld aan winstuitkeringen aan de aandeelhouders van farmaceutische bedrijven, door winst gedreven beslissingen over welke medicatie ontwikkeld wordt en private controle over essentiële farmaceutische kennis. Kan de minister reflecteren op de wenselijkheid van de grotendeels private inrichting van ons stelsel van geneesmiddelenontwikkeling en daarbij tevens ingaan op bovenstaande aspecten?
Is de minister het ermee eens dat de zeggenschap over de ontwikkeling van geneesmiddelen meer in publieke handen zou moeten liggen, zo nodig in Europees of internationaal verband? Zo ja, welke stappen onderneemt de minister om dit te bereiken? De leden van de SP-fractie vragen daarnaast of de minister zicht heeft op de winstmarges van farmaceuten. Zo nee, is hij bereid dit in kaart te (laten) brengen? Heeft de minister zicht op de totale hoeveelheid winst die farmaceuten in Nederland maken? Genoemde leden lezen in de reactie van de minister dat hij met zijn Europese collega-ministers in gesprek zou gaan over het farmaverdienmodel. Zij vragen of de minister de stand van zaken kan beschrijven van dit gesprek. Op welke termijn verwacht de minister hier resultaat van?
Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie
Het lid van de BBB-fractie heeft kennisgenomen van de brief van de minister, en heeft daarbij nog enkele vragen. De minister geeft in zijn brief het volgende aan: ‘De documentaire schetst een herkenbaar beeld van een persoon die geconfronteerd wordt met een aandoening met grote impact op zijn leven en zijn zoektocht naar passende behandelingen. In de documentaire wordt aandacht geschonken aan de onderbouwing van hoge prijzen van nieuwe geneesmiddelen. Dit onderwerp heeft al gedurende lange tijd mijn aandacht. Zo heb ik een omvangrijk onderzoek laten uitvoeren naar de financiering van geneesmiddelenontwikkeling. Het rapport heb ik u op 22 juni 2022 aangeboden. Als vervolgstap wil ik met mijn Europese collega-ministers in gesprek over het farmaverdienmodel. Ik heb mijn Europese collega-ministers hiertoe uitgenodigd in een open brief gepubliceerd op 23 juni 2022. De komende jaren zal ik mij in Nederland en Europa inzetten om deze discussie te voeren’.
Het lid van de fractie BBB is blij dat de minister aangeeft de discussie aan te willen gaan over het farmaverdienmodel. Dit is echter nog zeer vrijblijvend en geeft ook geen inzicht in wat volgens de minister zou moeten gebeuren op dit gebied om recht te doen aan die mensen die op zoek zijn naar een passende behandeling. Kan de minister aangeven welke concrete maatregelen hij zelf zou willen nemen?
De minister wil benadrukken dat, vanwege deze gezondheidsrisico’s, het verboden is om zonder registratie werkzame stoffen te bereiden en dat er een verantwoordelijkheid ligt met betrekking tot goede vervaardigingspraktijken. Dit geldt ook als deze bereid worden uit legaal verkregen grondstoffen en uitsluitend voor eigen gebruik zijn bestemd. Het lid van de BBB-fractie vraagt of de minister zich wel kan voorstellen dat patiënten genoemde acties wel uitvoeren als het letterlijk gaat om leven en dood.
Reactie van de minister
Financieel Dagblad, 22 juni 2022, ‘Zorgminister Kuipers wil meer invloed op ontwikkeling nieuwe medicijnen’ (https://fd.nl/samenleving/1443024/zorgminister-kuipers-wil-meer-invloed-op-ontwikkeling-nieuwe-medicijnen-svf2caetPNpK).↩︎