[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Besluit tot wijziging van het Besluit bouwwerken leefomgeving i.v.m. de actualisatie van de energiebesparingsplicht

Bouwregelgeving

Brief regering

Nummer: 2022D43397, datum: 2022-10-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28325-244).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 28325 -244 Bouwregelgeving.

Onderdeel van zaak 2022Z20221:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023

28 325 Bouwregelgeving

Nr. 244 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 oktober 2022

Hierbij bied ik u aan het Besluit tot wijziging van het Besluit bouwwerken leefomgeving in verband met de actualisatie van de energiebesparingsplicht. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerp-nota van toelichting.

Ik wijs u er graag op dat het ontwerpbesluit grote samenhang heeft met het Besluit tot wijziging van het Besluit activiteiten leefomgeving en Besluit kwaliteit leefomgeving in verband met de actualisatie van de energiebesparingsplicht, dat door de Minister voor Klimaat en Energie gelijktijdig aan u voorgelegd wordt.

De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure in artikel 23.5 van de Omgevingswet en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.

Op grond van de aangehaalde bepaling geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

Gelet op aanwijzing 2.38 van de Aanwijzingen voor de regelgeving wordt er zorg voor gedragen dat ten minste driekwart van de voorhangtermijn buiten het herfstreces valt.

Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,
H.M. de Jonge