Uitstel beantwoording vragen van het lid Van der Plas over het bericht 'Tweede pony in korte tijd aangevallen in Wittelte'
Mededeling (uitstel antwoord)
Nummer: 2022D44009, datum: 2022-10-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20222023-497).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
Onderdeel van zaak 2022Z19273:
- Gericht aan: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Indiener: C.A.M. van der Plas, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
497
Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht «Tweede pony in korte tijd aangevallen in Wittelte» (ingezonden 12 oktober 2022).
Mededeling van Minister Van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof) (ontvangen 28 oktober 2022).
Vraag 1
Is er een compleet/volledig register van alle aanvragen en meldingen bij Bij12 van vermoedelijke wolvenschade?1
Vraag 2
Als dit register er is, is dit register dan inclusief de meldingen van mensen die telefonisch direct al bij wolvenschade zijn afgewezen?
Vraag 3
Zo ja, bij hoeveel meldingen is zo’n afwijzing het geval geweest? Op welke grond vond die afwijzing plaats?
Vraag 4
Zo nee, op welke wijze houdt BIJ12 dan het overzicht op het totale aantal binnengekomen meldingen van wolvenschade?
Vraag 5
Gaat een taxateur altijd langs voor onderzoek naar een gemelde wolvenschade bij grotere landbouwhuisdieren zoals koeien en paarden? Zo ja, bij hoeveel pony’s en paarden is de taxateur in 2021 en 2022 langs geweest voor onderzoek? Hoe vaak heeft hij daar ook daadwerkelijk een monster genomen?
Vraag 6
Zo nee, wat was de reden van niet langsgaan voor onderzoek en/of bemonstering na een melding?
Vraag 7
Klopt het dat een taxateur enkel op basis van foto’s/beeldmateriaal kan besluiten om verder geen onderzoek ter plaats uit te voeren? Zo ja, worden foto’s/beeldmateriaal door een tweede taxateur geverifieerd?
Vraag 8
Kan er, zowel door bedrijven als particulieren, bezwaar tegen een besluit van BIJ12 worden aangetekend, om, op basis van telefonisch en/of digitale beeldinformatie, niet langs te komen voor onderzoek en afnemen van een DNA-monster bij (vermeende) wolvenschade?
Vraag 9
Zo ja, worden melders van schade direct op deze mogelijkheid tot bezwaar gewezen?
Vraag 10
Zo nee, waarom niet?
Vraag 11
Is het bekend én openbaar hoeveel meldingen van wolvenschade er in 2021 en 2022 in totaal zijn gemaakt, hoeveel hiervan zonder nader onderzoek ter plaatse zijn afgewezen en hoe vaak tegen de werkwijze van BIJ12 bezwaar is ingediend?
Vraag 12
Hoe verhouden zich deze cijfers tegenover het totale aantal klachten over BIJ12?
Vraag 13
Indien er geen gegevens zijn over meldingen van wolvenschade in 2021 en 2022, die zonder nader onderzoek ter plaatse direct zijn afgewezen, deelt u dan de mening dat die cijfers er wel zouden moeten komen? Deelt u ook de mening dat er een volledig overzicht van gemelde wolvenschade moet komen, inclusief de meldingen die direct worden afgewezen voor nader onderzoek, mét vermelding van de reden van afwijzing?
Vraag 14
Bestaat er een mogelijkheid voor bedrijven/burgers voor een vorm van erkende contraexpertise bij wolvenschade, zoals bijvoorbeeld DNA-afname door een erkend dierenarts en vervolgens onderzoek door een gecertificeerd (Europees) laboratorium?
Vraag 15
Zo ja, worden melders van wolvenschade hierop geattendeerd?
Vraag 16
Zo nee, wat is de reden dat deze mogelijkheid niet wordt geboden?
Vraag 17
Deelt u de mening dat met name bij paarden de lokale dierenarts vaak eerder ter plekke zal zijn, dan een taxateur van BIJ12? Deelt u tevens de mening dat bij beenwonden direct met behandelen moet worden gestart om een infectie te voorkomen? Zijn er voor deze situatie uitzonderingsbepalingen ten aanzien van DNA-afname getroffen, waarbij te denken valt aan veiligstellen van DNA door een dierenarts? Zo nee, waarom niet?
Vraag 18
Kunt u aangeven welke stimulatie inmiddels heeft plaatsgevonden en wat de stand van zaken hierin is en waar die stimulatie toe heeft geleid, gezien het feit dat u in een Kamerstuk schrijft dat «genetisch referentiemateriaal van wolven nu versnipperd aanwezig is bij diverse Europese instituten en onderzoekers» en dat u daarom zal «stimuleren dat materiaal beter kan worden uitgewisseld, ook met Nederland» en dat daarmee dan «zowel in ons eigen land als op Europese schaal het identificeren van wolven zal worden vereenvoudigd»?2
Vraag 19
In hoeverre kan nu van elkaars genetische databases gebruik worden gemaakt? Kunnen ook onafhankelijke buitenlandse, Europese instituten (zoals ForGen) nu gebruik maken van bijvoorbeeld de Nederlandse database? Zo nee, waarom niet?
Vraag 20
Deelt u de mening dat, bij aanvallen op grotere landbouwhuisdieren, het juist ook hier van belang is om de activiteiten en voorkeuren van wolven te monitoren? En een zo volledig mogelijke database op te bouwen?
Vraag 21
Kunt u aangeven hoe uw visie zich verhoudt tot de huidige provinciale beleidsvoornemens om afrasteren tegen zwervende wolven als een «vanzelfsprekende voorwaarde» te gaan beschouwen, voor compensatie bij schade door zwervende wolven, gezien het feit dat u bij de aanwijzing van de wolf als beschermde inheemse diersoort schrijft dat «de lasten voor burgers en bedrijven, die voortvloeien uit de aanwijzing, blijven naar verwachting beperkt. Veehouders zullen schade kunnen ondervinden in het geval een wolf een prooi zoekt onder hun vee. Provincies en Faunafonds geven daarbij aan dat in het geval van een zwervende, individuele wolf, niet kan worden geëist dat agrariërs preventieve maatregelen nemen. De enkele zwervende wolf, die Nederland aandoet, zal hier maar kort verblijven en bijzonder schuw zijn. Preventieve maatregelen zijn kostbaar en niet effectief zolang niet duidelijk is in welk gebied een wolf zich ophoudt en hoelang hij daar blijft.»? Dus dat u enkel schade door zwervende wolven wil gaan vergoeden, wanneer er «wolvenproof» tegen zwervende wolven is afgerasterd?3
Vraag 22
Is er bij de definiëring van het «beperkt blijven van de lasten» aan een plafond gedacht? Dus op welk moment zijn de lasten voor burgers en bedrijven, die voortvloeien uit de aanwijzing van de wolf als beschermde inheemse diersoort, dan niet meer «beperkt» te noemen als het gaat om schade en preventieve maatregelen?
Vraag 23
Indien dat plafond nog niet is gedefinieerd, wat acht u acceptabel?
Vraag 24
Zijn bij het definiëren van die «beperkte lasten» ook de arbeids- danwel loonlasten in acht genomen (zoals niet alleen plaatsen of verplaatsen van afrasteringen, maar ook de terugkerende lasten zoals wekelijks maaien onder de onderste – op 20 centimeter hangende – draden en/of bijvoorbeeld de verzorging en africhting van waakhonden)?
Vraag 25
Zo nee, waarom zijn deze (terugkerende) lasten niet meegenomen?
Vraag 26
Indien inderdaad alle dierenhouders moeten gaan afrasteren, is dit dan ook m.e.r.-plichtig, gezien het feit dat besluiten vanuit de overheid die van grote invloed zijn op onze leefomgeving alleen mogen worden genomen, nadat een milieueffectrapportage (m.e.r.) heeft plaatsgevonden? Immers, met een draad op 20 cm hoogte kunnen egeltjes, dassen, hazen en konijnen etcetera niet meer migreren en door de hoogte van de afrastering 1.10 à 1.20 meter met 4.500 volt kunnen de reeën en ander groot wild geen gebruik meer maken van de weilanden?
Vraag 27
Mogen wolven volgens de geldende wetgeving van een chip en/of een gps-tracker worden voorzien? Zo nee, met welk(e) wetsartikel(en) in welke wet(ten) is dat in strijd?
Vraag 28
Wat zijn de exacte criteria die gelden voor het legaal doden van wolven?
Vraag 29
Wilt u bovengenoemde vragen allen afzonderlijk beantwoorden?
Mededeling
De beantwoording van schriftelijke vragen van het lid Van der Plas (BBB) over het bericht «Tweede pony in korte tijd aangevallen in Wittelte» kunnen niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord vanwege afstemming met BIJ12 (uw kenmerk 2022Z19273, ingediend op 12 oktober 2022).
Ik zal de Tweede Kamer zo spoedig mogelijk de antwoorden op de vragen doen toekomen.